Over Ellen

Reisleider, dol op reisgidsen en het puzzelen op reisdoelen. Groot genieter, ook van voorpret. Voorkeur (ook buiten Duitsland) voor Duitstalige reisgidsen wat vaak de taalverwarring vergroot.

Terug naar de kust

20 augustus 2019, Lus – Kungshamn, 71 km

We deden rustig aan deze ochtend. Een heerlijk gevoel om nog maar 150 km van Göteborg af te zitten. We hebben 3 dagen om nog de Scherenkust van Zweden te ontdekken. Donderdagavond worden we op de Stena Germanica verwacht die ons naar Kiel zal varen.

We hadden toch wel een beetje rare campingplaats gevonden. Vroeger zou je dit bermtoerisme noemen. Onze buren waren al vertrokken toen we alle gordijnen openden. Het was best nog koud deze ochtend en dat nodigde toch niet uit voor een duik in zee bij het strandje vlakbij (hoewel ik daar gisteren over fantaseerde). Mijn zwemprestaties deze vakantie zijn zeer matig, slechts op 1 hand te tellen, sterker nog het was maar 1 keer.

We willen vandaag het havenplaatsje Fjalbacka bezoeken. Daarvoor rijden we de toeristische roete aangeduid met een Margriet. Net is slechts 30 minuten rijden. Het zonnetje gaat steeds meer schijnen en je hebt echt het gevoel vlak bij de kust te zijn, zoals je dat op de Waddeneilanden ook hebt. Wat is dat toch? We parkeren onze camper netjes buiten het pitoreske plaatsje op een parkeerplaats voor campers en andere grote voertuigen. De groote van de oarkeerplaats doet vermoeden dat het hier heel erg druk kan zijn. We hebben overigens al opgezocht hoe het hier met de vakanties zit. Iedereen is weer naar school sinds deze week. Ze hebben dan vakantie gehad vanaf 10 juni! En toch zijn ze hier niet dom, denk ik dan.

Na een kleine wandeling komen we bij de haven van Fjalbacka aan. Het is er niet druk maar net gezellig genoeg door nog wat toeristen. Het is echt een havenplaats en hier ruik je echt de zee in tegenstelling tot al die andere plekken aan Zee waar we geweest zijn. We nemen koffie op een terras dat doet denken aan het theehuis in Grouw. Gezellig en uitzicht op alle zeilboten. Hier wordt in ieder geval wel gevaren en gezeild, hoewel hier dus ook echt naseizoen is. Het is nu net alsof ik overal waar we geweest zijn niets vond, dat is zeker niet zo, maar hier gaat ons zeilershart weer kloppen en dromen we vast van een zeilreis volgend jaar.

Bij het toeristenburo hebben we een kaartje van dit plaatsje gehaald. We gaan een wandeling naar boven maken. Midden in het centrum bij de haven is namelijk een rotswand van zo’n 75 meter hoog. In de haven begint dus de klimtocht naar boven via eerst een trap, vervolgens is er een echte kloof waar we doorheen moeten waar een paar rotsblokken boven je hoofd hangen.

Daarna weer doorklimmen en dan kom je op een rotsplateau met een magnifiek uitzicht. We treffen het enorm met het weer. De wandeling gaat een hele tijd over dit plateau en het is heerlijk wandelen hier. Ik voel me hier safe genoeg om zonder m’n hikestokken te lopen. Het voelt zo goed om dit weer te kunnen doen, dat zie je wel aan de foto. Wat de plek ook nog zo mooi maakt nu is dat de hei er bloeit.

De wandeling gaat verder weer naar beneden en via de kustlijn lopen we weer de haven in waar het tijd is om op het gezellige terras een lunch te nemen. Daarna kunnen we via een andere weg, eerst weer langs de kust teruglopen naar onze camper. We hebben hier heel wat mooie huizen gezien en alles zit goed in de verf. Ook Zweden is blijkbaar een rijk land.

Nu op naar een goede camping met voorzieningen. En dan niet zo een waar we gisteren kwamen die uitgestorven leek. Ondertussen langs de winkel voor de laatste boodschappen denken we. De camping die we uitgekozen hebben blijkt prima, een echte camping zoals we nauwelijks op hebben gestaan. Groot grasveld waar iedereen op staat, onder een rotsblok, want die liggen hier overal! Leuk speelterrein voor de kinderen (jammer kinderen), een strandje (brrr) en een stukje zee. Dat laatste klinkt raar, maar de camping ligt om een kleine inham van de zee.

De wind is de hele dag flink aanwezig en ook nu we lekker in de zon voor de camper een boek zitten te lezen niet heel aangenaam. Maar met een dikker vest is het toch heerlijk om zo nog te zitten lezen. Wanneer Joost het eten klaar heeft is het echt te koud geworden en gaan we binnen eten, maar het is dan inmiddels ook al 8 uur.

Het blog nog even schrijven en dan mag ik weer lekker verder in mijn boek van Stieg Larsson, Mannen die vrouwen haten (1e van de Millennium trilogie). Ja ik loop bijna 20 jaar achter maar lees het nu wel in een toepasselijk decor!

Gletsjerkou en camperwarmte

18augustus 2019, Bergen – Garen, 169 km

Wakker worden door tram 1. Thuis lukt dat niet, maar hier is de tram wel heel dichtbij. We ontbijten weer binnen in de camper, het is meestal nog te fris om dat buiten te doen. Daarom maakt het ook niet zoveel uit dat we op een ongezellige parkeerplaats staan. We rijden al rond half 10 weg en onze plaats wordt meteen weer door een nieuwe camper ingenomen. In het begin hebben we nog wel eens een bui, maar het lijkt steeds meer op te klaren. We rijden vandaag langs de noordoever van de Hardangerfjord richting het nationale park Hardangervidda. Voor we bij de Hardangerford aankomen hebben we al weer een heleboel tunnels gehad. De weg is weer een toeristische route. Het is behoorlijk druk op de weg, mogelijk ook Noren die op zondag een uitstapje maken. We passeren meerdere watervallen. Bij een stoppen we voor een foto en om lekker zelf koffie te zetten.

Verder rijdend hebben we prachtige uitzichten op de Hardangerfjord en ook op een gletsjer, de Folgefonna. Indrukwekkend dat je hier de gletsjers vanaf zeeniveau kan zien. Deze gletsjer ligt op 1600 meter. Niet gek dat als we even wat hoger komen het snel weer koud hebben.

Aan het einde van deze fjord splist deze zich in twee vertakkingen. Aan het einde van de ene vertakking gaan we een tunnel in, we komen bij een tunnelrotonde, we gaan rechtsaf en vanuit die tunnel komen we direct op een brug over de 2e vertakking van het fjord en duiken meteen weer een tunnel in. De weg klimt nu omhoog, we gaan de bergen weer in, we gaan een tunnel in met in de tunnel meerdere keerlussen om op een kort oppervlak hoogte te winnen. We blijven ons verbazen over de bouwkunst van de Noren. Is dat wel wereldwijd bekend?

We komen nu al gauw bij de camping die ik uit had gezocht omdat je vandaaruit wandelingen kon maken in het Nationale park Hardangervidda. In feite zitten we hier net niet in het park, er lopen geen autowegen door het park. Het is een hoogvlakte (wij zitten nog in een dal), de grootste van Noord Europa. De camping is vrij rustig, er staan wel wat kleine tentjes en verder zijn er veel vreemde vaste plaatsen: een huisje met daar tegenaan een caraven. Alsof het huisje de voortent van de caravan is. Geen idee welk voordeel dit heeft, warmte misschien, want het is hier best koud. Wat dat betreft hebben we wel bewondering voor de mensen die hier een klein tentje induiken.

Na van oud brood wentelteefjes gebakken te hebben gaan we op weg voor een wandeling. De campingbaas gaf een tip en we konden een foto van haar kaart maken waar de wandeling op stond, De wandeling zou echter goed aan gegeven staan. De route is eerst vrij gemakkelijk, maar we moeten steeds verder klimmen over drassige paadjes en het begint ook nog te regenen. Toch zien we nog steeds routeaanwijzingen. Toch nog eens naar de foto van het kaartje gekeken en de hoogtelijnen bekeken. We blijken veel te ver doorgeklommen te zijn. We hebben ondertussen wel een blik op de gletsjer de Hardanger Jokulen kunnen werpen. Dan maar weer terugglibberen en de goede weg nemen. Na bijna 3,5 uur zijn we terug op de camping. Een mooie wandeling, maar we zaten echt nog niet op de hoogvlakte.

Nat en koud geworden gaan we douchen en zetten ondertussen de verwarming in de camper maar eens aan. We zijn blij met deze luxe en zijn niet jaloers op de mensen in de tentjes. Brrrr.

Mooie foto’s uitzoeken voor het blog valt vandaag niet mee, de gletschers zijn er niet op te zien. Het was blijkbaar geen fotogeniek weer.

Tunnelvisie

16 augustus 2019, Sjkolden – Flam, 112 km

Wakker worden en kijken hoe het uitzicht is op deze ochtend: mooie laaghangende wolken boven de fjord. Het geluid van de fluitketel wekt Joost zodat ik hem kan feliciteren met z’n 23 jaar ouderschap en hij mij. Bij het ontbijt kan Joost het niet laten om een verjaardagslied te gaan zingen. Ik maak er maar een videootje van en zet deze in de familie-app.

We rijden al op tijd weg via de smalle weg langs het fjord itt de brede weg aan de overkant. We gaan ook door meerdere smalle onverlichte tunnels. We komen na 30 km de waterlijn volgend uit in Ornes waar we de oudste staafkerk (1130) willen bezichten. Staafkerken zijn afgezien van 1 in Zweden en 1 in Engeland alleen te vinden in Noorwegen. Er zijn er nog 28 en deze is dus de oudste en een UNESCO wereld erfgoed. Staafkerken zijn bijzonder vanwege hun constructie, gebouwd van houten pilaren.

Na de camper geparkeerd te hebben moesten we nog 15 minuten naar boven klimmen tussen fruitbomen door. Het was heerlijk zacht weer, de zon kwam steeds meer door en je voelde dat fruitbomen hier goed kunnen gedijen. Natuurlijk moesten we ook voor dit kerkje weer kaartjes kopen, maar we kregen er wel een korte rondleiding bij. Deze staafkerk was de 4e kerk die op deze plaats werd gebouwd. Deze keer hadden ze voor het eerst de palen niet in de grond gestoken maar op een ondergrond van stenen gezet en was daardoor veel langer houdbaar. Binnen vond ik de kerk heel bijzonder, het is toch net of je de middeleeuwen binnen stapt.

Door ons waterprobleem in de camper was het wel fijn dat er tegenover de kerk een gezellig cafetje was voor de koffie. Bij een onbemand straatkraampje kochten we frambozen en toen de camper in om even daar beneden in de rij te gaan staan voor de veerpont naar de andere kant. Hij was net weg en we moesten best een tijd wachten wat buiten op een bankje in de zon nog zo gek niet was. Toen de pont er was bleek dat alle auto’s er achteruit op moesten rijden en de toerit was best smal. Maar goed dat ik zo’n goede chauffeur heb.

We gingen verder op weg naar het plaatsje Flam, waar we een beroemde treinrit willen maken. Om daar te komen reden we wel door 4 tunnels en namen we nog 1 pont. De langste tunnel was bijna 25 km lang en daarmee hadden we door de langste autotunnel ter wereld gereden. In Flam was de camping snel gevonden. Voor een heleboel geld (het is hier nl een topattractie) mochten we onze camper voor een nacht stallen. Het was inmiddels al 3 uur en we wilden vandaag nog met de trein gaan, een ritje van een uur heen en een uur terug. Nadat we de kaartjes hadden gekocht nog even ergens wat gegeten en gedronken en Lukas gebeld om hem te feliciteren met zijn verjaardag.

We stapten wat laat de trein in en die bleek bomvol te zitten en het was er snikheet. We konden nog ergens tegenover elkaar zitten, maar niet meer bij het raampje. Joost begon toch te glimmen toen de trein wegreed. Alleen al het geluid van een wegrijdende trein kan hij erg van genieten.

Deze trein klimt over 20 km 860 meter omhoog door een smal dal watervallen passerend en op het traject zitten wel 20 tunnels. Je ziet soms meerdere tunnelbuizen boven elkaar liggen.

De heenweg was niet aangenaam en we konden niet zoveel zien. Halverwege was er een ‘fotostop’ waarbij je naar buiten mocht om een waterval te bewonderen. Opeens ging er Noorse muziek klinken en stond een Noorse bosnimf naast de waterval te dansen. Het was hilarisch, al die mensen trein uit, foto’s maken, trein weer in en trein weer rijden. En toen hoorden we de muziek nog omdat mensen fimpjes hadden gemaakt en die gingen bekijken.

Op het eindstation van dit traject stapten de meeste mensen gelukkig over op een andere trein en zaten we terug in een hele lege trein. Raampjes open gezet en heerlijk rond kunnen kijken. Nu zagen we ook het fietspad goed langs het spoor lopen. Je kon boven een fiets huren en lekker naar beneden rijden. Joost heeft heel veel foto’s gemaakt. Ik weet niet of we nu waar voor ons geld hadden, ongeveer de helft van de treinreis zaten we in een tunnel! En dat na al die tunnels overdag. Zouden wij nu last van tunnelvisie krijgen?

Utsikt (Noors voor uitzicht)

14 augustus 2019, Hellesylt (Geiranger-Hellesylt) 0 km

Brrrr, dat was een koude nacht. Nachtkleding en een slaapzak waren niet genoeg om de nacht door te komen, dus ’s nachts nog maar wat meer aangetrokken. De wekker ging deze keer want we wilden de boot van 09.30 nemen. Door ons voorraam zagen we dat er al een cruiseschip was gearriveerd. Deze bleef op afstand en er kwamen meerdere bootjes vandaan met heel veel mensen. We zagen ze in massa’s aankomen. Wat moeten die hier eigenlijk gaan doen in dit gat vroegen wij ons af. Maar we zagen al gauw dat ze afgevoerd werden met bussen. Geheel vrijwillig nemen wij toch aan.

Het geplande ontbijtje werd niets omdat de yoghurt bevroren bleek te zijn. Dan alleen wat drinken en op naar de ferry. Op de boot eerst lekker binnen gaan zitten en een koffie en pannekoekje genomen als ontbijt. De boot vertrok toch nog niet.

Toen we eenmaal voeren naar het dek gegaan. We konden nog even zwaaien naar onze camper. Op het dek was het best druk. Wat bleek, die bussen met mensen van het cruiseschip waren vervolgens op onze ferry gereden en hadden daar al die mensen weer uitgespuugd. Terwijl wij enorm van het uitzicht genoten van het fjord aller fjorden (Geiranger fjord) liep een host van het cruiseschip maar te zoeken naar mensen van hun bus en was ze bezig te vertellen dat voordat de boot aankwam ze allemaal aan de rechterkant moesten verzamelen om de bus in te gaan. Er schort iets aan de organisatie dachten we maar waren ook blij dat wij alleen op elkaar hoefden te passen.

Het fjord is zo bijzonder omdat de hellingen erg steil zijn, er nauwelijks wegen langs lopen en er geen mensen meer wonen. Toch was er een boerenfamilie die er tot 1961 zat met wel 100 geiten en heel veel vruchtbomen. Ze moesten dagelijks het water voor de geiten en zichzelf over de berg vervoeren werd er verteld. Dat vraag ik me dan weer af, want er stromen zoveel watervallen van deze bergen, een aftappinkje en je hebt je stromend water toch gewoon?

De boottocht was wel aardig maar niet uitzonderlijk. Terwijl ik van uitzichten hou. Maar misschien kwam het wel omdat we eigenlijk het uitzicht zelf waren, als je begrijpt wat ik bedoel. Grappig was dat ik op de boot nog even naar de wc ging en ik tot mijn verrassing een wc met uitzicht had. Ik kon het niet laten daar nog even een foto van te maken.

Na een uur varen kwamen we aan in Geiranger. Er bleken hier wel 2 cruiseschepen te liggen. Onze boot legde aan en wij begaven ons naar het autodek. Een aparte uitgang voor passsagiers te voet hadden ze niet. We stonden heel lang te wachten tussen de auto’s geklemd toen bleek dat de bootdeur niet open wilde. Ondertussen kwam de host van het cruiseschip onze kant op en maande op een boze manier twee mensen achter ons dat ze al lang in de bus hadden moeten zitten. Het gezicht van die host deed meerdere mensen aan hun schoolreisjes terugdenken waardoor we gezamenlijk in de lach schoten. De deur ging inmiddels open en we konden het toeristische plaatsje inlopen waar je vooral verleid werd allerlei andere dingen te gaan doen dan wandelen.

Het was even goed zoeken voor we een wandelkaart hadden bemachtigd en voor we de goede weg naar boven hadden gevonden. We kwamen langs een mooi kerkje waarvan je ook al een mooi uitzicht op het fjord had. Rondom graven en dan denk ik opeens, als je dood bent heb je hier ook een mooi uitzicht.

De wandeling was een grote steile klim naar boven. Het had 2 dagen geregend dus het was ook nog vrij glibberig. Na een dik half uur klimmen en zweten zagen we een bankje, hier helaas nog geen uitzicht. Een Engelse vader en zoon boden aan een foto van ons samen te maken en wij maakten er een van hen.

Daarna gingen zij echter meteen weer naar beneden. Ze hadden nog helemaal niets kunnen zien en wel 300 meter geklommen! Tja, misschien was er wel een host met schooljufachtige kwaliteiten waarvan ze weer op tijd in de bus of boot moesten zitten. Wij liepen door, het tweede gedeelte was een stuk lichter en we werden beloond met een van de meest fantastische uitzichten die ik ooit heb gehad. En dan schieten woorden te kort en hoop ik dat de foto’s dat over kunnen brengen.

Na flink genoten te hebben van deze plek gingen we terug. Een vrouw die nogal strompelend liep nog op weg naar het uitzichtspunt vroeg hoe ver het nog was. Een tijd is dan moeilijk aan te geven, maar ik kon alleen maar uitbrengen: “You have to see this”, waarbij haar man dankbaar naar mij lachte.

Voor de afdaling in te zetten hebben we op een terras geluncht. We besloten niet dezelfde weg terug te nemen maar de gemakkelijke weg, meer kilometers maar minder steil dalen. Het laatste deel ging langs een waterval met allemaal trappen. 3,5 uur nadat we onze wandeling waren begonnen waren we weer terug in het dal. We namen een pilsje en dat is hier gezien de prijzen van alcoholische dranken een ware traktatie. Op de boot terug waren we erg moe en rossig. We hebben alleen maar lui binnen in de salon gehangen. Uitrusten in de camper, het eten dat we van gisteren over hadden opgewarmd, afwassen en een heerlijk warme douche genomen. We hebben een fantastische dag gehad, droog en soms wat zon. En nu lijkt het een stuk minder koud dan gisteravond. Dan zullen we vast lekker slapen.

Overal water

12 augustus 2019, Alvund – Alesund, 183 km

Zweden het land van overal meren en Noorwegen het land van overal zee. Het is soms niet te geloven hoeveel wateren we tegen komen. Dan weer rechts, dan weer links van de weg. Wel grappig dat we als zeilers nu toch zoveel water zien. Wat ons verbaasd is dat we heel weinig boten zien, wel haventjes met boten, maar niet varend, of zeilend. Nu zijn de fjorden geen fijne vaargebieden. Zoals we ooit in een Grieks fjord (Ithaka) merkten: de wind kan daar gevaarlijk toenemen zodat je op de klippen eindigt.

Tot nu toe hebben we wisselvallig weer gehad maar er viel nauwelijks iets. Gisteravond begonnen voor het eerst de hoosbuien en om onze ‘droge was’ op te gaan halen moesten we met zaklamp de grond beschijnen om te zien waar de enorme plassen waren om ze te ontwijken. Vanochtend bleef het flink doorregenen. We hadden juist gepland om vanochtend eens lekker te gaan douchen en dan is het niet fijn eerst door de regen te moeten voor de douche. Toch maar gedaan. Daarna moesten we ook nog water tanken. Dat levert mooie beelden op: het water is overal!

We gingen uiteindelijk vrij laat op pad. Doel was vandaag om naar de plaats Alesund te gaan. Vanwege de laaghangende bewolking kozen we een route langs de zee en nauwelijks door de bergen. Ook met dit weer heeft het land iets magnifieks. Nu hebben we makkelijk praten want we zitten lekker droog in de bus en luisteren naar een muziekje of naar de Harry Bannink podcast. We doen boodschappen in een uitgestorven grote supermarkt. We eten ergens in de bus een broodje, steken met een pont de Moldefjord over (duurt 30 minuten) en komen dan aan het eind van de dag in Alesund aan.

We zijn te moe om nog het stadje in te gaan, besluiten dat voor de volgende ochtend te bewaren. We hebben via de camper app weer een bijzondere overnachtingsplaats gewonden, nl de parkeerplaats bij het oceaneum. Er staan inderdaad al meer campers en het is duidelijk sluitingstijd van het Oceaneum want alle personeneauto’s verdwijnen. Joost gaat eerst nog aan het werk, wat mailtjes beantwoorden, ik ga even liggen. Omdat we laat geluncht hadden gaan we daarna aan de wandel, het is ook eindelijk droog. De parkeerplaats ligt mooi aan de kust en we hebben een schitterend uitzicht vanaf de wandelweg over allerlei eilanden in de buurt.

En dat zijn dan echt bulten in het water, waar ook nog best veel mensen wonen. Ik wist wel dat er fjorden waren, maar dat er ook nog zoveel eilandjes zijn en dat die niet onbewoond zijn maar dat er juist een gigantische infrastruktuur is zodat al die mensen zich ook kunnen verplaatsen dmv ponten, bruggen en tunnels Is wel opzienbarend. Tijdens de wandeling hebben we ook nog even uitzicht op Alesund. Deze stad ging voor een groot deel in vlammen op begin vorige eeuw en is met behulp van Europees geld (toen al!) opgebouwd in art nouveau stijl en dat zou deze stad zo bezienswaardig maken. Ik ben benieuwd!