Weekendvakantie met gasten (19-21 juli, Monnickendam-Hoorn vv)

Vrijdag al mooi weer. Ondanks dat Ellen op festival WonderFeel was ik alvast (na werk en avondeten) naar Monnickendam. Er nieuwsgierig naar de reparaties die afgelopen week waren uitgevoerd.

Ons losgetrilde luchtfilter in Thurø Bund (zie Voordewind?) had namelijk ook een klein gaatje in het oliefilter gemaakt. Dat hadden we niet door en zo waren we met net genoeg olie en een vieze bilge (de laagste plaats op een schip onder de waterlijn) thuisgekomen. Vorige week hadden we al vies water uit de bilge gehaald maar een modderachtige substantie achtergelaten. Dat was dus de olie die via het oliefilter uit de motor was geperst. Deze week had Jachtservice De Waterman, onze vast ‘motorman’, het luchtfilter wat aangepast en vastgezet, een nieuw oliefilter geplaatst en de bilge schoongemaakt. Het ziet er weer prima uit!

Een andere ergernis zat in onze watersysteem waar steeds luchtbellen meekwamen. De jachtservice kon ook hier de oplossing, een luchtlek bij het waterfilter vinden en afplakken. Het resultaat een mooie straal, ook in onze ‘badkamer’. Klein nadeel is wel dat we zo snel meer water gebruiken.

Het was een warme dag dus ook in de boot was het wat benauwd. Gelijk bij aankomst de luiken opengezet met een hor ervoor. Ook de ‘deur’ naar de kuip opengelaten zodat het zo goed mogelijk kon doorwaaien. Uiteraard ook daar voorzieningen om te voorkomen dat zoemende insecten naar binnen gaan. Zat ik daarna in de kuip tevreden, met een alcoholvrij biertje, na te genieten over alle resultaten werd ik gestoken door een mug. Toch maar naar binnen waar ik een back-up heb gemaakt van dit blog waarna ik veilig de software kon updaten.

De volgende ochtend op tijd op want er komen gasten. Nu Ellen er niet is moet ik ook zelf naar de bakker en de fruitkraam op de markt. Groot voordeel – ik kan voor mijzelf chocolade croissants kopen als ontbijt. Terug op de Aquamarijn de boot zeilklaar maken; waarbij het bezoek zich telefonisch meldt voor enige wandelroute aanwijzingen. Uiteindelijk komt het bezoek, Gerda en Lian, gelijk met Ellen op de haven aan. We klimmen aan boord en gaan eerst een lekker een kopje koffie drinken; uiteraard met een bitterkoekje, Weespermop of kokosmacroon van de markt. Daarna gooien we los, leggen al varend uit hoe van alles heet en wat de instrumenten zeggen en hijsen bij Marken de zeilen.

We kiezen als doel van de dag Hoorn. Best een mooie tocht als je om de waterplanten heen zeilt. Het is rustig weer en ook aan de wind gaan we niet schuin waardoor de gasten geen angstige momenten kennen. Om uit de planten te blijven moeten we wel twee keer overstag zodat de gasten ook die ervaring hebben.

Tegen vijven valt de matige wind helemaal weg en zijn we ook bij Hoorn. Daar is het al behoorlijk druk maar we vinden een mooi plaatsje naast twee andere boten aan de Parkzijde. Nadat we kalm en netjes hebben aangelegd is het tijd om te gaan passagieren.

Nadat we over de twee boten zijn geklommen gaan we op zoek naar een terras in de schaduw. Dat valt nog niet mee; veel tafels zijn al gedekt voor het diner. Maar bij ’t Schippershuis is voor ons natuurlijk plek.

Op de foto zie je ze al op de achtergrond maar natuurlijk moeten we ze van dichtbij bekijken. Zijn dit nu de dames van de Bontekoe?

Nadat we ook nog even de steiger bij de Hoofdtoren zijn opgelopen gaan we terug naar de boot voor het vervolg van de borrel terwijl ik ga koken.Uiteraard een eenvoudige doch voedzame maaltijd die ons ook zeer smaakt!

Nu ook pas komen we erachter dat Gerda bang was dat we los zouden slaan en/of onbestuurbaar zouden worden. Ze heeft daarom haar eigen ankers meegenomen.

Na veel grappen en grollen is het tijd om via een kop koffie op de wal de gasten naar het station te begeleiden. Hoewel al 22uur is het druk; vol met jongelui die (kennelijk) gaan stappen in Amsterdam. Druk maar niet vol – dus Gerda en Lian kunnen mee richting huis!

Terug op de boot is er nog een afwas en overleggen we met onze buren. Zijn hebben ook geen haast morgenochtend – we gaan eerst de ergste bui afwachten.

En na een goede nachtrust en nog een ontbijt buiten in de kuip is dat precies wat we doen. Om elf uur is het nagenoeg droog en vertrekken we weer. Buiten de haven hijsen we gelijk de zeilen. En gaan dan in een rustig vaartje om de waterplanten heen naar Monnickendam. De wind is daadwerkelijk veranderlijk en valt soms haast helemaal weg. De eerste twee uur hebben we ook nog wat miezerregen maar daarna drogen we weer op. Met de Gouwzee in zicht steekt er dan toch nog een kleine 4 op uit het Westen en zo hebben we vlot Marken in het vizier. Waarna we de zeilen weer strijken.

Weer op onze plek kijken we nog even naar de motor en maken het wierfilter schoon – een enkel stukje waterplant heeft toch dit filter kunnen bereiken. We pakken een paar spullen in en gaan naar huis waar Mirjam en Lukas wachten.

Volgende week als het even kan weer met de Aquamarijn op pad! De gasten zijn al besproken.

Twee keer met de auto naar Warns (7 april 2024)

De boot was goed een week in Warns of we werden gebeld – wanneer komen we eens kijken? Ellen gelijk zorgen – er zou toch niet iets mis zijn?

Zo wij eind februari in de auto naar Warns. Op een frisse dag kwamen we naar een goede anderhalf uur aan bij Rainbow jachtschilders. Bleek er vrij weinig aan de hand. Boot was inmiddels behoorlijk geschuurd en dat moest getoond. Op een paar plekjes moest de ondergrond worden bijgewerkt maar ook dat mocht, zo vond Koos, eigenlijk geen naam hebben. Trots liet Koos het werk zien. Blij ook dat ze deze mooie boot in de hal hebben; ook de vorige eigenaren waren al even komen kijken.

Wel een discussie over de lak in de kuip. Moet dat wel gebeuren was de vraag. Want ja, dat geeft veel (jaarlijks) onderhoud en problemen. Kaal is dit teak ook mooi. Met een bouwlift omhoog omdat eens van boven te bekijken. Het blijft een vraag om nog eens over na te denken.

Verder zat er wat speling in het roer; daar zou een specialist van de bouwer naar komen kijken. Na ook nog met een timmerman over een kast in de kajuit aan stuurboord te hebben overlegd gingen we weer op huis aan. In Lemmer aten we nog een avondhap in een gezellig maar door toeristen verlaten eetcafé. Waarna we snel verder reden met een tussenstop om de auto op te laden in de Noord Oost Polder.

In de week voor 7 april kregen we bericht dat het verven van de romp klaar was. Wij weer naar Warns – nu om de naam weer op de boot te plakken.

Op de heenweg tijd voor een wandeling in de zon bij de Oostvaardersplassen. Aangenaam weer – dat vonden ook de watervogels die op ons pad kwamen.

In Warns knipte Koos wat bescherm plastic weg zodat we mooi geverfde romp konden zien. Niet alleen aan de achterkant – maar ook een stukje aan bakboordzijde. Ziet er mooi glimmend uit! Trots nam Koos de complimenten in ontvangst.

Het roer is inmiddels gerepareerd. Qua verven moet de bovenkant (inclusief dekhuis) nog een keer, net als de waterlijn. Verder is de verf (anti-fouling) er nog niet voor het onderwaterschip. Omdat dan ook weer alles gemonteerd moet worden is de Aquamarijn dus volgende week nog niet klaar.

Wij daarna aan de klus van de dag. Koos liet ons daarvoor al snel met rust; hij besteedt dit soort werk liever uit. Maar met passen en meten en veel ellengeduld kregen we het toch mooi in een uur voor elkaar.

En zeg nou zelf ziet het er niet goed uit? Ook van een afstandje spiegelt de spiegel mooi!

Op de terugweg weer een laadstop in de polder. Op tijd thuis voor Podium Klasiek. Mirjam heeft voor ons het diner bereid!

Motortocht in februari (16 februari 2024)

Veel romantische stellen keken uit naar Valentijnsdag. Voor ons was echter twee dagen later een hoogtepunt. Al twee weken keken we uit naar de weersverwachting – zouden we op vrijdag 16 februari voor het eerst dit jaar kunnen varen? Eind februari moet de Aquamarijn in Warns zijn voor de schilderbeurt. En dit was een mooie dag, niet op het laatste moment, dat we het konden proberen.

Wel allebei thermo ondergoed aangeschaft. Want ja, het mag dan een warme februari maand zijn – op het water is vast nog erg koud. De weersverwachting werd eigenlijk steeds beter (windkracht 4 uit west tot zuidwest, maar een uurtje of twee regen) en dus werd op 15 februari de wekker gezet en waren we op de 16e om 7uur aan het ontbijten.

Het is tocht met een deadline; na 17uur wordt de sluis in Stavoren pas na afroep of op maandag weer bediend. Maar ook moeten we nog werkzaamheden verrichten in Warns voordat de boot kan worden achtergelaten. Dat doen we graag bij daglicht dus uiterlijk 16 uur moeten we er wel zijn. Eerder mag natuurlijk ook. Het wordt ook een tocht op de motor – onze zeilen liggen droog thuis of bij de zeilmaker.

Na een korte autorit en korte worsteling met het walstroom kastje (dat door alle hoogwater problemen niet meer vast aan de steiger zit) is de boot snel klaar. Als vanouds varen we de haven uit. Het is pas kwart voor negen. We zetten er gelijk de sokken in – met 6,5 knopen, en niet teveel vertraging bij de sluizen zouden we er om drie uur moeten zijn.

Nadat de stuurstandwijzer is gefixt en we de Gouwzee hebben verlaten kan de stuurautomaat het roer overnemen. En dan is het tijd voor de thuis al gezette koffie. Ellen voelt zich met al haar kleding lagen net een marsmannetje.

We zetten vandaag een beetje uit ons hoofd koers, eerst zo’n 30 graden vanaf Gouwzee naar de Krabbegatsluizen en dan haast pal noord naar Stavoren. Op een gegeven moment zie je dan vanzelf aan stuurboord een scheidingston; dan kun je de tonnenrij volgen naar Stavoren om het Vrouwenzand (een ondiepte in het IJsselmeer) heen.

Bij zowel de Krabbegatsluizen (bij Enkhuizen) als de Johan Friso sluizen (bij Stavoren) roepen we de sluiswachter op per marifoon. Ze lijken wel blij dat er iemand langskomt en ze iets kunnen doen. In ieder geval is er nauwelijks wachttijd en varen we voordat we het weten op het water waar we drie jaar terug onze eerste proefvaart met deze boot maakten! (Zie https://blog.koedijk.net/2021/03/aquamarijn-ter-keuring/)

We naderen dan al snel ons doel dat aan bakboord voor de brug van Warns licht – Jachthaven De Pyramide. Ellen belt de havenmeester en als we even later aankomen wijst die ons een plek – vlakbij de kraan. Een laatste lastige bocht (ook omdat er een aak klaarligt om ook naar de jachtschilder te gaan met een nogal lange uitstekende mast) en dan liggen we stevig vast. Om 14:15uur (!) kan de motor al uit!

Nu moeten we nog even aan de slag. De boot wordt in de hal van jachtschilder Rainbow geschilderd – best een grote hal maar voor een mast is daar geen ruimte. Die gaat er dus af. De mast eraf doen ze met de kraan maar daarvoor moet de giek op het dek worden gelegd en moeten alle elektronische verbindingen (marifoonantenne, driekleurenlicht, toplicht, stoomlicht, deklicht en radarvoeding) worden losgekoppeld. Dat hebben we nog nooit gedaan en het moet ook op zo’n manier dat we het eind maart weer zelf kunnen vastzetten. Na wat gepuzzel (zie hieronder) lijkt ons dat te lukken.

Dan hebben we even overleg met de havenmeester. Hij neemt onze gasflessen en bootsleutels in ontvangst en we bespreken de laatste zaken. Allemaal prettig op zijn Fries.

Ook de giek is daarna snel van de mast en leggen we, in verband met de kraan en op verzoek van de havenmeester aan stuurboord op het schip. Dan halen we de kraanlijn uit de mast zodat we die thuis kunnen wassen. (de andere lijnen deden we afgelopen zondag al; het is nu beter weer dan 2 jaar geleden https://blog.koedijk.net/2021/10/winterklaar-maken-2-26-30-en-31-oktober-2021/) Tot slot ook nog het zwaard opgehaald en de sprayhood eraf. En dan zijn we om half vijf ineens klaar en kan de boot op slot.

Als we nog eens een laatste blik op de boot werpen ziet alles er netjes uit. Alleen het dek is wel erg groen. Het was nog te vroeg in het jaar om daar al wat aan te doen. Wie weet doet een paar weken in een droge hal al wonderen!

Het plan is om met de trein naar huis te gaan. Maar eerst lopen we nog even langs Rainbow jachtschilders om te laten weten dat de boot er is. We zijn er nog niet of Koos komt ons al in een busje tegemoet. De Aquamarijn had hij al zien liggen; maar hij brengt ons graag naar het station; Koudum-Molkwerum is het dichtste bij en vandaar vertrekt in de spits ieder half uur een trein naar Leeuwarden. Onderweg verteld Koos dat ze het druk hebben; er ligt ook weer een beroemde boot in de loods.

Dan is het wachtten op de trein. Enkelspoor en eerst komt de trein naar Stavoren langs. We laten die maar rijden – hij kan niet anders dan terugkomen om ons mee te nemen. En zo gebeurt – 50 minuten na vertrek zijn we dan in Leeuwarden. We eten lekker bij Proeflokaal Wouters direct tegenover het station en nemen daarna de intercity naar Zwolle.

Helaas letten we niet zo op bij het kiezen van een plaats. We zijn toch alleen in de coupé. Maar nog voor vertrek uit Leeuwarden komt een studente al bellend in dezelfde coupé terecht. En ach, het blijkt geen stiltecoupé en dus luisteren we mee naar alle verhalen van het toch wel bruisende Leeuwardense studentenleven inclusief details over studieresultaten, schurft, soa’s en liefdesverdriet. In Zwolle loopt ze bellend verder naar haar volgende trein.

In Zwolle stappen we over op de intercity naar Amsterdam Zuid. De trein is wat drukker maar wij vinden een plekje in een stiltecoupé. Op Zuid zorgt het bord van de metro nog voor enige verwarring maar eigenlijk zijn we zo op Lelylaan en niet veel later met lijn 1 thuis.

Op zaterdag zijn we moe en hebben we spierpijn. Alleen de auto wordt nog even opgehaald in Monnickendam. Maar dan is het eerste avontuur van 2024 ook succesvol afgerond!

NASCHRIFT

Op maandag 19 februari is de Aquamarijn al ontmast en uit het water gehaald. We kregen foto’s van de haven. De aangroei op onderwaterschip viel ons heel erg mee. Wel is het zwaard niet helemaal in – dat is iets om nog eens uit te zoeken.

Veiligheid (17 mei 2023)

Afgelopen weekend waarop wij genoten hebben van het zeilen en het helemaal geen heftig weer was is er helaas toch niet ver van ons een zeiler om het leven gekomen doordat hij met een klap van de giek van boord werd geslagen en niet meer boven kwam. Een drama natuurlijk. Twee dagen later is het levenloze lichaam van de man gevonden.

Wat moet hier misgegaan zijn? We willen niet betweterig overkomen maar willen toch wat meer vertellen over veiligheidsmaatregelen. Ook om het thuisfront gerust te stellen. Niet alles is te voorkomen, maar veel leed wel.

We hebben in Nederland en ook in de ons omringende landen een zeer goed alarmerings- en reddingssysteem. Maak daar dan ook gebruik van zou je zeggen! Maar Nederland is zo liberaal. We verplichten elkaar niet zo graag iets.

Het reddingsvest
Het eenvoudigste reddingsmiddel is het reddingsvest. Raak je door de klap van een giek bewusteloos te water dan blijf je in ieder geval drijven. Dit ongeluk gebeurde dicht bij Enkhuizen. Op zo’n mooie zaterdag varen daar heel veel boten die de man uit het water hadden kunnen pikken. Maar wij verbazen ons erover hoe weinig met mooi weer het reddingsvest gedragen wordt. Alsof het dan niet nodig is. Tegenwoordig met de moderne reddingsvesten heb je alle bewegingsvrijheid waardoor het dragen ervan niet vervelend is. In Frankrijk kom je een sluis niet binnen als de bemanning geen reddingsvest draagt. Dat geldt niet in Nederlandse sluizen. In Nederland stellen we niet graag regels waar op gehandhaafd moet worden.

Plaatsbepaling drenkeling (PLB)
Zoals je eerder in ons blog hebt kunnen lezen hebben we in onze reddingsvesten nu ook PLB (Personal located beacon) aangebracht die alarmeert naar de marifoon op je eigen bootje eigen boot. Er wordt ook via AIS een locatie meegezonden voor alle dichtsbijzijnde boten Dit helpt nog beter om de drenkeling terug te vinden, helemaal op zee. Deze winter was op tv een serie over de KNRM (Koninklijke Nederlandse Reddingsmaatschappij). Daarin kon je zien hoe de vrijwilligers alles op alles zetten om mensen zo snel mogelijk te redden. Wij leerden daar nog van dat de snelheid van redden belangrijk is om te overleven. Onderkoeling is het grootste gevaar! Vandaar onze aanschaf van de PLB’s en ook aluminium warmtedekens.

Marifoon
Een belangrijk communicatiemiddel is natuurlijk de marifoon. Het telefoon verkeer tussen boten die bij elkaar in de buurt varen en andere stations zoals een sluiswachter of de kustwacht via radiofrequenties. In het geval van de drenkeling bij Enkhuizen zou een andere boot die hulpgeschreeuw hoorde een noodbericht verstuurd hebben. ‘Mayday, mayday, mayday’ is de noodoproep als je boot dreigt te zinken of wanneer er een man over boord is. De locatie van de boot wordt meegezonden en ook de bijbehorende code. Een marifoon draagt meestal tot ongeveer het einde van de horizon. Wij luisteren altijd uit, wat ook de plicht is als je een marifoon aan boord hebt.

Noodbaken (Epirb)
Dit is een noodsignaal dat via satellieten naar een kuststation gaat. Dit apparaat heb je voor het grijpen in je boot. Het is in de plaats gekomen van het ouderwetse vuurwerk, hoewel sommigen van mening zijn dat je ze bij verschillende omstandigheden kan/moet gebruiken. Mocht je boot zinken, en je dus geen communicatiemiddel meer hebt kan je met een Epirb een noodsignaal met plaatsbepaling uitzenden. Altijd fijn als ze weten waar ze moeten zoeken! Wij willen geen vuurwerk aan boord. Het noodvuurwerk is serieus vuurwerk waar je ook met beleid mee om moet gaan. Vuurwerk moet je ook iedere 3.5 jaar vervangen en moet weer op een deugdelijke manier afgevoerd worden. De batterij in onze Epirb doet het 10 jaar!

Reddingsvlot
Ik vertelde al dat onderkoeling een groot gevaar is. Mocht je boot driegen te zinken of is er brand aan boord dan moet je het schip verlaten liefst in een reddingsvlot. Nu zijn reddingsvlotten grote zware dingen. Zo’n 25 tot 30 kilo. Die bevestig je dan midden op je dek of achter op het hek. Maar die 30 kilo tillen we niet zomaar. Krijg je die nog wel het water in als het nodig is? Dit zijn vlotten die gemaakt zijn om 24 uur te overleven op zee. Wij vonden een lichtgewicht reddingsvlot (10 kg) die bedoeld is voor de kustwateren, om max zo’n 4 uur op te kunnen verblijven. Nou, langer lijkt me ook niet echt gezellig. En met een goed noodbaken hoeft dat ook niet. Deze past prima in onze bakskist en we kunnen hem allebei over de reling tillen. Wel eerst het touwtje aan de boot vastmaken. Ik las een verhaal van een kapseizend zeilschip. De zeilers hadden blijkbaar het reddingsvlot niet goed vastgemaakt. Die zagen hun reddingsvlot het ruime sop kiezen voor ze erin konden stappen. De zeilers zijn gelukkig wel gered.

Zeekaarten
Het hoort natuurlijk niet strikt onder de reddingsmiddelen. Maar er blijken nogal wat mensen zonder zeekaarten de zee op te gaan. Die hebben dan blijkbaar ook geen idee dat er voor onze kust zoveel zandbanken liggen en stranden daar nogal eens.

Veilige boot
Dan nog even over de veiligheid van onze boot zelf. We hebben een soort langkieler. Dat is de rompvorm. Daaronder zit een zwaard die je in en uit kan klappen. De stabiliteit van de boot wordt gehaald uit de rompvorm. Bij een kieljacht zit eronder de boot een diepe kiel die voor de stabiliteit zorgt. Deze kan bij aan de grond lopen afbreken. Stranden is nooit verstandig maar we hoeven daar minder bang voor te zijn dan een kieljacht. Als daar de kiel afbreekt kapseist het schip. Daar hoeven wij niet bang voor te zijn. Moderne zeiljachten zijn vrij open van achteren. Wij hebben een kuip met aan de achterkant een hekwerk. Je valt niet zomaar uit de kuip. Verder helpt het als je essentiële onderdelen goed onderhoudt. Dat is niet als bij een auto. Veel schippers doen het jaarlijkse onderhoud zelf. Wij laten er gewoon een vakman naar kijken net als bij onze auto. We hebben een boot waarbij je de zeilen kan hijsen vanuit de kuip. De giek loopt niet tot boven de kuip. Het valt niet mee om een klap van de giek te krijgen. Joost hoeft alleen op het dek te staan om de zeilbanden los te maken voor het hijsen en wanneer de zeilen gestreken zijn om de zeilbanden weer vast te zetten. Maar dan draait de motor nog of alweer en kan je snel naar een over boord geslagen persoon varen. We kunnen ook nog banden over het dek spannen waar je je aan vast kan maken als je bij wat meer golven of heftiger weer naar voren moet. Mocht je dan vallen dan blijf je aan de boot hangen.

We leven in de 21e eeuw. De tijd van ‘Op hoop van zegen’ waarbij vele schepen stranden en zonken, ligt al ver achter ons. Velen verdronken terwijl ze gewoon de kost probeerden te verdienen. Nu zeilen we in onze vrije tijd voor ons plezier. Staan er vele vrijwilligers klaar om ons indien nodig te redden. Laten we dan ook ons best doen om onszelf en de ander niet nodeloos in gevaar te brengen. En: steun de KNRM!



To sail or not to sail (15 en 16 april 2023)

Wel of niet varen, dat lijkt nu steeds de vraag. Met minder energie kan je minder kou en minder wind hebben. Dus spreken we maar af dat we wel zullen zien, maar in ieder geval wel naar de boot gaan.

Zo staan we rustig op en zijn pas rond 12 uur op de haven. Er staat alweer een koude Noorden wind. De heersende wind in Nederland zou Zuidwest zijn. Toch menen wij dat daar de laatste jaren verandering in is gekomen. Het waait wel erg vaak uit het Noorden! De windkracht is 4 -5 en zal in de loop van de dag aantrekken tot 6. Vandaag gaan we niet meer varen.

De zon schijnt nog wel en zo wandelen we naar het strandtentje Strandvier op Hemmeland. Eerst langs de hoge kant van het schiereiland. Brr wat is die wind die over het water scheert koud. Maar ons strandtentje ligt op het zuiden lekker beschut en dan is het heerlijk in de zon zitten met een lekkere lunch.

De zon verdwijnt zoals voorspeld en dan gaan we weer op de boot aan.

Het is koud genoeg om onze dieselkachel aan te steken. Dit is een hele zuinige brander en geeft gelijkmatige warmte af. Je hebt wat meer geduld nodig voor het warm is (itt de Eberspacher die snel warme lucht blaast) maar dan zitten we de rest van de middag en avond er warmpjes bij zonder de herrie van de blazer.

Vandaag geen inspannende klusjes. Joost gaat nog een digitale kaart uploaden terwijl ik een boek pak. We hebben een kant en klare maaltijd van huis mee waar alleen nog wat rijst bij gekookt moet worden. Een niet inspannend klusje blijkt Joost toch nogal wat hoofdbrekens te kosten. We hebben PLB’s (personal located beacon) gekocht voor in onze reddingsvesten. Dit is een alarm dat afgaat als je te water gaat. Er gaat een alarm op je boot maar er wordt ook via AIS een noodsignaal verstuurd met je positie naar iedereen die in de buurt is en de kustwacht. Het moet eerst wel geïnstalleerd worden en getest. Om 23 uur is dat dan eindelijk gelukt. Op de doos staat wat cynisch: built for adventure. Tja, alleen het installeren al!

Ik vergeet even het inspannende klusje van ons bed opmaken. Dan kijken we nog even een You Tube zeilers filmpje op mijn I-pad en duiken daarna onze kooi in.

Na een heel goede lange nacht (we moeten altijd op de boot slapen geloof ik) genieten we rustig van het ontbijt. We hebben de dieselkachel zachtjes laten branden en wat is het aangenaam hier. Buiten is het grijs, grauw en koud. We zijn er al snel over uit: ook vandaag gaat deze boot de haven niet verlaten.

Ik mag de klus van het PLB installeren afmaken. Het moet nu nog in de reddingsvesten vastgemaakt worden. De eerste vraag was hoe krijg ik het reddingsvest op de goede plek open. Zo leer je je reddingsvest ook weer kennen. Hoewel we netjes de gebruiksaanwijzing hebben bewaard hebben we toch veel meer aan een You Tube filmpje. Vervolgens hebben we een gebruiksaanwijzing voor de PLB vastmaken. Hier klopt de volgorde toch niet helemaal. Het is denk ik heel moeilijk om een gebruiksaanwijzing goed te schrijven. We waren door een zeiler in een You Tube filmpje al gewaarschuwd voor zijn fout vanwege de gebruiksaanwijzing. Hij had eerst de PLB in het reddingsvest vastgemaakt en daarna bleek dat hij eerst de PLB moest installeren en er dus er weer uit moest halen. Tja, die volgorde in de handleiding klopte ook al niet. Hoe was het ook alweer? Built for adventure?? Bij het tweede reddingsvest was het zo gebeurd. Oefening baart kunst. Kan ik mij ergens in laten huren voor die klus?

Deze winter heb ik van oude lakens een slingerzeil gemaakt. Deze moest nog uitgeprobeerd worden. Het nut van een slingerzeil is dat je een slaapplaats creëert waar je onder zeil en dus met deining toch in je bed blijft liggen. Bij lange of nachtelijke tochten kan je dan afwisselend wacht houden en slapen.

De ‘droogtest’ is geslaagd. Of het al deinend ook werkt weten we pas als we het onder zeil uitproberen,

Deze activiteiten werden onderbroken door het voorzien van de innerlijke mens. In veler opzichten voldaan vertrekken we eind van de middag van onze boot naar huis. Zonder te zeilen is onze boot ook een heerlijk vakantiehuisje.