Alles droog? – 1 juli 2020

Dat was weer even wennen – om 7 uur ging de wekker. We wilden immers graag een stukje varen over het IJsselmeer en om 14 uur zou de wind weer aantrekken. Dus snel in de kleren, ontbijten, vuilnis wegbrengen en de havenkaart (zonder borg) in de brievenbus van de havenmeesteres gooien. En daarna netjes achteruit de box uit, met een lange lijn vast op de achterbolder die ons mooi de draai in de smalle haven liet maken toch nog ruim voordat de angsten van de toegesnelde achterburen in de Nynke – dat we bij ze naar binnen kwamen varen – bewaarheid werden.

De Lemsterbaai en Lemstergeul en daarna, tussen een paar vrachtschepen door, de drukke geul (in het verlengde van het Prinses Margriet kanaal) over. En dan bakboord uit langs de dijk en in water staande windmolen rij van de Noord-Oostpolder. Ondanks onze planning was de wind toch al wel een kracht vier en zeker het eerste stuk recht op de kop. De daarbij op het IJsselmeer behorende golfslag haalt behoorlijk wat snelheid uit de boot. Maar als eenmaal het juiste toerental van de motor is gevonden komen we toch tot drieënhalve knoop. Een enkele hoge golf doet soms de snelheid terugzakken naar beneden de twee knopen.

Na de Rotterdamse hoek zit er knik in de dijk van de Noord-Oostpolder. Dat betekent niet alleen dat weer de vaargeul over moeten (het is niet zo druk) maar ook dat we een stukje fok bij kunnen zetten. Daat laatste maakt het varen aangenamer. We gaan iets harder en hebben minder last van de golven. Eén keer duiken we nog diep in een golfdal weg en staat het voordek onder water. Maar bij dat alles is er beperkt buiswater achter in de kuip. Op een paar spetters na zitten we droog in onze zeilpakken. En was het al merkbaar warmer dan gisteren, na af en toe een waterig zonnetje bij Lemmer komt er ook steeds meer zon tussen de wolken door.

Met een blikje cola vervolgen we onze weg. Langs de hele polderkust staan windmolens. Dat lijkt saai, en aan de polderkust is ook niet veel te zien, maar door de regelmatige afstand kun je wel mooi aftellen. Zo zie je dat je toch voortgang maakt! En als dan de laatste molen is gepasseerd is het nog een stukje koers vasthouden en de eerste van een rij west-kardinale (boeien die we dus ten westen moeten passeren, zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Kardinale_markering) komt in zicht. En aan het einde van die rij kunnen we oostwaarts naar, als we nog even op 2 zuid-kardinale boeien letten, de haveningang van Urk.

In de haven vinden we een plek langszij aan de wal. Wel even keren zodat we met de kop op de wind liggen. In de kuip wordt het dan in het zonnetje zelfs aangenaam. In de zon eten we ons brood met een gebakken ei.

Vroeg opstaan en varen in dit weer maken dat het tijd is voor het bekende Urker middagdutje. Dan blijkt, eigenlijk mooi op tijd, dat het luik op het vooronder, voor de hoeveelheid water die we er bovenop hebben gekregen, niet helemaal waterdicht is. Met name in de punt is er wat vochtigheid. Kunnen we onze matrassen en slaapzakken mooi even luchten en laten drogen.

Om vijf uur is het, inmiddels uitgerust en gedoucht, tijd voor een wandeling over dit voormalige eiland. Er is fors meer ruimte voor watersport sinds ons bezoek met de Zeehaen in 2006. Het visserijmonument, met de namen van Urker vissers die op zee bleven, is indrukwekkend; laatste toevoeging van 2019!

Bij de vuurtoren zien we over de voormalige zee een zeilschip geassisteerd door de KNRM; de fok waait los voor de zeilboot uit en de wind is inderdaad zoals voorspeld toegenomen. Veilig komt het schip in de Urker haven aan.

Wij zitten dan inmiddels op het terras van Storm; uit de wind en in de zon. Tijdens een biertje blijkt het nog best lang te duren om die fok van het met assistentie inmiddels aangemeerde schip weer in te rollen. Mannen met oranje pakken zijn er maar druk mee, Omdat er geen schaaldieren zijn eten we ondertussen allebei vooraf een stukje handgevangen IJsselmeer Paling en drie sliptongen. Hoewel we beiden niet helemaal dezelfde techniek hanteren komen de zes vissen toch kundig los van hun graten. Ergens tussendoor blijkt dan toch de fok opgerold.

En dan is de zon weg van het terras en wandelen we weer terug naar onze boot. Na een tweede kopje koffie is het tijd voor onze gebruikelijk avond bezigheden. Waar gaan we morgen naar toe? Moet wel een plek zijn waar we wat wind kunnen hebben; de verwachting is dat er nog wel wat dagen een windkracht zes zal staan!

Dit bericht werd geplaatst in Onderweg door Joost . Bookmark de permalink .

Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.