Over Ellen

Reisleider, dol op reisgidsen en het puzzelen op reisdoelen. Groot genieter, ook van voorpret. Voorkeur (ook buiten Duitsland) voor Duitstalige reisgidsen wat vaak de taalverwarring vergroot.

Texelse vrijbuiters (25 mei 2023)

Na een dag zeilen weer een dag rust. We vragen ons af waar onze energie van weleer is gebleven. De ‘rustdag’ werd dan een fiets of wandeldag. Nu gedragen we ons als echte senioren. Maar we kunnen echt van zo’n dagje genieten. We voelen ons vrij om gewoon te zien waar we zin in hebben.

Na het ontbijt gaan we om de beurt uitgebreid douchen. Ze hebben hier namelijk de beste douches van alle Nederlandse havens. De straal en de temperatuur is te stellen!

Aan het eind van de ochtend lopen we maar eens naar de haven van Oudeschild en het dorp zelf. We lunchen op een terras in de zon en uit de koude wind.

Daarna gaan we naar het museum Kaap Skil. We zijn er ooit op Lukas zijn 5e verjaardag geweest in 2001 waar de oma’s en opa ook bij waren. Toen nog meer een veredeld juttersmuseum. Nu is het een heel professioneel museum. We wilden erheen omdat we in april op tv de docuserie: ‘De jurk en het scheepswrak’ hadden gezien. Het is het waanzinnige verhaal van Texelse amateurduikers die op een nog nog niet eerder gevonden scheepswrak (Het palmhouwrak) stuiten met zeer waardevolle spullen waaronder een 400 jaar oude zijden jurk die heel goed bewaard is gebleven. Ze gingen echter als jutters om met de vondsten. Ze bewaarden de schatten thuis, spoten de jurk met een tuinslang schoon. Een andere jurk stopten ze in de wasmachine. Wanneer professionele archeologen er lucht van krijgen worden het twee werelden tegenover elkaar. Uiteindelijk redt de museumdirecteur van Kaap Skil de situatie. Zij zorgt dat de vondsten op Texel in haar museum worden tentoongesteld. Ga de serie terugkijken op NPO plus als je het nog niet gezien hebt! En daarna wil je ook naar Texel voor het museum.

Bij het museum krijgen we te horen dat we de jurk wel mogen fotograferen maar niet met flits. Tja, eerst er met de tuinslang overheen en dan nu zo voorzichtig? Eerst komen we in een panoramazaal over de Reede van Texel. Een overzicht van het dorp Oudeschild met daarvoor de schepen die op de Reede aangemeerd zijn. Op de achtergrond bewegende beelden van schepen die komen en gaan. Heel erg mooi gedaan. Je krijgt een beetje een indruk hoe dat moet zijn geweest.

Daarna komen we op de afdeling met de voorwerpen van het Palmhoutwrak. Door het hele verhaal van de vondst spreekt het allemaal erg tot de verbeelding. Er moet ook nog veel onderzocht worden, bv van wie de voorwerpen ooit geweest zijn. Maar de zijden jurk is werkelijk het topstuk! Onbegrijpelijk dat deze na 400 jaar in het zoute water te hebben gelegen er zo uit ziet. Ach ja, dan maakt die tuinslang ook niet zoveel meer uit.


We lopen nog even het openluchtmuseum deel in. Maar vinden het daarna wel genoeg. Een volgende keer lopen we nog wel eens dit museum in. Makkelijk met onze museumkaart.

Schuin tegenover het museum is een watersportwinkel. Daar vindt Joost eindelijk een goede vervanging van zijn oude geliefde petje. We kopen er ook nog zeekaarten van de Noordzee en wat nieuwe lijnen voor twee fenders. De verkoper heeft praatjes voor tien en hoopt ons nog meer aan te kunnen smeren. Verder vertelt hij dat hij op zijn boot geen AIS heeft. Zonder kan je namelijk ongezien verboden gebieden invaren bv de windmolenparken. Het is me wel een soort die Texelaren. Vrijbuiters die het niet zo nauw nemen met wet en regelgeving.

Ik ga vast terug naar de boot terwijl Joost boodschappen doet. We maken plannen voor de komende dagen. We wilden eigenlijk morgen al vanuit hier naar IJmuiden varen. Maar morgen staat er toch nog wel een forse wind kracht 4-5. Op zaterdag zou deze 3 zijn. De windrichting is goed, uit het oosten tot noordoosten. We kiezen voor de zaterdag, want we willen aan de veilige kant zitten. We maken rekensommen over hoe laat we hier dan moeten vertrekken. Ook maken we veiligheidsbanden vast aan beide kanten over het dek. Hier kunnen we ons aan vastklikken als we op zee iets op het dek moeten doen. Alles voor de veiligheid!

Joost kookt een maaltijd en later zit hij zowaar een boek te lezen met als titel: Het tij tegen. Dit gaat niet over de zeilsport maar over de democratie.

Bunkeren (23 mei 2023)

Vannacht trok de wind fors aan. We dachten in de Noorderhaven goed beschut te liggen maar we gingen best nog wel heen en weer. Vanwege de harde wind zouden we vandaag in Harlingen blijven. Uiteindelijk viel de wind overdag wel mee, maar we vonden het wel prima een dag hier te blijven. Harlingen blijft een leuke stad en in de Noorderhaven voelen we ons thuis.

Toen ik terugkwam van de douche zag ik aan onze steiger ‘Zoef’ de boot van ons lijfblad Zeilen liggen. Op de steiger bleek dat ze een bootmansstoeltje nodig hadden om iets in de mast te repareren. Daar kon ik ze aan helpen. Ondertussen hoorde ik dat deze redacteuren bezig waren met een reportage. Ze zouden naar Vlieland gaan en vandaar in een keer buitenom naar Delfzijl. We zullen het artikel over een paar maanden vast lezen. Toen we later nog een foto van hun boot wilden maken bleken ze al weer ‘Zoef’ vertrokken.

Wij gingen koffie met oranje koek nuttigen in Hotel restaurant Zeezicht met uitzicht op de Oude Buitenhaven. Joost ging daarna naar AH om onze voorraden bij te vullen. Terug op de boot lees ik mijn boek uit. Joost maakt vaarplannen voor de komende dagen. Morgen naar Texel. Maar zouden we vandaar ook over zee naar IJmuiden kunnen varen? Dat hangt vooral van de wind af. We gaan het zien.

Parallel aan de Noorderhaven ligt de enige winkelstraat van Harlingen. We hebben verschillende wensen van heel diverse aard, waarvoor we toch in deze ene straat terecht kunnen. Ik wil een sweater kopen, dat is even zoeken, want ik vind veel niet leuk, ook degene niet die Joost wel leuk vind. En dan vindt hij opeens een Gaastra jas fors afgeprijsd en precies passend bij zijn Gaastra trui.

Uiteindelijk slaag ik toch ook. Het is behoorlijke koud, een groot verschil met gisteren. We zijn steeds blij als we weer een winkel in kunnen. De boekhandel is een volgende warme stop. Heerlijk daar rondneuzen. Wat worden er toch veel boeken geschreven, denk ik dan. Wie schrijft blijft, maar een boek is vaak maar een zeer korte tijd een hit. Ik koop het vandaag verschenen Alkibiades van Ilja Leonard Pfeiffer. Hij hoopt wel een grote roman geschreven te hebben die wat langer meegaat. De krant beloofde 1000 pagina’s. Ik weet niet of de journalist al een exemplaar in mocht zien. Het zijn namelijk slechts 772 pagina’s. De laatste 171 zijn vermeldingen van bronnen en namenlijsten enz. Zou hij dat allemaal echt gelezen hebben? Zijn vorige boek Grand Hotel Europa las goed, dus ik ben benieuwd of ik ook hier doorheen ga komen. Joost kocht ook een dik boek en een dunne. Mochten we ergens vastlopen dan vermaken we ons wel.

Bij de Blokker kopen we nog wat handige dingen voor op de boot zoals opscheplepels en een ‘bootföhn’. Voor mijn haar wel te verstaan. Maar fijn om dat soort dingen niet steeds te hoeven inpakken. We kunnen wel zeggen dat we de Harlingse middenstand goed hebben bedeeld.

We hoeven maar 1 straatje door om met al onze spullen weer op onze boot te komen en van het bunkeren uit te rusten. We hebben voor de avond in een luxe restaurant gereserveerd genaamd:’t Havenmantsje. Ook weer met uitzicht op de Oude Buitenhaven. We nemen er een 6 gangen verrassingsmenu. Sommige gerechten zijn plaatjes! Het is heerlijk, maar ook best veel. Over bunkeren gesproken!

Als we eenmaal buiten staan zien we op het restaurant een gedicht geprojecteerd.

Ik geloof niet dat de dichter van de zee houdt. Of begrijp ik hem verkeerd?

Eenmaal op de boot kunnen we geen pap meer zeggen. In stilte schrijf ik nog dit blog.

Terschelling, je hebt er wat voor over! (20 mei 2023)

De wekker gezet omdat we half 10 willen vertrekken om om 11 uur bij hoog water over het wantij te gaan op weg naar Terschelling. Noordoosten wind voorspelt, fors kracht 5 max 6. (We denken dat we via de route door het Inschot grote delen kunnen zeilen.) We worden echter opgehouden door een praatgrage buurvrouw. Ze is de schoonmoeder van Laura Dekker, de jongste solozeilster die de wereld rond zeilde. Ze heeft dus heel wat te vertellen. Als we willen vertrekken vertelt ze mij dat ik vast een bepaalde lijn los mag maken. Daarop zeg ik dat ik altijd wacht op instructies van de schipper anders krijg ik ruzie.

We vertrekken om 10 uur en zijn rond 11 uur bij Kornwerderzand door de sluis. De meeste boten gaan rechtsaf richting Harlingen, een enkele richting Texel en wij als enige richting het wantij en het Inschot. De wind blijkt echter veel noordelijker dan verwacht. We moeten nogal vaak de motor bijzetten om tegen de wind in te varen met de zeilen op. We zijn ook wat laat bij het wantij (ondiepste deel). Maar het zou nog goed moeten kunnen. Toch voelen we een paar keer de bodem. Maar dat komt ook door de forse golven die er staan. Hierna kunnen we toch een eindje zeilen en bereiken met een toch wat overtuigd schip ons record van 9.5 knoop snelheid.

Dat halen we natuurlijk alleen met stroom mee. Het is daarmee een best heftig tochtje. Het zout vliegt ons om de oren en Joost zijn maag moet na de koffie over de reling geleegd worden. Heb ik nog zoveel moeite gedaan om koffie te zetten!

Wanneer we weer een stuk niet kunnen zeilen halen we de genua in en laten het grootzeil staan voor wat stabiliteit. We zijn nu bang voor de oversteek van het zeegat met Noordenwind. Maar daar is het water opeens veel vlakker. En op het Schuitengat vlak voor Terschelling krijgen we stroom en wind tegen, dat levert nog vlakker water op. We zijn echt de enige boot die naar Terschelling vaart naast Doeksen. Was het zo’n slecht idee? Nee, want als je dan Terschelling in zicht krijgt weet je weer waar je het voor gedaan hebt. Geen eiland wacht je zo verwachtingsvol op! (Op de foto komt het nooit zo goed over)

In de haven kunnen we langszij van een andere boot. De eigenaren daarvan vertellen dat het gisteren heel druk in de haven was en nu al een stuk rustiger. De oorzaak bleek de Harlingen-Terschelling sloepenrace te zijn die gisteren en eergisteren werd gevaren. Vandaag is de afterparty en de prijsuitreiking. Wij hoeven ons niet in het feestgedruis te mengen. We zijn best moe na deze tocht. Maar we hebben nog nooit zo snel naar Terschelling gevaren: in ruim 5 uur. Joost is gewoon nog zeeziek en hij gaat z’n bed in. De resten van de zoute tocht kleven nog aan onze boot.

Ik ga lekker in het zonnetje zitten lezen.

Aan deze kant van de haven is het heerlijk rustig. Als ik opkijk uit mijn boek zie ik zowaar de Zeehaen tegenover ons aanleggen.

De platbodem waarmee we voor het eerst over het IJselmeer voeren in 2006 . Tja, stalen boten, die gaan ook lang mee. Ook Ruud en Christa voeren 2 dagen mee. Hier in de haven van Volendam.

KONICA MINOLTA DIGITAL CAMERA

We koken vaak voor 2 dagen, dus hebben we nu heel gemakkelijke een heerlijke nasimaal van gisteren. Joost die eerst denkt nog geen eten aan te kunnen krijgt door de heerlijke lucht toch trek. Daarna gaat hij zich steeds beter voelen.

Het is behoorlijk koud als we voor de laatste keer naar het toiletgebouw lopen, best een aardige tippel. Daarna is de boot heerlijk warm. Wat fijn dat we niet hoeven te kamperen. Morgen blijven we hier. We zijn wel aan een dag rust toe. Jammer alleen dat onze buren om 8 uur willen vertrekken. Moeten we er toch vroeg uit.

Hemelvaartsdag (18-05-2023)

Weet jij nog wat je deed op Hemelvaartsdag 1983? Wij niet. Wij kenden elkaar nog niet eens. Joost moest nog verhuizen naar Eindhoven. Ik weet niet of ik nog op Uilenstede woonde of al op de Bonairestraat. Ik was nog geen zeiler.

Ik kom erop omdat ik gisteren de site van de KNRM bezocht. Daar las ik dat 40 jaar geleden op Hemelvaartsdag een storm over Nederland trok. Op zich niet iets vreemds, maar wel dat deze ook voor het KNMI opeens ontstond. Ik had gisteren als veiligheidsmaatregel kunnen noemen: het weerbericht in de gaten houden. Maar deze storm was dus niet verwacht. Met een matige zuidenwind was er geen reden het water niet op te gaan. Deze storm heeft aan 10 watersporters het leven gekost, het meest op het IJsselmeer. Het was daarmee de dodelijkste watersportdag ooit. Maar wij hebben er (echt) geen actieve herinnering aan.

Jullie zullen wel denken, lekker bezig die Ellen. Gaat ze zo door?

Nee, hoor. Ik ga verder met vandaag. (Overigens de eerste dag van onze vakantie tot en met Pinksteren.) Deze dag is zonder storm of rampen verlopen. Er was meer wind dan verwacht, helaas nogal vlagerig uit noord tot oost. En behoorlijk koud. Kan daar nu eens een eind aan komen? Het was wel droog en langzamerhand verscheen de zon steeds meer. We vertrokken om een uurtje of elf na de buren van de Fearless Friends gesproken te hebben. Aardige man met zijn twee zonen (nemen wij aan) die gelijk met ons de boot kocht, maar nog niet naar de Wadden durven. Ze zijn dus wat angstiger dan de naam van hun boot doet vermoeden. Maar liever voorzichtige mensen dan te overmoedig. Nu hebben zij een kieljacht en de oplettende lezers begrijpen na het verslag van gisteren waarom de Wadden voor hen iets lastiger is.

Op het kaartje is te zien dat we een zwabberkoers gevaren hebben. Dit ligt niet aan de schipper (moest ik van hem vermelden) maar aan de veranderlijke en variabele wind.

We hebben er dan ook wat langer over gedaan dan over het algemeen richting Enkhuizen. De sluis konden we zo invaren. Blijkt er eigenlijk geen plek meer voor ons te zijn. Dan maar langszij een andere boot. Dat gaat ook weer zonder problemen. Het wordt wat saai. Vandaar dat je over andermans rampen gaat schrijven.

De buitenhaven van Enkhuizen ligt al aardig vol. Fijn dat de havenmeester je een plekje wijst. We komen als 3e boot langszij een grote Noordkaper. Maar daarna komen er nog 2 naast ons zodat we met een stapelrij van wel 5 boten liggen. Gelukkig is er geen storm voorspeld en liggen we aan de hoge kant met beschutting van de Dromedaris. Hoewel, geen storm voorspeld? Ik weet nu dat je daar je hand niet voor in het vuur kan steken.

Naast koken en uitrusten doen we vanwege de kou maar een heel klein ommetje. Hoe koud? Zo koud.

Veiligheid (17 mei 2023)

Afgelopen weekend waarop wij genoten hebben van het zeilen en het helemaal geen heftig weer was is er helaas toch niet ver van ons een zeiler om het leven gekomen doordat hij met een klap van de giek van boord werd geslagen en niet meer boven kwam. Een drama natuurlijk. Twee dagen later is het levenloze lichaam van de man gevonden.

Wat moet hier misgegaan zijn? We willen niet betweterig overkomen maar willen toch wat meer vertellen over veiligheidsmaatregelen. Ook om het thuisfront gerust te stellen. Niet alles is te voorkomen, maar veel leed wel.

We hebben in Nederland en ook in de ons omringende landen een zeer goed alarmerings- en reddingssysteem. Maak daar dan ook gebruik van zou je zeggen! Maar Nederland is zo liberaal. We verplichten elkaar niet zo graag iets.

Het reddingsvest
Het eenvoudigste reddingsmiddel is het reddingsvest. Raak je door de klap van een giek bewusteloos te water dan blijf je in ieder geval drijven. Dit ongeluk gebeurde dicht bij Enkhuizen. Op zo’n mooie zaterdag varen daar heel veel boten die de man uit het water hadden kunnen pikken. Maar wij verbazen ons erover hoe weinig met mooi weer het reddingsvest gedragen wordt. Alsof het dan niet nodig is. Tegenwoordig met de moderne reddingsvesten heb je alle bewegingsvrijheid waardoor het dragen ervan niet vervelend is. In Frankrijk kom je een sluis niet binnen als de bemanning geen reddingsvest draagt. Dat geldt niet in Nederlandse sluizen. In Nederland stellen we niet graag regels waar op gehandhaafd moet worden.

Plaatsbepaling drenkeling (PLB)
Zoals je eerder in ons blog hebt kunnen lezen hebben we in onze reddingsvesten nu ook PLB (Personal located beacon) aangebracht die alarmeert naar de marifoon op je eigen bootje eigen boot. Er wordt ook via AIS een locatie meegezonden voor alle dichtsbijzijnde boten Dit helpt nog beter om de drenkeling terug te vinden, helemaal op zee. Deze winter was op tv een serie over de KNRM (Koninklijke Nederlandse Reddingsmaatschappij). Daarin kon je zien hoe de vrijwilligers alles op alles zetten om mensen zo snel mogelijk te redden. Wij leerden daar nog van dat de snelheid van redden belangrijk is om te overleven. Onderkoeling is het grootste gevaar! Vandaar onze aanschaf van de PLB’s en ook aluminium warmtedekens.

Marifoon
Een belangrijk communicatiemiddel is natuurlijk de marifoon. Het telefoon verkeer tussen boten die bij elkaar in de buurt varen en andere stations zoals een sluiswachter of de kustwacht via radiofrequenties. In het geval van de drenkeling bij Enkhuizen zou een andere boot die hulpgeschreeuw hoorde een noodbericht verstuurd hebben. ‘Mayday, mayday, mayday’ is de noodoproep als je boot dreigt te zinken of wanneer er een man over boord is. De locatie van de boot wordt meegezonden en ook de bijbehorende code. Een marifoon draagt meestal tot ongeveer het einde van de horizon. Wij luisteren altijd uit, wat ook de plicht is als je een marifoon aan boord hebt.

Noodbaken (Epirb)
Dit is een noodsignaal dat via satellieten naar een kuststation gaat. Dit apparaat heb je voor het grijpen in je boot. Het is in de plaats gekomen van het ouderwetse vuurwerk, hoewel sommigen van mening zijn dat je ze bij verschillende omstandigheden kan/moet gebruiken. Mocht je boot zinken, en je dus geen communicatiemiddel meer hebt kan je met een Epirb een noodsignaal met plaatsbepaling uitzenden. Altijd fijn als ze weten waar ze moeten zoeken! Wij willen geen vuurwerk aan boord. Het noodvuurwerk is serieus vuurwerk waar je ook met beleid mee om moet gaan. Vuurwerk moet je ook iedere 3.5 jaar vervangen en moet weer op een deugdelijke manier afgevoerd worden. De batterij in onze Epirb doet het 10 jaar!

Reddingsvlot
Ik vertelde al dat onderkoeling een groot gevaar is. Mocht je boot driegen te zinken of is er brand aan boord dan moet je het schip verlaten liefst in een reddingsvlot. Nu zijn reddingsvlotten grote zware dingen. Zo’n 25 tot 30 kilo. Die bevestig je dan midden op je dek of achter op het hek. Maar die 30 kilo tillen we niet zomaar. Krijg je die nog wel het water in als het nodig is? Dit zijn vlotten die gemaakt zijn om 24 uur te overleven op zee. Wij vonden een lichtgewicht reddingsvlot (10 kg) die bedoeld is voor de kustwateren, om max zo’n 4 uur op te kunnen verblijven. Nou, langer lijkt me ook niet echt gezellig. En met een goed noodbaken hoeft dat ook niet. Deze past prima in onze bakskist en we kunnen hem allebei over de reling tillen. Wel eerst het touwtje aan de boot vastmaken. Ik las een verhaal van een kapseizend zeilschip. De zeilers hadden blijkbaar het reddingsvlot niet goed vastgemaakt. Die zagen hun reddingsvlot het ruime sop kiezen voor ze erin konden stappen. De zeilers zijn gelukkig wel gered.

Zeekaarten
Het hoort natuurlijk niet strikt onder de reddingsmiddelen. Maar er blijken nogal wat mensen zonder zeekaarten de zee op te gaan. Die hebben dan blijkbaar ook geen idee dat er voor onze kust zoveel zandbanken liggen en stranden daar nogal eens.

Veilige boot
Dan nog even over de veiligheid van onze boot zelf. We hebben een soort langkieler. Dat is de rompvorm. Daaronder zit een zwaard die je in en uit kan klappen. De stabiliteit van de boot wordt gehaald uit de rompvorm. Bij een kieljacht zit eronder de boot een diepe kiel die voor de stabiliteit zorgt. Deze kan bij aan de grond lopen afbreken. Stranden is nooit verstandig maar we hoeven daar minder bang voor te zijn dan een kieljacht. Als daar de kiel afbreekt kapseist het schip. Daar hoeven wij niet bang voor te zijn. Moderne zeiljachten zijn vrij open van achteren. Wij hebben een kuip met aan de achterkant een hekwerk. Je valt niet zomaar uit de kuip. Verder helpt het als je essentiële onderdelen goed onderhoudt. Dat is niet als bij een auto. Veel schippers doen het jaarlijkse onderhoud zelf. Wij laten er gewoon een vakman naar kijken net als bij onze auto. We hebben een boot waarbij je de zeilen kan hijsen vanuit de kuip. De giek loopt niet tot boven de kuip. Het valt niet mee om een klap van de giek te krijgen. Joost hoeft alleen op het dek te staan om de zeilbanden los te maken voor het hijsen en wanneer de zeilen gestreken zijn om de zeilbanden weer vast te zetten. Maar dan draait de motor nog of alweer en kan je snel naar een over boord geslagen persoon varen. We kunnen ook nog banden over het dek spannen waar je je aan vast kan maken als je bij wat meer golven of heftiger weer naar voren moet. Mocht je dan vallen dan blijf je aan de boot hangen.

We leven in de 21e eeuw. De tijd van ‘Op hoop van zegen’ waarbij vele schepen stranden en zonken, ligt al ver achter ons. Velen verdronken terwijl ze gewoon de kost probeerden te verdienen. Nu zeilen we in onze vrije tijd voor ons plezier. Staan er vele vrijwilligers klaar om ons indien nodig te redden. Laten we dan ook ons best doen om onszelf en de ander niet nodeloos in gevaar te brengen. En: steun de KNRM!