Langs Mons Klint naar Rodvik (25 mijl)

Het is hier niet saai, althans het weer niet. Gisteravond regende het nog behoorlijk en vanochtend zie ik bij het wakker worden een stralend blauwe lucht door het zijraampje. Dat komt goed uit! Vandaag gaan we langs de krijtrotsen van Mons Klint varen. Vorig jaar was het daar geen weer voor en zijn we niet verder gekomen dat Klintholm. Nu gaan we verder. In de ochtendzon zijn de krijtrotsen het beste te zien. Eerst moeten er nog wat boodschappen gedaan worden in de ‘skibsproviantering’ (Deens is niet moeilijk), oa een koffiekan. Terug op de boot was Joost aan het bellen, met z’n werk bleek. Gelukkig hebben we op zee geen bereik!

Uitvaren is altijd leuk. Zoals ook varen op zee leuk is en weer ergens aankomen. Het een niet zonder het ander. Ik zou geen wereldzeiler kunnen zijn en dagen op zee zitten.  We motoren het eerste stuk, er is nog niet zoveel wind, er staat een heerlijk zonnetje. Koffie gezet en ingeschonken en dan komen de krijtrotsen in zicht. Schitterend! Onder het genieten denk ik opeens: hoe kan het op zee naar brand ruiken? Oeps, dat moet in de boot zijn! Snel duik ik de kajuit in om een zwartgeblakerd melkpannetje van het vuur te halen.


Aan het einde van de 7 km lange krijtrotsen  gaan de zeilen omhoog. Met halve wind uit het Westen gaan we met een aardig vaartje. De lucht trekt dicht en de krijtrotsen worden aan ons gezicht onttrokken alsof de natuur zegt: jullie hebben de voorstelling gezien, dan kan het gordijn weer dicht. De wind trekt lekker aan en we gaan met 5-6 knopen op weg naar Rodvik zo’n 15 mijl te gaan.

Vandaag niet zo’n lange tocht, want twee lange dagen op zee zijn wel even genoeg geweest. De haven is al behoorlijk vol, maar er is nog wel plek. De boxen zijn in verhouding vrij lang en een lijn blijkt te kort om een paal te kunnen halen. Gelukkig ligt er nog een langere in de bakskist en na getover met lijnen liggen we uiteindelijk rond een uur of drie helemaal goed. We genieten in de kuip van een verlate lunch en van alle bootjes die binnen komen, temeer daar de zon weer te voorschijn is gekomen. De middag wordt besteed aan een dutje doen en een boek lezen. Na een rondje in het dorp,  wat niet zoveel voorstelt, eten we bij de Thai vlak bij onze boot. En daarna: koffie in de kajuit, een muziekje op, blogje schrijven, boek lezen en de tocht voor morgen plannen.

Gedser – Klintholm: 35 mijl is best ver met wind uit onverwachte hoek

We verbazen ons zelf. Na weer een goede nacht, een prima muesli ontbijt en het terugbrengen van de Haven card verlaten we ruim voor 9 uur de havenbox. Ook echt prima getimed om, als de voorlijnen en stootwillen weer op hun plek zijn opgeruimd, achter de Ferry aan de vaargeul in. Ellen ging ondertussen koffie zetten.

Het weer was in een aantal opzichten minder dan gister. Het was bewolkt en het zou eind van de dag gaan regenen. Maar het waaide nu wel. Een krachtje 3 hooguit matig 4. Maar die werd verwacht uit Zuid-Oostelijke richting en omdat wij het hoekje om bij Gedser naar Klintholm in Noord-Oostelijke richting wilden leek dat allemaal goed bezeilbaar.

Maar toen we halverwege de vaargeul de zeilen hadden gehesen om in Oostelijke richting een boei onder Gedser te ronden en daarna naar een rechte lijn naar Klintholm af te vallen hadden we twee tegenslagen. Allereerst was de thermoskan koffie in de gootsteen omgevallen. De thermoskan bleek lek en alle koffie weggelopen. We dronken dan maar een koude cola.
Erger was dat de wind helemaal niet uit Zuidoostelijke richting kwam; op zijn best was het Oost. Dat leverde al wat gelaveer op om de boei te ronden (zodat we niet vastliepen); geen fraai patroon op het vaarkaartje (de Hati is de doorgetrokken rode lijn). Maar daarna konden we hooguit met 20 graden naar het Noorden. Wel lekker een paar uur met 5 knopen aan de wind. Maar het gevolg was dat we nog slagen moesten maken. En toen we zo’n bij Hestehoved waren nam de wind af en de regen toe. Omdat het gedurende de dag ook steeds kouder werd, we honger kregen en we wisten dat het in Klintholm Haven best druk kon zijn hebben we zo’n 10 mijl van ons doel de motor aangezet en rechtstreeks koers gezet naar de haven.

Om een uur of 6 liepen we de inderdaad volle haven binnen. Weinig wind; op ons gemak probeerden we eerst twee plaatsen in de jachthaven (te smal en te ondiep) waarna we in de Vissershaven een plekje vonden. Vriendelijk werden onze lijnen aangenomen door een Duitse mevrouw en niet veel later lagen we keurig aan de wal en de elektrische stroom. Tijd om de openingstijden van de winkel te controleren, een restaurant te reserveren, havengeld te betalen en (Ellen dan) te douchen.

Na al deze activiteiten ging ik op weg naar een welverdiend biertje in de kajuit. Werd echter aangesproken door de havenmeester. Die moest nog een ferry van 50m ontvangen en wij lagen in de weg. Na wat gepalaver ben ik alleen naar een nieuwe plek gevaren waar ik met zijn hulp aanlegde. Iets verder van het dorp – maar ook van de visverwerking.

Ellen was inmiddels schoon en het was ook al tijd om naar het restaurant te gaan. Een gezellige plek, met goed Italiaans eten, die we ons herinnerden van vorig jaar. Na haar Caprese kreeg Ellen geen Tagilatelli maar Tagliata; bleek ook erg lekker. Hoewel ook de Mosselen en spaghetti al la carbonara goed vulden namen we beiden toch nog een toetje. De Ananas carpaccio met kokosijs was hemels…

Naar Gedser (Denemarken) 35 mijl

Na een goede nacht slapen werden we al om 7 uur wakker en voelden we ons uitgerust. De hut van Lukas bevalt dus prima. Dat behoeft natuurlijk uitleg. Vanaf het eerste jaar dat we een scherp jacht huurden lagen wij in het vooronder, Lukas altijd in de hut aan stuurboord en Mirjam altijd aan bakboord. De hutten achter (dus onder de kuip) leken ons altijd te klein en verder is het er niet hoog doordat de bakskisten ruimte innemen. Het vooronder is deels heel ruim, maar heeft als nadeel dat het in een punt toeloopt waardoor je maar weinig ruimte voor de benen hebt. Nu bleek dat er in ‘Lukas’ hut geen uitsparing van een bakskist was en de breedte was overal net als een tweepersoons luchtbed. Nou Lukas, mocht je je nog bedenken en langs willen komen, je hut is al bezet!

De kou viel ons deze ochtend wel tegen, er was een aardig windje, dus maakten we ons op om in vol ornaat (lange broek, trui, zeilpakken) te gaan zeilen. Joost moest alleen eerst nog met de beschikbare internet verbinding wat werk wegwerken. Tegen de tijd dat we weg wilden varen was het al warmer en konden we de zeilpakken uitlaten. We hadden er zin in. Eerst even op het open water de motor testen en kijken hoe de boot in z’n achteruit het beste draait. De zeilen gehesen en gaan met die banaan. We hebben denk ik een kwartier gezeild met een snelheid van 4 knopen. Daarna viel de wind weg. De enige boten die we zagen zeilen hadden een spinaker. Het werd het steeds warmer. De lange broeken werden verwisseld voor korte broeken en er moest flink gesmeerd worden om niet te verbranden. Het leek wel Griekenland! Maar daar heb je dan een bimini (zonnedak) boven de kuip om je te beschermen tegen de zon. De wind kwam niet meer terug. We hebben het hele eind moeten moteren. Niet zo gek, vond Joost, die dit een goede manier van ‘inslingeren’ vond.

Tegen zessen bereikten we Gedser, de meest zuidelijke plaats van Denemarken, waar we vorig jaar ook geweest zijn. Toen was het ons niet gelukt om Kopenhagen te bereiken. We gaan nu een nieuwe poging ondernemen. Met goede wind of motor kunnen we er in 3 dagen vanaf hier zijn. Het aanleggen was niet zo moeilijk zonder wind, op z’n Deens in een box met de punt naar de steiger.

We wisten al dat in het plaatsje niet zoveel te beleven was. Het havenrestaurantje in klassiek Deense stijl leek ons prima om te eten. We waagden ons op het terras en daar was het nog lang  goed toeven. Daarna de douches uitgeprobeerd hoewel we nog geen zout af te spoelen hadden was het heerlijk. Bijna half elf en de lucht kleurt aan een kant rood van de zonsondergang, aan de andere kant komt de bewolking opzetten. Morgen belooft een minder zonnige en meer winderige dag te worden. We zullen zien wat daarvan uitkomt.

Naar de boot

Na een goede nacht gingen we om half elf ons eens klaar maken om te vertrekken. Na een lekkere douche, inpakken en de tassen in de auto gingen we terug Lubeck in. Onderweg kwamen er wel veel sirenes voorbij, vooral brandweerwagens. Toen we ze even verderop weer tegenkwamen bleek er toch niet echt een calamiteit – ze stonden rustig te praten.

We waren op weg naar een plek om te brunchen. Omdat het net als gisteren op de plek die we via het boekje hadden uitgekozen te druk was gingen we nu een paar huizen terug. Op een traditionele binnenplaats vonden we een plaatsje op het terras. Bij een gezellige Duitse moeder bestellen we sinaasappelsap, koffie en hartige pannenkoeken. De sinaasappelsap komt snel en ook op de pannenkoeken hoeven we niet lang te wachten. Maar de koffie wil maar niet komen. Wel zien we af en toe de gezellige Duitse moeder en nu ook haar man zenuwachtig heen en weer lopen. Kennelijk ontbreek het personeel. Na nog een keer vragen komt de koffie en ook de rekening kunnen we twee keer vragen. Moeten we toch nog even nadenken of we een fooi geven.

De winkelstraat in Lubeck is op zaterdagochtend leuk. Er is van alles te doen; veel muziekgroepjes, een levende etalagepop, hoed werpen en van allerlei spulletjes te koop. We lopen er met plezier langs en blijven soms even staan om te luisteren.

Terug bij de auto rijden we vlot naar de snelweg. Daar staat een file – juist daar waar onze oprit is gaat de weg van 3 naar 2 banen. We voegen in en kunnen eigenlijk zo door rijden. Een kleine 3 kwartier later zijn we in Heiligenhafen en vinden we na wat zoeken de goede supermarkt vlakbij de haven. Nu auto ook vol proviand zit kunnen we snel naar Grossenbrode en checken we vlot in. Wat weer bijzonder is is dat we van allerlei dingen, waaronder de borg voor de WC sleutel, contant moeten afrekenen. Daar hadden we niet op gerekend en het bedrag is nog best hoog. We schrapen onze laatste munten bij elkaar en kunnen dan, als we iets minder borg betalen voor het parkeerkaartje, alles voldoen.

Daarna moeten we op de boot, een Sun Odysee 379 genaamd Hati, wachten op de toelichting – dat duurt even. In die periode lukt het meeuwen om van boven wat bovenop mij te laten vallen. Volgens de inmiddels aangekomen “uitlegger”, Hans, brengt dat geluk. We lopen langs de bijzonderheden van de boot en zoeken ons vooral scheel naar een afsluiter.

Alles ziet er goed uit zodat we nu de bagage aan boord kunnen brengen. Omdat we geen geld meer hebben voor een bagagekarretje komt dat vooral neer op veel heen en weer lopen. En, voor een goed beeld, de auto staat ruim 200m van de steiger. Eerst dus maar de boodschappen en dan het beddengoed. Kan Ellen in de boot aan de slag terwijl ik heen en weer loop. Als ik voor de laatste keer, met de opblaasbare kano, aankom blijk ons bed in Lukas hut opgemaakt – we kunnen eens wat anders proberen…

We gaan daarna snel naar Grossenbrode voor de laatste boodschappen. We zoeken een restaurant bij het strand maar dat wil niet lukken; beetje armoedig geheel. Wij dus maar snel naar Heiligenhafen. We eten lekker pizza met een glas bier en wijn. We sparen bij het afrekenen klein geld voor de douche en rijden terug naar de haven. Daar lezen we nog wat bij wat Fanta en muziek.

Op weg naar Lubeck

Nagenietend van de festiviteiten van de vorige avond rond Mirjam’s diploma uitreiking (wat zag ze er stralend uit!) rijden we met z’n tweeen richting noord Duitsland. De kinderen zijn echt groot geworden, maken hun eigen keuzes, staan goed in het leven en willen niet meer met hun ouders mee op vakantie. Dat is goed, maar voor ons natuurlijk wel wennen. Aan de andere kant komt ook het oude gevoel weer terug van samen op vakantie zijn. Dat hebben we negen jaar gedaan zonder kinderen! Maar ja wel 20 jaar met kinderen! Ons dertig jaar samen zijn zullen we in deze vakantie vieren! We kunnen alleen maar heel dankbaar zijn!

We hebben een hotel geboekt in Lubeck, een van de oudste Hanze steden. Het staat op de Unesco werelderfgoedlijst en is niet ver van onze eindbestemming Grossenbrode waar onze huurboot ligt. Dan hebben we morgen de tijd om rustig aan te doen en hoeven we niet doodmoe de boot in ontvangst te nemen wat altijd een heel gedoe is.

We vertrokken om 11 uur na een kopje koffie. Helaas was het toch al behoorlijk druk op de weg, bij de grensovergang naar Duitsland werden alle auto’s langs een parkeerplaats gesluisd, werden alle auto’s bekeken op welke ze wilden controleren. Wij mochten doorrijden. Blank en 50+: blijkbaar geen bedreiging voor de Duitse staat en de G20 top. Vervolgens ook bij Bremen een enorm oponthoud door file waar we een uur in hebben gestaan. Maar de verwachtte drukte bij Hamburg bleef uit en om half 7 kwamen we aan in ons hotel in Lubeck.

Het centrum was op 10 minuten loopafstand en zo zaten we al snel op een terras met ons eerste vakantiebiertje. We hadden toen al de beroemde Holstetor gepasseerd en zaten op het Rathausplatz. Tot mijn ontzetting was in wat ze toch een museumstadje noemen tegen het zeer oude Rathaus zeer lelijke nieuwe gebouwen gezet. Dat kan alleen maar in de jaren 70 gebeurd zijn. We hadden behoorlijke honger en hebben buiten op een binnnenplaatsje heerlijk gegeten. Via een wandeling langs de stadswal kwamen we terug in ons hotel en sliepen we binnen de kortste keren, wetende dat we pas om 12 uur onze kamer hoefden te verlaten.