Over Ellen

Reisleider, dol op reisgidsen en het puzzelen op reisdoelen. Groot genieter, ook van voorpret. Voorkeur (ook buiten Duitsland) voor Duitstalige reisgidsen wat vaak de taalverwarring vergroot.

Superzeilweekend met gasten (16, 17 en 18 juli 2021)

Geen genoeg van zeilen. Er staat zeer goed weer op het menu en we hebben nog veel mensen die wel een keer mee willen zeilen. Maar eerst gaan Joost en ik vrijdagavond in Monnickendam uit eten om ons 34 jaar (+1 dag) samen zijn te vieren. Dat doen we op het terras van de Waegh. En daarna lopen we rustig naar de boot om niet te laat onder zeil te gaan want onze gasten Astrid en Hendrik Jan zullen morgen om 10 uur arriveren.

De gastank bleek gisteravond leeg. Op het goede moment zodat we deze in de ochtend bij het havenkantoor kunnen omruilen voor een volle. Ik loop daarna nog even Monnickendam in voor brood en ik hoopte fruit. Het is een zomermarkt en niet alle kraampjes zijn er. Geen fruit deze keer. En de bakker meldt dat ze over een week er 3 weken niet zijn. Het is jammer dat er in het centrum geen kleine levensmiddelenwinkel (meer) is.

Astrid en Hendrik Jan arriveren mooi op tijd. Nadat de klim de boot op gelukt is en de boot bewonderd is het tijd voor koffie met glutenvrije gemberkoek die Astrid zelf gebakken heeft. Echt heel lekker!

Astrid gaat alleen mee met het zeilen. Zij heeft vroeger met vrienden meerdere keren naar Engeland gezeild. Ze is dus wel wat gewend. Maar wij mogen onze kunsten vertonen. Het wegvaren gaat dus niet goed, we moeten uit onze box met tegenwind. Dat heet eigenlijk lager wal. En dan werken je lijnen niet zoals je wil. Joost heeft mij altijd geleerd dat je zonder vaart niet kan sturen en dat geldt ook nu. Zonder vaart sturen de lijnen je ook niet de goede kant op. Kortom we moeten soms durven meer gas te geven.

Er staat alweer (groot deel van dit jaar) een Noorden wind en dus kruisen we de Gouwzee over naar Volendam. We hebben niet een speciaal doel want we willen weer rond 6 uur terug in Monnickendam zijn. We zetten koers richting het Paard van Marken.

Er staat een vreemde golfslag niet heel aangenaam, maar we kunnen er allemaal tegen. Voorbij het Paard varen we een eind richting de dam van Marken naar het vaste land. Vast inspecteren of je daar kan ankeren voor de plannen van morgen. Verbaasd zijn we als we vlak voor een vluchthaven daar zien dat iemand zijn zeilboot wel heel vreemd geparkeerd heeft.

Ondertussen zijn we best dicht bij Almere. Het blijft apart dat afstanden over het water heel anders zijn dan over de weg. Terug met een makkelijker koers maak ik brood klaar. We moeten nu lange slagen kruisen. Heerlijk om te zeilen en ook wat bij te kletsen. Door Corona hebben we elkaar te weinig gezien dit jaar.

We hebben het goed getimed als we om 6 uur in de haven aanleggen. Dan komen ook onze volgende gasten net aanlopen, onze eigen kinderen. Lukas heeft nog geen een keer meegezeild op de boot. We hebben ze kunnen verleiden met het mooie weer en de belofte dat we vast kunnen ankeren en zwemmen. Hendrik Jan voegt zich ook weer bij ons en even later zitten we gezellig in de kuip met z’n zessen te borrelen.

We zwaaien Astrid en Hendrik Jan uit en dan ga ik koken. Mirjam helpt met de groente snijden en Lukas zien we opeens een boek lezen. De maaltijd in de kuip met ons viertjes doet denken aan heel wat zeilvakanties. Hierna moeten we natuurlijk spelletjes doen, eerst Azul in de kuip totdat het te fris wordt en we binnen gaan kaarten. Het is al 1 uur als we ons naar bed begeven.

Weer een stralende dag met net wat minder wind. Een ontbijtje met z’n drieën want Lukas vindt het moeilijk z’n bed uit te komen. Er is niets nieuws onder de zon. Maar als we vertrekken is hij wel zover om mee te helpen. Zelfs om ook even het roer in handen te nemen.

We varen dezelfde route als gisteren. We willen gaan ankeren achter De dijk naar Marken beschut tegen de noorder wind. Er liggen daar meer boten voor anker. Inde Hollandse bodem is het ankeren niet ingewikkeld. Het anker houdt meteen. En dan willen we natuurlijk het water in. De senioren onder ons gebruiken daarvoor de mooie zwemtrap, de jongelui plonsen gewoon het water in.

Na het zwemmen is het heerlijk op ons zonnedek!

Ankerend kunnen we daarna rustig lunchen. Terug gaat het harder waaien en gaan we flink schuin. Dat is ook voor Lukas en Mirjam best spectaculair en een bewijs dat we niet een oude van dagen boot hebben gekocht.

Als we in de haven aanleggen vervliegt onze wens om zelf te koken en kunnen we nog net een plaatsje krijgen op het terras van de Bierderij voor een eenvoudige maaltijd. We krijgen er een bierdouche bij die niet helemaal de bedoeling was. Wanneer Joost en ik de boot verder weer opruimen rijden Lukas en Mirjam bast naar huis voor een echte douche zodat die ook vrij is als wij thuiskomen.

Op z’n Grieks (9 juli 2021)

Het was een rustige nacht op het anker. En ’s ochtends scheen het zonnetje alweer lekker. Dat zijn de fijnste ankermomenten. Wakker worden met warm weer en denken: zal ik dan maar meteen gaan zwemmen? Dat ‘meteen’ viel mee, ik moest toch eerst goed wakker worden en ook Joost moet wakker zijn om mij natuurlijk in de gaten te houden. Hij vond, toen hij eenmaal wakker was, de rol van badmeester ook prima. Zwemmen moest hij zelf helemaal niet aan denken. Maar ik vond het weer heerlijk, een tig aantal rondjes om de boot zwemmen voor het ontbijt en daarna dus lekker ontbijten.

Heel Grieks eigenlijk. En toen Joost ook nog in zijn blote bast aan het ontbijt verscheen was het Griekse plaatje compleet. Waarom zou je het vliegtuig nog nemen?

Voor ons vertrek moest m’n boek nog uit dus ook nog even koffie gezet en daarbij gedronken.

Ons plan is weer terug onder de Ketelbrug door en dan richting Lelystad. Het deel tot de brug is pal tegen de wind en gaan we motoren. We moeten weer onder de hoogspanningsmasten door net zoals gisteren. Gelukkig staat er op de kaart dat ze op 30 meter hoogte liggen. Als je eronderdoor vaart ben je bang dat je ze gaat raken. Maar we moeten echt nog 14 meter over hebben.

Onder de brug door gaan we daarna de zeilen hijssen. Het is de vraag of het bezeild is, de wind is noord-west 1-3. In het begin gaan we maar 1 knoop. Dan zouden we er nog 7 uur over doen, maar gelukkig hebben we even afgewacht want de wind trekt toch wat aan waardoor we 2.5 knoop varen. Joost vraagt me het roer over te nemen omdat hij even naar de wc moet. Ik mag vooral niet afvallen (met ruimere wind gaan varen) want dan zouden we de bocht niet halen, zegt hij nog. Hij is nog maar net naar beneden en de wind trekt enorm aan. Opeens vaar ik ruim 6 knopen en loeft (steeds meer aan de wind varen) de boot alleen maar op. Maar ja, ik mocht niet afvallen. Toch maar wel gedaan anders zou ik bij een binnenvaartschipper binnen gekomen zijn. Joost had het moeilijk op de wc (doordat we opeens zo schuin gingen) en komt verbaasd naar buiten. ‘Sorry Joost, ik ben even echt gaan zeilen!’.

Rond 5 uur komen we bij de Houtribsluizen bij Lelystad. We strijken de zeilen en mogen al snel de sluis invaren. We zijn de enige tot onze verbazing. Het is een bijzondere sluis, want in de sluis ligt erboven nog de snelweg Lelystad-Enkhuizen met een brug die ook open moet als we uit de sluis willen varen. Dus toch nog even wachten.

Daarna varen we zo de Bataviahaven in waar het heel rustig is en we rustig een goede plek kunnen uitzoeken. Geen boxen, maar langszij een kade is ook prima.

Onze laatste vakantieavond gaan we lekker uit eten en wat leuk dat we juist vandaag een Grieks restaurant treffen.

Skuumkoppe (7 juli 2021)

Ik weet niet of het door de harde wind kwam, maar ik heb niet eerder zo slecht geslapen op de Aquamarijn. Deze ochtend waait het ook best nog pittig. Maar de voorspelde windkracht 4-5 moeten we kunnen hebben. Er zijn ook al wat boten vertrokken. Maar ik loop eerst naar de bakker. Op de steiger doet iemand pontificaal haar Yoga oefeningen. Op haar kop staand zegt ze me goedemorgen. Ieder moet doen waar hij zich prettig bij voelt denk ik dan. Bij mij is dat naar de bakker lopen. We ontbijten daarna buiten in het zonnetje. Daarna, de boot klaarmaken voor vertrek. De buren wachten liever voordat wij vertrokken zijn.

Een box uitvaren met harde wind lukt ons nu wel. Als we maar iets achter onze boot hebben waar we lijnen aan kunnen zetten. We gebruiken weer de langste lijnen. De buren, die best wel angstig lijken dat wij hun boot gaan raken, staan klaar met hun fenders om hun boot te beschermen. Maar wij sturen onze boot langzaam op de lijnen de box uit en komen helemaal niet schreef te liggen. We krijgen een applausje van ze bij wegvaren. ‘Dat hebben jullie vast vaker gedaan’, zeggen ze dan. Maar niet verteld hoe we vaak zitten te modderen als we niet in een box liggen.

Op het IJsselmeer staan aardige golven en er staan schuimkoppen op. Dan weet je dat de windkracht in ieder geval 4 is. Hij komt uit zuidwest. We hebben geen tijd meer om het wad op te gaan, want onze vakantie loopt ten einde. En dan zit je in het noordoosten van het IJsselmeer niet zo goed met zuidwesten wind. Maar we hebben een doel verzonnen, Urk, in het zuidoosten, waarbij je helaas wel het uitstekende Stavoren moet ronden. We zijn voorbereid op flink kruisen en als het doel te ver blijkt zijn er genoeg opties om eerder aan land te gaan.

In het begin is het zeilen best pittig door de beruchte IJsselmeer golven. Maar onze boot doet het prima en wij kunnen er ook tegen. Het is vooral lastig als je binnen drinken wil halen of boterhammen wil smeren. Het doet me denken aan een tv programma waar mensen opdrachten moesten uitvoeren waarbij de vloer steeds meer onder helling komt te staan. Dan weet je pas hoe hard de zwaartekracht aan je trekt.

Rondom zien we gebieden met buien, met bewolking en met zon. Eerst hebben we vooral bewolking. De buien gaan gelukkig voor ons langs.

We hoeven slechts een paar keer over stag en kunnen dan al lange slagen maken. Ik had gelezen dat je bij zuidwester wind uit de buurt van Stavoren moet blijven (vanwege de enorme klotsbak wat het daar is) en dat doen we dus ook.

In de loop van de dag neemt de wind langzaam af, staan er minder golven en dus ook geen schuimkoppen meer en laat de zon zich steeds meer zien. Dan kunnen we om de beurt even een dutje doen in het zonnetje.

Als we rond 6 uur Urk binnenvaren (34 mijl gevaren, 7 uur onderweg) zijn we best wel moe en valt het gedoe om een plek te vinden niet mee. Het blijkt erg druk in de haven, heel wat anders dan vorig jaar en de havenmeester reageert niet op onze oproep via de marifoon. Dan zelf maar ergens gaan liggen. Blijkt een box met een rood teken. Daar mogen we dus niet liggen. Dan blijkt de havenmeester wel aan het werk, hij stuurt een veel te klein bootje in een grote box weg en wij kunnen daar dan gaan liggen.

Voldaan pakken we een biertje uit onze koelkast. Ik ben blij met de Skuumkoppe die we in blik konden krijgen. Een van de lekkerste biertjes, en de best bedachte naam voor een biertje vind ik. Als zeiler moet je wel van Skuumkoppe houden.

Even uitrusten en dan hebben we ook wel weer fut om te koken.

We weten niet waarom het hier zo druk is. We dachten dat niemand meer naar Urk zou durven vanwege de lage vaccinatiegraad hier. Het zorgt er wel voor dat wij alles zo veel mogelijk contactloos doen. Dus niet naar een restaurant. En wat fijn dat de haven via internet te betalen is.

Na het eten bij het ommetje zien we de boot van Lennard Nijgh liggen die hij ooit van een Urker Visser had gekocht en waarop hij leefde. Nu hij niet meer leeft ligt de boot hier nu blijkbaar als museumstuk.

‘The sun has gone to bed and so must I’

Zal wel wel lukken na zo’n dag.

Een nacht op het wad (3 juli 2021)

Nog een warme dag was voorspeld, met wind uit het Oosten in de loop van de dag afnemend. Als je dan op Texel zit kan je niet zoveel kanten op. Maar de afnemende tot weinig wind de komende nacht deed ons het plan maken om richting Den Oever te zeilen en daarvoor in het Amsteldiep bij het Balgzand te gaan ankeren en misschien wel ankerend te overnachten. Het is eigenlijk een zandplaat voor het oude eiland Wieringen tussen Den Helder en Den Oever in.

We maken geen haast want het is geen verre tocht. Dus ontbijten we nog lekker in het zonnetje en neem ik tijd voor een douche en brood halen. De boot naast ons vertrekt al. Dat geeft ons meer ruimte. Helaas is de Westenwind waarmee we hier aan kwamen veranderd in een Oostenwind zodat we als het ware aan lager wal liggen. Een aardige buurman wil ons komen helpen, maar het wegvaren gaat prima. Helaas lukt het Joost niet onze spiegel op tijd door de wind te krijgen en worden we dwars tegen een andere boot geduwd. Gelukkig zitten onze fenders ertussen en de buurman helpt nog even mee, en dan komen we toch weer los. Dit was nu zo’n aardige buurman. Zegt nog even: blijft lastig hè met die wind, vinden wij ook. En we worden vriendelijk uitgezwaaid.

Het is een stukje varen langs een verenigingshaven en de vissershaven van Oudeschild voor je de zee opvaart. We willen net naar buiten varen als Joost een grote vissersboot om het hoekje binnen ziet varen. Hij draait razendsnel de boot om terug de haven in. We hadden de havendienst eigenlijk uit moeten luisteren om dit te voorkomen. We weten niet of de vrouw van de havendienst voor ons haar uitkijkpost uit kwam en met handen in haar zij stond te kijken. We voelden ons wel een beetje schuldig.

We hebben eerst de vloedstroom tegen en halve wind, als we de stroom mee krijgen moeten we toch weer gaan kruisen. We worden er wel bedreven in. We bereiken de ingang van de smalle betonde geul van het Amsteldiep. Daarvoor gaan we de zeilen strijken en op de motor varen we daar naar binnen.

Het blijft altijd wat vreemd als je op de kaart geulen ziet als een soort van straten, maar die in werkelijkheid niet kan zien. Tegenwoordig is het wel makkelijk met de navigatie via gps. We zien op de kaart gewoon waar we varen en dat is netjes in de geul. Maar ook gele boeien wijzen hier ons de weg.

Op de plek waar we willen ankeren ligt al een catamaran voor anker. Maar er is genoeg plek en wij laten ons anker zakken en liggen al snel stil.

Het is nog heerlijk warm, maar helaas is het overwegend bewolkt met soms een doorbrekend zonnetje.

We lunchen door dit alles wel pas om 4 uur. Maar verder prima weer om een middagje buiten een boek te lezen en langzaam af te wachten tot het water zakt. Je krijgt een ark van Noach gevoel. Hoewel… we zien in de verte heel duidelijk Den Helder liggen en ook torentjes van kerken op Wieringen.

Rond 22 uur zou het laagste punt bereikt zijn, maar vanaf 20.30 vallen hele stukken droog. Je hoort het vooral aan het toenemen van de vogelgeluiden. Joost kookt ondertussen snel nasi en tijdens het eten zitten we eerste rang voor de voorstelling ‘Vogels op het wad’.

In de hoofdrol lepelaars die net zo gulzig eten als wij. Helaas alleen door de verrekijker goed te zien en niet zo duidelijk op de foto. Een zeehond ligt een eind verderop helemaal in zijn eentje.

Regenbuien zorgen dat we verder toch binnen gaan zitten, maar vanuit onze raampjes kunnen we ook nog wel wat zien. Gelukkig bleven voorspelde onweersbuien uit.

Helaas door de wolken geen mooie zonsondergang op het wad. Wie weet is er morgen een mooie zonsopkomst. Maar of we dan al wakker zijn is de vraag. Slapen op een boot die geankerd ligt vind ik heerlijk, je wordt vanzelf in slaap gewiegd.

Trusten.

Overstag gaan (1 juli 2021)

Gisteren hebben we het plan opgevat om vandaag weer te gaan zeilen. We hadden gisteren maar een kort stukje gezeild en daardoor ook zin gekregen in weer een langere tocht. Met wind uit het NNW zouden we prima over het wad naar Texel kunnen zeilen. Je moet daarvoor wel een wantij over. Een ondiepte op het wad waar de vloedstromen elkaar tegen komen. Het beste passeer je deze met hoog water. We hebben uitgerekend dat we een uur voor hoog water er ook nog prima over kunnen en anders kunnen we ons zwaard nog ophalen zodat we maar 1 meter diep steken. Nadat ik broodjes bij de havenwinkel heb gehaald kunnen we vertrekken. Het wegvaren was weer een hele klus, terwijl het niet hard waaide. Het was best goed gegaan als niet allerlei booteigenaren zich ermee gaan bemoeien en aan onze lijnen gaan trekken.

We vertrekken om 10 uur bij opkomend water zodat we de vloedstroom mee hebben naar het wantij. We hijsen pas de zeilen als we de vloedstroom en de tegenwind richting Vlieland hebben gehad. Met de stroom mee varen we de Vliestroom op om de Richel heen. Ik vraag me steeds af waar dat huisje voor dient op de Richel. Er staat nu in de kaart dat het er is tot nov 2021.

We zien op het wad steeds meer het zonnetje tevoorschijn komen.

We halen soms de 8 knopen stroom en wind mee. Daardoor zijn we al 2 uur voor hoog water bij het wantij. Maar ook dat moeten we kunnen halen. We halen niet het zwaard op tot mijn teleurstelling. Waarvoor hebben we dan deze boot als het zo makkelijk gaat. Aan de andere kant van het wantij hebben we nu helaas nog 2 uur stroom tegen. De Aquamarijn komt tegenliggers tegen met de naam Aquarel en Aquarus. De derde boot geeft ons geen voorrang terwijl we die volgens de regels (varend rechts in de vaargeul en het zeil over bakboord) wel moeten hebben. De schipper van die boot bleek niet in de gaten te hebben dat hij fout zat, ging ons nog de les lezen.

We varen niet meer erg snel met de tegenstroom. Dat komt wel na de kentering, dachten we. Helaas werd het nog slechter. De golven hielden ons tegen. De wind bleek helaas meer naar West doorgedraaid te zijn en dan heb je stroom tegen wind en dat maakt vervelende golven. En omdat ons doel Texel ook nog naar het westen ligt moeten we gaan kruisen. Een doel tegen de wind in moet je als het even kan vermijden schreef Joost laatst nog! Ach ja, dat hoort bij zeilen. En zo gaan we de laatste uurtjes van onze tocht steeds overstag. Veel boten halen ons in en daar heeft Joost dan de pest in. Wat doen we niet goed dat we nu geen vaart hebben? Tja, waarschijnlijk toch omdat die boten nog wat scherper kunnen varen.

Het laatste uurtje wordt het kouder. Rond zes uur leggen we aan in de haven van Oudeschild waar heel veel plek is. Er zitten wel heel veel mensen nog lekker in het zonnetje op hun boot. Het is er meteen lekker warm, zodat we in het zonnetje een biertje drinken. De foto met de zelfontspanner daarvan is helaas mislukt en ook van Joost zijn gitaarspel daarbij. Ik ga lekker koken en we kunnen nog buiten eten. Dan is bijna iedereen naar binnen of vertrokken van zijn boot want we horen alleen nog maar de vogelgeluiden.