Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.

Op de plaats – rust! (Willemstad, 1 juli 2022)

Ook hier klinkt ’s ochtends carillonspel. En als we door de deur naar buiten kijken is het uitzicht fraai. Ee mooie plek om eens een dag door te brengen.

Tijd voor een wasdag. Dus we nemen een lekkere warme douche en stoppen de vuile kleren in de wasmachine en droger..Dan ook nog even tijd om wat aan de boot te poetsen en stof te zuigen. Maar als de schone was gevouwen in de kast ligt is het tijd om Willemstad te gaan verkennen. Allereerst op zoek naar een plek voor koffie met appelgebak.

Willemstad, door zijn zoon Maurits genoemd naar De Zwijger, was al in de tachtigjarige oorlog een vestingstad. Net gelegen in Brabant toch vooral bedoeld voor de bescherming van Holland. En de vestingwerken zijn goed bewaard gebleven. Wij lopen na de koffie een rondje om de stad.

En daarna, in omgekeerde richting, in de stad een rondje op de wallen. Bij het Mauritshuis, Prins Maurits heeft flink bijgedragen aan de opbouw van de vesting, loopt net een bruiloft op het einde.

Aan het einde van de wandeling hebben we ook nog mooi zicht op het Hollands Diep en Moerdijk.

Dan is het tijd voor boodschappen en aanverwante klussen. Daaronder ook water vullen. Daarvoor kun je hier een bijzondere waterhaspel bij de havenmeester lenen.

Dan nog even verkleden en de oud-collega’s, Peter en Jantine, ontvangen die we de boot laten zien en waar we daarna mee gaan eten in het ‘Wapen van Willemstad’. Veel bijgepraat over kinderen, werk, vakantieplannen en andere belangwekkende zaken.

Op de terugweg naar de boot steekt een egeltje voor ons over en verdwijnt onder een heg. Willemstad was het bezoek meer dan waard!

Verre tocht of verkeerde wind? (Veere – Bruinisse, 29 juni 2022)

Lekker wakker worden met carillonspel. In Veere kan dat. Elk kwartier klinkt er weer een melodietje – ook als je lekker in de kuip van een zonnig ontbijt geniet. Het is dan ook met spijt dat we losknopen en soepeltjes de haven verlaten. We willen meer zien.

Omdat we gisteren het hele Veerse Meer moesten motoren willen we nu graag zeilen. Het eerste stuk moeten we kruisen. Het waait niet hard en er staan ook veel bomen die voor luwte en winddraaiingen zorgen. Er verleidelijk dan om met wat snelheid een metertje of wat door te varen. Maar helaas, de vaargeul hield niet voor niets op, we lopen vast. Gelukkig slagen we er met de motor in om los te komen. We zijn nu nog wel nog voorzichtiger.

De wind neemt verder en verder af. Het onvermijdelijk besluit om verder te gaan motoren wordt verzacht door de gedachte dat we straks op de Oosterschelde met constantere wind kunnen zeilen. Al motorend ook weer langs Kortgene – waar nu een echte roeiwedstrijd aan de gang is.

De Zandkreeksluis passeren we zonder problemen. Snel de zeilen weer omhoog en, na een zeilend feestschip, bakboord uit het Engelse vaarwater in. Daar blijkt opeens de wind uit het Noordwesten te gaan waaien. We moeten de schoten aantrekken want we gaan opeens van een ruime-windse naar aan de windse koers. Het blijkt dat we zelfs moeten kruisen – en omdat we hier stroom tegen hebben moet de motor toch weer aan.

Op het Keeten, na het Engelse vaarwater, blijkt de wind even te zijn gaan liggen. We varen rustig verder, terwijl de zon blijft branden, over het Zijpe. En zo komt net na zessen de Grevelingensluis weer in beeld.

Direct na de sluis is de haven van de watersportvereniging waar we na een belletje van Ellen op boxplek 82 mogen liggen. Die plek blijkt nog even zoeken maar eenmaal gevonden leggen we er fijn met de kop in de wind aan. Ellen kookt lekker pasta terwijl de zeilspullen worden opgeruimd.

Na het eten nog een wandeling in het dorp. Allereerst zien we een fraai uitzicht over het water richting de Krammersluizen en -brug.

Het dorp heeft wat aardige straatjes en huisjes, maar ook wat vergane glorie.We tellen minstens drie kerken (waarvan twee PKN) Er is een Albert Heijn – en dat heeft Veere niet. Maar verder wint Veere op alle punten. Hoewel, zo’n mooi kunstwerk op de dijk…

Regen en Zonneschijn (Tholen – Yerseke, 27 juni 2022)

Als je leeft van de wind is de weersverwachting belangrijk. Voor vandaag werd een grijze ochtend voorspeld met weinig wind. Na het middaguur werd een periode windkracht 6 met buien en windstoten voorspeld. Na een paar uur zou het weer wel weer opknappen.

Wij onze plannen daarop aangepast en nadat Ellen had gedoucht en er een paar boodschappen waren gedaan vertrokken we weer richting de Oosterschelde. De Bergschediepsluis verbaasde ons weer: gister gingen we al fors naar beneden nu op de weg terug zakten we nog een stukje verder. Het getij blijft verrassen en ook op de Oosterschelde is het verschil tussen hoog en laag water – hoewel nog lang geen springtij – fors!

Doel is om vandaag een klein stukje – op de motor want geen wind – terug te varen naar Yerseke. Zaak natuurlijk om voor de buien binnen te zijn. En hoewel het onderweg al erg betrekt, en post Wemeldinge een windwaarschuwing afgeeft, lukt ons dat!

Maar als de elektriciteit is aangesloten en het havengeld betaald barst de bui los. Grote regendruppels komen naar beneden. Aan de andere kant van de Oosterschelde is bij Zierikzee een windhoos – daar zijn wij dus niet maar menigeen informeert of het ons goed gaat. Als Mirjam hoort dat het regent vraagt ze of wel pannenkoeken bakken – dat is immers traditie. En inderdaad, Ellen was reeds begonnen – lekker met spek!

Als tegen 4-en het weer is opgeknapt is het tijd om het door Ellen aangeschafte wandelboek te gaan beproeven. Een goede 10 kilometer door ‘De Yerseke Moer’. Een Natura 2000 gebied dat is ontstaan door het veen af te graven – voor de zoutwinning – en slordig de klei weer terug te gooien.

We zien er veel dieren.

Een mooi bloemenveld

Ook zijn er fruitboomgaarden met appels en peren. Als je er doorheen loopt ziet dat er anders uit dan als je er vanaf de dijk op kijkt.

We kijken over het gebied terug naar Yerseke

en komen vlak langs post Wemeldinge

De paden zijn verhard en we komen een paar keer mensen tegen. Iedereen groet vriendelijk en de automobilisten minderen allemaal fijn vaart. Het mooiste als we de dijk oplopen van Oosterschelde. De automobilist stopt en wijst op mijn camera – even verderop loopt een Steltkluut! Hij zelf heeft ook de camera op de borst.
En inderdaad even verderop herkennen we de mannetjes Steltkluut en het lukt zelfs een plaatje te schieten!

Na bijna drie uur zit de wandeling erop. Wij zoeken gelijk een restaurant uit en komen bij de Schelde uit – een tent die al sinds 1945 door dezelfde familie wordt gerund. Een groep mannen voert het hoogste woord terwijl ik van weer een pan gekookte mosselen geniet. Ellen doet zich tegoed aan de bijvangst – vijf slibtongetjes.
Met al die drukte drinken we koffie aan boord!

Meer-boei (Colijnsplaat – Sint-Annaland, 25 juni 2022)

Lekker op tijd wakker merken we dat onze buren hun plek al verlaten. Ah, denken we verheugd – extra ruimte om zo onze plek te verlaten. In deze haven is de manoeuvreerruimte zeker bij laag water beperkt. Maar de buren blijken even aan de andere kant van de steiger te zijn gaan liggen om plaats te maken voor de vaste ligplaatshouder die al snel vastmaakt. Wij gaan maar lekker ontbijten waarna ik nog een laatste boodschap doe.

Ondanks de beperkte ruimte varen we daarna moeiteloos de haven uit. De manoeuvres zijn dan ook allemaal met de schroefwerking mee én er staat niet heel veel wind. Tevreden verlaten we de haven. Via de ‘Overloop van Zierikzee’ varen we langs de Zeelandbrug naar het beweegbare deel waar we vandaag weer tussendoor willen. Wel jammer dat het net voor we bij de brug zijn gaat regenen,

Na de brug rollen we de genua uit om met ruimte wind over de Keeten naar de Krabbenkreek te varen. Daar willen we voor de haven van Sint-Annaland voor anker. Of aan een meerboei want die schijnen daar te liggen. Het begint met best een fors windje. Dan is het nagenoeg windstil maar dankzij de stroming gaan we toch de goede kant op. Ondertussen varen de schepen van en naar Antwerpen voorbij. Als wij hun vaste route moeten oversteken waait het gelukkig weer en komen we zeilend zonder problemen aan de overkant.

Ellen pikt de boei makkelijk op met de pikhaak waarna we met vereende krachten onze lijn door het oog halen. En dan kan genieten voor Sint-Annaland beginnen. Zo zitten we met hoog water lekker in de zon te kijken naar bootjes, naar vogels en te lezen. Een voorbeeld dat anderen volgen – van de ze meerboeien zijn er toch steeds wel vier of vijf bezet.

Helaas blijft het weer niet zo mooi en komt er in de middag regen. Niet zo’n probleem – in de kajuit kunnen we ook lezen of een dutje doen. Het getij trekt zich er verder ook niets van aan – het water trekt zicht toch gewoon terug. En zo komt de plaat ‘Dwars in den Weg’ prima in beeld en steeds dichterbij.

Na het avondeten, we genieten nogmaals van nasi, wordt het weer niet snel beter. Het tij kentert weer dus het zoute water komt terug. En opeens, komt dan toch nog de zon achter de wolken vandaan.

En dan blijkt, terwijl ik nog wat aan het klooien met de meerboei, dat het tenminste voor één iemand in Sint-Annaland een feestje is. Er wordt vuurwerk ontstoken. Snel even een foto maken. En terug denken aan onze eerste nacht als gezin in een kajuitzeilboot (een bolletje genaamd de Flierefluiter) in Balk!

Anker-op-geknapt? (Schelphoek – Betonhaven Neeltje Jans, 23 juni 2022)

Na een onrustige nacht en een rustig ontbijt gaan we ankerop. Eerst maar eens terug om de Roggenplaat naar Roompot. Het laatste stuk blijken we te moeten kruisen – de wind staat zuidelijker dan ge/verwacht. Met het mooie weer is dat niet echt een probleem – we hebben ook de tijd. Na een eerste slag op de Roompot, richting de Zeelandbrug, komt onder het zeil ook de kenmerkende toren van Zierikzee weer mooi in beeld.

Laveren met stroom tegen is echter geen goede combinatie. Van elke twee meter winst op de wind neemt de stroom er zo weer de helft van af. Ons plan om een ankerplaats bij St Annaland op te zoeken wordt daarom verlaten. We gaan de Roompot verder op richting de stormvloedkering. Daarbij Neeltje Jans kan je in de voormalige werkhaven, Betonhaven genaamd, ankeren. Dat is nog ruim drie uur stroom mee en dat we dan vanwege de te verwachten zeewind wat moeten kruisen kunnen we dan prima hebben.

We zijn nog niet gekeerd of we zien een bruinvis – helaas net geen fototoestel in de hand. Schijnen er hier een paar honderd te zijn. Ellen zoekt een podcastje op over deze walvissen. Zo leren we dat ze ook wel zeevarkens worden genoemd wat dan weer de oorsprong van de naam Varkevisser verklaard. Hopelijk hebben we bij een volgende ontmoeting meer geluk en lukt het ons de bruinvis in een foto te vangen!

Ellen vindt moed om een eitje met spek te maken voor op brood. Dat het net wat harder waait en de boot wat schever gaat draagt bij aan de smaak. Zeker om de eieren in de pan mee overstag gaan. Dat smaakt! Een uur later is het karakteristieke beeld van de stormvloedkering, en de ingang van de sluis naar de Noordzee, in zicht.

Via een kleine goed betonde geul varen we de haven in. Er ligt één ander zeilschip. Na het strijken van de zeilen kan het rusten weer beginnen. Turen natuurlijk over het water of we ook bruinvissen of zeehonden zien. Die zien we niet. Wel komt er een meeuw op bezoek.

Dan nu de medische update – Ellen voelt zich een groot deel van de dag ietsje beter en komt zelfs buiten aan lezen toe .Wel veel hoesten, proesten en snotteren. En na het eten al snel erg moe (Nu treft dat wij ons bed bij ons hebben!) Ik snotter en hoest ook veel – maar verder geen klachten!

Er is hier genoeg te zien. Ook moeten we toch morgen maar ergens boodschappen doen en wat walstroom zal alle persoonlijke apparatuur (telefoons, iPad, laptop) ook wat makkelijker aan de praat houden. Maar eerst nog even uitkijken over Neeltje Jans!