Geluksvogels (10,11 en 12 november 2023)

Aan onze steiger blijkt een geluksvogel te zijn neergestreken. Geen vogel maar een zeilboot met de naam Geluksvogel. Een mooie naam. Maar eigenlijk vinden we dat wij geluksvogels zijn. Zes weken geleden zeilden we voor het laatst. Meestal kan je in oktober nog wel een keer zeilen, maar iedereen weet wat voor een weer het steeds was (regen, regen, regen en heel veel wind). Afgelopen week heb ik eindelijk een belrondje gedaan op zoek naar een schilder voor onze boot. Monnickendam heeft van alles, maar geen jachtschilder. De meest aansprekende jachtschilder bleek Rainbow jachtschilders te Warns (Friesland, vlak achter Stavoren) te zijn die onze boot (toen nog van de vorige eigenaren) 11 jaar geleden helemaal heeft geschilderd. Ja, ze kenden onze boot wel. Maar ze wilden de boot natuurlijk eerst zien om een prijsopgave te kunnen doen. Tja, dan moet het nog een keer beter weer worden om over te steken. ‘Mooi weer in november komt best wel voor’, zei ik nog. Jelle lachte schamper. Maar we konden gerust bellen als we van plan waren te komen en dan konden ze ook op een zaterdag de boot zien, geen probleem. Twee dagen later belde ik weer. We komen dit weekend hoor, het weer ziet er goed uit!

Met dit plan schoot onze humeurbarometer fors omhoog. Een weekendje zeilen: wat een geluksvogels zijn wij!! Op you tube kijken we nog even naar ‘Starting sailing at sixty’, die in oktober nog zo genieten van het zeilen voor de kust van Engeland. Als je door onze verhalen nog niet begrijpt wat er zo leuk is aan zeilen, kijk dan hun filmpje! https://youtu.be/Giqg6XqxN4c?si=oWkADQ_pFluwErkm

Joost zorgde dat hij vrijdagmiddag vrij was zodat we dan al naar Enkhuizen konden varen. Om drie uur gooien we de trossen los. Het is dan eindelijk droog. Met een zuidenwind krachtje 3-4 gaan we voor de wind. Dus alleen de genua uit en toch rond de vijf knopen gaan.

Het is natuurlijk heel rustig op het water. Wij verstoren wel de rust van een hele kolonie meerkoeten. Ze vliegen voor ons op. Wat een mooi geluid maakt dat.

Als de schemering invalt krijgen we nog 1 klein maar hevig buitje over ons heen. In het donker naderen we de sluis. We kennen het hier goed, en met de gps erbij kunnen we ons goed orienteren. We varen de sluis zo in en deze wordt vlot bediend.

Voor het eerst varen we Enkhuizen in het donker aan, een mooi gezicht.

Joost parkeert de boot heel netjes tussen een grote en kleine jongen in. Het is wel ver buiten het seizoen, maar het grootste deel van de haven is afgesloten vanwege onderhoud aan de kades zodat het toch nog passen en meten is.

Het is inmiddels half acht en best koud geworden. De verwarming gaat aan en ik kook een snelle ‘raasdonders met spek’ maaltijd. Daarna nog even een avondwandeling naar de Albert Heijn voor de door Joost wel gekochte maar vergeten boodschappen. Met een kruik in bed krijgen we het snel warm.

Na het ontbijt gaat Joost de boot klaarmaken en doe ik een rondje Enkhuizen voor de bakker, de watersportwinkel en het toiletgebouw.

Om 11 uur vertrekken we na een mooie draaimanoevre om uit onze plek te komen. We varen in het zonnetje, maar zien ook genoeg buien aankomen. Er zijn wat meer andere zeilboten en er wordt heel enthousiast naar elkaar gezwaaid alsof we willen zeggen: wat zijn wij dapper!

De voorspelde windkracht4-5 is er eerst nog niet, maar hoe meer we Stavoren naderen hoe meer de wind aantrekt. Wanneer ik naar de wc wil ligt deze aan de hoge kant en dat is als de boot zo scheef ligt niet eenvoudig te doen. Dan bedenken we dat we altijd nog eens ‘bijliggen’ wilden oefenen. Bijliggen doe je door het roer en de zeilen in een bepaalde stand te zetten waardoor je bijna gaat stilliggen, en de boot ook rustiger op het water ligt. Dat kan je gebruiken als je bv een lange tocht hebt met heftig weer en je wil eens even uitrusten, of eten maken, maar dus ook als je naar de wc wil. Het lukt in een keer. Hoezo oefenen?

Op weg naar Rainbow jachtschilders worden we door de regenboog de weg gewezen lijkt het wel. Ook met een 2e orde regenboog erbij en helemaal rond.

De bekende klotsbak voor Stavoren doet het erg goed bij deze wind die nog even verder aantrekt. Juist dan wil de genua niet helemaal in. We besluiten met motor aan en grootzeil nog staand de haven binnen te varen. In de beschutting van de havenkom kunnen we dan rustig het zeil strijken. Na het aanleggen lukt het Joost het genualijntje te ontwarren en de genua verder binnen te halen.

We bellen de jachtschilder dat we er zijn en krijgen te horen dat Koos, de compaan van Jelle er over een half uur zal zijn. Koos is meteen enthousiast. Hij kent de boot nog goed en vind het zo te horen ook leuk om deze boot weer onder handen te gaan nemen. De zorgen die we hadden over zwakke plekken (is het hout onder de lak niet al aan het rotten) begrijpt hij, maar stelt ons gerust dat dat weer helemaal goed komt. Binnen in de kajuit drinken we koffie met hem waarbij hij nog meer uitleg geeft over het schilderonderhoud van de boot. Ook heeft hij mooie verhalen over beroemde boten die ze onder handen hebben genomen. Hij vindt dat we wel even zijn werkplaats moeten bewonderen en neemt ons daar mee naar toe.

Er liggen twee grote aken die onder handen worden genomen: het jaarlijkse onderhoud. Tja, een boot is geen investering maar een water naar de zee drager!

We klimmen via een trappetje zelfs even op de aak.

Trots laat hij ook de mooie afzuiginstallatie in de loods zien. Hierna brengt hij ons weer naar onze boot. Dat was een leuke middag en we hebben het gevoel dat we bij deze jachtschilder helemaal goed zitten.

In iedere haven weten we wel een favoriet restaurant. In Stavoren is dat het Schotse restaurant de Koebrug. In ieder gerecht van voorgerecht tot nagerecht stoppen ze whiskey. Het is er weer warm, gezellig en smaakvol. we lopen terug naar de boot onder een enorme sterrenhemel.

We staan op tijd op, want we hebben een lange tocht voor de boeg vandaag. Het zonnetje schijnt, maar er zijn ook genoeg wolken voor opnieuw een regenboog.

Om half 10 hebben we de zeilen staan. De wind is niet ideaal, uit het zuidwesten en zal nog verder naar het zuiden draaien. Toch zeilen we tot de sluis bij Enkhuizen heerlijk in een paar slagen.

De sluis is weer snel genomen. Op het Markermeer gaan we motoren. De wind is hier echt pal tegen en we willen wel nog met wat licht aankomen. Het wordt nu echt kouder zodat we soms ook binnen gaan zitten. Het kan makkelijk want er is nauwelijks ander verkeer. Op de Gouwzee is het opeens mistig. Zonder zeilen moeten alle zeilen bijgezet worden om in de vaargeul te blijven. Om half zes ligt de boot weer op z’n plek. Missie volbracht!

Hoorn zonder fonteinkruid (29 en 30 sept, 1 oktober 2023)

De nazomer duurt voort en er ligt een mooi weekend in het verschiet. We gaan deze keer eerst in De Ouwe Blauwe eten. Het is daar altijd erg gezellig en ondanks de drukte heb je geen last van lawaai. We zijn er niet vroeg uit. Zo zitten we pas om half 11 buiten in het zonnetje te ontbijten. Er is niet veel wind, toch kunnen we wel al snel de zeilen hijsen. Het gaat niet hard, maar we hebben geen haast. Het is zo lekker warm dat ik zelfs een korte broek aan ga trekken. Dan verdwijnt natuurlijk de zon achter wolken.

Wat bijzonder is dat het fonteinkruid wat zo welig tierde in het Hoornse hop, nu volledig verdwenen is. We hadden er al over gelezen, maar het klopt. We kunnen zodoende voor de wind de kortste weg naar Hoorn varen. Deze plant reageert dus blijkbaar niet op de warmte van het water, maar op iets anders. We waren in het voorjaar verbaasd dat er al zoveel was terwijl het zo lang koud was geweest. Nog maar eens uitzoeken.

Soms liggen we bijna stil en is het heel stil. En dan horen we opeens: zoemflapzoemflapzoemflap. Het blijkt dat een zwaan een groot rondje om onze boot vliegt en weer uitkomt bij zijn familiegroep zwanen. Even de vleugels strekken heeft ie waarschijnlijk gedacht. Op een gegeven moment trekt de wind aan. Een groep zwanen voor ons schrikt van onze plotselinge acceleratie en vliegt op.

Zo zijn we toch opeens bij Hoorn. Even strijken en Hoorn binnen varen. Hoorn blijft fotogeniek.

We leggen aan naast een motorboot. De eigenaresse verwelkomt ons vriendelijk. Joost gaat nog gauw boodschappen doen en ik maak een wandeling langs de waterkant. Later op de avond maken we nog samen een wandelingetje door Hoorn. We zijn net binnen voor de regen, en dat is dan ook wel weer gezellig.

De volgende morgen loop ik door stil Hoorn om nog een zak blikjes bij de AH in te leveren. Joost bracht er gisteren al een heleboel. Een seizoen varen en je hebt er heel wat. Ik neem verse broodjes mee terug. Om half elf varen we weg. Het is warm en zonnig en er staat een aardig windje uit het zuidwesten. We kunnen nu aan de wind varen en zullen wel nog ergens een slag moeten maken. Het is druk op het water. Als je van zeilen houdt is dit fantastisch weer.

Ik zit heerlijk te genieten op mijn favoriete plekje. Om de Gouwzee binnen te varen moeten we over stag en daarna nog een paar keer. Zo krijgen we Volendam vlak voor onze boeg.

Om drie uur leggen we aan. We willen niet te laat thuis zijn en rustig opruimen, dat gaat lukken. Als we even wat zitten te drinken in de kuip zwemt een waterhoentje met jong langs. Een pootje denkt ik wil ook zwemmen, maar de rest lijkt nog niet overtuigd.

Stepping stones (16 en 17 september 2023)

We volgen op You Tube een Engels stel die hun kanaal de naam ’StartSailingatSixty’ hebben genoemd. Voor het eerst zeilen deze zestigers en hebben ze een zeilboot gekocht. Dapper! Vooral omdat je in Engeland meteen een kustzeiler bent met stroming en getijde verschillen. Ze hebben het dan ook over hun ‘steep-learningcurve’. Maar ook dan ontkom je niet aan de aller eerste keer motorpech enzovoort. 

Onze leercurve is meer die van ‘Stepping stones’, zoals vroeger mijn leerboek Engels ook heette. Al 19 jaar zeilen we iedere zomer 3 weken (afgezien van 2 keer een campervakantie en een keer een motorbootvakantie) en sinds 2021 hebben we zelf een boot en zeilen we veel vaker. Door maar 3 weken per jaar te zeilen gaat die leercurve natuurlijk maar langzaam omhoog. Toch hebben we in die jaren de ‘stepping stones’ methode toegepast. Van open zeilbootje op de Frieze meren, via een platbodem op het IJsselmeer naar zeilen op getijdenwater. Vervolgens met een scherp jacht op de Middellandse zee waar we leerden ankerend aan te leggen naar de Oostzee zonder getijden maar waar we grotere afstanden aflegden en leerden met AIS een scheepsvaartroute over te steken. En met onze eigen boot dit jaar voor het eerst echt de Noordzee op. De zee die bekend staat als het moeilijkste vaarwater vanwege getijden, stroming en de vele zandbanken voor de kust met vaak een aanlandige wind. Er staan nog wat traptreden op ons verlanglijstje: een keer de Noordzee oversteken naar Engeland en dus een nacht doorzeilen en zelf naar de Oostzee varen.

Maar eentje ontbrak nog steeds die we gewoon op het Markermeer kunnen oefenen en dat is zeilen met een gennaker. Een heel groot zeil die je in plaats van de fok zet bij weinig wind, zodat je toch kan zeilen. Bij deze boot zat een gennaker, zo stond in de verkooppapieren. Op de zak staat echter spinnaker. Tja, wat hebben we nou? Een spinnaker is meer een ballon die je gebruikt als je echt voor de wind gaat, bij een gennaker heb je zijwind van achter nodig. We nemen de grote zak maar eens mee naar de boot. Op zaterdag wordt weinig wind verwacht, een goed moment voor een oefening.

Wanneer ik terug kom van de bakker in Monnickendam heeft Joost de grote zak met het zeil al aan boord gebracht. Dan wordt de zoektocht naar de bijbehorende lijnen gestart. Ze worden gevonden onder de kajuitbank. Daarvoor moet wel een hoop van z’n plaats.

Ook twee katrollen die gebruikt moeten worden. Nu hebben we toch een probleem. Nergens (niet in boeken of op internet) hebben we goed kunnen vinden hoe je een genaker precies vastmaakt aan de boot. Vreemd toch? Wel over, wanneer alles vast zit, hoe je het zeil hijst. We komen er niet uit. Vooral het punt voor op de boot waar het zeil vast moet hebben we niet. Hebben we misschien dan toch een spinnaker?

We besluiten het zeil maar weer in de auto te leggen zodat we thuis het zeil er een keer helemaal uithalen om te zien wat we nu eigenlijk hebben. Nu lijkt alles voor niets, maar nee, we zijn toch een denkstapje verder.

Lekker in het zonnetje drinken we nog een kop koffie, er staat toch nog weinig wind. Rond twaalf uur vertrekken we. We kiezen nu voor een aan de windse koers, we willen naar de Marker Wadden. Het ligt wel precies waar de wind vandaan komt, maar daarom ook een goede ankerplek. Met net iets meer wind dan verwacht zeilen we rond de vier knopen recht op Lelystad af, daar gaan we overstag richting de Marker Wadden waar we rond half zes aankomen. 

Op de ankerplek liggen best al veel boten. We gaan het in de haven op dit tijdstip niet meer proberen. We hebben ook wel zin in ankeren: het echte vrije gevoel. Voor we deze boot hadden was de taakverdeling dat ik het anker aan de punt bediende en dat Joost achteruit voer. Bij onze boot is het precies andersom omdat het anker handmatig uitgegooid moet worden (itt tot een elektrisch ankerlier) wat zwaar is. Nu is achteruit varen met deze boot lastig, maar voor het eerst had ik het gevoel controle over de boot te hebben. We lagen in ‘notime’. Heerlijk, een persoonlijke traptrede behaald!

Dan volgt een echt ankerbiertje in de kuip.

Ik ga koken en dat is echt geen straf met dit uitzicht. 

Het is kouder geworden en de wind is toegenomen zoals verwacht. We eten en vermaken ons verder binnen. Het ankeralarm wordt voor de nacht wel aangezet. 

We slapen prima en merken dat je best windkracht vier kan hebben ankerend als je maar goed beschut ligt en goede ankergrond hebt wat in Nederland bijna overal zo is.

Helaas is met de toename van de wind het weer ook verslechterd, Het regent de hele ochtend. Dus doen we rustig aan met koffie erbij.

Als we een zonnetje door het luik zien gaan we maar eens voortmaken om te vertrekken. Joost haalt het anker op wat best een krachtsinspanning is. Helaas is de zon er maar een kort moment.

Maar het zeilplezier is er niet minder om. Een zeilboot met een gennaker komt ons achterop en haalt ons in.

We bekijken eens goed hoe deze gennaker aan de boot vastzit voor zover we het kunnen zien. Juist dan gaan ze de gennaker alweer strijken omdat ze een andere koers gaan varen blijkt later. Ze kruisen heel slim voor ons langs waarbij wij moeten wijken voor hen. De schipper maakt een verontschuldigend gebaar.

Op de Gouwzee moeten we kruisen. We hebben er lol en energie voor, maar dan duurt de tocht toch net iets te lang. Door op te willen schieten strijkt Joost de genua te vroeg en met een afnemende wind schiet het helemaal niet meer op. We moeten dan maar vaart maken om op tijd thuis te zijn voor de door Lukas gemaakte pizza.

Lekker lang zeilen naar de thuishaven (2 september 2023, Den Oever – Monnickendam, 37,1nm)

Een onrustige nacht omdat de haven niet zo goed beschut is bij oostenwinden. Maar dat is snel vergeten als we wakker worden. Al snel is er ontbijt met een krantje op ons zonneterras. Dat ook nog eens lekker uit de wind ligt.

We doen rustig aan maar rond half elf gooien we de lijnen dan toch los. Soepel varen we de haven uit het IJsselmeer op. Er is oostenwind voorspeld, kracht 2 a 3, die krimpt naar het noordoosten; de ideale wind om naar huis te zeilen. Vooral ook omdat voor morgen een veranderlijke wind wordt voorspeld – dat beloofd meestal geen fijn zeilweer.

En inderdaad staat er nu een kalm oostenwindje. Snel hijsen we de zeilen en zetten een aandewindse koers uit. Na even uitpuffen is het tijd voor koffie. De zon schijnt – maar op het water is het nog wel wat frisser ook omdat de zeilen veel schaduw geven. Toch wordt in het streepje zon dat de zeilen overlaten van de koffie genoten.

Met een kalm vaartje gaan we toch lekker vooruit. We komen natuurlijk weer van alles tegen. Mooiste is toch wel de Zeven Wouden die onder zeil met ons opvaart van Kreupel (een eiland ten noorden van Medemblik) naar Enkhuizen.

Ellen bakt voor de lunch een eitje met ham voor op brood. Dat smaakt goed. Ondertussen naderen we Enkhuizen. En we zijn niet de enige die daar toe op weg zijn. Het Krabbersgat lijkt wel een trechter! Moet daarbij ook nog gijpen om de giek van een oplopende tjalk te ontwijken.

En ook aan bakboord zitten nog schepen. Sommigen, zoals de schipper van de Zeven Wouden, op hun gemak. Andere gehaast, zouden ze soms bang zijn geen plek in de haven te vinden? Het is nog geen drie uur!

Wij varen door naar de sluizen en mogen snel door. Aan de andere kant is het een stuk rustiger. Als de zeilen weer omhoog zijn komt het tempo er pas weer in als we uit de luwte van Enkhuizen zijn. Maar dan is het eigenlijk recht toe recht aan.

Om de saaiheid wat te verdrijven laat het touw van de bolfender los. Een mooie gelegenheid om de man-over-boord manoeuvre te oefenen. Gaat pas de tweede keer helemaal goed waarbij we de motor nodig hebben om voldoende stil te liggen. Maar goed de bolfender is gered!

En dan is het natuurlijk tijd voor een alcoholvrij biertje!

Voor de Gouwzee, op de rede van Volendam, strijken we het grootzeil en gaan we nagenoeg voor de wind op de genua verder. Op het laatste stuk gaat de zon bijna onder. We steken de navigatielichten maar aan.

Kalmpjes varen we de haven in. En ligt de Aquamarijn weer op zijn plek!

Morgen rustig aan. Beetje opruimen, beetje inpakken. En dan naar huis en is de vakantie helaas voorbij!

Kantje Wad (Franeker – Den Oever, 1 sept 2023)

Eindelijk Oosten wind! Daar kunnen we mee thuis komen. Niet vandaag, maar wel tot Den Oever. Nog even over het wad zeilen, dat lijkt ons wat.

Eerst langs de bakker en dan ontbijten. Rond 10 uur varen we weg, het laatste stukje van het Harinxma kanaal moet nog gevaren worden tot de sluis voor Harlingen. In de sluis hebben we een gesprekje met Friezen die naar de waddeneilanden gaan. Als ze horen dat onze boot in Monnickendam ligt willen ze weten hoe het met het fonteinkruid is. Ja, heel goed! Te goed. Maar we vertellen altijd dat er op het Markermeer toch goed te varen is. De sluis uitvarend zien we dat de keersluis voor de binnenhavens van Harlingen zoals verwacht gesloten is vanwege het hoge water. Buiten de haven hijssen we de zeilen. We gaan de boontjes op met een heerlijk windje. Het is er behoorlijk druk met boten die de andere kant op gaan. Een weekendje waddeneiland.

Bij de sluis van Kornwerderzand gaan we deze niet nemen maar gaan we de afsluitdijk volgen aan de waddenkant. Dat is de kortste te nemen route met het meest profijt van de oostenwind. We hebben ook mooi de stroom mee en gaan ondanks de zwakke wind toch rond de 4.5 knoop. Het zonnetje komt ook steeds meer door en we zien heel even een bruinvis.

Van deze kant is ingenieur Lely ook goed te zien. Hij kijkt alleen niet onze kant op maar naar Lelystad. Nou niet het mooiste waar je hier naar kan kijken. De nieuwe dijkversterking ziet er best mooi uit!

De wind neemt steeds meer af en helaas moet toch de motor weer aan. We moeten nog langs een erg ondiep stuk. Het loopt inmiddels tegen laag water aan, en gezien het feit dat het bijna springtij is, is ook het lage water op z’n laagst. We zijn er niet op tijd, of te vroeg, het is maar van welke kant je het bekijkt. 3/4 uur voor laag water lopen we vast. Dan weet je dat je op z’n vroegst 3/4 uur na laag water weer los zal komen. De zeilen die we nog op hadden staan worden gestreken.

En dan is het tijd voor een boek in de zon. We merken dat onze boot steeds iets schuiner komt te liggen, maar dat is prima te doen. Weten we ook hoe onze boot zal droogvallen als we dat nog eens willen.

Er passeren ons een tijd na elkaar twee Noordkapers. Deze steken nog minder diep dan wij, 70 ,80 cm tegenover onze 1.05m. Ze lijken wat leedvermaak te hebben, maar wij hebben helemaal geen leed. Een heerlijke tijstop op het wad, zij het wel het randje van het wad. Geen uitzicht hier op drooggevallen platen.

Na nog een tijdje komt er een motorbootje langs varen. Flink gas geven om door ondieptes te komen. Hij roept nog wat onverstaanbaars naar ons. Hij vaart door, maar we zien heem steeds vast lopen en dan weer heel veel gas geven, veel rondjes draaien en uiteindelijk naar ons terug komen. Hij vertelt dat hij 1.20 steekt (zo is de uitdrukking onder schippers over de diepte van je boot). Hij heeft hier lang gewerkt aan de vernieuwing van de afsluitdijk en hij zou eigenlijk moeten weten waar hij zou kunnen varen. Uiteindelijk vaart hij weg vlak langs de dijk. Wij wachten toch nog maar rustig tot we vanzelf los komen. We kunnen daarna de wel betonde geul zonder problemen vervolgen.

We varen al gauw de buitenhaven van Den Oever in. Van een afstand leek de haven al behoorlijk vol. Wat blijkt, hij ligt vol met Noordkapers die een verenigingsweekend hebben van hun vereniging (vinden we op hun website). Er is voor deze Koopmans geen plek meer in de haven.

Dan maar de Stevin sluis door en de haven aan de binnenzijde proberen. Er gaat net een grote tanker de sluis in en wij mogen niet mee want deze vervoert gevaarlijke stoffen. Met twee andere boten wachten we geduldig tot de sluis voor ons vrij komt.

Na de sluis is meteen de binnenhaven. Ruimte genoeg, geen Noordkaper hier te bekennen. Het is inmiddels 8 uur als we liggen, hebben we er toch weer een lange dag opzitten. Joost kookt nasi. We zien even later nog de mooie bloedrode maan boven de horizon verschijnen.