Rond 8 uur hoogwater bij de sluis. Daarna dus stroom mee naar ‘buiten’ en voldoende water om over wat ondieptes te komen. En dus willen we om 7 uur uit de haven vertrekken. En dat lukt! Ellen vind ook nog even tijd om terug te kijken naar Greetsiel!
De sluiswachter zet zijn deuren vast voor ons open. We weten dat we in de sluis flink omhoog gaan en bereiden ons daar op voor. De sluiswachter heeft er daardoor kennelijk vertrouwen in – we schieten omhoog. Zo zijn we wel weer snel de sluis uit.
We kiezen voor een tochtje over het wad met twee ondiepten naar de Westerems. Zo hebben we onderweg opties als de weersomstandigheden veranderen. Vertrokken we met een zonnetje, al snel komt er bewolking opzetten. Ik wissel de zonnebril voor mijn gewone bril – niet de laatste wissel vandaag – en kan de volgende groene ton nu wel zien liggen. Probleemloos arriveren we op het brede water; aan de overkant ligt Eemshaven!
Stroom mee, de zeilen (met een rif) gehesen en halve wind varen we de Eems af. Daar is Borkum al aan bakboord.
En ook de zeehonden liggen nog steeds vlak aan de kust.
Ondanks de hoge snelheid inmiddels wel een klein zorgpunt. De wind is geruimd van Zuid naar Zuidwest. Dat was wel voorspeld maar wij hoopten dat het conform verwachting wat later zou komen. Dit betekent dat we nu het Rifgat moeten nemen en daardoor Noordelijker op zee uitkomen.
Op zee is ook één mooie andere boot. Een 40ft Wanderer die Borkum aan stuurboord laat liggen en langs de eilanden verder vaart.
We moeten hierna kruisen. Aan de buitenkant begrensd door het verkeersscheidingsstelsel. Aan de andere kant ondiepten en de kust; we gaan echter ook een keer eerder overstag om een bui te ontwijken.
Op een gegeven moment ligt het Westgat, het zeegat op weg naar ons doel, pal in de wind. En nu bij laag water aan de kust de stroom op zee keert, en nu tegen staat, heeft kruisen weinig zin meer. De motor moet aan; ook omdat we natuurlijk weer op tijd bij het zeegat moeten zijn en ons reisdoel alleen rond hoogwater bereikbaar is!
Het waait ook harder dan voorspeld. Dat geeft pittige golven. Het is dan ook tweeënhalf uur flink stampen tegen de wind in. Het grootzeil nog op voor enige extra stabiliteit. Ondertussen krijgen we ook een paar flinke buien over ons heen. Gelukkig is er altijd hoop op beter weer!
Dan draaien we het Westgat in. Dat is even geconcentreerd sturen terwijl we motorzeilen. Stroom mee, wind half in de rug, hoge golven en tussen de tonnen blijven. Gelukkig zijn we de enigen. En als we halverwege zijn krijgen we beschutting van het Rif en de Engelsmanplaat en nemen de golven af. Viel het eigenlijk best mee.
Ellen belt met de haven van Schiermonnikoog. Er is nog plaats voor ons. Behoedzaam sturen we door de steeds smallere geul. En we komen, zoals vooraf gepland, precies op hoogwater (even voor 20 uur) aan. Per marifoon wijst de havenmeester ons een plek. Blijkt er slechts genoeg ruimte als we een klein stukje uitsteken achter de steiger. Daar hadden we niet op gerekend – maar het komt allemaal goed.
Snel opruimen en koken. En nog even een foto van ons achteruitzicht maken.
Vanavond zijn er nog buien. Terwijl het blog wordt geschreven helpt de regen al zout van ons dek afspoelen. Langzaam worden we droog en warm. Het was een lange tocht!