Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.

Via bruggen en akwadukten naar Grou – 27 juni 2020

Deze ochtend kon er rustig aan worden gedaan. Vanwege de voorspelde regen en vooral harde wind hadden we besloten Friesland in te gaan. En daarmee hoefden we geen rekening te houden met tij. Maar na een bezoek aan de bakker en de koffie wilden we toch graag de opening van 11:55uur halen van de Prins Hendrikbrug. En daarvoor moest de havenmeester eerst even voor ons de Raadhuisbrug opendraaien.

Met de wind op de kop ging dat allemaal voorspoedig. Door de direct achter de Prins Hendrikbrug liggende Sasbrug (bij de keersluis) kwamen al wat tegenliggers maar daarna konden wij er ook direct door.

Dan rechtsaf langs de veerboten naar Vlieland en Terschelling op de Tjerk Hiddemasluizen af gevaren. Ook daar mochten we vrijwel gelijk in de kleine sluis varen. Omdat er een beweegbare brug over het achterste deel van de sluis ligt moest een moterboot (die daar onder past) ons tot enig ongenoegen voor laten gaan. We misten even bij het aanleggen in de sluis het paaltje waar onze lijn omheen moest maar met wat motor power kwam dat zonder kleerscheuren goed.

En dan vaar je op het Harinxma kanaal. Niet het mooiste stukje vaarwater in Friesland. Tot aan Leeuwarden vooral weiland, wat industrie, een stadje (Franeker), een paar dorpen en bruggen. En vrijwel al die bruggen worden op afstand bediend.

Dus roepen we met de marifoon de brugwachter op op het kanaal dat op een blauw bord langs de kant staat. Als er contact is vragen we vriendelijk om de brug te openen. Het is vandaag naar zeggen druk waarbij de brugwachter aangeeft dat we even moeten wachten. Maar na het wisselen van vriendelijkheden en groeten gaat toch vrij vlot – naast het rode licht – een groen licht aan ten teken dat de procedure voor het openen van de brug in gang is gezet en niet veel later kunnen we verder.

Bij Leeuwarden ook twee spoorbruggen. En als treinliefhebber is het dan toch leuk als we even moeten wachten om de trein voorrang te geven.

Voorbij Leeuwarden varen we niet naar Wartena maar via Warga “achterlangs” naar Grou. Deze staandemast-route, die we nog niet eerder hadden gevaren, voorkomt dat we 1) over het Prinses Margrietkanaal moeten, waar veel beroepsvaart is, en 2) dat er bruggen voor ons open op drukke doorgaande wegen.

Al met al tellen we vandaag 16 bruggen die voor ons zijn open gegaan. Het feit dat er ook 5 aquaducten – Friezen schrijven akwadukt – onder onze route lagen betekent dat het drukste verkeer niet op ons hoefde te wachten.

Het weer was ondertussen wisselend. Zonnig en windstil, maar ook buiig met wind. Halverwege heb ik mijn natte schoenen en sokken verwisseld voor mijn slippers. En in de Pikmeerhaven in Grou hadden we net vastgeknoopt toen er weer een bui losbarstte. Bij het Theehuis konden we alleen op het terras (zonder parasol/plu) terecht en dat leek ons toch iets te gewaagd. Maar de pasta met saus lieten wij ons in de kuip in het avondzonnetje goed smaken. Maar voor de koffie hadden we weer toevlucht gezocht in onze tent.

Zomer op Vlieland – 25 juni 2020

Om onze tocht langs “memory lane” te vervolmaken moesten we op Vlieland natuurlijk ook nog nog even naar het Posthuys fietsen. Dus wij, nadat we hadden geregeld dat we nog een nachtje in de haven konden blijven liggen, fietsen gehuurd.

Voor hen die Vlieland niet kennen: als je vanaf het dorp (Oost-Vlieland genaamd) een wat langer rondje wil fietsen zijn er eigenlijk twee opties eerst langs het wad, of eerst langs de duinen. In beide gevallen ligt zo’n beetje halverwege (op circa 10km) het Posthuys waar je wat kunt eten en drinken. Wij kozen er net als op Terschelling voor om eerst langs het wad te fietsen .En omdat de wind inmiddels uit het oosten waait hadden we hem weer langs het wad in de rug.

Bij het verlaten van het dorp nog wel een even een foto nemen van de schattige kleine vuurtoren van Vlieland. Omdat hij bovenop het hoogste duin, het Vuurboetsduin, van Vlieland staat is hij toch vanaf Texel en Terschelling te zien. Niet veel later hadden we, kijkend over de Vliehors, de vuurtoren van De Cocksdorp (Texel) al in beeld.

Het belangrijkste van deze onderneming was natuurlijk de koffie met appelgebak, cranberry saus en slagroom in het Posthuys. Ik werd niet teleurgesteld!

Hierna een stuk langs de duinen gefietst en een ommetje gemaakt om ook nog een stukje door de bossen te fietsen. Maar al vlot fietsen we de Badhuisweg af, stalden onze fietsen en gingen ons een paar uur met een (puzzel)boek vermaken op een strandbed met windscherm en parasol. Zomer op Vlieland!

Door de goede wind uit het oosten moest de parasol aan het windscherm zijn vastgemaakt. (Om te voorkomen dat, zoals even verderop gebeurde, de parasol wegwaaide en pas 500m verderop kon worden tegengehouden.) Dat beperkte de schaduwwerking en tegen halfvijf leek het ons dan ook verstandig om de schaduw van de boot weer op te gaan zoeken.

Boodschappen, eten koken, eten, plannen maken voor morgen. En toen nog even op de fiets naar strandtent Oost om de ondergaande zon te zien. En daarna terug naar de haven voor een douche; er kan wel zand en zout van ons lijf!

Fietsen over Terschelling – 23 juni 2020

Na een lange dag zeilen, en weer een lange nacht slapen, is ook goed om van de bestemming te genieten. Vandaag dus Terschelling-dag en dat doe je op de fiets. Dus na de warme douche op naar Jonker voor het huren van twee fietsen (inderdaad een dames- en een herenfiets- dat raadde de verhuurster ook al). Koffie zouden we wel in Midsland drinken.

En zo zaten we al voor 11 uur op de fiets. Even stoppen voor een foto van de boot in de haven en daarna het fietspad langs het wad volgen. Het was hoog water dus het water klotste lekker tegen de dijk. En met de westenwind in de rug trapten we lekker door. Dus toen we het waddenfietspad verlieten om bij Midsland een kopje te drinken bleken we al in Lies te zijn; inderdaad Midsland ver voorbij. Dan nog maar even doorgefietst naar Oosterend – wellicht konden we op het terras van De Heeren van de Schelling terecht. Maar helaas – dinsdag is hun rustdag. Op het terras van restaurant De Boschplaat was echter ook goed toeven en de koffie en het appel-cranberry gebak met slagroom smaakte ons goed.

Via de Lijkweg langs het huisje waar we vorig jaar een weekje zaten (en waar Sil de strandjutter is opgenomen). Daarna via het fietspad door bos en duinen naar Midsland om op aanraden van Nora in een winkel naar een jurkje te kijken. Zo gezegd – zo gedaan. Tot een aankoop leidde dit niet.

In november hadden we op dit eiland een weekje bij West aan Zee in een huisje vakantie gevierd. De lokale strandtent beviel ons daar goed. Toen hadden wij er ons over verbaasd dat er een groter exemplaar in aanbouw was. Die wilden we nu wel eens zien. Dus op de fiets via Midsland aan Zee naar West aan Zee. Op het strand waren we wat verrast. De nieuwe strandtent is nog niet af – misschien gaan ze er volgende week open. Wel dus erg druk bij de oude strandtent waar ook wij nog net een tafeltje in het zand vonden. De hamburger en bieten carpaccio smaakte uitstekend.

Daarna de laatste kilometers naar de Brandaris en West-Terschelling om in de Spar een paar boodschappen te doen. En daarna de gebruikelijke vakantie dingen. Lezen, dutje doen, drankje drinken, genieten van het warme weer, plannen voor morgen maken, gitaarspelen en een hapje eten.

Mijn dag kon niet meer stuk toen de buurman, waar wij langszij liggen, mij bedankte voor het gitaarspel. Hij had er van genoten!

Naar Makkum – 21 juni 2020

Het was een goede eerste nacht. Het voor het op de boot aangeschafte IKEA matrasje lag goed en vookomt ook het gekraak van de onderliggende kussens bij een kleine beweging. Pas na negen uur werd ik wakker en dat zonder merkbare stijfheid en rugpijn. Snel aan het ontbijt. Zoals thuis youghurt met cornflakes – en liefst wat suiker. Volgens Ellen hadden we wat suiker van vorige huurders ge-erfd; in de koffiepot. Nog even twijfelen of ik niet gewoon onze eigen basterdsuiker in een De Ruyter blikje zou pakken – maar ach deze suiker moet ook op. Helaas bleek het bij de eerste hap zout. Dat werd een hartig ontbijt.
Bij controle gisteravond was gebleken dat ons ankerlicht niet aan ging (ons driekleurenlicht doet het wel). Nog even met de verhuurder gebeld – maar dit probleem zit waarschijnlijk bij het lampje boven in de mast. En daar is nu even niets aan te doen (want de mast laten zakken is niet eenvoudig). Omdat wij nog wel wat ankerplannen hebben zullen we dus op zoek moeten naar een oplossing.
Na de afwas was het tijd voor vertrek. De landvast voor, aan loefzijde, trok zich echter vast (achter de lijn van de buren) dus zo kwamen we niet ver. Dus van boord en even een andere lijn vastleggen en daarna de vastgetrokken lijn, toen er geen spanning meer opstond, losgemaakt. Konden we daarna probleemloos vertrekken.


Op naar Stavoren. De brug en sluis passeerden we zonder incidenten. En daarna konden we voor de wind op de fok een Noordelijk koers zetten naar Makkum. De laatste IJsselmeerhavenplaats voor de sluizen bij Kornwerderand. En ook aantrekkelijk omdat we er nog nooit, in ieder geval met een boot, in deze stad zijn geweest. En dat ging best lekker met het zwaard helemaal opgetrokken en een gangetje tussen de 3 a 4 knopen met alleen af en toe wat golven die aan het roer rukten.


Een mijl of zes voor de haven verlijerden we op eens gevaarlijk dichtbij richting een boei. Snel wat zwaard gestoken verhielp het probleem. Maar ook bleek de wind wat gedraaid – we voeren inmiddels halve wind. Dat deed ons besluiten om ook het grootzeil, met een rif, te hijsen. Deze actie verliep niet helemaal vloeiend; laten we zeggen dat we wat les hebben genomen over de volgorde der dingen. Maar we gingen zeilend wel zes knopen en de roerganger kreeg zelfs buiswater over zich heen. Dat droogt met windkracht 4 ook wel weer snel!
Bij het begin van de vaargeul naar Makkum gingen de zeilen, nu wel weer vloeiend, naar beneden. We voeren door tot de dijk en konden daar, netjes met de kop op de wind in een box aanleggen. Lagen we keurig met een mooie afstap naar een zij-steiger. Bewonderend keek de buurman ook nog toe hoe we netjes de achterlandvast aan lijzijde in 1 keer om de paal wierpen.
Op naar de havenmeester en een rondje door het stadje. Op het plein terrassen. En om de plaatselijk horeca te steunen gingen we daar maar even zitten voor het eerste tapbier sinds maart. Wel even onder een parasol – want we voelden wat spetters. Het beviel ons zo goed dat we ook maar reserveerden om ’s avonds binnen te eten.


Eerst een middagdutje doen terwijl ondertussen het IJsselmeer met een forse bui werd bijgevuld. Daarna soep, een uitgebreide hoofdmaaltijd en koffie. En natuurlijk ter steun ook wat extra fooi – ook omdat we voor een nagerecht geen ruimte meer voelden.
En nu weer in de kajuit onder het genot van wat muziek lezen, werken aan ons blog en onze tocht over de wadden voorbereiden. Lastig vraagstuk daarbij – wat is het alternatief als de haven bij aankomst vol blijkt…


Morgen meer!

Cijfers 2019

Voor later aanvulling toch weer wat cijfers ter vergelijking

Camper kilometers: 4470
Foto’s: 1067
Liters Diesel: onbekend
Aantal diners in restaurant (inclusief 2x veerboot): 6
Aantal lunches in restaurant: 2