Warm dagje zeilen met wintertijd (30 oktober 2022, Markermeer)

Een weekend met warm weer voorspeld. Daar reken je eind oktober, als de wintertijd al weer in gaat, niet echt op. Dus hadden Ellen en ik voor zaterdag al activiteiten gepland. Maar op zondag konden we toch mooi gaan zeilen.

Daarbij lijkt het aantrekkelijk om door de wintertijd een uurtje langer te gaan slapen. Maar dat is wellicht toch niet zo’n goed idee. Want wintertijd betekent ook dat de zon een uur eerder ondergaat. Sowieso is er nog maar kort daglicht. Dus om een beetje lekker weg te kunnen en voor het donker, en de daarbij horende kilte, terug te zijn moet je op tijd vertrekken.

We hadden een wekker gezet. Bleken toch niet zo vlot in de zeilkleren maar vertrokken voor tien uur naar Monnickendam. Met de boot zeilklaar maken zijn we inmiddels zo ervaren dat dat ook snel gaat en zo voeren we letterlijk onder Monnickendamse klokslag 11uur de haven uit!

Heerlijk weer, in een truitje op dek. In het rak richting Marken hesen we – in een aan de windse koers- de zeilen. En daarna voeren we voor de wind de Gouwzee uit. Aan de lekkere temperatuur droeg ook bij dat er maar weinig wind stond over het frisse water (dat volgens de Centrale Meldpost IJsselmeer 13,5graden Celsius warm is). Weinig wind weerhoudt anderen er ook niet van om de zeilen te hijsen. Velen nemen deze mogelijke laatste kans voor een warme zeildag!

De wind neemt in de middag wel erg af. Gaan we net van de Gouwzee nog vier knopen al snel is daar nog maar een knoop van over. Het mag onze pret niet drukken. We genieten van de koffie, wat later van een boterham met ei en van de rust. Alleen af en toe verstoord door een pruttelende motor (en stemmen van bemanningsleden die daar overheen een gesprek willen voeren).

Als het zo rustig is kan je ook karweitjes doen. Ellen pakt de puts en de poetsbezem en gaan ons dekhuis ontdoen van vogelpoep en vieze voetstappen. Ook maakt ze de spuirand aan bakboord schoon. Zeer tevreden gooit ze daarna het poetswater overboord. Helaas gaat het schoonmaakdoekje dat nog in de puts zat mee. Het doekje drijft niet.

Ondertussen zijn we al weer kalmpjes op de terugweg. Langzaam komt er iets meer wind. Zouden we dan toch tot in de Gouwzee kunnen zeilen. Jawel, de wind draait naar het westen en neemt iets verder toe. Gelijk een beetje frisser dus doen we een jas of vest aan. We gaan voor Volendam overstag en varen een vlot rak de Gouwzee in.

Met wat bewolking wordt het in het laatste uur voor zonsondergang toch wat schemerig. Wij doen onze navigatielampen aan. We zijn niet de enige – ook een tegenligger heeft zijn lichten aan. Toch is er iets raars – weet de lezer wat er bij de tegenligger niet klopt?

Ja, dat is vaarbewijs kennis. Ellen en ik overleggen er even over en genieten van dit mooie rak.

Maar het einde van de tocht nadert. We slaan zo rechtsaf naar Monnickendam en dan moeten de zeilen gestreken. We beginnen maar vast met de rolfok.

Als alles weer omlaag is en ook de lijnen en fenders weer klaar liggen om aan te leggen is bijna 17:15uur – het moment van de zonsondergang. En ja, ondanks de bewolking is die mooi!

Na het aanleggen ruimen we alles weer op. We doen de deklampen aan om er voldoende licht bij te hebben. Dat helpt en zo gaat het lekker vlot. Alleen de kuiptent, als de boot al dicht is en alle lampen uit zijn, neemt iets meer tijd dan anders. Maar toch verlaten wij om kwart over zes de haven.

Nog een en driekwart maand en de dagen gaan weer lengen!

Kleine gasten (21 en 22 oktober 2022)

Hoe verzinnen ze het! Het is het weekend van de Koude oorlog. Wij doen daar niet aan mee. Het is overigens niet eens koud. Maar op vrijdagavond nog net fris genoeg om op de boot de dieselkachel aan te steken. Met een hele nieuwe fles met aanmaakbrandgel en nu wel de knop van de carburateur goed bediend krijgen we hem zo aan. En dan is het aangenaam warm voor biertje, boek en bugles

We staan de volgende dag op tijd op want we krijgen gasten. Wanneer ik naar de markt loop, gaat Joost nog wat probleempjes oplossen.

Ada en Herman komen met hun kleinkinderen. Het zijn de kinderen van Jochem die vroeger nog op Lukas heeft gepast. Als ze er zijn gaan we eerst langs het havenkantoor om reddingsvestjes voor ze te lenen. Wat een fijne haven dat dat gewoon kan! Het waterpeil van het Markermeer is al op winterstand. Dat maakt de opstap naar de boot een stuk lager en makkelijker. David klimt er zelf op, zijn zusje Thura moet wel even geholpen worden.

Dit bezoekje aan onze boot was ontstaan omdat David wel eens een boot van binnen wilde zien. Dus gaan we eerst naar binnen en drinken daar koffie en eten we door Herman gemaakte perenflappen.

Het blijkt dat David en Thura op de Aquamarijn school zitten. Dat is natuurlijk erg grappig. Er moet dus straks nog wel een foto gemaakt worden van de kinderen met de achterkant van de boot erop. We leggen nog uit dat als ze in het water vallen ze op het fluitje van het reddingsvest kunnen blazen. Maar je moet vooral ‘plons’ zeggen als je in het water valt, vul ik aan. En dan blijkt David op de zwemschool ‘Plons’ te zitten. (Of zitten ze ons wat wijs te maken?)

En dan willen de kinderen naar buiten en is het natuurlijk heel leuk om door alle raampjes naar binnen te kijken.

We gaan ook nog een stukje varen met ze. De motor wordt gestart en de navigatie-apparatuur gaat aan. Dat moet door de mannen goed bekeken worden.

Een klein stukje richting Marken. De punt van de boot vinden de kinderen de beste plek om uit te kijken.

Maar op de terugweg is dat met de tegenwind toch een beetje koud en komen ze in de kuip staan. We varen naar het centrum van Monnickendam om pal voor de Ouwe Blauwe aan te leggen. Hier kan de foto met de bootsnaam Aquamarijn goed genomen worden.

En dan is het zwaaizwaai. Zij gaan daarna naar de film. Tja, die goeie opa’s en oma’s, voor kinderen een feest!

Wij varen door naar de hijskraan van de haven waar we kunnen tanken. Voor de winter moet de dieseltank vol om te voorkomen dat er condens in de tank komt.

Twee weken geleden tijdens onze vakantie deed de Eberspacher verwarming (werkt op diesel en electra en hoef je niet aan te maken, maar alleen aan te zetten) het opeens niet meer na een lange dag motoren. Mijn diagnose was dat het dieselpijl in de tank misschien te laag geworden was voor de toevoer naar de kachel. Maar we dachten nog een halve tank vol te hebben. Ik ben door de week naar de boot geweest om Jan erbij te halen. Ik kon hem vertellen dat de dieseltank niet meer lekte maar dat we nu een nieuw probleem hadden. Na alle onderdelen nagekeken te hebben was als laatste de dieseltank aan de beurt. En wat bleek: Er zat nog maar weinig diesel in de tank, geschat 20 a 25 liter en het slangetje van de kachel zat niet tot onder in de tank. Mijn diagnose klopte dus. Maar wat vreemd was dat er zo weinig diesel in de tank zat terwijl wij dachten nog zo’n 120 liter te hebben. Jan heeft gezorgd voor een langer slangetje en toen deed de verwarming het weer. Het raadsel van het tekort aan diesel loste zich vandaag op. We tankten 126 liter en toen was hij vol. Dat betekent dat de inhoud van onze tank slechts 150 liter is ipv de bij de verkoop beloofde inhoud van 250 liter. Alle keren dat we tankten dachten we nog ruim voldoende te hebben maar zaten we dus al gevaarlijk dicht bij een lege tank. De indicatorlichtjes voor de tank die we beschouwden als niet goed werkend blijken dat toch wel te doen.

We varen de boot terug naar onze ligplaats. Na de lunch maak ik een wandelingetje en doet Joost een dutje en ruimen we langzaam alles weer op en gaan op weg naar huis.

Thuiskomen met zuidenwind (9 oktober 2022)

We zijn niet voor niets gisteren naar Lelystad gevaren. Vandaag werd namelijk een zuidenwind verwacht en dan kan je vanaf hier beter zeilend thuiskomen dan vanuit Enkhuizen.

Het zonnetje scheen bij ontwaken weer uitbundig. We hadden geen haast want met de verwachtte windkracht 3-4 zouden we in een aantal uren thuis zijn. Het zonnetje nodigde uit om het dek wat te schobben. Niet te hard want dan poets je je teakdek weg. Het zoute water van eerder heeft de algen als het goed is gedood en dit was dan de finishing touch. Dan ook nog maar de zijkant een poetsbeurt geven.

Ondertussen heb ik de pot van de dieselkachel schoongemaakt. Stap 1 dachten we in zorgen dat deze kachel het weer gaat doen. En dan bedenkt Joost dat hij laatst de regelknop van de carburateur niet goed had aangezet (niet uitgetrokken) en dat dat mogelijk de reden was dat hij het niet deed. We moeten nog maar een keer op een koude dag op de boot gaan zitten.

Maar nu drinken we nog even koffie in het zonnetje waarna we ons klaarmaken voor vertrek. De riffen uit het zeil gehaald en dan varen we al weer snel 5 knopen. Je hoeft niet perse harde wind te hebben om hard te gaan. Er staat nauwelijks een golfslag, dat helpt ook. We hebben dit traject trouwens nog geen een keer met goede wind gevaren, dus hebben we een soort van primeur. Dus glijden we door het water en staren naar de horizon. Nog even genieten van het zeilen wat de komende maanden zullen missen. De boot blijft dit jaar in het water, maar of we dan nog gaan zeilen blijft de vraag.

We varen de Gouwzee op en kunnen deze kruisend met 1 slag varen. Er zijn best veel zeilboten die aan het kruisen zijn. Meer dan anders? Tja, als je nog in oktober aan het zeilen bent ben je een echte zeiler, niet zo’n mooi weer zeiler die als het even moeilijk wordt de motor aanzet.

Zo zeilen we helemaal tot de haveningang.

Aanleggen en opruimen: na een week toch iets meer werk dan na een weekendje weg. Maar we weten dat Lukas straks een maaltijd voor ons klaar heeft staan. En dan hebben we weer een hele fijne week achter de rug. Met onze boot als ons varend thuis waardoor je op iedere plek uit en thuis bent. Maar ik geloof dat ik in herhaling val en blaas het verhaal maar uit.

Mijlen maken (Gaastmeer – Lelystad, 8 oktober 2022)

Na een goede nacht worden we wakker in een fris geworden boot. Snel een kachel aan. En op deze dag is altijd goed om even te zingen van ’s lands historie en ook Ellen weer even bij te praten over een stuk vaderlandse geschiedenis dat zij op de lagere school heeft moeten missen. Ze zingt me nog niet na.

Na ontbijt gaat Ellen naar de dorpswinkel voor vers brood terwijl ik ondertussen de boot zeilklaar maak. Vandaag moeten we (helaas) Friesland weer verlaten. We gaan een flink stuk naar het zuiden. Probleemloos varen we achteruit weg van de kade. We keren en varen door de ondiepe vaargeul terug naar het Fluessen.

Blijkt op het Fluessen tussen de ‘Langehoekspolle’ en de ‘Nieuwe Kruispolle’ de slotwedstrijd te zijn van de IFKS skûtsjes. We passeren er vele, sommigen onder zeil, anderen in een sleep of met een motorboot ernaast. Ook worden de nodige zeilen gehesen. De wedstrijden, zo zoekt Ellen op, beginnen even na elven. Dat is al over een halfuurtje. Omdat wij hier wind tegen hebben en dus motoren kunnen we het rustig bekijken. Ook de regenboog valt ons op.

Wij varen verder langs de Galamadammen en Warns. En dan zijn we op het water waar we de proefvaart met de Aquamarijn hebben gemaakt. We nemen niet veel tijd voor nostalgie en varen Stavoren voorbij en op naar de Prins Johan Frisosluizen. Na even wachten bij de steiger mogen we daar rond 12 uur in.

Zoals wel vaker gemeld is het buiten bij Stavoren vaak een klotsbak waar de rottigste golven van het IJsselmeer staan. Zeker vandaag bij windkracht vijf willen we daarom liever in de havenkom onze zeilen hijsen. (Eerder deden we dat altijd en overal buitengaats.) Extra uitdaging is dat we met twee riffen willen zeilen én het eerste rif er ook goed in willen zetten. Dat neemt natuurlijk extra tijd! Maar we proberen het, er is ook best veel ruimte om langzaam tegen de wind varen. En voordat we aan de harde rand van de havenkom zijn staat het zeil en kunnen we afvallen! Opgelucht zeilen we de haven uit waarna ook de fok er – deels – bij wordt gezet.

Tijd voor ontspanning is het echter nog niet. We moeten even goed trimmen, aan de wind varen- en verlijeren. Aan bakboord ligt immers het Vrouwenzand! Maar aan het einde van de groene rij tonnen kunnen we afvallen en koers zetten naar Lelystad. Overigens niet een rechte koers; we moeten om een uitloper van Enkhuizerzand heen. Zodat we nu eerst met hele ruime wind varen en later weer aan de wind op de Houtribsluizen af kunnen varen.

Eerst tijd voor lunch. Er is best veel golfslag dus een boterham smeer je het liefst zittend (en niet staand in de kombuis). Ellen haalt de spullen naar de kuip en smeert daar onze dubbele boterham met kaas. Ook is er nog krentenbrood van de markt in Monnickendam. Uiteraard ook een glas karnemelk. We eten dit allemaal wel sequentieel – zeker de karnemelk kun je met deze golfslag niet even neerzetten.

Het is vandaag best druk. Ook met klippers die met vol tuig over het water scheuren. Ook hiervan maken we weer een foto.

Sowieso maken we graag foto’s. Deze week bleek dat een foto die we in een weekend in september maakten, en deelden via vaarfoto.nl, door ons lijfblad Zeilen is geselecteerd als ‘Vaarfoto van de maand’. We schijnen zelfs een prijsje te krijgen.

Met een maximum snelheid van 7,8knopen komt Lelystad toch nog snel in zicht. (Achteraf blijken we op deze tocht van 35,4mijl, met twee sluizen, gemiddeld 4,9knopen te hebben gevaren. En dat met twee riffen!) We strijken de zeilen en mogen achter een vrachtschip direct de sluis in varen. We leggen daarna aan, aan een ‘hogerwal’ steiger, in de Bataviahaven.

Hier aan de haven zijn drie restaurants. Pas de derde die we bellen, MJ, heeft plek. Blijkt een bijzonder restaurant waar ze eigenlijk alleen maar tussengerechten serveren. Idee dus om meerdere gerechtjes te bestellen. Wij gaan helemaal mee in het concept en bestellen vijf gerechten en een portie patat om – alle zes – te delen. Smaakt allemaal bijzonder en goed en de bediening, die ook op en af een trap rent, is vriendelijk. Niet voor de smalle beurs (maar die hadden we deze week thuisgelaten) maar dan kan je hier smaakvol en genoeg eten.

Na toetje en koffie een korte wandeling terug naar ons schip. Daar gaan we genoeglijk door met terugkijken op een mooie zeildag!

Het Frieze platteland (7 oktober 2022)

Ik ga vanochtend de douche in het kleine toiletgebouw proberen. Het oogt nog net als zo’n 10 en 16 jaar geleden dat we hier waren. Geen codes op de deur, iedereen mag er gebruik van maken, ook voorbijgaande fietsers. Wel een euro voor de douche en zelf je toiletpapier meenemen. Ook staan er een wasmachine en droger. 10 jaar geleden toen we met 2 gezinnen in valkjes rondtrokken, probeerden we hier een te water geraakte slaapzak droog te krijgen. Dat lukte niet. Een inwoonster hoorde van onze nood en kwam ons te hulp met voor de nacht een droge slaapzak te leen die de volgende morgen weer werd geruild voor de inmiddels droge slaapzak van ons.

Het gemeenschapsgevoel zit hier goed. Vrijwilligers runnen hier met trots deze kleine gemeentehaven. Ons wordt verteld dat er een kleine winkel is en de kerk is open. Toevallig lees ik vanochtend in de krant van gisteren over de Friese Paradox. Ze verdienen hier minder en het opleidingsniveau is lager maar ze zijn hier gelukkiger en gezonder en doen meer vrijwilligerswerk dan in de rest van Nederland. Ook politiek gezien wordt hier gewerkt aan brede welvaart.

Na de koffie en de krant met meer positief nieuws o.a. over de duurzame top 100, besluiten we de wandelschoenen aan te trekken. De wind is vandaag te fors om te gaan varen. We hebben op een knooppunten wandelkaart een route uitgezet via Oudega naar Heeg en weer terug naar Gaastmeer. Op het punt waar de wandeling begint zien we ook hoe hij eindigt en dat staat ons niet aan. 5 km langs een doorgaande weg wandelen zonder voetpad. We zetten een andere route uit. We kunnen niet helemaal de rechte wegen vermijden maar wandelen nu toch het meest over slingerwegen dwars door het land.

Het is hier een en al melkveehouderij. We komen langs vooral biologische boeren. Er wapperen geen omgekeerde vlaggen (op 1 na in het dorp). Waar geen water is is hier ongeveer alles grasland. Is de grond nergens anders geschikt voor? Voor het oog is dit wel heel mooi landschap.

In hetzelfde artikel over Friesland las ik over de Lisdodde die kan groeien op het drassige land en waar bouwmateriaal van gemaakt kan worden. Een idee geboren door ondernemer, boeren en wetenschappers samen te brengen.

We zien hier ook stukken ingezaaid met bloemen. Is het echt herfst?

Na 10 km komen we aan in Oudega. Het plaatselijke restaurant kon ons alleen drinken aanbieden, de keuken gaat pas om 17 uur open! Dan blijkt gelukkig hier ook een dorpswinkel en kopen we wat voor onze lunch.

We hebben nog een kleine 5 km voor de boeg en nu wel de wind van voren. Op de boot gekomen is het dan fijn om de wandelschoenen weer uit te mogen doen en de benen op de bank te leggen.

Hoewel ook de avondtemperaturen niet erg laag zijn is het toch behoorlijk fris op de boot. De verwarming die het de hele week goed deed weigert om onbegrijpelijke redenen dienst. Dan maar eens de dieselkachel aandoen. Die geeft een weldadige warmte. Het lukt ons niet om deze aan te krijgen. We hebben nog een troef, de keramische kachel. Die doet het. Wel jammer dat die zo’n herrie maakt. Maar we zitten er de avond warmpjes bij.