Griekse avonturen (Laenkevig – Juelsminde, 25,3 mijl, 13 juli)

Ik ben op zoek naar de goede gate. We, mijn familie, Joost en ik hadden ingecheckt op Schiphol, maar nu ben ik iedereen kwijt. Ik dwaal wat rond, ga trappen op en af, lange gangen door. Nog een enorme trap op,\ maar die leidt alleen maar naar een kunstwerk (??!!). Ik sta zelfs buiten. Ik wil Joost bellen, maar heb geen telefoon en niemand wil me er een lenen. Ik ben doodmoe, kijk opzij en zie Joost naast me liggen.

De meeste ochtenden hier wordt ik veel relaxter wakker. Komt het door het feit dat we voor het eerst weer voor anker de nacht doorbrengen? Ik was om half 6 al even wakker en heb rondgekeken of we nog goed lagen en om half zeven ging Joost eruit om allerlei klepperende zaken vast te sjorren. Nu is het half negen en heb geen ideeën hoe lang deze boze droom geduurd heeft.

Gauw eruit, de beste remedie om boze dromen van je af te schudden. Na een ontbijtje buiten in de kuip varen we eenvoudig weg door het anker op te halen. We gaan op de motor, want veel wind tegen eerst. We varen door de smalste passage van de kleine Belt, het is net een kronkelende rivier. We gaan een spoorbrug onderdoor en de enige brug die Jutland met Funen verbindt. De omgeving is schitterend, oude scheepvaartstadjes, badplaatsen en een echte industriehaven wisselen elkaar af. Tot we opeens weer het ruime sop voor ons zien liggen. We hijsen de zeilen en kunnen in een noordelijk richting met halve wind zeilen. Eerst maar rond de 4 knopen, later wel 5. Het is goed uit te houden met de zon en een windje van opzij. Wel goed smeren want we hebben geen bimini die ons beschermd tegen de zon.

Onze bestemming voor vandaag is Juelsminde een badplaats op Jutland. Het is altijd leuk om op een nieuwe plek aan te komen en van een afstand vast te bekijken. Er zouden wel 4 havens zijn, dus daar moet toch wel een plekje voor ons bij zijn. Tot onze schrik zien we wel zaken die op een Kermis wijzen. Het blijkt er echt een kermis te zijn en alle havens liggen vol. Achter het plaatsje ligt wel een mooie baai met strand. De wind komt daar van land en het is dus een ideale baai om te ankeren, zeker als je weet dat de wind niet zal gaan liggen.

Even later liggen we voor anker. We moeten nog wel boodschappen doen, dus moeten we eindelijk onze opblaas kajak maar eens gaan uitproberen. Vorig jaar gekocht toen we bij Fred en Sietske zo’n kajak zagen. We waren de bijbootjes en de haperende buitenboordmotoren zo zat en in plaats van de huur daarvan voor 1 vakantie konden we ook een kajak kopen. Op het dek hebben we de boot opgepompt. Wat ik eerder maar een rariteit van de Bavaria vond (een spiegel die je uitklapt waardoor een zwemplatform ontstaat) kwam nu goed van pas. We legden de kano erachter en konden prima instappen. Peddelen naar de kant en een zachte landing op het strand.

Een leuke wandeling naar het plaatsje voor de boodschappen en terug weer naar de boot gepeddeld. Missie geslaagd! Zeer tevreden waren we over deze kano, die heel stabiel bleek en waar ook de boodschappen nog bij pasten. Het deed ons denken aan meerdere avonturen in Griekenland.

Voor de derde keer op rij aten we buiten in de kuip. Daarna moesten we toch vanwege de kou naar binnen, het is wat dat betreft niet echt Griekenland.

Warm, weinig wind, veel kwallen en zeven reetjes (Assens – Laenkevig 15,5nm; 12 juli 2018)

De voorspelling voor vandaag bevatte mooi weer en weinig wind. We deden dan ook kalm aan en genoten van de warme douches in de haven van Assens. Ondertussen letten we niet erg op. Uit het dok naast ons, waar gister nog hoog en droog werd gewerkt (zie de lunch foto van gisteren) is opeens de Atlas gevaren. Hij wordt even aan de kant gelegd – maar vaart later weg (en is zelfs even oploper).

Wegvaren uit een box zonder wind is niet heel ingewikkeld. Kalmpjes verlaten we de haven. En inderdaad: ook buitengaats geen wind. Wel is het bijzonder warm. Pff. Met een kalm vaartje (zo’n 4,5 knopen) tuffen we om de ondiepten van de Klein Belt heen. Af en toe even naar binnen, zogenaamd om op de kaart te kijken of het logboek bij te werken, maar in werkelijkheid om even uit de brandende zon te zijn.

Met dit weer wil je zwemmen. Daarom de ankerplaats Laenkevig opgezocht aan de Oostkant van het kleine eiland Faenø  en onder de plaats Middelfart op Funen. Maar waar we gisteren al veel kwallen zagen – vandaag zijn het er wel heel erg veel. Dat is iets teveel van het goede – we blazen het zwemmen maar even af.

We liggen hier goed – zeker als rond half vijf er een briesje opsteekt en er af en toe een wolkje voor de zon gaat. Op het eilandje zien we een kudde reeën en horen we de vogels fluiten.

We kijken naar de route – we gaan morgen verder naar het Noorden en onder twee bruggen door. Ellen maakt onze maaltijd klaar, we eten lekker buiten op het dek. En we lezen verder in onze boeken (of de krant per Internet). En we drinken nog een drankje.

Superzeilweer (Mommark – Assens, 27,3 mijl, 11 juli)

Het slaapt heerlijk op de boot. Toen we naar bed gingen was er nog een forse wind en ben ik zo in slaap gedeind. Wakker word ik in alle rust, geen wind, geen deining. Wel al veel menselijke geluiden. Wat zijn die Denen toch vroeg op. Ik sta niet laat op, net na 8 uur, Joost nog in diepe slaap. Een loopje naar het restaurant om de broodjes op te halen. Terug bij de boot blijkt de buurman te willen vertrekken. We liggen juist nu niet in een box maar aan andere boten vast. In plaats van Joost wakker te maken met een klaar staand ontbijtje moet ik hem wakker maken om te komen helpen met het gegoochel met lijnen. Zo’n nog erg slaperige schipper aan het werk ziet er wel aandoenlijk uit. Even later liggen we weer vast. Tijdens ons ontbijt wil de andere buurman weg. Heerlijke timing allemaal. De lijn aan die kant zetten we niet meer vast, de wind die nu toch is gaan waaien zorgt dat de boot goed blijft liggen. Nog even afwassen en wij kunnen ook vertrekken, de haven heel wat leger achter latend.

We moteren een eindje pal tegen de wind in om zo hoog mogelijk (ten opzichte van de wind) te kunnen starten aan onze tocht verder de Kleine Belt in met eindbestemming Assens op Funen. Dat geeft ook de mogelijkheid om nog even koffie te zetten en te drinken. Zeilen hijsen en met een koers van 330 graden en Noordoostenwind 3 a 4 gaan we gemiddeld 6 knopen. Soms halen we bijna 8 knopen en gaan we behoorlijk schuin. En dat alles met een heerlijk zonnetje! Als dan een tuimelaar een tijdje met ons meezwemt is het feestje compleet! Genieten!

Na 3,5 uur zeilen zien we Assens, een oud scheepvaartstadje, liggen. We moeten dan de zeilen strijken en tegen de wind in motoren, ondiepten vlak voor het stadje vermijdend. De vaarwijzer beloofde een ruime haven met meer dan genoeg gastenplaatsen en dat blijkt te kloppen. Twee pogingen met wind van zij een box met onze achterkant in te varen mislukken. Dan maar aan de andere kant met de punt naar de kant, veel makkelijker. Met de dwarse wind in een wat te ruime box moeten we weer wat goochelen met lijnen. Daarbij doen we een wedstrijdje lasso werpen om een paal heen en ik win! Een wat late lunch in de kuip smaakt ons goed. Het is al bijna te warm.

Liggeld betalen gaat in Denemarken vaak via een automaat, hier ook. Jammer aan een kant, die havenmeesters (of meesteressen) hebben toch ook wel wat. Het betaalbewijs aan de boot gehangen en op pad het stadje in. Die Denen zijn overal vroeg mee, geloof ik. Om vier uur ging het enige museum en de plaatselijke VVV dicht. Het was net wat later. Ook de kerk bleek geheel dicht en alleen van buiten te bewonderen. Heel lang hebben we ons er niet kunnen vermaken. Wel al fors last van de hitte en vonden het heerlijk om in een koele supermarkt boodschappen te doen.

Terug op de boot weer lekker lezen, koken, voor het eerst buiten eten en daarna een wandelingetje langs het water met een mooie zonsondergang.

Opschieten met halve wind – (Strande – Mommark 33,7nm; 10 juli 2018)

Gisteravond het plan gemaakt – we gaan via de Westelijke route naar het Noorden. Dat past mooi bij de verwachte Oostenwind van de komende dagen. En het is ook een heel mooi stuk! Iets kortere tochten leek ons ook verstandig – dan hebben we niet de hele tijd haast en zijn we ook ruim voor het eten binnen. Op 34 mijl ligt Mommark (Denemarken). Daar waren we eerder maar leek nu weer de perfecte stop op weg naar “boven”.

Toen we wakker werden was de Westenwind inderdaad gaan liggen – een Oostenwind was er nog niet. Maar na het inleveren van de toiletsleutel, de laatste boodschappen (vooral yoghurt) en het ontbijt was er toch een Oostenwindje te voelen. We waren om kwart voor tien nog niet helemaal wakker dus duurde het dit keer iets langer voordat we de box uit konden varen. Maar daarna snel op de motor in Oostelijke richting naar de boei die we moesten ronden om de ondiepten bij Strande te ontlopen.

Daar de zeilen gehesen. Het bleek inmiddels windkracht 4 en inderdaad uit het Oosten. Nog even wat trimmen en daarna was de boot op snelheid. Zo rond de zes knopen. Soms kwam er een bootje achterop, we haalden er ook twee in en er waren ook twee tegenliggers. Maar we voeren vooral lekker door. Het enige dat ons wat verbaasde was dat het geen warme maar een frisse Oostenwind was.

De golfslag veroorzaakte een zeldzame spetter. Was wel net teveel om even fijn binnen lunch te maken. Dus brood en beleg naar buiten – in het tafelkastje. En daar smeerden we dan ons brood kaas respectievelijk salami. Met een blikje Fanta dit keer.

Om goed om de punt van Als (het eiland waar Mommark op ligt) te kunnen varen moesten we een beetje oploeven. We moesten toch echt om een Oostkardinaal heen varen. Ellen ging nog even met volle maag een dutje doen. De Notos rondde de boei, viel weer wat af en parallel aan de kust van Als gingen we op ons doel af. Wel even opletten – om netjes de haven in te komen moeten we eerst even doorvaren en dan terug steken.

Om half vier konden de zeilen al neer. En achter een vissersbootje aan gingen we de haven. Niet heel veel plek maar we konden mooi tussen twee boten in vastknopen. Nu met de achterkant naar de wal wat af en opstappen op de lage steiger vereenvoudigt. Dan een frisdrankje en genieten van de bootmensen die er liggen (waaronder een meisje van nog geen 2 dat best alleen van haar zeilboot wil klimmen) en de boten die na ons komen. Eén zeilboot vaart nogal hard tegen de kant – kennelijk doet de achteruit het niet. En de vlag van het gastland in het wand gehesen. Bij het aanmelden gelijk in het restaurant gereserveerd voor de avondmaaltijd. We kunnen daarna op het achterdek gaan lezen, even douchen of een dutje gaan doen.

Het helemaal niet grote restaurant is helemaal vol als we om 7 uur aanschuiven. Ter verhoging van de feestvreugde gaat de eigenaar verhaaltjes vertellen (hij zou Louis Armstrong hebben leren zingen) en zingen. Naast enkele Deense klasiekers passeren onder meer “A Wonderfull world”, “A teenager in love”, “I’m gonna love you just a little bit more” en “Green green grass of home”. Snel is op één of andere manier duidelijk dat wij geen Duitsers zijn. Het mag de pret niet drukken. De eenvoudige doch voedzame maaltijd (Zalm en Hamburger) smaakt goed en de stemming is prima.

Op de boot nog koffie en het WK volgen we via Nu.nl. Jammer voor België. Wij gaan morgen weer verder en hopen met Mirjam op een Kroatisch feestje.

Gestrand in Strande? (9 juli, Strande)

We hadden van te voren gezien dat voor vandaag een westenwind 5 was voorspeld en op zee zelfs zes. Expres deze haven uitgezocht aan de westkant van de Kieler Bocht, zodat we voor een dagje ‘schuilen’ goed beschut zouden liggen. De mooie maar wel drukke badplaats aan de oostzijde kenden we toch al. We zijn altijd wel in voor iets nieuw.

Het was nog erg stil bij het wakker worden, nauwelijks geklots tegen de boot. Toen we eruit waren begon de wind wat aan te trekken, maar het viel ons erg mee. Niettemin genoten we van een dagje rustig aan. Lekker krantje (op I-pad) lezen bij het ontbijt, muziekje op. De douche op de boot maar eens uitgeprobeerd want de douche in de haven was te veel Duitse gezelligheid op te weinig vierkante meters. Privacy hoeven die Duitsers niet als het maar met mensen van hetzelfde geslacht is. Superdouche op de boot zodat ik te veel warm water had verbruikt en Joost een deels koude douche had. (Sommige lezers weten dat dat ook wel eens andersom is voorgekomen).

Ik ging ons maar eens melden bij de havenmeester. In een mum van tijd was dat geregeld. Liggeld van 6.75 per nacht! Dat lukt in Nederland niet. Ik dacht klaar te zijn, maar de havenmeester vroeg of ik niet iets vergeten was. Ik had geen idee. Lachend zei hij: “de wifi code! De Nederlanders vragen daar allemaal als eerste om! ” De Duitsers niet dan, kon ik alleen maar uitbrengen. Veel minder volgens hem. (Toch maar eens nagaan of ik niet beter een Duits mobiel abonnement kan nemen!) Nadat ik nog bij een supermarktje brood en iets lekkers voor bij de koffie (vroeg Joost zelf om!?) gekocht had, terug naar de boot waar Joost die koffie ging zetten. Daarbij lekker lezen, ik in ‘Donderdagmiddagdochter’ van Stevo Akkerman en Joost ‘God en ik’ van Alain Verheij, waarbij we elkaar de opmerkelijkste uitspraken vertellen en we beiden ook vinden dat de ander het boek ook moet lezen.

Na een lunch op de boot trekken we onze wandelschoenen aan. Vroeger heb ik van Joost geleerd een hele dag te kunnen lezen en hij van mij dat wandelen leuk kan zijn. Dit combineren we tegenwoordig graag. We wandelen via een kustpad langs de Kieler fjord richting Kiel en hebben voortdurend een mooi uitzicht. In de verte zien we de zeilen van heel wat kite surfers alsof er slingers boven de zee zijn opgehangen.

We komen langs het Olympisch zeildorp van 1936 en 1972 en drinken op een wat alternatief terras niet zomaar een cola’tje en een biertje. Een afro-cola, zonder duidelijk vermelding waarom het zo heette. Ik vraag me dan meteen af of dit niet erger is dan gewone cola. Hoe was het ook al weer? Honderd liter water is nodig voor 1 liter cola! Op het flesje van het Flensburger biertje staat dat per flesje dat ze verkopen een vierkante meter strand gereinigd wordt. Bijzonder toch dat consumeren zo goed kan doen.

Drie uur later ploffen we op de bankjes in de kuip, schoenen uit, benen omhoog, een biertje en weer een boek! Vakantie! Joost kookt nog een maaltijd op de boot, en na de maaltijd moeten we maar eens plannen voor de tocht van morgen gaan maken.