Over Joost

Beetje afhankelijk van de vakantie, de chauffeur of schipper. In het bezit van gitaar, spiegelreflex camera, laptop en vaarbewijs. En de persoon die er voor mag zorgen dat blog.koedijk.net functioneert.

Een heel eind varen (Greetsiel – Schiermonnikoog, 27 augustus 2023, 66,5nm gevaren)

Rond 8 uur hoogwater bij de sluis. Daarna dus stroom mee naar ‘buiten’ en voldoende water om over wat ondieptes te komen. En dus willen we om 7 uur uit de haven vertrekken. En dat lukt! Ellen vind ook nog even tijd om terug te kijken naar Greetsiel!

De sluiswachter zet zijn deuren vast voor ons open. We weten dat we in de sluis flink omhoog gaan en bereiden ons daar op voor. De sluiswachter heeft er daardoor kennelijk vertrouwen in – we schieten omhoog. Zo zijn we wel weer snel de sluis uit.

We kiezen voor een tochtje over het wad met twee ondiepten naar de Westerems. Zo hebben we onderweg opties als de weersomstandigheden veranderen. Vertrokken we met een zonnetje, al snel komt er bewolking opzetten. Ik wissel de zonnebril voor mijn gewone bril – niet de laatste wissel vandaag – en kan de volgende groene ton nu wel zien liggen. Probleemloos arriveren we op het brede water; aan de overkant ligt Eemshaven!

Stroom mee, de zeilen (met een rif) gehesen en halve wind varen we de Eems af. Daar is Borkum al aan bakboord.

En ook de zeehonden liggen nog steeds vlak aan de kust.

Ondanks de hoge snelheid inmiddels wel een klein zorgpunt. De wind is geruimd van Zuid naar Zuidwest. Dat was wel voorspeld maar wij hoopten dat het conform verwachting wat later zou komen. Dit betekent dat we nu het Rifgat moeten nemen en daardoor Noordelijker op zee uitkomen.

Op zee is ook één mooie andere boot. Een 40ft Wanderer die Borkum aan stuurboord laat liggen en langs de eilanden verder vaart.

We moeten hierna kruisen. Aan de buitenkant begrensd door het verkeersscheidingsstelsel. Aan de andere kant ondiepten en de kust; we gaan echter ook een keer eerder overstag om een bui te ontwijken.

Op een gegeven moment ligt het Westgat, het zeegat op weg naar ons doel, pal in de wind. En nu bij laag water aan de kust de stroom op zee keert, en nu tegen staat, heeft kruisen weinig zin meer. De motor moet aan; ook omdat we natuurlijk weer op tijd bij het zeegat moeten zijn en ons reisdoel alleen rond hoogwater bereikbaar is!

Het waait ook harder dan voorspeld. Dat geeft pittige golven. Het is dan ook tweeënhalf uur flink stampen tegen de wind in. Het grootzeil nog op voor enige extra stabiliteit. Ondertussen krijgen we ook een paar flinke buien over ons heen. Gelukkig is er altijd hoop op beter weer!

Dan draaien we het Westgat in. Dat is even geconcentreerd sturen terwijl we motorzeilen. Stroom mee, wind half in de rug, hoge golven en tussen de tonnen blijven. Gelukkig zijn we de enigen. En als we halverwege zijn krijgen we beschutting van het Rif en de Engelsmanplaat en nemen de golven af. Viel het eigenlijk best mee.

Ellen belt met de haven van Schiermonnikoog. Er is nog plaats voor ons. Behoedzaam sturen we door de steeds smallere geul. En we komen, zoals vooraf gepland, precies op hoogwater (even voor 20 uur) aan. Per marifoon wijst de havenmeester ons een plek. Blijkt er slechts genoeg ruimte als we een klein stukje uitsteken achter de steiger. Daar hadden we niet op gerekend – maar het komt allemaal goed.

Snel opruimen en koken. En nog even een foto van ons achteruitzicht maken.

Vanavond zijn er nog buien. Terwijl het blog wordt geschreven helpt de regen al zout van ons dek afspoelen. Langzaam worden we droog en warm. Het was een lange tocht!

Zee- en wadvaren (Langeoog – Greetsiel, 25 augustus 2023, 36,6nm)

Na twee dagen in een haven komt er bij ons onrust. Dan willen we weer verder. Er werd voor vandaag een westenwindje voorspeld – met af en toe ook een vleugje Zuidwest – en dan zou je dus naar het Westen kunnen varen.

Laag water nu zo rond half twaalf. Dat past mooi bij 9 uur vertrek uit Langeoog – stroom mee het zeegat uit. En dan kunnen we mooi om het middaguur weer een zeegat in. Ja, dat het het tijdstip van laag en hoogwater elke dag een uurtje opschuift heeft voordelen.

We verlaten het zeegat zonder problemen en hijsen de zeilen. Gezien de windrinchting is het Dovetief, het zeegat bij Norderney, bezeild. Maar ja, er is geen wind dus houden we de motor ook maar aan.

Bij Norderney weer de bekende boulevard. Aan de buitenkant is er een zeilwedstrijd aan de gang. Vast van het Duitse kampioenschap waar we vorige week op Norderney aankondigingen van zagen. Voor ons een reden dit weekend Norderney letterlijk aan bakboord te laten liggen. Met deze weinige hoeveelheid wind zijn de wedstrijden waarschijnlijk ook niet erg spectaculair.

Nee, wij kiezen na het zeegat weer voor het Memmert-Wattfahrwasser dat onder het eiland Juist doorloopt. En we zien zowel op een bank aan bakboord als op het brede strand aan stuurboord zeehonden.

Al motorzeilend hebben we best rustig aangedaan. Maar toch varen we ‘vroeg’ richting wantij. Te vroeg blijkt – we lopen vast. Maar geen nood – nog geen tien minuten later staat er wel genoeg water en kunnen we verder!

Op zee hadden we een lekker zonnetje. Maar sinds we op de wadden varen zitten er wolken voor de zon. En ja, daar valt af en toe wat uit. Genoeg om even regenkleding aan te doen. En ik heb een wijsje in mijn hoofd; iets met ‘I am Sailing’ of ‘<iets> in the rain’?

We gaan bakboord uit naar het Kopersandpriel en hebben wat moeite met het omvaren van een groene ton. Bij een volgende ton wordt er streng op ons gelet. (En voor de vogelkenners in de familie – Nee, dit is geen fuut!)

Via weer een ondiepte varen we naar de sluis van Leysiel. De oude haven, Greetsiel, die we vandaag als doel hebben uitgekozen, ligt tegenwoordig namelijk in een polder. Na het strijken van de zeilen varen we recht op de sluisingang af.

We kunnen gelijk de sluis invaren. Tegen onze verwachting in gaan we heel stuk naar beneden. Onze lijnen blijken gelukkig lang genoeg. En dan varen we het natuurgebied van de Leyhörn in. En daar, op het zoete water, zijn heel veel vogels!

Maar tot onze verrassing ook een zeehond. Wel fijn denk ik, zo zonder getijden, kun je eten en rusten wanneer je wil…

En zo rustend laten ze zich ook prima fotograferen. We zagen ook zwemmende zeehonden en bruinvissen maar die verdwenen onder water voordat we onze camera scherp hadden staan!

In de haven snel een plek gevonden. Aanleggen bleek wat lastig – ze hebben geen kikkers of iets dergelijks maar een metalen ring waar je je lijn doorheen moet halen. Dat valt al varend niet mee. Maar met een spring, wat heen en weer varen en een helpende hand liggen we dan vlot.

De havenmeester is al naar huis. We nemen een aanlegbiertje en gaan naar het stadje om een hapje te eten. Ellen krijgt niet wat ze bestelde, begint er wel aan, en dan wordt ruilen als de ober met het juiste gerecht aankomt lastig. Het smaakt haar echter zeer goed! De toetjes die volgen smaken zo mogelijk nog beter.

Op de wandeling terug ondervinden we ook weer de nadelen van zoet water. Er zijn veel muggen. Maar ongestoken komen we de boot aan en kijken we terug op een mooie zeildag met helaas iets te weinig wind!

Het betere eilandhoppen (Spiekeroog – Langeoog, 23 augustus 2023, 32,4nm gevaren)

Na twee dagen Spiekeroog begint het te kriebelen. Dan willen we het ergens anders gaan bekijken. Een eiland verder naar het westen ligt Langeoog. Vast ook leuk?

De wind wordt zuidwestelijk. Als we binnendoor over het wad gaan betekent dat niet zeilen want we willen niet laveren in de kleine geulen. Over het wad betekent ook een paar uur voor hoogwater (16:41uur) vertrekken zodat we rond hoog water op het wantij zijn. Nadeel natuurlijk dat je dan pas in de avond op Langeoog bent.

We kunnen natuurlijk ook buitenom over zee. Daar hebben we alle ruimte om te laveren. Wel moeten we dan een paar uur voor laag water (10:40uur) vertrekken om met de stroom mee het zeegat uit te varen. Dat is vroeg maar je hebt nog wel een middag op Langeoog. En voor het laveren heb je ook de tijd want het zeegat bij Langeoog willen we pas in als de vloedstroom weer goed naar binnen loopt!

En dus staat om 7 uur de wekker en varen we, terwijl de eerste nieuwe gasten naar Spiekeroog worden gebracht, voor half acht in de geul naar buiten. De zee is kalm en er staat een fijn windje. Een ook de kleuren op het wad zijn mooi!

Snel de zeilen omhoog en op halve wind de geul uit. Op de drempel staat nog ruim 2 meter water. Geen probleem voor onze langkieler met inklapbaar zwaard!

Na het ontbijt loeven we op en varen we een eerste slag tot een stukje voor het verkeersscheidingsstelsel voor commerciële schepen. En dan doen we gewoon nog twee slagen.

We komen ondertussen allerlei andere schepen tegen. Meest interessante is een marineschip dat heen en weer vaart. De kust wordt (ook hier) goed bewaakt! Zijn kleine zeilbootjes, in dit stuk met nogal wat gasleidingen, het grote gevaar?

Na twee slagen varen we mooi stroom mee de Accumer Ee, het zeegat tussen Langeoog en Baltrum, in. Het eerste stuk net teveel wind tegen om zonder motorhulp te kunnen zeilen. Komt er in de smalle geul ook nog een snelle jongen achterop. (Later leren we dat dit de snelle boot is voor dagtochtjes naar Helgoland. Leuk uitstapje!)

Wij zeilen ondertussen de bocht om en gaan steeds meer voor de wind. Al snel komt Langeoog in bereik van de camera.

Voor de haven strijken we de zeilen en varen door de geul naar de jachthaven. Daar staat een lastige wind maar met wat hulp van sterke mannen liggen we vlot op een goede plek! En hebben we een mooie dag gezeild.

Na de lunch en wat uitgerust te zijn willen we wat van het eiland zien. Het dorp is een eindje weg maar er gaat een treintje, de Inselbahn, vanaf de haven naar toe. Als we dan in het dorp fietsen huren, dat kan alleen daar, kunnen we een dagje rond fietsen en dan aan het eind met het treintje weer terug. Treintje rijdt alleen als de veerboot vertrekt / aankomt maar we kunnen de dienstregeling enigszins herleiden!

En na even wachten rijden we dan, samen met de veerbootpassagiers, naar het dorp.

Fietsen zijn zo gehuurd. Beetje onduidelijk blijft, uit het meegenomen kaartje, op welke paden alleen wandelen is toegestaan. De watertoren kunnen we ook vanaf het eiland zien. We parkeren, na een korte wandeling door een brede ‘hoofdstraat’, onze fietsen en wandelen naar dit uitzichtspunt.

Hierna willen we een strandtent om iets te drinken. We fietsen verkeerd en komen daarna ook nog op een (lang) wandelpad terecht. Dan maar een flesje bij een kiosk. En als die is achterovergeslagen alsnog naar het strand waar Ellen haar rustmoment pakt!

We zoeken in het dorp, wat weer wat toeristischer en grootser is dan Spiekeroog, naar een restaurant. Zeker een kwart heeft op Mittwoch een Ruhetag dus dat beperkt de keuze. We komen terecht in Dwarslooper, een echte Duitse tent! Ik kan de verleiding niet weerstaan om een zigeunerschnitzel en een biertje te bestellen.

Daarna fietsen we door het bos naar de haven. Daar vangt de Aquamarijn, bij laag water, nog een laatste straaltje zonneschijn. De wind is gaan liggen; het wordt vast een rustige nacht.

Geen zeilweer (21 augustus 2023, Helgoland – Spiekeroog, 32,2 nm)

Vroeg uit de veren want een groot deel van ons rijtje wil om 7 uur weg. Wij ook zodat we met opkomend tij ons nieuwe reisdoel kunnen aanlopen. Wel jammer voor de buitenste boot die gisteravond in het donker aansloot. Ze zijn echter gewaarschuwd.

Het is heerlijk zonnig. En het is helder met goed zicht. Er is maar één ding mis vandaag met het weer – er staat nauwelijks wind. Komt ook niet later – en omdat we ook vaart moeten houden wordt het een dagje motoren. In het ochtendlicht kijken we nog eens terug naar Helgoland.

Eén van de redenen dat we vaart moeten houden is dat we allerlei vaarroutes in de Duitse bocht moeten oversteken met daartussen vakken waar de beroepsvaart voor anker gaat. En wij, wel geholpen door de AIS waardoor al die schepen, met snelheid en koers, op de iPad komen, moeten daar tussendoor.

Het is duidelijk drukker dan afgelopen zaterdag – het kustverkeer houdt kennelijk ook weekend! Eén schip dat ons tegemoet komt roept ons per marifoon op. Op ons antwoord wordt niet meer gereageerd; kennelijk is onze (kleine) koerswijziging voldoende. Voor het oversteken van een vaargeul varen we een schip tegemoet en steken daarna achterlangs. Op ons routekaartje zijn deze manoeuvres allemaal goed te zien.

En ja, ook als je ze ruim passeert lijken ze toch behoorlijk dichtbij!

Als we alle vaargeulen zijn gepasseerd zetten we koers naar de buitenste tonnen van het Otzumer Balje – het zeegat dat naar het eiland Spiekeroog leidt. Een boot komt ons snel achterop varen maar eenmaal in de geul minderen zij vaart. Toch halen ze ons in – het zijn de Seenotretter, de Duitse KNRM. Vrolijk zwaaien ze naar ons (wij hoeven vandaag niet gered). Daarna krijgen we op hun boeggolf buiswater in de kuip.

Met een flinke stroom mee naderen we de smalle geul naar de haven. We minderen wat vaart om de passagiersboot voor te laten maar dan gaan ook wij door de ondiepe geul naar binnen. In de haven staat bij eb maar decimeters water maar dat is voor ons geen probleem. Zeker ook omdat er zachte modderige bodem is.

Na aanleggen en lunch gaan we in warm zonnig zomerweer het eiland verkennen. We waren hier in 2008 toch ook? We herkennen veel maar toch is het ook drukker. Wellicht komt dat door een andere tijd in het seizoen?

De katholieke kerk zagen we al van zee. Die wil ik wel van dichtbij, en van binnen, bekijken. En uiteraard steken we bij Maria een kaarsje op.

We lopen verder richting strand. Op een bankje, er zijn er hier veel, pakt Ellen haar rust. Uitkijkend over het strand zien we nog boten voor anker liggen die wij ook al passeerden.

Na een kleine omwandeling komen we terug in het dorp. We hebben wel wat te drinken verdiend en van een wandeling van ruim 6km krijg ik ook wel honger. De wafel met appelmoes gaat spreekwoordelijk erin als ‘Gods woord in een ouderling’.

Terug gelopen na de haven moeten we ons nog aanmelden. Dat kon alleen tussen 17 en 18 uur. De havenmeesteres van dienst neemt er de tijd voor. Het gevolg is wel dat er een hele rij ontstaat. Daar sta ik zeker een half uur in! Samen met nog twee mannen met een ‘Gill’ zeilpetje!

Maar daarna kunnen we rusten, wassen, het eten opwarmen en allerlei batterijen opladen. Ellen vouwt de was, doet de afwas en ik schrijf een blog. Daarna tijd voor een drankje. Morgen is er weer eens niets waarvoor we voor een bepaalde tijd op moeten staan. En de weersverwachting voor de komende dagen: Zomers!

We blijven hier nog wel even!

In de Duitse bocht (19 augustus 2023, Norderney – Helgoland, 45,3nm)

Op tijd naar bed want vroeg uit de veren. We willen met de ebstroom, dus stroom mee, Norderney verlaten en moeten dan 2 uur voor laag water wel vertrekken. Dat is zo rond half negen dus om half zeven moeten de trossen los.

Dat lukt ons! Wel is de wind nog in het noordoosten, in plaats van het verwachtte (zuid)oosten. We motoren dus eerst maar anderhalf uur het zeegat uit. Met mooi ochtendlicht, tegen de verwachting in zitten er geen wolken voor de zon, maakt Ellen foto’s van Norderney.

Bij rood-witte verkennerston hijsen we dan toch de zeilen. We kunnen niet helemaal de koers zeilen die we willen maar aan de wind blijven wel uit de buurt van de verkeerscheidings-stelsels. Wel moeten we later op een iets breder stuk de vaargeul naar de Jade oversteken. Voordeel is wel dat we iets meer aan de rand van een ankergebied uitkomen. Varen tussen grote stilliggende schepen mag wel maar is weinig relaxt.

Bij de Jade staan er opeens flinke golven. Ons opstapje, geplaatst op het voordek, spoelt overboord. Gelukkig zit er een touwtje aan dus we zijn niks kwijt. Maar daardoor slaat het opstapje nu wel steeds tegen de boeg. Omdat we gisteren veiligheidslijnen hebben geplaatst kan ik aangelijnd naar voren. Wel eerst even mijn zeilbroek en laarzen aan om een beetje droog te blijven. Ik schuifel naar voren, ga op het kletsnatte voordek zitten en haal het opstapje weer binnen.

Tevreden keer ik weer terug naar de kuip.

Er blijkt nauwelijks beroepsvaart in de geul naar de Jade en daarna naar de Weser. Wij kunnen nu, omdat de verkeerscheidings-stelsels hier zijn opgehouden, rechtstreeks koers naar Helgoland zetten. Dat betekent een flink ruimere koers en daarmee ook wat rustiger varen. En dat terwijl de snelheid wat hoger ligt. We hebben trouwens al bijna vanaf het begin van het zeilen een knoopje stroom in de rug mee!

Omdat de boot nu zo rustig op het water ligt durft Ellen het wel aan om als lunch een boterham met gebakken ei aan te bieden. Er is nog een plakje ham bij van het eten van gisteren. Maar Ellen is wat overmoedig en schuift het eerste gebakken ei niet op een boterham maar achter de koelkast.

Ze kan er zelf om lachen! En omdat er nog een ei en een plakje ham is komt niemand wat tekort!

Na zo’n acht uur varen doemt Helgoland op uit de heiigheid. Tja, wat moet je er van zeggen – het is net een puist in zee.

Het is rustig buiten op zee, weinig wind, en om niet op gijpkoers de haven in te hoeven zeilen strijken we op zee (en niet in de ruime voorhaven). In de haven moeten de boten, een beetje op grootte, bij elkaar langszij. We vragen nog hulp van de havenmeester maar het komt er op neer dat we het zelf maar moeten uitzoeken.

Dat lukt ons prima. We liggen als zesde in een pak waar later nog weer een motorboot langszij komt. Wij spannen ons in om een elektriciteitssnoer (van het achterdek) en een landvast (van het voordek) naar de wal te brengen. Behoorlijk wat klauteren over alle dekken heen. En alvast één tegenvaller. Dat de eerste twee boten morgen om 9 uur weg willen valt mee te leven. Dat de vierde boot al om 8 uur weg wil is een beetje jammer!

We puffen een beetje uit. Werken het logboek bij en pakken een rustmoment. En kijken nog even terug op de route:

We doen verder kalm aan en eten pasta met de overgebleven saus. Daarna nog een avondwandelingetje. Hier beneden veel appartementen en hotels – maar veel te beleven is er niet. Wel kun je een blik op de vuurtoren werpen.

Na een blokje vergeefs zoeken naar een tent voor koffie komen we terug bij de haven. Als wij het goed begrijpen is het nu rustig:

Ons wacht nog een klauterpartij over vijf boten naar onze rustplaats!