Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.

Stau met ketjap

(23 augustus 2019, Kiel-Nijverdal – 460km – en verder)

Na een wat onrustige nacht, zo zagen we de veerboot op de terugweg passeren, werden we gewekt met de oproep voor het ontbijt. Na lekker douchen schoven we zo aan. Het was toch wat rustiger dan op de heenreis. De sinaasappelsap, scrambled eggs, gebakken worstjes en pannenkoek ontbreken niet.

Terug op onze kamer wordt 3 keer in 3 talen opgeroepen dat het autodek pas open gaat als we zijn aangelegd. Dat is kennelijk nodig. En dan is het zover – er wordt opgeroepen om naar onze auto te gaan. Vanuit de 11e verdieping, bovenin dus, sluiten we achteraan in de rij op de trap. Niet veel later voelen we ons weer thuis in onze camper. Nog weer even wachten, en je vermaken met die enkele medepassagier die zijn/haar voertuig niet kan vinden, voordat we de motor mogen starten. Dan rustig in een rij de boot uit, het terrein van de veerboot af en samen Kiel door. Lijkt allemaal lang te duren – maar toch met aankomst om 9:15uur is op 10:00uur op de snelweg toch prima.

Eerste hindernis is Hamburg. Daar moet bijna ook iedereen langs en zijn ze druk aan de weg bezig. Zekerheidje voor file (Stau auf Deutsch) dus. En die krijgen we ook maar we blijven ruim binnen ons schema om om 17uur de camper in te leveren in Nijverdal.

Tussen Hamburg en Bremen moeten we tanken. Op de parkeerplaats repareren we het zijraampje. Maar ook valt onze blik op een zwarte vlek op de rugzak op de grond. We kijken naar boven en zien een zwarte substantie uit het kastje lopen waarin ook onze boeken en houdbare etenswaren zitten. Het ruikt zoet. Na enig speurwerk blijkt het flesje ketjap omgevallen waarbij de dop is losgekomen. Een tegenvaller! We moeten fors aan de schoonmaak en spullen weggooien en inpakken.

Het lukt met name Ellen om, ook al is het water niet heel warm, om alles weer schoon te krijgen. Inmiddels is ook het raampje gerepareerd en broodjes gekocht. We kunnen verder. Maar inmiddels is ook bij Bremen een file ontstaan en moeten we omrijden. Het wordt krap.

Het wordt ook krap omdat we voordat we in Nijverdal aankomen de grijswatertank en de WC-cassette geleegd moeten zijn. In Duitsland zijn de vele toiletten niet uitgerust om ook je WC-cassette te legen. Wat dat betreft zijn ze in Scandinavië veel verder (en komt de troep dus niet in de natuur terecht). De Camperapp suggereert een locatie in Oldenzaal maar commentaar geeft aan dat grijswater daar kan maar dat het toiletgedeelte gesloten is. Maar ven bellen. Inderdaad WC kan niet – wel de suggestie om het even verderop bij Toppark Hulsbeek te proberen.

Hoewel Toppark Hulsbeek gewoon een camping is gaan we daar toch maar naar toe. Licht redelijk dicht bij de A1 dus we wagen het maar. We rijden aan tegen een slagboom maar als ik het terrein oploop wordt ik direct opgevangen door campingbaas Charles. Trots op zijn mooigelegen camping en spullen laat hij ons van zijn goede faciliteiten gebruik maken. Charles zegt tevens toe er voor te zorgen dat deze voorzieningen altijd tegen geringe vergoeding ter beschikking komen van passanten. Terwijl we wachten op het leeglopen van de grijswatertank leren we van Charles wat campinggedrag is en dat hij dat juist heel positief vindt. Zijn campingplaatsen zijn dan ook ruim en mooi gelegen. Dus als je nog eens op weg gaat met camper: Toppark Hulsbeek (https://www.topparks.nl/locaties/toppark-t-hulsbeek/) onthoudt die naam!

Met een handdruk nemen we afscheid van Charles en rijden we even na 16:30uur verder naar Nijverdal. Maar even bellen dat we eraan komen en er om 17uur er zijn. De reis verloopt voorspoedig en na ook nog even afgetankt te hebben rijden we 1 minuut voor vijf de straat bij Camperdream in. Wordt net onze auto voorgereden. Na de formaliteiten, het overzetten van de bagage en de afspraak dat we na het weekend de rest wel zien (bij Camperdream is het ook weekend) rijden we verder in de Toyota. Poe, wat zitten we laag bij de weg.

We gaan nog even in Woudenberg langs om aan (schoon)mama de laatste verhalen te vertellen. Ook gaan we samen eten bij de lokale chinees. Wat een genoegen om weer eens Haaienvinnensoep te kunnen eten. Een prima tent, overigens, die precies levert wat je verwacht: de tweepersoons chinese rijstafel is ons 3-en teveel!

Als de verhalen zijn verteld dan gaan we verder. Om even voor 11 uur rijden we de straat in. Als de spullen het huis zijn binnengebracht is het tijd voor een biertje met zoonlief. Vanavond lekker slapen in ons eigen bed!

Westenwind

(21 augustus 2019, Kungshamn-Lila Edet, 199km)

Lekker douchen. Dat kon deze ochtend op deze camping. En omdat het in de prijs was inbegrepen waren er geen munten nodig. Het feit dat het warme water er dan ook niet opeens mee ophoudt gaf rust. Zeker bij het haren wassen.

Daarna konden we in de zon buiten ontbijten. Het was prima te doen op het veldje voor onze camper. In korte broek konden we nog even genieten van het campingleven en kijken naar de bezigheden van anderen met water, inpakken, afwassen enzovoort. Hierna was het zelf onze beurt. We verdeelden de taken en konden zo, inclusief de in de campingshop aangeschafte broodjes, om 10:45 uur de camping verlaten.

Op naar Smögen. Een eiland dat we met een wandelbezoek wilden vereren. Wij parkeerden de auto netjes voor de brug naar het eiland op een uitzichtplek. Wandelend op de brug werden we ingehaald door een groot aantal auto’s en campers. Toch wel bijzonder want na dit kleine eiland is er niets meer.

Wij liepen een rondje om de kerk en de school. Ziet er leuk uit maar het was ook erg rusting. Pas bij het centrumpje kwamen we de toeristen weer tegen die per auto waren aangekomen. Wij konden op een terras in de zon en uit de wind zitten en namen er een kop koffie met wat lekkers bij. Ook de mussen waren in grote getale zeer geïnteresseerd in ons lekkers.

Na de terugwandeling zetten we onze tocht langs de kustwegen voort. We zouden het niet erg vinden als we al een plek vonden waar we in de zon konden lezen en dan ook voor de nacht konden blijven. Maar dat viel nog niet mee. Aan zee was de Westenwind te fris. En ook vinden wij de plekjes die andere camperberijders volgens een App mooi vinden niet allemaal even geweldig. Ook stonden we een keer voor een slagboom die niet openging: de camperclub bleek niet zo ingericht op passanten.

We kozen een beschutte plek en om daar te komen moesten we, al vlak bij Göteborg, weer een stukje E45 volgen. Dat deed ons weer even terugdenken aan het begin van onze reis door Zweden. Al snel deze weg weer af en via een grindweg kwamen we uiteindelijk op een grasveldje in een bos terecht waar we vannacht blijven staan. Ook hier de Westenwind nog fris maar we konden toch tot na 6-en buiten in de zon lezen en een biertje drinken.

Bij een wandeling voor het eten naar het bijgelegen meer zagen we 2 herten in het struikgewas. Een konijn stak over op een veldje. Een aan de koffie staan herten in de schemering in de tuin van de buren.

We staan hier mooi. Wordt vast een rustige nacht!

 

Eindje rijden

(19 augustus 2019, Garen-Lur (Zweden), 465km)

Wakker worden met forse regen op het dak: dan ben je nog een keer gelukkig dat je niet in een tent slaapt. Toen het iets minder regende het ontbijt onderbroken om het electriciteitsnoer op te bergen. Daarna water vullen en afvaltanks legen. We konden op weg!

Plan was om vandaag eens een flink stuk te rijden. Hier in de bergen zou het weer wisselvallig en koud blijven. Zuidelijker was de verwachting beter. Verder hadden we, met het komende stukje rijden voor de boeg, hier wel zo’n beetje gezien wat we wilden zien (voor deze keer). En de Scherenkust boven Gothenburg trok ons nog voor een bezoek.

Maar eerst rijden over de hoogvlakte van Hardangervidda. Door de regen hadden we niet veel uitzicht maar het landschap was, zeker met dit weer, troosteloos. Uiteraard op deze hoogte geen bomen. Wel wat struiken, hei en mos. En veel bergmeren. Een en ander leek ook behoorlijk drassig!

Aan de kant van de weg aan beide zijden om de 25m een paal. Alles klaar voor hevige sneeuw. Niet verwonderlijk dat alle gehuchten die we passeren zijn ingericht op wintersport. Soms is er maar 1 auto; vast iemand die er moet werken. En verder een enkele wandelaar en fietser – los van het matige weer moeten ze zeker vandaag ook niet van het afwisselende landschap hebben.

En langzaam zakken we dan weer af. Doen boodschappen en drinken koffie – nog steeds wintersport gebied maar met meer zomervoorzieningen. De gestage regen is inmiddels in motregen over gegaan. Lichtere luchten beloven beter.

Lunch aan een fjord. Inmiddels nog een enkel buitje. We rijden door en zijn haast ongemerkt bij Oslo. Een keer fout rijden en wat file- en dan zijn we weer op de weg naar Zweden. Inmiddels weten we dat ook Noorwegen een Schengenland is; geen grenscontroles dus. Maar wel een mooie natuurlijke grens (zie foto boven), En daarna voelen we ons toch wel weer thuis in de Europese Unie!

Een klein stukje in Zweden op weg naar een echte camping aan de Scherenkust. Allemaal kleine eilandjes verbonden met smalle bruggen die dan weer zijn uitgerust met slimme verkeerslichten. Alleen jammer dat de camping erg onduidelijk is (zelfs met het vertaalde Zweeds van de website) en we niet aan het water kunnen staan.

Dus toch nog maar even verder rijden naar echte camperplekken zonder voorzieningen (dat is wel zo duidelijk). Dit extra ritje werd beloond met het eerste daadwerkelijk overstekende wild. Een hertje ging 50m voor ons weer de bossen in. Wij helaas gebogen over kaart (of de moderne variant daarvan) en stuur hadden geen fototoestel in onze hand.

En toen vonden we de plek die we met 1 andere camper moesten delen. Mooi naast een brug naar een volgend eiland en een blik over water. Na de borrel en voor het eten maken we nog een klein wandelingetje. En we zien iets van een zonsondergang.

Bruisend Bergen

(17 augustus 2019, Flåm-Bergen, 165km)

Geen mooi weer vanochtend. Nee, stromende regen. Toch op tijd opstaan om ons op deze grote camping in het campingleven te storten en op tijd te vertrekken.

Eerst dus maar douchen. Dat kan leiden tot wisselende ervaringen. In elk geval hoefden we niet lang te wachten. Loop je vrolijk, in je camping smoking, met je handdoekje over het campingterrein wordt je met een fris “Goedemorgen” begroet. Oh ja, die tas van Albert Heijn verraad iets.

Daarna in de camper rij voor het legen en vullen van tanks. Voor ons een Noorse camper met Italianen. Veel kabaal en overleg op hoge toon – weinig voortgang. Sterker – ze reden zo maar een paar meter achteruit. Gelukkig hadden we niet aangesloten en wat ruimte overgelaten. Met ons tweeën hadden we de helft van de tijd nodig om dezelfde doelen te bereiken.

En toen reden we Flåm uit en gelijk weer een tunnel in. Vandaag ook weer veel tunnels op de weg die vooral het spoor tussen Oslo en Bergen volgde. Een weg ook langs beken en bergdalen tot we weer bij een fjord waren. De langste tunnel was 11km waarbij bijzonder was dat ze daar bezig waren aan het wegdek: geen belijning en veel hobbels met een maximumsnelheid van 50km. De kortste nog geen 20m – maar ook daarvoor stond vooraf netjes een bord met de lengte.

Onderweg werd het wel steeds lichter maar helemaal droog was het niet toen we de buitenwijken van Bergen inreden. We vonden de camping, beter parkeerplaats voor campers, en konden onze camper op de laatste vrije plaats parkeren. Wat een geluk! En daarna met sneltram lijn 1 naar het centrum van Bergen. Twee dagen achterheen railvervoer – het kan niet op! Wel jammer dat we één voor één de kaartjes (met een credit card) moesten kopen. De tram reed net weg toen we pas 1 kaartje hadden gekocht. De volgende tram kwam echter al binnen vijf minuten.

Eenmaal in het centrum bleek het gezellig druk. Het was ook wel eens tijd voor een lunch. We liepen net de vismarkt op waar we letterlijk in eettentjes kunnen eten. Met special voor de locatie gemaakt bier, met maar een beetje alcohol (2,5%), aten we respectievelijk Zalm en Mosselen. Lekker en fijn met uitzicht op de haven waar de nodige passanten hun (zeil)schip aanlegden.

Daarna de wijk Bryggen verkent. Ook Bergen kent een Hanse verleden en dat is daar nog terug te zien. Een bruidspaar dat net de Mariakerk uitkwam deed ons weer terugdenken aan Trondheim toen we wel 5 bruidsparen zagen. Alle gasten ook bijzonder goed gekleed – de kerk op zaterdag niet te bezichtigen. Verder wel veel leuke winkeltjes waar naast veel toeristische spullen en Kerstballen ook warme gebreide truien te koop waren.

Daarna was het tijd voor een drankje. Inmiddels scheen zelfs de zon een beetje en dus gingen we op een terras zitten met ons getapte lokale Hansa biertje. Maar daar kwam toch weer een bui aan. Gelukkig kon het dak worden dichtgeschoven – toe dat net was afgerond barstte de bui pas echt los. Blij dat we binnen zaten.

Daarna, toen het weer droog was, ook nog even naar de Johanneskerk geklommen en daarna via de Grieghallen, het Bergense Concertgebouw genoemd naar componist Edvard Grieg, de Domkerk gezien.De Grieghallen bleken het meest bijzondere gebouw.

Toen was het weer etenstijd. In de reisgids waren meerdere aanbevelingen – de eerste twee van onze keuze waren echter vol en konden ons deze avond niet meer hebben. Bij het Ridder restaurant aan de Kong Oscars Gate (1a) konden we wel terecht en werden we gelijk gastvrij ontvangen. Bij weer een Hansa biertje aten we Kabeljauw en Spagetthi met garnalen. Net onvermeld mogen de toetjes blijven Gebakken appelschijven met kaneel en Warme rode vruchten, beide met vanilleijs!

Na het eten teruglopen, het was al weer nagenoeg droog, naar Byparken voor de sneltram naar onze halte Sletten (Noors voor Schilden). Net als thuis met lijn 1.

Door hooggebergte terug naar zeeniveau

(15 augustus 2019, Hellesvik-Sjkolden, 263 km)

We werden wakker op een zonovergoten camping. Voor onze deur een wat kleiner cruiseschip, “Europa”, geparkeerd. Maar wij hadden weinig aandacht en gingen snel ontbijten en daarna voorbereidingen treffen voor het vertrek. Ellen ging daarbij boodschappen doen terwijl ik nog wat tanks ging legen.

Toen ik Ellen bij de supermarkt oppikte had ze tot mijn verrassing een zak aardappelen bij zich. Die verrassing was vooral zo groot – vertelde ik haar – omdat ik geen dunschiller in de la had zien liggen. Ellen dacht toch zeker te weten dat zo’n apparaat op de inventarislijst stond. Daarmee kwam het ding nog niet in de la!

Met dit mooie helder weer was het plan om door de bergen te rijden. Daarbij kwam het goed uit dat we ten noorden van het Noorse hooggebergte zaten en we toch weer iets naar het zuiden willen. Het eerste stuk voerde ons langs (forse) bergmeren. Dit leidde bij ons tot de vraag hoe je kan zien dat het een bergmeer is en geen fjord. Voorlopig weten wij – zonder andere hulpmiddelen zoals een hoogtemeter – niet beter te bedenken dat het water te proeven: een bergmeer is zoet.
Aan de oever van een bergmeer dronken wij lekker in de zon onze eigen koffie met een chocoladekoekje!

Omdat Ellen graag geniet van het uitzicht wilden we met dit mooie weer ook de passen nemen en niet omrijden door de tunnels. Dat ging voorbij Stryn al bijna mis. Onze routeplanner wees natuurlijk de snelle route door tunnels en nette tweebaanswegen. Dus misten we de afslag naar de pas en reden de eerste tunnel in. Gelukkig konden we direct na de 2,7km tunnel weer keren. En na weer de tunnel doorgereden te zijn konden we gelijk links steil omhoog.

Het hoogste deel is al nog begroeid met een soort hei dat schapen kennelijk lekker vinden. Die lopen daar dan ook vrij rond wel vaak netjes aan de kant van de weg. Maar een keer, bij het passeren van een brug moesten we rustig achter ze aan rijden.

Hier en daar lag nog wel wat sneeuw. Maar voor wintersport mocht dat geen naam hebben. En de lift naar het Stryn zomerskicentrum was niet in gebruik!

De weg was niet geasfalteerd, meer een soort zand/grind combinatie, en had regelmatig een rij gaten in het wegdek. Verder was de weg smal – alleen op specifieke plekken konden tegenliggers elkaar passeren. Maar met goed opletten en een beetje de tijd hebben ging dat verder prima. Het was ook niet druk met tegenliggers.

En natuurlijk stopten we regelmatig om van het uitzicht te genieten en foto’s te nemen.

De tweede pas was een nationaal toeristische route en voerde ons zelfs langs gletschers. Omdat hier geen lagere (om)weg was die als alternatief kan dienen is deze weg geasfalteerd. Maar de paaltjes staan al naast de weg om bij sneeuwval aan te geven waar de weg zich bevindt.

Bij hooggebergte moet je in Noorwegen denken aan zo’n 2400 meter. Lang niet zo hoog als de Alpen dus – maar het ziet er wel precies zo uit. En omdat het zo Noordelijk ligt is het bovenop dus ook behoorlijk kaal en in de winter met veel sneeuw bedekt! Op ons hoogste punt – de pashoogte – waren we op 1434m: de hoogste pas in Noord-Europa!

En dan plotseling stroomt het water in de beek naast de weg weer in de rijrichting. We zijn het hoogste punt gepasseerd en we gaan weer naar beneden.

Na een forse afdeling op een hobbelige smalle weg, met zelfs een tweetal trucks met oplegger als tegenligger, zijn we dan toch opeens in Skjolden. Aan het einde (of begin) van het Lustrafjord is aan het water een plek zonder voorzieningen waar we mogen staan. Wel goed vlak en met picknick tafels! Kunnen we de nacht weer fijn doorbrengen op zeeniveau.

Uiteindelijk vandaag veel gereden en gezien. Maar ook op tijd om nog even zittend in de zon aan het fjord een biertje te drinken en aardappels te schillen. Jammer dat de zon al snel achter de bergen verdwijnt. Maar we kunnen toch nog lekker aan (picknick)tafel genieten van de spitskool stamppot met gehakt-pestosaus. Ellen heeft de aardappelen geschild met het aardappelschilmesje en het smaakt goed!

Wel nog een kleine tegenvaller – het water blijkt opeens op. Kennelijk hebben we veel verbruikt of een kraan laten lekken. (De watermeter werkt sowieso niet). We wandelen naar het dorp voor koffie maar daar is (bijna) alles dicht. Wel doet een groepje vrouwen aan yoga en wordt er op het voetbalveld getraind. Wij zetten maar zelf koffie uit een waterfles die we (in 6-voud) voor noodgevallen bij ons hebben.Zitten we nog even buiten – het is hier wind- en doodstil – zwemmen drie a vier bruinvissen voorbij. Te ver weg en te onvoorspelbaar voor een foto maar het geluid is onmiskenbaar!

Nu nog even kijken hoe we morgen onze tank weer kunnen vullen!