Al vroeg ging de wekker. De grote brug bij Dordrecht gaat maar 8 keer per dag open en op 3 voor negen wilden wij er door. En daarvoor moesten we natuurlijk wel de haven uit zijn – en de boombrug gaat twee keer per uur. En zo gooiden wij om kwart over 8 de lijnen los en voeren wij niet helemaal volgens plan maar zonder grote problemen de drukke haven uit.
En dan kom je op het kruispunt van de Beneden Merwede, de Noord en de Oude Maas. Wij gingen bakboord uit de Oude Maas op. Stroomafwaarts naar de brug. Daar ben je dan dus zo. Voor de brug zou een wachtaanlegplaats zijn maar die leek ons niet zo comfortabel. Dan maar rustig voor de brug heen en weer varen. En kijken naar het ontwakende Dordrecht, waar honden worden uitgelaten, gestofzuigd en gevist.
Nadat de brug voor ons is geopend steken we na een vrachtschip terug naar stuurboordswal. Daar varen we achter een ander recreatievaartuig naar een drukke splitsing waar wij linksaf de Dordtse Kil op moeten. Schepen bij deze driesprong geven op het blokkanaal aan wat ze gaan doen. Zo horen we tot 2 keer toe vermeld dat wij er varen. En dan steken we zelf over tussen twee schepen door. Ja, hier is het erg druk!
Op de Dordtse Kil hebben we weer stroom mee. Dat schiet lekker op. Voor dat we het weten kunnen we al weer stuurboord uit het Hollands Diep op. Wel even achterom kijken naar de bruggen over het Hollands Diep; doordat ze niet open kunnen, kunnen wij hiervandaan niet naar de Biesbosch.
Ook het weer, wij hadden op een hele dag regen gerekend, valt alleszins mee. Het is lekker warm en door wat heiige bewolking schijnt de zon. Aangenaam! We varen langs de jachtbetonning maar steken onderwijl wel de brede stroom over. En aan de andere kant ligt Willemstad.
Een punt van zorg bij deze tocht is dat we bij de Volkerraksluizen en de Krammersluizen gebruik moeten maken van de jachtensluis. Daar zit een vaste brug bij – die kan dus niet open. Nu is de brug bij normale waterstanden wel 18,5 meter hoog. En volgens de informatie van de vorige eigenaar steekt de Aquamarijn 16,5m de lucht in. Maar ja klopt dat wel. Enigszins gespannen varen we daarom de Volkerraksluis in.
Lang verhaal kort – het past!
Opgelucht varen we verder over het Volkerrak. We eten een boterham met karnemelk. Enige tegenvaller: het begint te regenen. We varen lekker verder maar hebben dus wel inmiddels een regenjas aan. Ook in de Krammersluis.
En dan varen we op zout water: De Zijpe – een uitloper van de Oosterschelde. Maar dat is van korte duur want Bruinisse is dichtbij. Weer een sluis naar de Grevelingen. Ook zout water – ondanks de regen die er nu in valt. In de sluis zien we al wat kwallen.
Regen en heiig is het op de Grevelingen. Wij doen de navigatielichten aan. We kunnen net één à twee boeien vooruit zien. Maar met onze kaarten (ook elektronisch) lukt het ons de Grevelingen over te varen naar Port Zélande. Vandaag al ons einddoel omdat het morgen hard gaat waaien (wellicht zelfs windkracht 7). We vinden de plek waar we de Aquamarijn twee weken achter zullen laten voordat we aan onze zomervakantie beginnen.
Wij drogen wat op. En eten daarna in de jachtclub. Een drukke gezellige tent waar we ook Duits en Frans horen. Uiteindelijk valt het vooral niet mee om een toetje te kiezen. Moet het nou ijs worden met aardbeien of boerenjongens? Daar weet onze gastvrouw wel een oplossing voor!