Naar Maasholm (Duitsland) 20 mijl (29 juli)

Het is windstil als we opstaan. Tijd genoeg om de douches hier uit te proberen. Naast de haven ligt een camping waar ook de douchegelegenheid is. Alles heel netjes. Er zijn ook ruimtes waar je binnen kan zitten en kan koken en buiten staan veel picknick tafels waar ’s avonds de mensen van de camping zitten te eten (met glaasjes wijn en picknick manden waar die glaasjes blijkbaar uit komen). Het is allemaal erg gemoedelijk.

Na de douche de bestelde broodjes opgehaald bij het cafe. We hebben lekker buiten kunnen ontbijten. Zonder wind was het wegvaren uit de haven geen enkel probleem. Op zee bleek er toch wel een wind te staan en wel uit het zuidwesten zodat we scherp aan de wind konden koersen naar Schleimunde, de ingang van de Schlei een soort fjord. In Schleimunde was een haventje volgens ons zeilboek een zeer romantische plek. Ons leek het vooral een erg winderige plek omdat er rondom open water was. Wij voeren door naar de eerstvolgende haven in het fjord: Maasholm. Hier een vrij grote jachthaven waar we eens niet een van de grootste boten zijn!  In de havens in Denemarken zagen we toch vooral kleinere boten en voelen wij ons een beetje ‘grootgrondbezitters’ met z’n tweeen op een 40 voeter. Terwijl we tijdens de flottieljes in Kroatie en Griekenland meestal de kleinste boot hadden van het gezelschap. En in Italie was alles groot, groter, groots, vooral als het geen zeilboot was.

Volgens de reisgids is Maasholm een gezellig plaatsje midden in een watersportgebied. De Duitse gezelligheid heb ik nog niet goed door geloof ik. Het restaurant waar we gingen eten was keurig Duits, eten niets op aan te merken, maar gezellig, nee! En nu zitten we weer gezellig in onze kajuit (een Duitse boot!), dus het kan wel ‘Duitse gezelligheid’, of zou het aan het gezelschap liggen?

In Mommark Marina (28 juli)

Aan het eind van een rustige dag zitten we gezellig in de kajuit. We luisteren naar de cd van The Webb Sisters en daarna ook nog naar Rufus Wainwright. Bier en wijn smaken ons vanavond prima. En we vorderen gestaag in onze boeken.

Ellen begon deze dag met haar favoriete vakantiebezigheid: brood halen. De winkel beviel haar zo dat ze gelijk ook ingrediënten voor een avondmaaltijd meenam. Nu is de winkel wel even lopen dus kon ik ondertussen op mijn gemak gaan douchen. En na dit alles ook nog het doel van de dag bepaald; Mommark zo’n 15 mijl om Lyo heen. Na een slagje kruizen verder met de verwachtte westenwind kracht 2 a 3 goed te bereiken.

Haast maakten we niet maar omdat de mopperaar, de kluns en de charmeur helemaal geen aanstalten maakten toch maar aangegeven dat we wilden vertrekken. Dat deden zij, zover de kluns toestond en pas nadat de charmeur van iedereen twee keer afscheid had genomen, dan maar voor ons. En nadat opa, die nog wachtte op een gezamenlijk ontbijt met zijn nog niet uitgeslapen kleindochter, aan onze andere kant een spring had losgegooid toonden wij het gemak van een achterspring. Keurig draaiden we in zeer weinig ruimte achteruit recht voor de havenopening. Ook prima uitgevoerd door de bemanning; de schipper kon tevreden zijn!

En daarna twee slagen aan de kalme westenwind. Maar nadat we, keurig om de westkardinaal, naar het zuiden waren gedraaid viel de wind helemaal weg. De snelheid daalde tot beneden de knoop. En in plaats van een paar uur varen was Mommark heel ver weg.

Na een uurtje dobberen, net voordat de motor zou worden bijgezet, kwam er opeens wind. Maar wel uit onverwachte Oostelijke hoek (OZO om preciezer te zijn). Een fris windje ook; met een wolkje voor de zon was het wat onaangenaam. Maar goed de snelheid kwam meer dan terug in de boot; met 5 tot 6 knopen waren we er zo.

In de haven kregen we van de actieve havenmeester een lastig plekje toegewezen. Maar met zijn hulp lagen we snel vast. En toen was het om half drie tijd voor het gehaalde brood (met kaas) en karnemelk.

En vrijwel de rest van de middag scheen de zon en was het warm op het achterdek. En vermaakten we ons met boeken, puzzels, appjes, wandelingetje en vooral dagjestoeristen met spelende kinderen, fototoestellen en gevangen krabbetjes.

We aten pasta op de boot. Ook weer eens lekker. En na koken, eten en afwas hervatten we onze aangename bezigheden. Rond 9.30 uur wel in de kajuit wat dan weer als voordeel heeft dat we muziek kunnen opzetten.

Als er dan toch een wanklank moet worden genoemd dan is dat rond de betrouwbaarheid van het onverwacht, zelfs vrij, aanwezige WiFi. Na een uur of 6 deed dat het nog maar heel sporadisch.

Van Aeroskobing naar Lyo (15 mijl) 27 juli

Na nog lang genoten te hebben van de schemering (die duren hier lang) hebben we een hele rustige nacht gehad doordat er nauwelijks wind was. Bij het ontwaken was dat anders, we draaiden lekker om ons anker. Ik hoorde Joost al bezig in de kajuit: ah, mijn verjaardagsontbijt! Vers afgebakken broodjes uit onze oven en thee. Tijdens het ontbijt ons doel bepaald. Met een zuidenwind zouden we mooi naar het kleine eilandje Lyo kunnen varen. Niet erg ver, maar dan zouden we op tijd de haven aan kunnen doen, die vanwege de schoonheid van het eiland snel vol zou liggen.

Met een heerlijke voor de windse koers genoten we van onze koffie met brownies en omdat er geen visite langskwam namen we nog maar een tweede brownie. Na een rustige zeiltocht waarbij ik zelfs wat gelezen heb kwam de haven van Lyo in zicht. Het kleine havenkommetje lag om 14.00 uur al bijna vol. Gelukkig konden wij langszij bij een vriendelijk Duits echtpaar met kleinkinderen aan boord. Kleinere boten die na ons kwamen probeerden nog allerlei gaten te vullen. Later kwam er nog een klein bootje langszij bij ons met drie oudere heren: een kapitein en mopperaar, een echte kluns en een charmeur. Leuk om te aanschouwen hoe dat dan samenwerkt bij het aanleggen waarbij ik een handje hielp.

Ik dacht eens lekker te gaan douchen en haar te gaan wassen om ’s avonds schoon en fris aan het verjaarsdiner te kunnen verschijnen. Daar waren echter douchemunten voor nodig te verkrijgen bij de havenmeester die op zijn tijd langskwam. Ook daarna hadden we pas internet om alle felicitaties in ontvangst te nemen (afgezien van de sms berichten en Mirjam’s telefoontje 🙂 die eerder al kwamen )

Het enige dorp op dit authentieke Deense eiland (zo groot als Ile de Brehat) lag op 15 minuten lopen van de haven. Daar moest ook het enige cafe-restaurant zijn. Op weg daarheen begon het nu juist te regenen, maar dat was te ‘overleven’ zoals Mirjam zou zeggen. Aan het pitoreske dorpspleintje met alweer een mooi kerkje lag het restaurant. Helaas vertelde ze ons dat ze vanwege twee grote groepen nu geen plek hadden, maar over een uur wel. Zodoende konden we nog boodschappen doen in het enige winkeltje van het eiland en aan boord brengen, Joost nog werktelefoontjes plegen en ik Nora en mijn moeder bellen om ze te feliciteren en felicitaties in ontvangst te nemen voordat we aan tafel gingen. Het eenvoudige doch gezellige restaurant had de keus tussen pasta en piza uit een houtoven. Wij kozen vooor het laatste en dachten dat Lukas het vast jammer zou vinden mijn verjaardag niet mee te kunnen vieren, temeer daar ons toetje chocolademoes was. Ons was overigens ook weer een heerlijk lokaal bier van de tap aangeraden. Hoeveel alcohol stoppen die Denen in bier? Een biertje en we waren knock-out. Terug op de boot hebben we geen fles meer aangeraakt. Margriet liet in een app bericht nog weten dat in Limburg het de gewoonte is om je 55e verjaardag Carnavalesk te vieren. Moet jer er daar misschien heel wat pintjes tegenaan gooien, in Denemarken lukt dat met 1 glaasje.

EllenJarig

Naar Aeroskobing (graag streepjes door de O lezen) (26 juli)

De vraag van de ochtend: hoe vaar je uit een box met harde zijwind?

Het antwoord: dat valt niet mee! Maar met kalmte, moed, beleid, kracht, trouw en hulp van de kant komen we (na een uurtje) toch enigszins beheerst en zonder schade vrij. We zijn daarna nog wel tot ver op zee de extra lijnen en andere hulpmiddelen aan het opruimen. Dat valt niet mee, want met een westenwind kracht 4 staat er buiten de haven van Bagenkop voor het eerst noemenswaardige golfslag.

Daarna “snel” de zeilen omhoog. Voor de rust leggen we een rifje in het zeil en varen aan de wind noordwaarts naar Marstal.

Daarna snel de zeilen naar beneden. We moeten nauwkeurig gaan navigeren tussen ondiepe gronden door. Buiten de geul zien we soms de bodem al liggen. Het lijken de wadden wel; al is er geen eb en vloed. En dus keren we regelmatig rond een kardinale boei en houden verder netjes de rode boeien aan stuur- en de groene boeien aan bakboord.


Om de laatste boei heen naar de plek met de onspelbare naam. (Voor de topografie liefhebbers kaartje bijgevoegd.) Twee haven hebben ze daar. Toen wij daar voor 4-en aankwamen waren deze al mudjevol; daar konden wij niet meer bij. Gelukkig is er een baai waar we beschut voor anker kunnen.

En met Ellen’s eigen binnenboordmotor konden we in het kleine hotel (met WiFi!) schol of biefstuk eten. Het lokale bier smaakte er goed bij.


En deinend op de golfjes zullen we ook vast lekker slapen!

Van Orth (Duitsland) naar Bagenkop (Langeland, Denemarken) 30 mijl

Zeer tegen zijn gewoonte in was Joost eerder zijn nest uit dan ik. ‘Blijf nog maar lekker liggen, ik ga vast douchen want ik weet niet meer hoe ik moet liggen’. Nou, ik ook niet, dus ik was er ook snel uit, thee gezet en het ontbijt klaargezet. Tijdens het ontbijt hoorden wij onze buurman tegen zijn buurman zeggen dat hij over 5 minuten weg wil varen. Wij dan ook maar meteen zodat de tweede langzij-ligger direkt aan de kade kon gaan liggen. Nog even snel naar de bakker voor de lunch, maar die was recht tegenover ons op de kade. Mijn geliefde ochtendwandeling naar de bakker mocht dus geen naam hebben, maar was nu wel zo praktisch.

Zo verlieten wij om 09.15 de haven, maar niet zonder slag of stoot. Ik stelde Joost voor hoe we met een achterspring weg konden varen. Maar nee, dat was niet juist, het moest met een voorspring! En wat ik in al die jaren zeilen met Joost heb geleerd is dat hij wat betreft wegvaar- en aanlegmanoevres meestal gelijk heeft. Even later ging alles mis en stonden we in de haven niet te boek als de meest ervaren zeelui. Gelukkig stonden er ook geen betere stuurlui aan de wal! En de Duitsers op de boot waar we langsscheerden stonden relaxt te kijken en zeiden dat we ruimte zat hadden. Deze afvaart evaluerend hoorde ik Joost iets zeggen wat ik haast nooit hoor: “Ik heb een denkfout gemaakt”.

De windvoorspelling voor vandaag was niet veel soeps, maar het eerste uur viel het nog mee en haalde we zo’n 4 knopen. Daarna viel de wind weg en dus verder op de motor. Het was niet koud, af en toe trok het dicht en was er wat minder zicht en dan was er opeens weer zon. Er waren niet veel boten op het water. Een motorjacht kwam wel recht op ons af om vlak voor ons af te buigen en vrolijk naar ons te zwaaien. Die voelde zich blijbaar eenzaam op deze zee. Nog twee kruisende containerschepen gingen voorlangs. Wolken pakten zich uiteindelijk samen maar leken niet bedreigend. Rond half vier voeren we de haven in waar andere gasten ons op een vrije plaats wezen die wel lastig te nemen was. En om met 2 paar handen een box in te varen waarvan al 1 paar het roer bediend, valt echt niet mee. Ook dit verdiende niet de schoonheidsprijs, maar met alle goede hulp van buren lagen we even later als een huis. En toen barstte het onweer los, met gedonder maar zonder bliksem (dat kan blijkbaar ook) en genoeg regen om de boot weer even schoon te spoelen (vindt Joost fijn, hij houdt van een schone boot!!!).

Aangekomen in haven Bagenkop

We waren terecht gekomen in een echte Deense haven met Deense vakantiewoningen en uitkijktoren. En goede wifi! Een wandeling door het dorp bracht ons bij een mooie kerk die we ook van binnen konden bewonderen. Het restaurant in de haven was op maandag gesloten, maar de supermarkt was open, zodat Joost een eenvoudige maar ‘hete’ maaltijd kookte.

Kirke Bagenkop