Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.

Hoge paden en Noorwegen

(9 augustus 2019, Trångsviken-Trondheim (IKEA) via Vålådalen, 270km)

Na een goede nacht werden we verkwikt wakker met het vooruitzicht van een lekkere warme douche. Op een centrale locatie in het dorp – de oude school – was die beschikbaar. Gisteravond waren we daar al heen gewandeld – over een onbewaakte overweg – maar toen was het gebouw al gesloten. Dus nu er na het ontbijt en afwas maar heen gereden. Douche bleek zich te bevinden in een sportkleedkamer; en omdat de jongens kleedkamer afgesloten was konden we blijkbaar alle twee terecht in de kleedkamer voor de meisjes. Daar waren ook drie douches (en een sauna). De deur kon niet op slot maar wel konden we een douchegordijn voor de deur dicht doen.

Eenmaal ontkleed wilde de douche maar niet warm worden. Terwijl we bijna gingen overwegen om in het koude water ons haar te wassen of onverrichter zake naar ons rijdend huis terugkeren werd het water toch nog warm. Beter gezegd – gloeiend heet! Door snel aan de thermostaat knop te draaien zijn brandwonden voorkomen!
Verder konden we ongestoord ons ding doen. Ook bij het verlaten hoorden we geluiden vanuit het grote gebouw – dat nu zo’n beetje dienst doet als gemeenschapshuis en lunchrestaurant – maar mensen zagen we niet.

Voor hen die niet van losse draadjes houden: de jonge Duitse buurvrouw was zo’n beetje gelijk met ons op en is vlak voor ons, met een zwaai, vertrokken naar onbekende bestemming.

Ons plan voor vandaag was om de afstand naar Trondheim te overbruggen zodat we daar morgen kunnen passagieren. Maar we wilden ook wel iets doen en daarvoor namen we omweg van een kleine 30km naar het Vålådalen naturreservat. Dit berggebied met bijzondere natuur ligt bijzonder hoog – voor een deel ook boven de boomgrens (die hier overigens lager is dan in de Alpen) – en in zomer en winter kun je er sporten. Wij kozen – na een kop koffie – voor een redelijk vlakke wandeling van 8 km. Al bijzonder is dat onze wandeling – met nummer 284 – grotendeels samenvalt met route 184 voor cross country skiërs. Ook staan er regelmatig bordjes met waarschuwingen voor sneeuwscooters.

Maar goed – in augustus ligt alleen bij de toppen nog wat sneeuw. Wij hadden het op dorp hoogte aan het begin van de wandeling te doen met motregen die helaas overging in gestage regen. En op het bospad dat we volgden lagen al heel veel plassen die we met wat inspanning ontweken. Sommige plassen bleken na peiling met Ellen’s hikestok ook best diep.

Even een alinea over wat ouders hun kinderen allemaal aandoen tijdens vakantie. Eerder in Skuleskogen zagen we al 3 broers, 6 tot 10 jaar, met een professioneel rugzakje op wandelen met hun ouders. Matje bovenop – dat werd vast een tentje voor de nacht op een van de aangewezen kampeerplekken. Vandaag jongetje van 4 door dezelfde regen aan het cross country fietsen met zijn ouders erachteraan. Jongetje fietste best parmantig maar had het wat moeilijk met boomstronken, modder en zand. Fietste daarentegen heel behendig over smalle vlondertjes (die er voor ons wandelaars zijn neergelegd). Zijn moeder vond het allemaal wel best en wandelde vrolijk mee als het even niet lukte. Vader moest bij elke stop wel even bewijzen dat het fietsend best te doen was. Zeilen op de Wadden met knikkers (hoe heette dat ook al weer) voor de kids in de kajuit is dan toch best toelaatbaar.

Met deze overpeinzingen kwamen we aan bij het meertje Nulltjärparna dat op 594m hoogte halverwege onze wandeling ligt. Inmiddels bleek het droog en konden wij op een uitgetrokken regenjas comfortabel op een nat bankje zitten. In toeristische folders staat dat het lekker is om na vermoeienissen een duik te nemen in dit koele bergmeertje. En ja hoor, ook dit keer bleken er weer mensen te zijn die dat geloofden. Wij hielden onze kleren aan en genoten van het uitzicht op de hogere toppen met hier en daar nog een beetje sneeuw.

In toeristische folders staat ook dat je er rekening mee moet houden dat in het hele gebied kuddes rendieren worden geweid. Wij natuurlijk ook op het tweede deel van onze rondwandeling netjes rekening houden maar helaas geen rendier gezien. Ook het wild (rendieren zijn vee) viel weer tegen: naast wat eksters, 2 mierenhopen, muggen en andere insecten hield het zich schuil. Een aantal muggen vertelt ons rendez-vouz overigens niet na.

Hierna vervolgden we onze Camperreis langs de E14 naar Noorwegen. Op een rustplaats langs de weg ging Ellen even liggen. Bleek er naast een toilet ook een leegplaats te zijn voor ons toilet – dus het toilet konden we na deze stop weer gaan vullen. Verder verliep de reis voorspoedig en onder het bord dat we niets aan te geven hadden reden we Noorwegen binnen.

Rijden in een nieuw land is altijd weer even wennen. Het eerste bijzondere is dat op de waarschuwingsborden voor overstekende elanden de eland er anders uitziet dan in Zweden. Verder zijn we opeens echt in de bergen met steile hellingen. Dat resulteerde dan ook al gelijk in dat er tunnels zijn gebouwd om de weg kort/begaanbaar te houden.

Ook anders – we zagen links van de weg een eland lopen. Hij stak niet over en wij konden niet stoppen voor een foto. Maar uit persoonlijke ervaring kunnen we nu melden dat er groot wild in Noorwegen is!

We staan vannacht – zonder verdere voorzieningen – op de parkeerplaats van IKEA om morgen verder te gaan naar de camperplek bij het centrum die vaak vroeg al vol is. Bij IKEA hoefden we niet vroeg te zijn dus planden we een tussenstop “aan zee”. Bij Muruvik is een park waar we lekker in de zon een drankje konden drinken en ons avondeten konden bereiden en opeten. We aten pasta met gehaktvruchtenkerriesaus – iets dat we vakantieprutje noemen. Helaas mochten we niet op deze mooie plek blijven – het park stond alleen “dagkamperen” toe.

Dus na de afwas reden we verder naar de IKEA. Zes a zeven campers gingen ons voor – er is echter plaats genoeg!

Klimmen naar strandkeien en verder

(7 augustus 2019, Stocka-Skuleskogen National Park Entré Syd, 191km)

Gisteravond in het restaurant al een Höga Küsten gedronken. Lekker bier! Dus nadat we in de regen hadden ontbeten (binnen) en weer van alles hadden geleegd en gevuld (brandstof deden we later deze dag) op deze goed voorziene camping, waar ze ons ’s ochtends vroeg broodjes hadden bezorgd, vertrokken we langs de kusten van de Botnische golf verder naar het Noorden.

Zweeds is soms niet moeilijk – Höga Küsten dat wil zeggen hoge kust. Het land komt hier omhoog sinds het door het gewicht van het ijs in de ijstijd naar beneden is gedrukt. Gevolg: de kust is hier al snel hoog. Reisdoel voor vandaag Skuleskogen National Park waar je door het kustgebied kunt wandelen.

Maar het eerste hoogtepunt onderweg is de brug die ook al op het etiket staat: de Högaküstenbron! (Weer een woordje Zweeds geleerd: bron is brug.) Een langere hangbrug dan de Golden Gate bridge; maar goed ook pas ruim 20 jaar oud. Na de brug konden we lekker met uitzicht op de brug buiten ons broodje kaas nuttigen.

Daarna, zonder de geplande toeristische omweg, naar de zuidingang van het park gereden. Waarna we enigszins gehaast voor half vier aan onze wandeling begonnen (na 200m nog wel even terug om de camperdeuren te sluiten). Het was droog maar toch de regenjassen aan want het leek best fris en kon gaan regenen.

Beoogd doel was Slattdalsskrevan een kloof waar je door heen kunt lopen en die beloofd spectaculair te zijn. Maar voor je daar bent moet er behoorlijk geklommen en geklauterd worden. Parcours bestond uit veel keien en boomstronken. En dan ruim 100m boven de zeespiegel opeens keien als op een strand – gladgespoeld door de zee. En inderdaad ooit lagen deze stenen direct aan de kust maar ze zijn met het land omhoog gekomen. Bijzonder. Je mag er alleen geen torens van bouwen; dat vergroot maar de kans dat ze naar beneden rollen in plaats van vele duizenden jaren te wachten tot het land hier weer op zee-niveau is.

Een deel van de wandeling had ook wel iets weg van keien klauteren bij de zee in Bretagne – alleen val je bij een foutje niet in het water. Wel ben je bij een plotselinge blessure wel een eind van de bewoonde wereld waar ook ambulance niet dichtbij kan komen. Voorzichtig aan doen dus. En ja, daar krijg je het warm van dus de jassen waren al snel weer uit.

De inderdaad spectaculaire kloof bereikt en doorheen geklauterd. En dan sta je opeens bovenop rotsen met geweldig uitzicht. Over meertjes, rotsen, bossen en de zee waarin meer eilanden liggen. Jammer dat het een beetje heiig was. Na twee en halfuur dan wel de keuze om dezelfde weg terug te gaan of door te lopen op een verder nog onbekende ronde. Dat laatste deden we en dat bleek de goede keuze. Qua afstand ietsje verder maar veel minder hoogte verschillen. Deels omdat we een stuk vlak langs de zee liepen.

Ook weer bijzonder, je hoort de zee maar je ziet hem door de laatste rijen bomen zelden. Het strandzand is hier smal. Op het laatste stuk ook het wild van deze dag gezien: twee padden en drie mierenhopen. Al horen we weinig vogels – er is leven hier!

En dan na een laatste klim zijn we weer terug. Totaal vier uur gewandeld. Kennelijk kan Ellen dat een half jaar na haar val weer. Hoop dat er morgen geen terugslag volgt al is wel zeker dat we alle twee wat stijf zullen zijn!

Bier drinken, pasta koken en saus warmen, afwassen en wat lezen of sudoku’s oplossen bij muziek. Meer zit er voor vandaag verder niet in! Hier in het park is het netwerk ook maar matig dus lekker internet kan ook niet…

Naar het Noorden

(5 augustus 2019, Nysater-Nusnäs, 295 km)

We werden mooi op tijd wakker en konden lekker voor onze Camper ons ontbijt (bakje Yoghurt met muesli of cornflakes – ieder van ons kiest elke dag hetzelfde) nuttigen. Vandaag hadden we er semi-verse Jus d’orange uit een fles bij.

Al gauw konden we ons bepalen bij het probleem van gisteren – één van de camperramen ging niet meer dicht. Een mooi vernuftig systeem waarbij je het raampje open duwt het open blijft hangen; als je hem ietsje verder duwt en dan met beleid laat zaken hoort het raampje weer dicht te gaan. Dat laatste werkte dus niet meer en met een open raampje kun je niet rijden. Nu hadden ze bij de camperverhuur al aangegeven beperkt vertrouwen in dit systeem te hebben: “als het raampje niet meer dicht gaat dan schroef je het maar even los”. Maar dat is zonder gereedschap mee te geven best gemakkelijk gezegd. Gelukkig kon Ellen bij de buren wat lenen. Niet veel later kon het raampje weer dicht en konden we weg. Of we het raamsysteem weer goed in elkaar kunnen zetten zien we later wel.

Nu zijn we al weer een paar dagen onderweg en dan is het zaak wat tanks te vullen of te legen. Op de camping begonnen we al met het vullen van de watertank. Daarna reden we naar Gums waar we de speciale voorzieningen voor het legen van het toilet en de vuilwatertank aantroffen. Niet zo’n fris karweitje maar het hoort erbij. En konden wij direct terecht – terwijl wij bezig waren kwamen er nog twee Campers bij die even op ons moesten wachten. Toch fraai dit soort gratis voorzieningen – scheelt en zeker vast een hoop illegaal lozen in de vrije natuur!

In Gums ook wat boodschappen gedaan en de brandstoftank gevuld. Daarbij ook een schroevendraaier (kruiskop) aangeschaft zodat we later met eigen gereedschap nog eens naar het raam kunnen kijken. Op het tankstation ook twee koffie gekocht – konden we nu eens, na al dit oponthoud, lekker doorrijden.

We volgen, net als gisteren, de E45 naar het Noorden. Wie daarbij denkt aan een brede vierbaansweg moet ik teleurstellen. Twee banen is meer dan genoeg – echt druk is het niet. De weg gaat in Noordelijke richting (we willen naar Trondheim) en gaat door een enorm meren gebied. Overal water tussen heuvels. Verder heel veel bomen en hoe Noordelijker we komen steeds meer naald- en minder loofbomen.

Zweden wonen er natuurlijk ook. Zoals Ellen al las in een reisgids zijn de meeste huizen van hout en rood geschilderd met witte vensters. Als je een pot verf van de juiste kleur hebt kun je hier zo je eigen Villa Kakelbont maken. Verder in haast elke tuin, met goed gemaaid gazon, een klein rood huisje (met witte vensters) voor kinderspel!

Uiteraard staan we vanavond aan een meer – het Siljan meer. Ontstaan door een meteoriet inslag heel veel jaren geleden. Uiteraard staan we op de Oostoever- Ellen had uitgekiend dat we dan nog mooi in de zon konden zitten. En inderdaad, na een dag vol bewolking en af en toe een bui brak toen we op de camping kwamen de zon door. Wel aan lager wal met een fors fris windje. Maar toch tijd voor een boek, een Sudoku (6 sterren), een biertje en een beetje gitaarspel in de zon. Ook eten ging nog prima al blies de wind de pasta wel snel koud.

Na de afwas en een avondwandeling kijken we lekker vanuit de warme bus over het meer. De laatste zonnestralen zorgen voor fraaie uitzichten.

Toch weer varen

(3 augustus, Sittensen-Kiel en verder)

Indachtig de ervaringen van gister stonden we rustig op. Ontbijt met thee, yoghurt, cornflakes of muesli – we namen er de tijd voor. Toch vertrokken we om 9:45uur als tweede van ons rustieke camperplekje. En omdat we geen ingewikkelde manoeuvres wilden doen reden we een rondje; wel hobbelend over een echte weg met keien!

We moesten nog maar 150 km. Dat is niet zo ver zou je zeggen. Maar rond Hamburg waren ze rond de weg bezig dus dat gaf het nodige oponthoud. Nu was dit ook al een beetje verwacht dus we waren direct na ontbijt vertrokken. Koffie kwam wel na Hamburg.

Maar zoiets duurt natuurlijk altijd langer dan gedacht maar na alle file navigeerden we feilloos naar de parkeerplaats van een Aldi. Na fors zoeken bleek dat ze daar nu met niet de boodschappen hadden die we vooral zochten (schuursponsje, Buttermilch). Daarna op zoek naar een fijne parkeerplaats om koffie te zetten. Maar dat viel niet mee. Via allerlei smalle wegen reden we Kiel al binnen. Hier zetten we de zoektocht voort in straatjes waar aan beide zijden geparkeerd was; nog steeds erg smal. Uiteindelijk vonden op een bredere weg naast een park een plek. Alleen hadden we toen zoveel dorst dat we snel een cola namen.

Toen hadden we tijd voor een dutje, een therapeutisch wandeling, een boodschap en het bakken van een eitje voor op brood. Na het herpakken van de spullen voor de komende nacht en de afwas konden we de laatste 1,2km naar de boot gaan afleggen.

Noemenswaardig bij aankomst bij de boot was, naast de controle van de kaartjes, de controle of onze gasflessen wel dicht zaten (ja dus). Ook bijzonder was dat we in de boot een draai moesten maken en weer (een verdieping hoger) de andere kant opreden. Daarna konden we gemakkelijk naar hut 8004 waar onze kooien voor de nacht stonden. Dit keer hadden we direct uitzicht over het voordek. Konden we goed zien waar we naar toe gingen; maar ook goed overzicht op het werk van de matrozen die precies op tijd de trossen losgooiden.

Na vertrek snel naar buiten op het bovendek. Kijken naar dingen die ons herinnerden aan onze eigen zeiltochten over het Kieler fjord. (Zie dit blog in 2017 waren we in Laboe en Kiel en in 2018 in Strande.) Het zonnetje scheen, er waren bankjes en tafeltjes uit de wind dus een goede plek voor ons eerste vakantiebiertje.

Om 20:30 uur werden we verwacht voor het diner. Het menu was thuis al gekozen maar we moesten nog wel een drankje kiezen. Omdat we maar 1 trap op moesten kozen we voor het wijnarrangement. Topattractie aan de westzijde van de boot was echter de ondergaande zon achter Langeland. Weer een aanleiding om herinneringen aan onze zeilavonturen in dit gebied op te halen.

Bij terugkomst in onze hut kwam de de brug over de Grote Belt (bij Nyborg) in zicht. De verlichting van de palen van deze hangbrug, die we vorig jaar steeds van grote afstand konden zien, functioneerden nog. Mooi gezicht; maar (voor ons) lastig te fotograferen.

Een blogje schrijven na een diner met uitzicht en wijnarrangement lijkt een goed idee. Maar door alle vermoeienissen eerder op de dag viel ik op de stoel in slaap. Dan maar eerst even plat en morgen verder.

Cijfers 2018

Als je toch een gedetailleerd logboek moet bijhouden dat de schipper elke dag moet tekenen dan kun je ook wel wat cijfers delen.

Liters diesel: 94
Aantal motoruren: 58
Aantal zeemijl: 463,1
Langste dagtocht: 51,6nm (Drejo-Burgtiefe)
Aantal verplaatsingen: 18
Aantal ankerplaatsen: 7
Avondmaaltijden aan boord: 11
Aantal foto’s: 811