Vandaag hoefden we niet ver. Tijd dus om lekker rustig aan te doen in de ochtend. Ellen doet haar favoriete vakantie-ding: een wandeling naar een bakker. Ik doe ondertussen wat boot dingen. Net als Ellen terug is komt het belangrijkste – het schoonmaken van het wierfilter. Nou dat was nodig. Na afloop borrelde weer lekker helder water achter het kijkglas!
Het is inmiddels 10uur als we aan ons ontbijt beginnen. Als we de brug bij de haven van 10:20uur willen halen moeten we opschieten. Maar we hebben geen zin ons te haasten; een half uur later gaat de brug weer open. En dus varen we, kalmpjes aan, even voor elven de Wijnhaven uit en steken de driesprong Beneden Merwerde, Oude Maas over naar de Noord. En natuurlijk kijken we even om en zien dat de spoorbrug ook weer open is!
Varend tegen de stroom op de Noord bedenken we dat er een reden was om voor half elf te vertrekken. De Alblasserdamsebrug opent immers op het hele uur. En die brug is te ver weg voor 30 minuten; maar in 60 minuten haal je die op je gemak. Nu hebben we dus ruim een half uur “over”. Lekker langzaamaan varen dan maar. Dat gaat best goed met tegenstroom. Wel jammer van de striemende regen en de harde wind.
Aan het einde van de Noord ligt aan stuurboord Kinderdijk. Daar zie je niks van. We moeten bakboord uit de Nieuwe Maas op maar kunnen natuurlijk even stuurboord op de Lek kijken of daar iets van Kinderdijk is te zien. We hebben immers de tijd. Het zicht valt door de hoge dijk wat tegen en aanlegplaatsen zijn er alleen voor riviercruise schepen. Maar van de overkant af zijn duidelijk een molens van de bovenkant te herkennen.
Wel weer alle tijd om de volgende brug, de Algerabrug, te halen. (Het was anders haasten geweest.) Rustig aan dus en alle tijd ook om de replica van de Ark te bestuderen. Hier staat een giraffe op de uitkijk. En het is nog steeds weer waarbij mogelijk een Ark in de nabije toekomst goed van pas kan komen!
Toch zijn we nog ruim op tijd bij de Algerabrug (de sluis staat, zoals meestal, open). We leggen aan aan de wachtsteiger. Melden de brugwater per marifoon dat we er zijn, eten een broodje en bestuderen de stormvloedkering Hollandse IJssel.
Op de Hollandse IJssel knapt het weer langzaam ietsje op. We proberen een stukje op de Genua te zeilen maar door de vlagerigheid en hoge kracht in de wind blijkt dat geen goed idee. We moteren verder waarbij we veel vrachtverkeer tegenkomen. En da doemt ineens Gouda op.
We moeten door de Julianasluis: een sluis met twee kolken en ook aan beide zijden een brug; als de brug aan één kant open is wordt het verkeer over de andere brug geleid. Wij mogen, met andere plezierjachten, in de, voor ons, bakboordsluis. De stuurboordsluis is voor beroepsverkeer. We liggen klaar aan de wachtsteiger en helpen eerst een ‘Le Boat’ huurboot aanleggen en voorkomen zo dat hij tegen ons aan waait. Dan begint iedereen te varen terwijl de brug nog dicht is. De sluis blijkt wel open en deze boten kunnen allemaal onder de brug door. Als de brug eenmaal open is varen ook wij op en kunnen wij achteraan aan hogerwal nog een plaatsje vinden. Ondertussen vaart ook de stuurboordsluis leeg én komt ook daar een nieuwe beroepsschip naar binnen.
In de Julianasluis kun je niet goed een fender tussen de boot en de sluiswand stoppen. We staan dan ook een beetje af te houden. Ondertussen gaat de sluisdeur achter ons vier keer dicht en weer open. Er wordt omgeroepen dat er wat problemen zijn bij het sluiten van de deur. Gelukkig blijft de vijfde keer de deur wel dicht.
Inmiddels is voor de stuurboordsluis de brug al open gegaan en is er weer uit- en ingevaren. Waarna de brug weer is gesloten. Als dan eindelijk onze sluisdeur open gaat blijft de brug dicht. Alle boten varen onder de brug door. De sluiswachter (v) komt ons wel even persoonlijk vertellen dat we weer vrij zullen worden gelaten, en de brug zal worden geopend, als ook de stuurboordsluis weer zo ver is. En dus kijken we hoe tergend langzaam (de bovenkanten van) een beroepsschip en twee plezierjachten de sluis invaren.
We zoeken daarna een plaatsje in de jachthaven van de WSV Gouda. Voor het eerst is het ergens druk en is er krap plek. De havenmeester is echter een meester in passen en meten en de boten krijgen waar ze moeten zijn. Met vereende krachten liggen wij snel op onze plek en hebben buren langszij.
Na alle plichtplegingen wandelen we naar het centrum. Op de markt staan mooie gebouwen maar het restaurant naar ons zin is Nusa gelegen “Achter de Kerk 5”. We eten heerlijk Indonesische rijsttafel en verbazen ons wat over gasten. Wel gevoed wandelen we langs oude huizen, de visbanken en grachten terug naar ons schip!