Lange terugtocht (16 mei 2021)

Na weer een goede nachtrust ging om 8 uur de wekker. De Aquamarijn had de terugreis naar Monnickendam voor de boeg en dat is best een trip! De Valkjes moesten terug naar Rufus; dat is een stuk dichterbij. Aanvullend voordeel voor de twee kleinere bootjes: de windverwachting was kracht 3 à 4 uit zuid tot zuidwestelijke richting wat betekent dat Rufus vanaf de Rakkenpolle bezeild is. De Aquamarijn moest echter rekening houden met kruisen op het IJsselmeer. Om die zeilervaring mee te maken ging Marjolijn met ons mee.

Al voor 10 uur stak de Aquamarijn van wal. Eenmaal goed en wel in de Johan-Frisovaargeul konden we achter ons al snel de Valkjes de andere kant op zien varen en de Jeltesloot insteken. Dat ging zo te zien lekker vlot!

Was het nog droog toen we vertrokken – al snel vielen op de Fluessen de eerste buien op de Aquamarijn. Maar bij de brug bij Warns was het weer droog en werden we na een vriendelijk woord met de brugwachtster via de marifoon voorspoedig doorgelaten. Op naar Stavoren waar Aquamarijn een aantal jaren thuis was. Maar de Zuidelijke sluisdeur stond al open dus snel konden we door.

Na de sluis in de beschermde kom de stootwillen opruimen en de zeilen hijsen – we konden daar mooi in de wind varen! Inmiddels barstte een forse bui boven onze hoofden los. Dat gebeurt nou altijd als je met zijn allen buiten bezig bent. Maar met een Westelijke koers konden we al snel lekker wegzeilen en gingen de dames binnen koffie drinken. Mooi op tijd voor de regenbui overging in hagel.

Het weer knapte daarna wel weer op en een flink stuk uit de kust dachten we met wat Westelijker wind wel direct in één slag naar Enkhuizen te kunnen varen. Maar bij de buien bleek in eerste instantie de wind wat veranderlijk en voeren we bijna richting Lemmer. Even overstag – en wat later bleek de wind weer teruggedraaid. Toen konden we de lange slag naar Enkhuizen wel maken!

We gingen lekker vlot met een aantal zeilboten in vergelijkbare koersen en met vergelijkbare snelheden. De Valkjes hadden ook vlot gezeild. En omdat het IJsselmeer geen zee is en er dus best wel wat telefoon bereik is, ontvingen we een foto van de bemanningen op het Rufus terras. Lekker warme chocolademelk met slagroom!

Na de boterhammen met kaas konden we de zeilen strijken in het Krabbersgat voor Enkhuizen. Ook hier konden we de sluizen van het naviduct zo in varen. En daarna al uitvarend weer hijsen motorend tegen de wind in – mooi snel en efficiënt de sluis gepasseerd!

Hierna een lange slag – eerst maar eens richting Almere in de hoop zo het Paard van Marken te kunnen halen. We zaten lekker in het zonnetje terwijl boven Flevoland de buien hingen. De wind draaide weer wat terug naar het Westen maar nam wel steeds verder af. Omdat we toch wel graag voor het donker thuis wilden zijn (en ook de volgende dag weer moesten werken) de motor bijgezet. Ondertussen werd het ook wel tijd om het avondeten te gaan koken.

Net na de afwas konden we de Gouwzee opvaren. Nog steeds in het zonnetje maar de buien aan bakboord wel wat dichterbij. De pot met goud onder de regenboog lag dit keer in Marken.

Wij voeren door naar Monnickendam waar we om half negen vastknoopten in onze box. Daarna de zeilen opbergen, de boot aan kant, spullen pakken en de kuiptent opgezet. Om tien uur reed Lukas, die ons had opgehaald, het jachthaven terrein af.

Ondanks een enkele bui een mooie tocht gevaren. We kunnen best een afstand aan!

Eiland Rakkenpolle (15 mei 2021)

Dat was prima te doen met z’n zessen op de boot slapen. Iedereen heeft goed geslapen en het niet koud gehad. Ik ben als eerste op, waarna Mirjam volgt. We lopen samen naar de bakker. De croissantjes zijn zo groot dat het haast een volledig ontbijt is. Een doos vol stukjes pannenkoek die Lukas en Mirjam van huis hadden meegenomen worden verwarmd en ook nog verorbert. We zitten gezellig met z’n allen in de kajuit. Ook Antonella en Luuk die op de valk hebben geslapen komen aan boord. Zij hebben met behulp van de extra slaapzak het ook niet koud gehad.

Het is grijs en af en toe regent het en er staat amper wind. We hebben geen haast. Dus nog maar koffie zetten. We besluiten voor de lunch naar het eiland voor Heeg te varen. Niet erg ver weg, maar met de valkjes met weinig wind goed te doen.

Wij gaan ze met de Aquamarijn achterna. Lukas en Mirjam zijn als een speer er vandoor gegaan. Antonella, Luuk en Nadia zitten vast in het riet. Als wij aangelegd zijn bij het eiland komen Lukas en Mirjam er al aan. Op dat moment breekt de zon ook door en kan alle zeilkleding en meer uit. Joost gaat eitjes bakken voor op brood.

Wij hebben onze lunch op als Antonella, Luuk en Nadia aankomen die nog even een extra rondje om het eiland hebben gezeild. Plan was eerst na de lunch verder te zeilen, maar de wind neemt verder af. We besluiten dat we de nacht op het eiland door gaan brengen. Dan hebben we geen stroom, maar onze accu’s zijn vol genoeg. Er moeten nog wel boodschappen gedaan worden voor het avondeten, dus varen Marjolijn, Nadia en ik met een valkje naar Heeg. Joost en Antonella gaan gitaar spelen, Mirjam maakt foto’s, Lukas doet een tukje en Luuk gaat vogelen. Antonella en Luuk waren weer de dappersten, zij hebben ook nog gezwommen.

Aan het eind van de middag zitten we weer met z’n allen in de kuip voor een borrel. Als het gaat regenen doen we de kuiptent er weer op. Nadia maakt heerlijke nasi. Geheel vegan en we krijgen ook nog als toetje Ben and Jerry’s vegan ijs in drie smaken. We vermaken ons verder weer met spelletjes. Jammer dat ons avontuurlijke eilandgevoel wat teniet gedaan wordt door de lantaarnpalen die ze hier langs de kade hebben gezet.

Flottielje zeilen (14 mei 2021)

Na een frisse nacht was bijna iedereen op tijd wakker en klaar voor ontbijt. De nachtrust was hier en daar verstoord door een leeglopend luchtbed, afwassers in de vroege ochtend (half 7)en de kou. Niet vaak hebben we zulke koude nachten gehad rond Hemelvaart. Volgens de verwachting was dit de koudste nacht; echt warm wordt het dit weekend echter niet.

Daarna is het klaarmaken voor vertrek. Voor de Valk-zeilers is het dan toch weer even kijken hoe alles werkt. Maar al gauw zat alles weer op zijn plek. Ook werd de meegehuurde kaart gecontroleerd om te zien of de afspreekpunten er wel op stonden. Toen dat niet zo bleek te zijn kon de kaart nog geruild. Doel voor vandaag Balk; als we dat door gebrek aan wind niet halen kunnen we uitwijken naar Woudsend.

Alles klaar; vertrekken maar. Dit betekent wel dat de Valkjes verder de Noorder Oudeweg afvaren terwijl de Aquamarijn terug moet naar het Snekermeer en dan over het Prinses Margrietkanaal. De vaste brug van de A7 is immers niet hoog genoeg voor onze mast. Zonder moeite passeren we de brug bij Uitwellingerga op weg naar het afgesproken lunchpunt aan de noordzijde van het Koevoordermeer. Zonder moeite leggen we daar aan; wel zijn we even bezig om de boot een paaltje naar voren te verhalen; dan kunnen de Valkjes achter de Aquamarijn aanleggen.

Als de Valkjes één voor één zijn aangekomen is er warme ‘Cup a Soup’. Daarnaast brood met kaas. Dat smaakt natuurlijk goed. Verder wordt er naar de vogeltjes geluisterd die zich goed laten horen maar niet laten zien. En dan is het tijd om te vertrekken; door de matige wind (kracht 2) wordt de reis ingekort naar Woudsend. Uiteraard via de Jeltesloot (met een akwaduct) en de Nauwe Wymerts.

Maar eerst het Prinses Margrietkanaal oversteken. Als de Aquamarijn aansluit komen er net 2 vrachtschepen naast elkaar uit Noordelijke richting – even aan de kant blijven dus. Snel daarna halen we op de motor de zeilende Valkjes in.

Op de Nauwe Wymerts wordt met ruime wind ook op de Aquamarijn – alleen op de Fok – gezeild. Heerlijk glijden we door het Friese landschap – net als er ook iets van een zonnetje door de wolken schijnt. Met de boot in kundige handen kan ik even lekker doezelen.

We melden ons via de meldsteiger van De Rakken. Hier waren we vaker! De Valkjes achterin; voor de Aquamarijn is een plek aan stijger B. De moeders koken samen Chili; met aardbeien kwark en slagroom toe. Bij de borrel en in de avond spelen we ‘De grote Dalmutti’; het leven is oneerlijk – dit spel ook.

Vanwege de frisheid mogen er wat meer mensen in de Aquamarijn slapen; van de zeven slaapplaatsen worden er zes bezet! Morgen doen we rustig aan – er is nauwelijks wind voorspelt!

Naar Rufus (13 mei 2021)

Vandaag wordt een motordag door Friesland om ‘Rufus aan het water’ te bereiken waar we met de kinderen en de van Osnabrugges hebben afgesproken. Rufus is ons oude vertrouwde plek in Friesland waar we al komen met Ytzen en Marjolijn voordat we kinderen hadden. We huurden daar vele jaren valkjes ook later met onze kinderen en trokken met Hemelvaart of Pinksteren door Friesland. De traditie willen we hoog houden. Lukt niet ieder jaar, maar nu weer eens wel. Wij gaan wel met onze eigen boot, Marjolijn zal bij ons op de boot slapen en de kinderen mogen slapen en varen in de valkjes. Helaas ontbreekt Jeroen die te veel andere dingen te doen had.

Maar eerst moet er nog wat boodschappen gehaald worden om straks al die monden te kunnen voeden. Ik ben al vroeg wakker en loop door rustiek Franeker naar de AH. Helaas zijn alle bakkers hier op Hemelvaartsdag dicht. Bij de AH ben ik verbaasd. Ik blijk de verkeerde ingang genomen te hebben en in de Lidl te staan. Valt toch niet mee zo vroeg boodschappen doen. Thuisgekomen blijk ik ook nog suikervrije Fanta en 0.0 Leffe gekocht te hebben. Joost loopt toch nog maar een keer naar AH.

Rond 10 uur varen we weg, nadat we van verschillende mensen weer complimenten over de boot hebben gekregen. Het is schitterend zonnig weer en weinig wind. Een prima dag om dit te doen. We varen over het Harinxmakanaal naar Leeuwarden. Vorig jaar hebben we dit stuk ook gevaren en vonden het toen een troosteloos stuk Friesland. Maar toen was het grijs en regende het en waaide het te hard om te zeilen en was de verwachting dat dat de volgende dagen nog niet ging veranderen. Dat helpt niet mee. Nu vonden we het wel leuk om hier te varen. En zogenieten we van het langstrekkend landschap.

We moeten heel wat bruggen passeren. Joost weet de boot toch aardig te manoeuvreren nu. Bij een spoorbrug waar al aardig wat bootjes wachten voor de brug komt er een grote aak aan, die gewoon doorvaart omdat hij onder de brug door kan. Joost heeft de situatie goed ingeschat en maakt dat hij wegkomt op zo’n manier dat we niet in de problemen komen. Bij een volgende brug voor het wachten aan hoger wal, de spiegel even aan de kant vastgemaakt.

De tocht loopt voorspoedig en we komen rond 3 uur aan op het Sneeker meer. Rufus ligt aan een vaarwater hiervandaan. Omdat we nog maar net bericht kregen dat de rest uit Amsterdam is vertrokken besluiten we ons anker uit te gaan proberen. We zoeken een goed plekje uit aan hoger wal. Nu dus het anker gewoon laten zakken en wat meehelpen terwijl Joost achteruit vaart. Het is hier niet eens 2 meter diep ( we hebben onze kiel al eerder opgetrokken) zodat er niet veel ankerketting nodig is om vast te liggen. We zetten een lijntje vast van de ketting naar de boot zodat het anker trekt aan de bolder op de boot en niet aan de ankerinrichting. Gaat allemaal zoals we in de boekjes hebben gelezen. En dan liggen we voor het eerst voor anker op onze eigen boot. Omdat de boot door de wind van de wind af wordt geduwd, zit je dan in de kuip lekker uit de wind, die best fris was geworden. Licht schommelend kijken we uit over het Sneekermeer, horen veel vogelgeluiden en zien in de verte allemaal zeiltjes. Rond 5 uur moet het anker maar weer eens opgehaald worden. Het was even wennen om dat met armkracht via een lier te moeten doen. We waren niet anders gewend dan gemotoriseerde ankerlieren. Maar dit gaat best zolang je geen 30 meter binnen moet halen.

We varen naar Rufus en daar blijkt iedereen al te zijn en druk in de weer de valkjes op hun plek te varen en dektenten erover te doen voor de slaapplekken. Wij hadden er vast een ligplaats gereserveerd. We gaan eerst met z’n allen in de kajuit een drankje drinken. Antonella en Luuk hebben brood gebakken en allerlei lekkere hapjes voor erop gemaakt. We zitten zo heel gezellig te borrelen. Niet volgens de Coronaregels, maar we hebben allemaal gisteravond of vandaag een Corona zelftest gedaan. Het is ’s avonds te koud om buiten te blijven en ook bij regen zal er op onze boot geschuild moeten worden. Als Joost gaat koken en de kinderen de laatste dingen klaarmaken voor hun slaapplek, zetten Marjolijn en ik de kuiptent op. Het werd behoorlijk fris. We laten de benedenwindse kant open voor de ventilatie. We eten gezellig en warm nasi en als toetjes koffie met scones ook weer door Luuk en Antonella gemaakt. Daarna doet de rest nog een spelletje en probeer ik toch het thuisfront nog even op de hoogte te brengen van onze dag.

Mocht er morgen geen nieuw bericht komen dan is het hier denk ik te gezellig.

Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan (12 mei 2021)

De haven van Vlieland is niet erg ruim (OK, het is er gewoon krap). En omdat we gister heel netjes het correcte formaat van onze boot hebben opgegeven hebben we deze morgen buikpijn over het wegvaren. Straffe wind, benedenwinds een langere (!) boot en op één bootlengte afstand de achterkant van de boten aan de andere stijger liggen.

Maar ja, we willen verder (ook om donderdag bij Zeilboerderij Rufus te kunnen zijn). En dus een plan gemaakt met behulp van een Spruit en de bovendwindse buurman en buurvrouw. Buurvrouw gaat ons van de benedenwindse boot afhouden; buurman geeft met een lijn een zwieper aan de punt van onze boot. Gaat allemaal heel goed totdat buurman een zwieper geeft terwijl ik nog achteruit vaar. Iets te vroeg weer aan de kant waardoor we de volgende benedenwindse boot ook even aanraken. Weer een schippersles in de praktijk – vertel iedereen wat het plan is en stel vast dat het plan wordt begrepen. Tweede schippersles: in een tijd waar iedereen een boegschroef heeft en verwacht dat je op je plek kunt keren is, als je wat minder manoeuvreerbaar bent (door boot en/of schipper) is overdrijven van de bootlengte bij het zoeken van een plekje geen zonde!

Dat we daarna nog even midden in het geultje moeten wachten op een grote boot die door de haven stuift is, tot verbazing van enkele omstanders, dan nog een fluitje van een cent. En dat ik gelijk de zee opvaar terwijl Ellen nog lijnen en stootwillen aan het opruimen is, en haar dat werk dus in de onrustige zee laat doen, kan er ook nog wel bij. Ellen ervaart nog maar eens dat de Aquamarijn rustig op het water ligt in vergelijking tot menig andere boot waar we op voeren.

Op zee komt de stroom en de wind uit dezelfde hoek. Dus bijna op onze plaats kunnen we zeilen hijsen terwijl ondertussen ook de veerboot vertrekt. En dan gaan we een lekker stukje stroom mee achter de veerboot aan richting Noordzee.

Vertrek zo rond half elf betekent vandaag net na hoog water. Eigenlijk helemaal niet het tijdstip om naar Harlingen te vertrekken. Dat doe je meestal vlak voor laag water zodat je de vloedstroom mee krijgt. Maar ja, dat is pas om een uur of 4 vanmiddag. En dan ben je pas ’s avonds om een uur of 8 bij Harlingen; als al niet zoals verwacht tegen de avond de wind – deze ochtend kracht 4 uit Westelijke richting – afneemt. En omdat we nu eenmaal donderdag een afspraak in Friesland hebben varen we dus al in de ochtend uit. Bijkomend voordeel het is lekker zonnig weer en er staat een mooie zeilwind. Heerlijk zeilen dus. Klein nadeel – over de grond gaan we met stroom tegen echt niet harder dan een knoop of drie. Je kan dat ook als een voordeel zien – het zeilplezier wordt zo verlengd!

Bron van vermaak tijdens de lange tocht is de verkeerscentrale Brandaris. Op hun marifoonkanaal komen allerlei berichten voorbij. Vooral krijgen we een beeld van alle commerciële vaart in deze wateren die zich allemaal melden en informatie over elkaar krijgen.
Maar ook mensen bijvoorbeeld die vragen of ze met de huidige waterstand door het Schuitengat kunnen. Krijgen ze alle benodigde informatie (minst gelode diepte, 4m20, en huidige waterstand, -1m05, beide ten opzichte van NAP), maar of je er door kan moet de schipper met een diepgang van 1m50 dan toch echt even zelf bepalen.
Ook wordt er een schip gewaarschuwd dat even een bochtje wil afsnijden naar het Schuitengat toe (nee die boeien liggen er niet voor niks). Een loods moet uit Harlingen naar zee om een schip binnen te brengen.
Een boot die constant (letterlijk) over het marifoonkanaal uitzend wordt aangesproken met het ‘schip waar ze net aan het kaasplankje zijn begonnen’ en opgeroepen niet uit te zenden. Als dit niet helpt worden ze uitgepeild en er wordt een boot langs gestuurd. Als die verslag uitbrengt leren we weer dat er geitenkaas van het eiland op het kaasplankje lag.
Een zeilboot, net als wij dan op de Blauwe Slenk, met onduidelijke naam heeft lekkage en een niet werkende motor. Eerst wordt het mysterie van de naam opgelost. Daarna sleept een andere boot (van een hulpdienst) het schip naar Harlingen.
Mijn hoogtepunt blijft tenslotte toch als de mevrouw van dienst een oproep weer besluit met de oprechte wens voor een goede hemelvaart.

Even voor Harlingen, ten hoogte van de Pollendam valt de wind dan toch weg en komt aan de mooie zeiltocht een einde. Zeilen strijken en op de motor Harlingen rond half zeven in. Direct door naar de Tjerk Hiddesluizen om op het Harinxma kanaal te komen. De sluismeester beantwoord de marifoonoproep niet meteen maar daarna mogen we de grote sluis in. De kleine sluis staat open en daar wordt op dat moment fors water vanuit Friesland de Waddenzee in gespuit (dat kan nu want het is laag water..)

We besluiten 3 bruggen verder te varen naar Franeker. Daar hebben we – als onze herinnering ons niet bedriegt – niet eerder in een boot gelegen. Bruggen worden op marifoonverzoek direct voor ons geopend en zo liggen we om 20 uur aan de Zuidkade in Franeker.

Ellen heeft ondertussen eten (Schnitzel met pepersaus en sliptongetjes) bestelt bij het lokale restaurant. Dat gaat ze vast halen terwijl de boot gereed wordt gemaakt voor de nacht (huikje om het zeil, boot aan de stroom, en dat soort dingen). Na deze bewogen dag smaakt het eten ons uitstekend!

En dan natuurlijk ook nog een wandeling door het heel mooie Franeker. Echt een leuk oud stadje met mooie gebouwen en natuurlijk het Planetarium.