Het eerste weekend na Pasen was er veel regen en was het erg koud. Op zaterdag zijn we alleen naar de boot geweest om het een en ander te herinrichten en te ontdekken waar nog verborgen opruimplekken zijn. Ook maakten we een wandeling door troosteloos Monnickendam en een aten we buiten in de kou kibbeling.
De verwachtingen voor het volgende weekend waren veelbelovend. Veel zon en windkracht 3-4. Vrijdagavond 16 april gaan we vast naar de boot. Verwarming aan, lichtjes aan en dan zitten we heel gezellig met een biertje erbij. Vast een plan gemaakt hoe we hier uit de box konden varen als de wind van opzij zou komen.
Terwijl ik heerlijk slaap blijkt Joost migraine gekregen te hebben en op de bank in de kajuit te zijn gaan zitten om daar verder een beetje te slapen. We weten dan dat hij dat de hele dag heeft en dat het dan rond 17 over is. Maar weer naar huis? Dat wil Joost niet. Terwijl Joost de ochtend wat doorsukkelt met half slapen ga ik maar eens een rits repareren van de kuiptent. Er zit aan een kant geen goed einde aan zodat de ritsschuiver er zomaar afloopt. Met draad en naald zet ik het goed vast terwijl ik half in het zonnetje zit. Rond 12 uur wil Joost toch gaan varen en maken we de boot klaar. Kuiptent opruimen, dekje van het grootzeil af en de hoes van de fok. Allemaal best even werk. En dan het wegvaarplan. Voor ons plan is een hele lange lijn nodig die we niet hebben. Dan maar zoals we het altijd deden. Zo lang mogelijk een lijn voor vasthouden naar de kant. Nou, dat was niet lang. Binnen de kortste keren was deze van de kikker aan de kant losgeschoten. Het zijn ook geen handige kikkers. Maar de wind kwam van bijna rechtachter en met gemak voeren we uit de box, blij ook met de grote manoeuvreerruimte bij onze ligplaats. De haven uitvarend vragen twee dames die op hun boot uit de wind en in de zon zaten of het niet heel koud is om te gaan varen. Genoeg laagjes aan, antwoord Joost. Maar ondanks de stralende zon maakt de noordenwind het wel behoorlijk koud. Op de Gouwzee kunnen we naar het Noorden toe niet zeilen, dus we hijsen vlak voor Volendam.
Met een windkracht 4 en toch wat golfslag is het hijsen van het grootzeil niet ingewikkeld in tegenstelling tot de Noordkaper van vorig jaar. Het hijsen kan helemaal vanuit de kuip en dat maakt de boot erg veilig. Als er nog wat meer wind zou staan kunnen we het ook nog wel aan. We zeilen heerlijk aan de wind richting Marker Wadden. Het plan om daar aan te gaan leggen om daar te lunchen laten we varen. Daar hebben we nu door ons late vertrek geen tijd meer voor. We moeten helaas vandaag ook weer naar huis omdat Joost de volgende dag een bridgetournooi heeft. Dus in de buurt van de Marker Wadden gaan we overstag en varen we een tijdje weer aan de wind richting Hoorn tot we langzaam wat ruimer gaan varen en we weer koersen naar Volendam. De wind neem wat af en zeker bij de ruimere koers die altijd minder koud is, is het zelfs aangenaam in het zonnetje. Het is overigens heel helder zodat het zicht op Marken en het Paard en Volendam zeer goed is.
Het is overigens niet echt druk op het water. Af en toe moeten we de voorrangsregels ophalen als een boot ons wil kruisen. We hebben steeds voorrang, maar weet die andere boot dat ook? Sommige boten laten dat pas op het laatst goed weten. Joost denkt dat ze graag onze boot van dichtbij willen bewonderen. De Gouwzee op varen we echt voor de wind. Joost krijgt trek en dat moet betekenen op zo’n migrainedag dat het rond 5 uur moet zijn. Dat klopt. Terwijl hij doorzeilt kook ik rijst en warm Tjap Tjoi saus op die Joost eerder deze week had gemaakt. Al zeilend smullen we daarvan.
We kunnen doorzeilen tot voor Monnickendam, waar de zeilen gestreken worden. Het aanleggen in onze box met de spruittruc lukt weer perfect. Het duurt wat langer voor we echt recht in de box liggen, maar dat is finetunen, er kan dan niets meer mis gaan. Daarna zijn we best nog wel een tijd bezig om het grootzeil in te pakken, de fok weer helemaal in een hoes te krijgen en vervolgens de kuiptent er weer op. En dan blijkt dat ik een foutje heb gemaakt met de rits repareren. Ik had de ritsschuiver er eerst aan die kant in moeten zetten, anders komt het niet goed. Dus moet ik m’n ijverige werk van die ochtend losknippen. Uiteindelijk de zaak opgelost door een veiligheidsspeld als stop te gebruiken. Werkt ook goed. Pas om 20.15 rijden we behoorlijk moe en koud, maar voldaan naar huis. Thuis hebben de kinderen nog een lekkere pastamaal voor ons klaarstaan. Na een warme douche warmen we pas echt op.
Zondag 18 april
Opstaan met een stralende zon en de verwachting dat het rond 14 graden wordt en de Noordenwind slecht 1 tot 2 Beaufort. Joost gaat een dagje achter z’n computer zitten voor een Bridgetoernooi. Ieder z’n lol. Met Marjolijn is het plan al gauw gemaakt om op de fiets naar Monnickendam te gaan zodat ze onze boot kan bewonderen. We fietsen op onze e-bikes comfortabel tegen de wind in, nemen de Hempont waar we wel een bijzonder vrachtschip langs moeten laten gaan. Jan, we wisten niet dat je in de windmolens zit!
Via Zaandam door het Twiske. Daar willen we de koffie drinken die Marjolijn mee heeft genomen. Dat ze koffiebekers vergeten is compliceert dit. Een waterflesje legen voor de een en de ander drinkt uit de grote thermosfles. Niet eenvoudig. Het deed me denken aan de eerste keer uit de avondmaalsbeker drinken. Wanneer komt dat vocht eens in je mond aan en komt er dan niet ineens te veel? We fietsen verder door, nemen een pontje over het Noord-Hollands kanaal en komen aan in Monnickendam. Leuk om de boot te laten zien als je er zelf zo enthousiast over bent. We gaan lekker op het dek zitten lunchen, te lui om de hele kuiptent eraf te halen. Het kan prima, want er is weinig wind.
In de haven is meer leven dan gisteren, waarschijnlijk doordat het weer aangenamer is. Net wanneer we willen vertrekken krijgen we aan bakboord nieuwe buren. De boot genaamd Fearless Friend, had ik gisteren aan de overkant zien liggen. De eigenaar vertelt dat hij niet tevreden was over zijn ligplek en dat hij nu op deze plek mocht liggen. Hij blijkt ook nog maar pas eigenaar van zijn boot te zijn, een opknapper. Met een jaloerse blik kijkt hij naar onze boot waar niets opgeknapt hoeft te worden.
Wij pakken weer de fietsen en rijden grotendeels langs het water van het IJsselmeer en het IJmeer naar huis. Marjolijn gaat mee voor een biertje in de zon in de voortuin en een heerlijke soep door Joost klaargemaakt. Joost had met bridgen geen goede resultaten bereikt. Hij hoorde bij de slechtste 25%. Zelf zei hij dat hij bij de beste 75% hoorde. Gelukkig won Ajax het bekertoernooi, zodat er toch iets te vieren was.
De boot is waarschijnlijk van familie van Jan, maar wel erg ver weg. Kinderen van een broer van Jan zijn opa zijn een transportbedrijf van heipalen gestart (in Dordrecht).