Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.

Voordewind? (25 juni 2024, Thurø Bund – Faaborg)

Na een heerlijk nacht achter het anker zagen we de ochtend in heel ander perspectief. De wind was gedraaid en nu keken we dan ook de andere kant op. Rechtsvoor was een soort waterkamp plek voor de jeugd. In de avond was daar al gezwommen. Nu werd er gekajakt. Daarbij werd ook een spel gespeeld dat op waterpolo lijkt – maar in plaats van zwemmen dus kajakken. Er was veel plezier!

Tijdens het zonnige ontbijt ging het ankeralarm af. Dat krijg je van een draaiende wind en een ruime ankerketting. We kwamen er ook achter dat we inmiddels onze accu behoorlijk leeg hadden gemaakt. Om weer op te laden startten we de motor. Daarbij hoorden we een ons onbekend rinkelend geluid. Onderzoek wees uit dat ons luchtfilter was los getrild.

In twee pogingen, met een gevonden bout en moer, en met vier handen kregen we het luchtfilter weer op zijn plaats en vast. Volgende uitdaging – het anker ophalen. Dat ging op zich soepel alleen was de bodem hier kennelijk nogal modderig. En dat bleef goed kleven aan anker en -ketting. Om die modder niet in de ankerbak te krijgen gingen we aan de slag met puts en bezem.

En dan kunnen we zeilen. De wind is naar het oosten en we hebben een westelijke bestemming gekozen: Avernakø een eiland ten westen van ons. Dat betekent dat we veel voordewindse koersen hebben vandaag en dat leidt niet tot de hoogste snelheden. Daarbij komt dat al die eilandjes ten zuiden van Funen, waar we mooi door heen varen, voor veel luwte zorgen. Rustig aan vandaag dus. Zeker als blijkt dat we, vooral op het eerste stuk, flink – wel anderhalve knoop – stroming tegen hebben.

Stroming wordt hier veroorzaakt door de wind die tussen de eilanden water opstuwt. Hoe dat hier met deze wind precies uitwerkt moet ik nog eens uitzoeken. Onzer snelheid over de grond is daardoor de eerste uren beperkt.

Maar dat hindert niet. Zeker niet als er zomaar een zeehond naast ons opduikt. Hij zwaait naar ons en wil ook graag op de foto.

Twee bochten verder zijn we bij Svendborg. Daar waren we al in 2018 (zie deze link) en dus varen we er nu voorbij. Maar niet zonder een paar foto’s te nemen.

Met nog steeds stroom tegen varen we op de 33m hoge brug bij Svendborg af. De wind komt nu recht van achter en dus kunnen we vlinderen.

Ellen loopt ’s ochtends altijd graag naar de lokale bakker voor een broodje. Dat zat er voor anker natuurlijk niet in. Het brood dat we nog op Terschelling hadden gekocht was ook niet meer geschikt voor consumptie. Om toch te kunnen lunchen bakte Ellen spekpannenkoeken. Het smaakte zeer!

We moesten nog een eindje en om de voortgang er goed in te houden gingen we ‘afkruisen’. Met andere woorden: in plaats van recht voor de wind al gijpend een ruime windse koers varen. Dit dan in de hoop om ietsje sneller bij het einddoel te zijn. Op het routekaartje is deze tactiek goed te zien.

Bij Svelmø steekt er een zand(?)bank het water in waar we omheen moeten. Blijkt een verzamelplaats voor vogels. Aalscholvers!

Het laatste stuk naar het uiterste puntje van Avernakø gaan we weer recht voor de wind. Vlinderen dus weer – gaat erg goed want de wind is nu erg constant. Wel verdwijnt de zon geheel achter onze zeilen en zitten we in de schaduw.

We varen de haven van Avernakø in. Het blijkt er erg druk en vanaf de kant horen we waar we bang voor zijn – er zijn geen plaatsen meer. De haven dan maar weer uit. Op de motor gaan we naar een grote plaats in de buurt. In Faaborg, weer op Funen, vinden we zeker een plaatsje en kunnen we ook goed onze boodschappen aanvullen en de accu’s opladen.

Op de motor zijn we er zo. We vinden een makkelijk box; het enige lastige is de haken waar de voortrossen door heen moeten. Maar ook dat lost zich op. In het havenrestaurant kunnen we nog snel een warme hap bij een koel biertje krijgen!

Daarna wandelen we nog even het stadje in. Nu net voor 21uur uitgestorven – er is een voetbalwedstrijd. Vanuit een open raam horen we het meezingen van een volkslied. Samen kijken doen Denen waarschijnlijk wel – maar niet in een café.

Op onze wandeling zien we veel, mooi opgeknapte, oude huizen. Ook aan de havenzijde is overdag van alles te beleven. Nu, met het avondlicht genieten we slenterend van dit mooie stad met zijn bijzondere toren!

Racen naar Lundeborg voor Sankt Hans (23 juni 2024, Marstal-Lundeborg)

Altijd gedacht dat Scandinaviërs midzomernacht op de 21e juni vieren. Dat blijkt een misverstand. Zweden vieren het altijd op vrijdag, Denen op 23 juni. Vanavond dus feest hier en Ellen had ergens opgepikt dat er in Lundeborg, aan het water tussen Funen en Langeland, wel wat te doen zou zijn. Met Westenwind ook een mooie tocht. En omdat op een feest iedereen op tijd wil zijn moeten ook wij tijdig vertrekken.

En zo wordt ik rond 9 uur uit mijn bed gehaald. We kunnen zowaar buiten in de zon ontbijten en zien dat er al flink wat boten aan het vertrekken zijn. Veel Duitsers gaan waarschijnlijk aan het einde van het weekend weer naar huis. Wij trekken nog lekker even verder!

Met beleid verlaten we door goed lijnenspel de grote box en varen de haven uit. Bij de havenuitgang vertrekt net een ’tall ship’, vast op weg naar Kiel voor de week aldaar, waardoor wij even moeten wachten.

Varen is hier bijzonder. Veelal is er redelijk ruim water maar verbindingen kunnen bestaan uit smalle vaargeulen. We motoren zo de geul bij Marstal uit en hijsen dan de zeilen.

Op ruim water zetten we dan koers naar Rudkøbing (op Langeland). Daar weer een smalle vaargeul met als extra attractie een 33 meter hoge brug. Voor de brug moeten we even een veerpont voor laten gaan voor we de geul in kunnen. Na de brug in een nog smaller deel van de geul hebben we een tegenligger en gaan we vlak langs de rode boei aan stuurboord.

Nu was er windkracht vier voorspeld. Verstandigerwijs hebben we toch een rif in het zeil gezet – tussen de eilanden kunnen de winden flink aantrekken. En het blijkt ook in alle opzichten genoeg.

Zoals op het kaartje is te zien gaan we veelal 6 knopen (geel) en soms zelfs 7 (groen). De meeste zeilboten gaan, ook op vol zeil, niet harder. De passage van de brug en tegenliggers wordt met deze snelheden, aangevuld met windvlagen die de Aquamarijn doen oploeven, wel extra spectaculair!

Tegen twee uur varen we dan ook de haven in. Die blijkt al behoorlijk vol. Op zoek naar een plek moeten we in de smalle haven keren. Daarna leggen we probleemloos aan in een box tussen de boten ‘Nena’ en ‘Lillian’.

Na het afhandelen van de formaliteiten en het verorberen van een broodje is het tijd voor een wandeling door het (kleine) dorp en terug over het strand. Onderweg treffen we het feestprogramma voor vanavond aan. Veel voor kinderen. Ook spreekt ons aan dat, volgens het programma, om 22:30uur de bar dicht gaat en iedereen naar huis.

Even verder horen we opeens wel erg veel vogels fluiten. Dat laat zich met een blik op de bomen links van de weg goed verklaren!

Over het strand lopen we terug naar de haven.

In de avond eten we stamppot spidskål met een tomaten-gehaktsaus. Kleine hindernis tijdens het koken is dat de gasfles leeg is en er tussendoor dus even gewisseld moet worden. Het eten blijkt lekker. Zittend in de zon lijkt het wel hoogzomer!

Nog voor negenen wandelen we 5 minuutjes terug naar het strand waar om 21:15uur het vuur ontstoken zou worden. We willen natuurlijk niets van de festiviteiten missen. Het is er best al druk. Ook op de steiger zitten al mensen te wachten op wat er komen gaat.

We hebben niet echt goed het programma bestudeerd. Het blijkt dat er eerst een toespraak is. En inderdaad is er een mevrouw in vloeiend Deens aan het woord. Het klinkt mij wat eentonig. Ik ga maar wat foto’s maken.

En na de toespraak, haast klokslag kwart over negen, gaat er een bandje spelen (4 man, zang, gitaar, saxofoon en elektrische piano) en zingen. En er wordt mee gezongen. En dan brand ook opeens het vuur.

Na een minuutje of wat klinkt er een harde knal vanuit het vuur. Niet veel later is ook het laatste nummer van het bandje afgelopen – hebben denk ik drie nummers gespeeld. En na een laatste applaus wordt, terwijl het vuur nog brand, door een groot deel van de menigte vast de aftocht ingezet.

Wij wandelen ook maar terug naar de Aquamarijn. Op de kade kunnen we het niet laten een foto te nemen van ons vakantieverblijf!

Rustig dagje in Marstal? (21 juni 2024, Marstal)

We staan rustig op en nadat Ellen schoon onder de niet al te hete havendouche vandaan komt ontbijten we buiten. Het is zonnig maar droog en ook niet koud. De aardbeien uit Laboe smaken nog steeds!

Ærø is een eiland dat zich qua omvang nog best een beetje met Terschelling laat vergelijken. Zo’n 20 km lang maar wel iets breder. We denken er even over om fietsen te huren maar dat zou van deze dag niet echt een rustdag maken dus dat plan laten we varen.

Later vandaag wordt er meer wind en wat buien verwacht. We gaan na het ontbijt dan ook snel het plaatsje ontdekken. Het is niet groot maar wel echt Deens. En een echte winkelstraat waar auto’s niet mogen komen. Het aantal winkels valt echter wel mee maar het meeste kun je hier wel krijgen. Er is in ieder geval een grote supermarkt.

Ik probeer ook nog een foto te maken van de kerk. Die staat op een groot stuk grond, tevens kerkhof, met veel loofbomen. De best mooie kerk laat zich dan ook niet makkelijk vereeuwigen. Later lukt het van de zijkant alsnog.

We hadden ons zelf koffie met iets lekkers beloofd. In de winkelstraat is de enige tent die een beetje op een koffiehuis lijkt bevolkt door een drukke schoolklas met allemaal een ijsje. Dat laten we even lopen. Via Google komen we bij Webers café og restaurant uit. Dat lijkt aan één kant een echte kroeg met barkrukken. Verder ook veel gedekte tafels. Wij gaan maar aan de bar zitten en genieten van ons met zorg bereidde koffie (met voor Ellen ook gestoomde melk). Iets lekkers, dat niet vloeibaar is, treffen we niet aan.

Zittend aan de bar bedenk ik mij dat ik geen enkele Deens kroon op zak op. Ik maak me echter geen zorgen – in Scandinavië is elektronisch betalen (in tegenstelling tot bijvoorbeeld in Duitsland) zeer gewoon. En inderdaad: ik kan zelfs via mijn telefoon betalen.

We lopen terug naar de havenkade waar we gisteren met de Flicka aan onze zijde binnenvoeren. Best een ingewikkeld stuk navigatie daar. We zien dat de Flicka inmiddels weer is vertrokken. Nakijken op vesselfinder.com leert ons dat ze terug naar de thuishaven zijn gegaan.

We vinden ook een boekenstalletje voor tweedehands boeken waarmee je de plaatselijke rode kruis kan steunen. Er is niets Nederlands en ook de Engels- en Duitstalige boeken kunnen niet bekoren. Wel vindt Ellen een boek van Robert Goddard, een schrijver waarvan ze nu met plezier veel leest. Maar ‘Dage uden tal’ (‘Days without number’, in het Nederlands vertaald als ‘Een flinterdun geheim’) is in het Deens en dat blijkt toch te moeilijk om te lezen.

We kwamen langs een leuk terras aan de havenkant en omdat we inmiddels wel trek hebben zoeken we een plekje buiten op het terras. Beiden bestellen we vis die ons smaakt. Ondertussen varen ons een trekkende surfer, met zijn bagage op de plank, en twee roeiboten voorbij. Een mooi gezicht!

We wandelen verder langs de haven. Er zit hier een maritiem museum en daarvan is ook in de buitenlucht van alles van te zien. We vergapen ons aan oude bootjes op de helling en in het water. Mooi en kleurrijk.

Terug op de boot nemen we even rust. Het weer wordt al wat minder – de wind neemt toe. En een beetje tot mijn verrassing liggen we hier als snel te deinen op de golven. Ik dacht hier in de haven veel meer beschut te liggen.

Met boeken, puzzels en feestadministratie brengen we de middag door. Daarna weer naar Webers Café voor het diner – op een rustdag wordt natuurlijk niet gekookt. We drinken, aan het laatste vrije tafeltje, donker bier van het eiland en bestellen mosselen en varkensnek. Het eten smaakt ons in deze ook ’s avonds gezellige tent vol Denen.

Daarna, met regen, terug naar de boot voor een voetbalwedstrijd die we over de haven wifi met een enkele onderbreking kunnen bekijken. Prima resultaat tegen de vice-wereldkampioen. Ondertussen is de wind weer aangetrokken maar de regen is gestopt. Ik probeer wat aan de krakende lijnen te doen maar de oplossing wordt er tussenuit geduwd. Afwachten dus of het een rustige nacht wordt….

Door het Noord-Oostzeekanaal naar Laboe (19 juni 2024)

Na een korte nacht stonden we verfrissend op. Vooral dankzij Ellen die gisteravond fris genoeg was om haar wekker wel om half zes te zetten. Onze buren op de Grace wilden om zes uur weg. En dat lukte ons hierdoor prima.

Naast een rondje door het kleine haventje om te kijken waar we konden betalen voor de overnachting en de doortocht (pas vanavond 7 uur is er een havenmeester) knoopte Ellen nog een gesprek met de buurman aan. Bleken met kinderen van 3 en nog geen jaar voor een flink aantal weken op de Oostzee te gaan varen. Ellen leek het zwaar met 2 zo kleine kinderen; de buren hadden er veel zin in.

En zo voeren we net na 6 uur het kleine haventje van Brunsbüttel uit. De onberekenbare veerpont stak vlak achter ons over.

Het Noord-Oostzeekanaal (NOK, ook wel Kielerkanaal) is eind 19e eeuw aangelegd en zorgt ervoor dat schepen tussen landen aan de Noordzee en de Oostzee niet helemaal om Denemarken hoeft te varen. En daar wordt druk gebruik van gemaakt; het NOK is één van de drukst bevaren kanalen ter wereld.

Zeker aan het begin van de route merken we van de drukte niet zoveel. De zon schijnt maar een koude noordenwind, die vol tegen staat, maakt dat we allebei extra kleren moeten aantrekken. Ondanks af en toe dreigende wolken blijft het de hele dag wel droog!

Naast veel veerponten staan er ook veel signaalpalen langs de ruim 98km van het kanaal. De betekenis van de lichten is ons in veel gevallen niet duidelijk. Het is ook gericht op het wat grotere en bredere verkeer op het NOK. Regelmatig wordt er ook op de marifoon gemeld wat er op kanaal is gaan varen (grote, diepgang) en ook geïnformeerd of het volgende blok vrij is. We gaan het Duits steeds beter begrijpen.

Er zijn ook een paar hoge bruggen waar we met gemak onder door kunnen. Zeker de oudere zijn mooi vormgegeven. Hoogtepunt hierbij de brug waar een veerpont onder hangt (die dus niet vaart).

Die brug is, naast de stellage waar een pont aan hangt die voetgangers, fietsers en auto’s overzet, ook echt een brug. Een spoorbrug om precies te zijn!

Als de wind naar het westen is gedraaid wordt het ietsje warmer. En om te bewijzen dat het toch echt een druk kanaal is komen ons dan ineens drie coasters tegemoet.

Door de breedte heeft het NOK iets van het Noordzeekanaal (of omgekeerd natuurlijk). Langs het NOK echter veel minder industrie en havens. Vooral heel veel bomen langs de route waarbij aan de westzijde het land wat vlakker is dan de glooiende oostzijde. Aan beide kanten is er meestal ook een voet/fietspad waar goed gebruik van wordt gemaakt. Het NOK ligt niet in al te dichtbewoond gebied; veel van de huizen die we langs het kanaal zien hebben villaformaat.

Met een snelheid van zo’n zes knopen zijn we kwart voor drie aan de overkant. Waar ik gisteren de sluiswachter via de marifoon nog in het Engels aansprak probeer ik het vandaag in mijn beste Duits. Een dagje Duitse marifoonberichten beluisteren helpt. En de sluiswachter begrijpt mij prima en antwoord mij ook in het Duits. We moeten wel een half uurtje wachten maar daarna varen we de sluis in en komen aan bakboord zijde te liggen naast twee wat grotere jongen aan de stuurboordzijde van de sluis. En na wat driftige gebaren van de Noorse kapitein van de Helles naast ons varen we als eerste door de nog niet geheel geopende sluisdeur.

We gaan bakboord uit richting Laboe (rechtsaf naar Kiel loopt het Kieler Fjord verder dood). Daar zijn drie havens waarvan we bij Baltic Bay eerder lagen; we herinneren ons de goede douches. De toegewezen plek, Ellen heeft even gebeld, ligt voor onze ongunstige draai. Ook zijn we niet blij met de vingerpier aan lagerwal die ook nog net korter is dan de Aquamarijn. Aanleggen loopt dan ook niet helemaal soepel – maar we liggen! En het is pas net vier uur!

Na wat opruimen en een drankje gaan we de douches proberen. En ondanks dat we wel heel vaak op een knop moeten druk voor doorgaand douchewater stellen de douches niet teleur.

Daarna naar het dorp voor diner. We vinden een plekje met uitzicht op het Fjord. En ik kan een gewoonte verlengen: op vakantie in Duitsland eet men zeker één keer Wiener Snitzel.

Daarna is het terug op de boot tijd voor koffie en het maken van verdere plannen.

Schuilen, boodschappen, plannen en voorbereiden (16 juni 2024, Terschelling)

In de ochtend bleek nog maar eens dat er nog niet genoeg regen was gevallen. Het was buiig met (te) harde zuidwesten wind. Het kwam er op neer dat het slechts af en toe droog was. Nu staan er maar een paar dingen voor vandaag op het programma en ontbijten doe je sowieso binnen. Marjolijn gaat vandaag terug naar de wal – dus die moest inpakken. Ellen moest haar gehuurde fiets terugbrengen en na een natte tocht op de terugweg croissants en gevulde koeken meegenomen. Dus tot na de koffie zaten we verder eigenlijk wel goed.

Ook tijd voor een kleine reparatie aan de vlag. Het kapotte lusje werd door Ellen kundig vervangen. Zo kunnen we weer de zee op!

En toen scheen zo waar de zon toen Marjolijn op haat fiets stapte naar de boot van rederij Doeksen.

Volgende activiteit was de boodschappenlijst maken. Hierna stapte ik op de fiets naar Formerum. Eerst lekker voor de wind – en daarom de omweg langs het wad gekozen. Niet alle boodschappen van de lijst kon ik krijgen. Dat kwam goed uit er paste in de meegenomen fietstas en rugzak niets meer. Ook hangt een zware fietstas op de vouwfiets altijd tegen het wiel aan – dus die maar op het stuur gezet en met 1 hand vasthouden. En een meer beschutte route gekozen.

Badend in het zweet kwam ik even later met de zware tas en rugzak weer op de steiger. Daarna hier in West-Terschelling de resterende boodschappen gedaan.

En dan alvast een beetje klaar maken voor vertrek. Dus vouwfiets invouwen en stouwen aan boord (achter de gennaker). Ook het tafeltje is vast naar binnen. Tenslotte ook de veiligheidslijnen weer vastgeknoopt.

Door alle drukte heb ik nauwelijks tijd om naar het Oranje voetbal te kijken. Wie de haven Wifi schakel ik net in als Wout Weghorst heeft gescoord.

En dan is het tijd om plannen te maken. We willen eens wat verder weg en dat doe je het beste eerst eens een flink stuk te varen. Omdat het de eerste keer is dat we de nacht gaan doorvaren en omdat de wind de komende 2 dagen uit het zuidwesten komt, kiezen we voor de route waarbij we onderweg opties hebben om de route in te korten (en een voor ons bekende haven in te varen). Kortom het plan is, als de wind is gekalmeerd, om morgen het Stortemelk uit te varen en rechts af te gaan.

We koken nasi voor 2 dagen. Ellen bakt ook alvast pannenkoeken voor onderweg. De route zoek ik uit en leg die in detail vast in de iPad en plotter. Na de koffie ook nog even douchen, wat drinken en dan naar bed. We hoeven morgen niet zo vroeg op.

En als alles goed is is er morgen ook geen blog.