Na weer een goede nachtrust ging om 8 uur de wekker. De Aquamarijn had de terugreis naar Monnickendam voor de boeg en dat is best een trip! De Valkjes moesten terug naar Rufus; dat is een stuk dichterbij. Aanvullend voordeel voor de twee kleinere bootjes: de windverwachting was kracht 3 à 4 uit zuid tot zuidwestelijke richting wat betekent dat Rufus vanaf de Rakkenpolle bezeild is. De Aquamarijn moest echter rekening houden met kruisen op het IJsselmeer. Om die zeilervaring mee te maken ging Marjolijn met ons mee.
Al voor 10 uur stak de Aquamarijn van wal. Eenmaal goed en wel in de Johan-Frisovaargeul konden we achter ons al snel de Valkjes de andere kant op zien varen en de Jeltesloot insteken. Dat ging zo te zien lekker vlot!
Was het nog droog toen we vertrokken – al snel vielen op de Fluessen de eerste buien op de Aquamarijn. Maar bij de brug bij Warns was het weer droog en werden we na een vriendelijk woord met de brugwachtster via de marifoon voorspoedig doorgelaten. Op naar Stavoren waar Aquamarijn een aantal jaren thuis was. Maar de Zuidelijke sluisdeur stond al open dus snel konden we door.
Na de sluis in de beschermde kom de stootwillen opruimen en de zeilen hijsen – we konden daar mooi in de wind varen! Inmiddels barstte een forse bui boven onze hoofden los. Dat gebeurt nou altijd als je met zijn allen buiten bezig bent. Maar met een Westelijke koers konden we al snel lekker wegzeilen en gingen de dames binnen koffie drinken. Mooi op tijd voor de regenbui overging in hagel.
Het weer knapte daarna wel weer op en een flink stuk uit de kust dachten we met wat Westelijker wind wel direct in één slag naar Enkhuizen te kunnen varen. Maar bij de buien bleek in eerste instantie de wind wat veranderlijk en voeren we bijna richting Lemmer. Even overstag – en wat later bleek de wind weer teruggedraaid. Toen konden we de lange slag naar Enkhuizen wel maken!
We gingen lekker vlot met een aantal zeilboten in vergelijkbare koersen en met vergelijkbare snelheden. De Valkjes hadden ook vlot gezeild. En omdat het IJsselmeer geen zee is en er dus best wel wat telefoon bereik is, ontvingen we een foto van de bemanningen op het Rufus terras. Lekker warme chocolademelk met slagroom!
Na de boterhammen met kaas konden we de zeilen strijken in het Krabbersgat voor Enkhuizen. Ook hier konden we de sluizen van het naviduct zo in varen. En daarna al uitvarend weer hijsen motorend tegen de wind in – mooi snel en efficiënt de sluis gepasseerd!
Hierna een lange slag – eerst maar eens richting Almere in de hoop zo het Paard van Marken te kunnen halen. We zaten lekker in het zonnetje terwijl boven Flevoland de buien hingen. De wind draaide weer wat terug naar het Westen maar nam wel steeds verder af. Omdat we toch wel graag voor het donker thuis wilden zijn (en ook de volgende dag weer moesten werken) de motor bijgezet. Ondertussen werd het ook wel tijd om het avondeten te gaan koken.
Net na de afwas konden we de Gouwzee opvaren. Nog steeds in het zonnetje maar de buien aan bakboord wel wat dichterbij. De pot met goud onder de regenboog lag dit keer in Marken.
Wij voeren door naar Monnickendam waar we om half negen vastknoopten in onze box. Daarna de zeilen opbergen, de boot aan kant, spullen pakken en de kuiptent opgezet. Om tien uur reed Lukas, die ons had opgehaald, het jachthaven terrein af.
Ondanks een enkele bui een mooie tocht gevaren. We kunnen best een afstand aan!