Vroeg uit de veren want een groot deel van ons rijtje wil om 7 uur weg. Wij ook zodat we met opkomend tij ons nieuwe reisdoel kunnen aanlopen. Wel jammer voor de buitenste boot die gisteravond in het donker aansloot. Ze zijn echter gewaarschuwd.
Het is heerlijk zonnig. En het is helder met goed zicht. Er is maar één ding mis vandaag met het weer – er staat nauwelijks wind. Komt ook niet later – en omdat we ook vaart moeten houden wordt het een dagje motoren. In het ochtendlicht kijken we nog eens terug naar Helgoland.
Eén van de redenen dat we vaart moeten houden is dat we allerlei vaarroutes in de Duitse bocht moeten oversteken met daartussen vakken waar de beroepsvaart voor anker gaat. En wij, wel geholpen door de AIS waardoor al die schepen, met snelheid en koers, op de iPad komen, moeten daar tussendoor.
Het is duidelijk drukker dan afgelopen zaterdag – het kustverkeer houdt kennelijk ook weekend! Eén schip dat ons tegemoet komt roept ons per marifoon op. Op ons antwoord wordt niet meer gereageerd; kennelijk is onze (kleine) koerswijziging voldoende. Voor het oversteken van een vaargeul varen we een schip tegemoet en steken daarna achterlangs. Op ons routekaartje zijn deze manoeuvres allemaal goed te zien.
En ja, ook als je ze ruim passeert lijken ze toch behoorlijk dichtbij!
Als we alle vaargeulen zijn gepasseerd zetten we koers naar de buitenste tonnen van het Otzumer Balje – het zeegat dat naar het eiland Spiekeroog leidt. Een boot komt ons snel achterop varen maar eenmaal in de geul minderen zij vaart. Toch halen ze ons in – het zijn de Seenotretter, de Duitse KNRM. Vrolijk zwaaien ze naar ons (wij hoeven vandaag niet gered). Daarna krijgen we op hun boeggolf buiswater in de kuip.
Met een flinke stroom mee naderen we de smalle geul naar de haven. We minderen wat vaart om de passagiersboot voor te laten maar dan gaan ook wij door de ondiepe geul naar binnen. In de haven staat bij eb maar decimeters water maar dat is voor ons geen probleem. Zeker ook omdat er zachte modderige bodem is.
Na aanleggen en lunch gaan we in warm zonnig zomerweer het eiland verkennen. We waren hier in 2008 toch ook? We herkennen veel maar toch is het ook drukker. Wellicht komt dat door een andere tijd in het seizoen?
De katholieke kerk zagen we al van zee. Die wil ik wel van dichtbij, en van binnen, bekijken. En uiteraard steken we bij Maria een kaarsje op.
We lopen verder richting strand. Op een bankje, er zijn er hier veel, pakt Ellen haar rust. Uitkijkend over het strand zien we nog boten voor anker liggen die wij ook al passeerden.
Na een kleine omwandeling komen we terug in het dorp. We hebben wel wat te drinken verdiend en van een wandeling van ruim 6km krijg ik ook wel honger. De wafel met appelmoes gaat spreekwoordelijk erin als ‘Gods woord in een ouderling’.
Terug gelopen na de haven moeten we ons nog aanmelden. Dat kon alleen tussen 17 en 18 uur. De havenmeesteres van dienst neemt er de tijd voor. Het gevolg is wel dat er een hele rij ontstaat. Daar sta ik zeker een half uur in! Samen met nog twee mannen met een ‘Gill’ zeilpetje!
Maar daarna kunnen we rusten, wassen, het eten opwarmen en allerlei batterijen opladen. Ellen vouwt de was, doet de afwas en ik schrijf een blog. Daarna tijd voor een drankje. Morgen is er weer eens niets waarvoor we voor een bepaalde tijd op moeten staan. En de weersverwachting voor de komende dagen: Zomers!
We blijven hier nog wel even!