‘Zeilen doe je voor de aardigheid en het moet niet in werken ontaarden’. Zo begint ons zeilboek over de Engelse Oostkust. Ik moest daaraan denken toen Joke schreef dat ze het hard werken vond voor vakantie. Gisteren was het inderdaad fysiek zwaar, maar mentaal niet. En ik heb het voordeel dat ik binnen niet zeeziek word en kan als ik te moe ben binnen in het vooronder gaan liggen en helemaal alles los laten terwijl ik op de golven meedein. Joost kan het fysiek nog beter aan dan vorig jaar en heeft de boot helemaal onder controle. Hij geniet van zo’n dag.
Vanochtend liep ik in m’n korte broek in de zon naar de douches. Dat is ook echt vakantie! We hebben alle tijd. Ons plan is de rivier de Orwell op te varen naar de stad Ipswich. Dat kan het beste met de vloedstroom mee en die is er pas om 13 uur. Een ochtendje in de kuip met koffie en boek en puzzel is ook heerlijk.

Rond 13 uur zijn we klaar om te vertrekken en melden dit via de marifoon aan de havenmeester. We kunnen vertrekken, hij zet de sluis vast open. Gisteren toen we nog niet wisten of we 1 of 2 dagen wilden blijven had de havenmeester gezegd, kom dan maar morgen betalen, jullie zijn toch locked-in. En inderdaad, het is hier een havenkom met maar 1 uitgang: de sluis. Deze keer in de sluis blijkt het waterpeil 2 meter te gaan zakken. We moeten de lijnen vastmaken aan de mee zakkende sluiswanden. Dat blijkt heel handig en veilig. We zijn snel beneden en varen naar buiten.

We slaan linksaf de Orwell op. Er is zuidenwind voorspelt, samen met de stroom mee moeten we makkelijk op alleen de genua kunnen zeilen. Helaas gaat de wind al snel uit het westen waaien en moet de motor bij om de bochten te halen. De overgang is groot tussen de Industriehaven waar we net uitkomen en de mooie natuur rond de rivier: glooiende heuvels en bossen.

De rivier ligt vol met zeilboten aan een mooring. Een heel gebruikelijke manier hier om boten vast te leggen. De vaargeul is hier wel heel diep want er moeten ook nog coasters door kunnen. Je kan het je haast niet voorstellen en wij zien er geen varen.

We varen langs Pin Mill. Voor Nederlandse zeilers de plek om een oversteek naar Nederland te vieren in The Butt & Oyster met een frissen pint.

Wij willen er nog heen, maar dan wandelend vanaf een andere haven aan deze rivier. Maar dat vereist weer nieuwe ‘skills’! Die haven ligt in de rivier zodat je bij aanleggen met de stroom rekening moet houden. Nog een stapje moeilijker is in de rivier een mooring oppikken. Nu gaan we voor ons gemak nog een veilige haven achter een sluis in, opnieuw locked-in.

Maar eerst nog onder een brug door en langs een klein industrie gebied voor de stad. Kijk, de coasters zijn er wel, deze komt zelfs uit Delfzijl!

We kunnen de sluis zo weer invaren. Ditmaal ligt er een drijvende steiger en daar kunnen we ook makkelijk bij aanleggen. Nu gaan we dus met steiger en al naar beneden.

In de haven kunnen we makkelijk aan een kopse kant van een steiger gaan liggen. Geen gehannes met een box invaren. De tocht duurde zo’n 3 uur.


Na ons bij het havenkantoor gemeld te hebben gaan we de stad in. Een pootje van mijn bril is namelijk losgeraakt en we moeten dus op zoek naar een opticien. Dat lukt en ze maken het gratis voor me. We zien al aardig wat van Ipswich dat bestaat uit veel oud en nieuw door elkaar. aan de overkant van onze haven is een nieuw uitgaanscentrum gemaakt bestaande uit oude gebouwen, verbouwde pakhuizen en nieuwe onder nieuwe appartementencomplexen. We gaan eten in het havenrestaurant met uitzicht op de nieuwe haven. Het eten is voortreffelijk! Havens en goed eten gaan hier blijkbaar samen.
Terug op de boot schrijf ik buiten dit blog. Het lijkt werken, maar dat is het niet. Achter mij het geroezemoes van het uitgaansleven aan de andere kant van de haven.

En het is al donker als ik het online zet.
