De boot was goed een week in Warns of we werden gebeld – wanneer komen we eens kijken? Ellen gelijk zorgen – er zou toch niet iets mis zijn?
Zo wij eind februari in de auto naar Warns. Op een frisse dag kwamen we naar een goede anderhalf uur aan bij Rainbow jachtschilders. Bleek er vrij weinig aan de hand. Boot was inmiddels behoorlijk geschuurd en dat moest getoond. Op een paar plekjes moest de ondergrond worden bijgewerkt maar ook dat mocht, zo vond Koos, eigenlijk geen naam hebben. Trots liet Koos het werk zien. Blij ook dat ze deze mooie boot in de hal hebben; ook de vorige eigenaren waren al even komen kijken.
Wel een discussie over de lak in de kuip. Moet dat wel gebeuren was de vraag. Want ja, dat geeft veel (jaarlijks) onderhoud en problemen. Kaal is dit teak ook mooi. Met een bouwlift omhoog omdat eens van boven te bekijken. Het blijft een vraag om nog eens over na te denken.
Verder zat er wat speling in het roer; daar zou een specialist van de bouwer naar komen kijken. Na ook nog met een timmerman over een kast in de kajuit aan stuurboord te hebben overlegd gingen we weer op huis aan. In Lemmer aten we nog een avondhap in een gezellig maar door toeristen verlaten eetcafé. Waarna we snel verder reden met een tussenstop om de auto op te laden in de Noord Oost Polder.
In de week voor 7 april kregen we bericht dat het verven van de romp klaar was. Wij weer naar Warns – nu om de naam weer op de boot te plakken.
Op de heenweg tijd voor een wandeling in de zon bij de Oostvaardersplassen. Aangenaam weer – dat vonden ook de watervogels die op ons pad kwamen.
In Warns knipte Koos wat bescherm plastic weg zodat we mooi geverfde romp konden zien. Niet alleen aan de achterkant – maar ook een stukje aan bakboordzijde. Ziet er mooi glimmend uit! Trots nam Koos de complimenten in ontvangst.
Het roer is inmiddels gerepareerd. Qua verven moet de bovenkant (inclusief dekhuis) nog een keer, net als de waterlijn. Verder is de verf (anti-fouling) er nog niet voor het onderwaterschip. Omdat dan ook weer alles gemonteerd moet worden is de Aquamarijn dus volgende week nog niet klaar.
Wij daarna aan de klus van de dag. Koos liet ons daarvoor al snel met rust; hij besteedt dit soort werk liever uit. Maar met passen en meten en veel ellengeduld kregen we het toch mooi in een uur voor elkaar.
En zeg nou zelf ziet het er niet goed uit? Ook van een afstandje spiegelt de spiegel mooi!
Op de terugweg weer een laadstop in de polder. Op tijd thuis voor Podium Klasiek. Mirjam heeft voor ons het diner bereid!
Veel romantische stellen keken uit naar Valentijnsdag. Voor ons was echter twee dagen later een hoogtepunt. Al twee weken keken we uit naar de weersverwachting – zouden we op vrijdag 16 februari voor het eerst dit jaar kunnen varen? Eind februari moet de Aquamarijn in Warns zijn voor de schilderbeurt. En dit was een mooie dag, niet op het laatste moment, dat we het konden proberen.
Wel allebei thermo ondergoed aangeschaft. Want ja, het mag dan een warme februari maand zijn – op het water is vast nog erg koud. De weersverwachting werd eigenlijk steeds beter (windkracht 4 uit west tot zuidwest, maar een uurtje of twee regen) en dus werd op 15 februari de wekker gezet en waren we op de 16e om 7uur aan het ontbijten.
Het is tocht met een deadline; na 17uur wordt de sluis in Stavoren pas na afroep of op maandag weer bediend. Maar ook moeten we nog werkzaamheden verrichten in Warns voordat de boot kan worden achtergelaten. Dat doen we graag bij daglicht dus uiterlijk 16 uur moeten we er wel zijn. Eerder mag natuurlijk ook. Het wordt ook een tocht op de motor – onze zeilen liggen droog thuis of bij de zeilmaker.
Na een korte autorit en korte worsteling met het walstroom kastje (dat door alle hoogwater problemen niet meer vast aan de steiger zit) is de boot snel klaar. Als vanouds varen we de haven uit. Het is pas kwart voor negen. We zetten er gelijk de sokken in – met 6,5 knopen, en niet teveel vertraging bij de sluizen zouden we er om drie uur moeten zijn.
Nadat de stuurstandwijzer is gefixt en we de Gouwzee hebben verlaten kan de stuurautomaat het roer overnemen. En dan is het tijd voor de thuis al gezette koffie. Ellen voelt zich met al haar kleding lagen net een marsmannetje.
We zetten vandaag een beetje uit ons hoofd koers, eerst zo’n 30 graden vanaf Gouwzee naar de Krabbegatsluizen en dan haast pal noord naar Stavoren. Op een gegeven moment zie je dan vanzelf aan stuurboord een scheidingston; dan kun je de tonnenrij volgen naar Stavoren om het Vrouwenzand (een ondiepte in het IJsselmeer) heen.
Bij zowel de Krabbegatsluizen (bij Enkhuizen) als de Johan Friso sluizen (bij Stavoren) roepen we de sluiswachter op per marifoon. Ze lijken wel blij dat er iemand langskomt en ze iets kunnen doen. In ieder geval is er nauwelijks wachttijd en varen we voordat we het weten op het water waar we drie jaar terug onze eerste proefvaart met deze boot maakten! (Zie https://blog.koedijk.net/2021/03/aquamarijn-ter-keuring/)
We naderen dan al snel ons doel dat aan bakboord voor de brug van Warns licht – Jachthaven De Pyramide. Ellen belt de havenmeester en als we even later aankomen wijst die ons een plek – vlakbij de kraan. Een laatste lastige bocht (ook omdat er een aak klaarligt om ook naar de jachtschilder te gaan met een nogal lange uitstekende mast) en dan liggen we stevig vast. Om 14:15uur (!) kan de motor al uit!
Nu moeten we nog even aan de slag. De boot wordt in de hal van jachtschilder Rainbow geschilderd – best een grote hal maar voor een mast is daar geen ruimte. Die gaat er dus af. De mast eraf doen ze met de kraan maar daarvoor moet de giek op het dek worden gelegd en moeten alle elektronische verbindingen (marifoonantenne, driekleurenlicht, toplicht, stoomlicht, deklicht en radarvoeding) worden losgekoppeld. Dat hebben we nog nooit gedaan en het moet ook op zo’n manier dat we het eind maart weer zelf kunnen vastzetten. Na wat gepuzzel (zie hieronder) lijkt ons dat te lukken.
Dan hebben we even overleg met de havenmeester. Hij neemt onze gasflessen en bootsleutels in ontvangst en we bespreken de laatste zaken. Allemaal prettig op zijn Fries.
Ook de giek is daarna snel van de mast en leggen we, in verband met de kraan en op verzoek van de havenmeester aan stuurboord op het schip. Dan halen we de kraanlijn uit de mast zodat we die thuis kunnen wassen. (de andere lijnen deden we afgelopen zondag al; het is nu beter weer dan 2 jaar geleden https://blog.koedijk.net/2021/10/winterklaar-maken-2-26-30-en-31-oktober-2021/) Tot slot ook nog het zwaard opgehaald en de sprayhood eraf. En dan zijn we om half vijf ineens klaar en kan de boot op slot.
Als we nog eens een laatste blik op de boot werpen ziet alles er netjes uit. Alleen het dek is wel erg groen. Het was nog te vroeg in het jaar om daar al wat aan te doen. Wie weet doet een paar weken in een droge hal al wonderen!
Het plan is om met de trein naar huis te gaan. Maar eerst lopen we nog even langs Rainbow jachtschilders om te laten weten dat de boot er is. We zijn er nog niet of Koos komt ons al in een busje tegemoet. De Aquamarijn had hij al zien liggen; maar hij brengt ons graag naar het station; Koudum-Molkwerum is het dichtste bij en vandaar vertrekt in de spits ieder half uur een trein naar Leeuwarden. Onderweg verteld Koos dat ze het druk hebben; er ligt ook weer een beroemde boot in de loods.
Dan is het wachtten op de trein. Enkelspoor en eerst komt de trein naar Stavoren langs. We laten die maar rijden – hij kan niet anders dan terugkomen om ons mee te nemen. En zo gebeurt – 50 minuten na vertrek zijn we dan in Leeuwarden. We eten lekker bij Proeflokaal Wouters direct tegenover het station en nemen daarna de intercity naar Zwolle.
Helaas letten we niet zo op bij het kiezen van een plaats. We zijn toch alleen in de coupé. Maar nog voor vertrek uit Leeuwarden komt een studente al bellend in dezelfde coupé terecht. En ach, het blijkt geen stiltecoupé en dus luisteren we mee naar alle verhalen van het toch wel bruisende Leeuwardense studentenleven inclusief details over studieresultaten, schurft, soa’s en liefdesverdriet. In Zwolle loopt ze bellend verder naar haar volgende trein.
In Zwolle stappen we over op de intercity naar Amsterdam Zuid. De trein is wat drukker maar wij vinden een plekje in een stiltecoupé. Op Zuid zorgt het bord van de metro nog voor enige verwarring maar eigenlijk zijn we zo op Lelylaan en niet veel later met lijn 1 thuis.
Op zaterdag zijn we moe en hebben we spierpijn. Alleen de auto wordt nog even opgehaald in Monnickendam. Maar dan is het eerste avontuur van 2024 ook succesvol afgerond!
NASCHRIFT
Op maandag 19 februari is de Aquamarijn al ontmast en uit het water gehaald. We kregen foto’s van de haven. De aangroei op onderwaterschip viel ons heel erg mee. Wel is het zwaard niet helemaal in – dat is iets om nog eens uit te zoeken.
Aan onze steiger blijkt een geluksvogel te zijn neergestreken. Geen vogel maar een zeilboot met de naam Geluksvogel. Een mooie naam. Maar eigenlijk vinden we dat wij geluksvogels zijn. Zes weken geleden zeilden we voor het laatst. Meestal kan je in oktober nog wel een keer zeilen, maar iedereen weet wat voor een weer het steeds was (regen, regen, regen en heel veel wind). Afgelopen week heb ik eindelijk een belrondje gedaan op zoek naar een schilder voor onze boot. Monnickendam heeft van alles, maar geen jachtschilder. De meest aansprekende jachtschilder bleek Rainbow jachtschilders te Warns (Friesland, vlak achter Stavoren) te zijn die onze boot (toen nog van de vorige eigenaren) 11 jaar geleden helemaal heeft geschilderd. Ja, ze kenden onze boot wel. Maar ze wilden de boot natuurlijk eerst zien om een prijsopgave te kunnen doen. Tja, dan moet het nog een keer beter weer worden om over te steken. ‘Mooi weer in november komt best wel voor’, zei ik nog. Jelle lachte schamper. Maar we konden gerust bellen als we van plan waren te komen en dan konden ze ook op een zaterdag de boot zien, geen probleem. Twee dagen later belde ik weer. We komen dit weekend hoor, het weer ziet er goed uit!
Met dit plan schoot onze humeurbarometer fors omhoog. Een weekendje zeilen: wat een geluksvogels zijn wij!! Op you tube kijken we nog even naar ‘Starting sailing at sixty’, die in oktober nog zo genieten van het zeilen voor de kust van Engeland. Als je door onze verhalen nog niet begrijpt wat er zo leuk is aan zeilen, kijk dan hun filmpje! https://youtu.be/Giqg6XqxN4c?si=oWkADQ_pFluwErkm
Joost zorgde dat hij vrijdagmiddag vrij was zodat we dan al naar Enkhuizen konden varen. Om drie uur gooien we de trossen los. Het is dan eindelijk droog. Met een zuidenwind krachtje 3-4 gaan we voor de wind. Dus alleen de genua uit en toch rond de vijf knopen gaan.
Het is natuurlijk heel rustig op het water. Wij verstoren wel de rust van een hele kolonie meerkoeten. Ze vliegen voor ons op. Wat een mooi geluid maakt dat.
Als de schemering invalt krijgen we nog 1 klein maar hevig buitje over ons heen. In het donker naderen we de sluis. We kennen het hier goed, en met de gps erbij kunnen we ons goed orienteren. We varen de sluis zo in en deze wordt vlot bediend.
Voor het eerst varen we Enkhuizen in het donker aan, een mooi gezicht.
Joost parkeert de boot heel netjes tussen een grote en kleine jongen in. Het is wel ver buiten het seizoen, maar het grootste deel van de haven is afgesloten vanwege onderhoud aan de kades zodat het toch nog passen en meten is.
Het is inmiddels half acht en best koud geworden. De verwarming gaat aan en ik kook een snelle ‘raasdonders met spek’ maaltijd. Daarna nog even een avondwandeling naar de Albert Heijn voor de door Joost wel gekochte maar vergeten boodschappen. Met een kruik in bed krijgen we het snel warm.
Na het ontbijt gaat Joost de boot klaarmaken en doe ik een rondje Enkhuizen voor de bakker, de watersportwinkel en het toiletgebouw.
Om 11 uur vertrekken we na een mooie draaimanoevre om uit onze plek te komen. We varen in het zonnetje, maar zien ook genoeg buien aankomen. Er zijn wat meer andere zeilboten en er wordt heel enthousiast naar elkaar gezwaaid alsof we willen zeggen: wat zijn wij dapper!
De voorspelde windkracht4-5 is er eerst nog niet, maar hoe meer we Stavoren naderen hoe meer de wind aantrekt. Wanneer ik naar de wc wil ligt deze aan de hoge kant en dat is als de boot zo scheef ligt niet eenvoudig te doen. Dan bedenken we dat we altijd nog eens ‘bijliggen’ wilden oefenen. Bijliggen doe je door het roer en de zeilen in een bepaalde stand te zetten waardoor je bijna gaat stilliggen, en de boot ook rustiger op het water ligt. Dat kan je gebruiken als je bv een lange tocht hebt met heftig weer en je wil eens even uitrusten, of eten maken, maar dus ook als je naar de wc wil. Het lukt in een keer. Hoezo oefenen?
Op weg naar Rainbow jachtschilders worden we door de regenboog de weg gewezen lijkt het wel. Ook met een 2e orde regenboog erbij en helemaal rond.
De bekende klotsbak voor Stavoren doet het erg goed bij deze wind die nog even verder aantrekt. Juist dan wil de genua niet helemaal in. We besluiten met motor aan en grootzeil nog staand de haven binnen te varen. In de beschutting van de havenkom kunnen we dan rustig het zeil strijken. Na het aanleggen lukt het Joost het genualijntje te ontwarren en de genua verder binnen te halen.
We bellen de jachtschilder dat we er zijn en krijgen te horen dat Koos, de compaan van Jelle er over een half uur zal zijn. Koos is meteen enthousiast. Hij kent de boot nog goed en vind het zo te horen ook leuk om deze boot weer onder handen te gaan nemen. De zorgen die we hadden over zwakke plekken (is het hout onder de lak niet al aan het rotten) begrijpt hij, maar stelt ons gerust dat dat weer helemaal goed komt. Binnen in de kajuit drinken we koffie met hem waarbij hij nog meer uitleg geeft over het schilderonderhoud van de boot. Ook heeft hij mooie verhalen over beroemde boten die ze onder handen hebben genomen. Hij vindt dat we wel even zijn werkplaats moeten bewonderen en neemt ons daar mee naar toe.
Er liggen twee grote aken die onder handen worden genomen: het jaarlijkse onderhoud. Tja, een boot is geen investering maar een water naar de zee drager!
We klimmen via een trappetje zelfs even op de aak.
Trots laat hij ook de mooie afzuiginstallatie in de loods zien. Hierna brengt hij ons weer naar onze boot. Dat was een leuke middag en we hebben het gevoel dat we bij deze jachtschilder helemaal goed zitten.
In iedere haven weten we wel een favoriet restaurant. In Stavoren is dat het Schotse restaurant de Koebrug. In ieder gerecht van voorgerecht tot nagerecht stoppen ze whiskey. Het is er weer warm, gezellig en smaakvol. we lopen terug naar de boot onder een enorme sterrenhemel.
We staan op tijd op, want we hebben een lange tocht voor de boeg vandaag. Het zonnetje schijnt, maar er zijn ook genoeg wolken voor opnieuw een regenboog.
Om half 10 hebben we de zeilen staan. De wind is niet ideaal, uit het zuidwesten en zal nog verder naar het zuiden draaien. Toch zeilen we tot de sluis bij Enkhuizen heerlijk in een paar slagen.
De sluis is weer snel genomen. Op het Markermeer gaan we motoren. De wind is hier echt pal tegen en we willen wel nog met wat licht aankomen. Het wordt nu echt kouder zodat we soms ook binnen gaan zitten. Het kan makkelijk want er is nauwelijks ander verkeer. Op de Gouwzee is het opeens mistig. Zonder zeilen moeten alle zeilen bijgezet worden om in de vaargeul te blijven. Om half zes ligt de boot weer op z’n plek. Missie volbracht!
De nazomer duurt voort en er ligt een mooi weekend in het verschiet. We gaan deze keer eerst in De Ouwe Blauwe eten. Het is daar altijd erg gezellig en ondanks de drukte heb je geen last van lawaai. We zijn er niet vroeg uit. Zo zitten we pas om half 11 buiten in het zonnetje te ontbijten. Er is niet veel wind, toch kunnen we wel al snel de zeilen hijsen. Het gaat niet hard, maar we hebben geen haast. Het is zo lekker warm dat ik zelfs een korte broek aan ga trekken. Dan verdwijnt natuurlijk de zon achter wolken.
Wat bijzonder is dat het fonteinkruid wat zo welig tierde in het Hoornse hop, nu volledig verdwenen is. We hadden er al over gelezen, maar het klopt. We kunnen zodoende voor de wind de kortste weg naar Hoorn varen. Deze plant reageert dus blijkbaar niet op de warmte van het water, maar op iets anders. We waren in het voorjaar verbaasd dat er al zoveel was terwijl het zo lang koud was geweest. Nog maar eens uitzoeken.
Soms liggen we bijna stil en is het heel stil. En dan horen we opeens: zoemflapzoemflapzoemflap. Het blijkt dat een zwaan een groot rondje om onze boot vliegt en weer uitkomt bij zijn familiegroep zwanen. Even de vleugels strekken heeft ie waarschijnlijk gedacht. Op een gegeven moment trekt de wind aan. Een groep zwanen voor ons schrikt van onze plotselinge acceleratie en vliegt op.
Zo zijn we toch opeens bij Hoorn. Even strijken en Hoorn binnen varen. Hoorn blijft fotogeniek.
We leggen aan naast een motorboot. De eigenaresse verwelkomt ons vriendelijk. Joost gaat nog gauw boodschappen doen en ik maak een wandeling langs de waterkant. Later op de avond maken we nog samen een wandelingetje door Hoorn. We zijn net binnen voor de regen, en dat is dan ook wel weer gezellig.
De volgende morgen loop ik door stil Hoorn om nog een zak blikjes bij de AH in te leveren. Joost bracht er gisteren al een heleboel. Een seizoen varen en je hebt er heel wat. Ik neem verse broodjes mee terug. Om half elf varen we weg. Het is warm en zonnig en er staat een aardig windje uit het zuidwesten. We kunnen nu aan de wind varen en zullen wel nog ergens een slag moeten maken. Het is druk op het water. Als je van zeilen houdt is dit fantastisch weer.
Ik zit heerlijk te genieten op mijn favoriete plekje. Om de Gouwzee binnen te varen moeten we over stag en daarna nog een paar keer. Zo krijgen we Volendam vlak voor onze boeg.
Om drie uur leggen we aan. We willen niet te laat thuis zijn en rustig opruimen, dat gaat lukken. Als we even wat zitten te drinken in de kuip zwemt een waterhoentje met jong langs. Een pootje denkt ik wil ook zwemmen, maar de rest lijkt nog niet overtuigd.
We volgen op You Tube een Engels stel die hun kanaal de naam ’StartSailingatSixty’ hebben genoemd. Voor het eerst zeilen deze zestigers en hebben ze een zeilboot gekocht. Dapper! Vooral omdat je in Engeland meteen een kustzeiler bent met stroming en getijde verschillen. Ze hebben het dan ook over hun ‘steep-learningcurve’. Maar ook dan ontkom je niet aan de aller eerste keer motorpech enzovoort.
Onze leercurve is meer die van ‘Stepping stones’, zoals vroeger mijn leerboek Engels ook heette. Al 19 jaar zeilen we iedere zomer 3 weken (afgezien van 2 keer een campervakantie en een keer een motorbootvakantie) en sinds 2021 hebben we zelf een boot en zeilen we veel vaker. Door maar 3 weken per jaar te zeilen gaat die leercurve natuurlijk maar langzaam omhoog. Toch hebben we in die jaren de ‘stepping stones’ methode toegepast. Van open zeilbootje op de Frieze meren, via een platbodem op het IJsselmeer naar zeilen op getijdenwater. Vervolgens met een scherp jacht op de Middellandse zee waar we leerden ankerend aan te leggen naar de Oostzee zonder getijden maar waar we grotere afstanden aflegden en leerden met AIS een scheepsvaartroute over te steken. En met onze eigen boot dit jaar voor het eerst echt de Noordzee op. De zee die bekend staat als het moeilijkste vaarwater vanwege getijden, stroming en de vele zandbanken voor de kust met vaak een aanlandige wind. Er staan nog wat traptreden op ons verlanglijstje: een keer de Noordzee oversteken naar Engeland en dus een nacht doorzeilen en zelf naar de Oostzee varen.
Maar eentje ontbrak nog steeds die we gewoon op het Markermeer kunnen oefenen en dat is zeilen met een gennaker. Een heel groot zeil die je in plaats van de fok zet bij weinig wind, zodat je toch kan zeilen. Bij deze boot zat een gennaker, zo stond in de verkooppapieren. Op de zak staat echter spinnaker. Tja, wat hebben we nou? Een spinnaker is meer een ballon die je gebruikt als je echt voor de wind gaat, bij een gennaker heb je zijwind van achter nodig. We nemen de grote zak maar eens mee naar de boot. Op zaterdag wordt weinig wind verwacht, een goed moment voor een oefening.
Wanneer ik terug kom van de bakker in Monnickendam heeft Joost de grote zak met het zeil al aan boord gebracht. Dan wordt de zoektocht naar de bijbehorende lijnen gestart. Ze worden gevonden onder de kajuitbank. Daarvoor moet wel een hoop van z’n plaats.
Ook twee katrollen die gebruikt moeten worden. Nu hebben we toch een probleem. Nergens (niet in boeken of op internet) hebben we goed kunnen vinden hoe je een genaker precies vastmaakt aan de boot. Vreemd toch? Wel over, wanneer alles vast zit, hoe je het zeil hijst. We komen er niet uit. Vooral het punt voor op de boot waar het zeil vast moet hebben we niet. Hebben we misschien dan toch een spinnaker?
We besluiten het zeil maar weer in de auto te leggen zodat we thuis het zeil er een keer helemaal uithalen om te zien wat we nu eigenlijk hebben. Nu lijkt alles voor niets, maar nee, we zijn toch een denkstapje verder.
Lekker in het zonnetje drinken we nog een kop koffie, er staat toch nog weinig wind. Rond twaalf uur vertrekken we. We kiezen nu voor een aan de windse koers, we willen naar de Marker Wadden. Het ligt wel precies waar de wind vandaan komt, maar daarom ook een goede ankerplek. Met net iets meer wind dan verwacht zeilen we rond de vier knopen recht op Lelystad af, daar gaan we overstag richting de Marker Wadden waar we rond half zes aankomen.
Op de ankerplek liggen best al veel boten. We gaan het in de haven op dit tijdstip niet meer proberen. We hebben ook wel zin in ankeren: het echte vrije gevoel. Voor we deze boot hadden was de taakverdeling dat ik het anker aan de punt bediende en dat Joost achteruit voer. Bij onze boot is het precies andersom omdat het anker handmatig uitgegooid moet worden (itt tot een elektrisch ankerlier) wat zwaar is. Nu is achteruit varen met deze boot lastig, maar voor het eerst had ik het gevoel controle over de boot te hebben. We lagen in ‘notime’. Heerlijk, een persoonlijke traptrede behaald!
Dan volgt een echt ankerbiertje in de kuip.
Ik ga koken en dat is echt geen straf met dit uitzicht.
Het is kouder geworden en de wind is toegenomen zoals verwacht. We eten en vermaken ons verder binnen. Het ankeralarm wordt voor de nacht wel aangezet.
We slapen prima en merken dat je best windkracht vier kan hebben ankerend als je maar goed beschut ligt en goede ankergrond hebt wat in Nederland bijna overal zo is.
Helaas is met de toename van de wind het weer ook verslechterd, Het regent de hele ochtend. Dus doen we rustig aan met koffie erbij.
Als we een zonnetje door het luik zien gaan we maar eens voortmaken om te vertrekken. Joost haalt het anker op wat best een krachtsinspanning is. Helaas is de zon er maar een kort moment.
Maar het zeilplezier is er niet minder om. Een zeilboot met een gennaker komt ons achterop en haalt ons in.
We bekijken eens goed hoe deze gennaker aan de boot vastzit voor zover we het kunnen zien. Juist dan gaan ze de gennaker alweer strijken omdat ze een andere koers gaan varen blijkt later. Ze kruisen heel slim voor ons langs waarbij wij moeten wijken voor hen. De schipper maakt een verontschuldigend gebaar.
Op de Gouwzee moeten we kruisen. We hebben er lol en energie voor, maar dan duurt de tocht toch net iets te lang. Door op te willen schieten strijkt Joost de genua te vroeg en met een afnemende wind schiet het helemaal niet meer op. We moeten dan maar vaart maken om op tijd thuis te zijn voor de door Lukas gemaakte pizza.