Het was een wat onrustige nacht. Alle vier waren we wat zoekende naar de ideale slaaphouding, het was nog warm in de boot, de combinatie van wind en zeilboten maakte veel geluid en als je een glaasje water pakt maakt de waterpomp veel geluid. Alle reden dus om rustig aan te doen. De dames waren het meest actief, hebben de douche bezocht, beklaagden zich over het douche-warmwatersystem met sep-key,en hebben daarna een bakker opgezocht voor brood, croissants en oranjekoek.
Na het ontbijt toch om half 12, natuurlijk net tijdens een regenbui, afgevaren. Gezien de harde wind (6 met vlagen 7) niet het IJsselmeer op maar terug door de sluis Friesland in. Gelijk bij invaren moeten we het sluis- en bruggeld afrekenen.
Erg krap daarna in Lemmer, waar ze ook nog regelmatig dubbel liggen en er ook de nodige tegenliggers voorbij komen. Maar achter de plezier sleper Zuiderzee passeerden wij toch probleemloos de drie bruggen en dan is het gewoon rustig doortuffen naar het Prinses Margrietkanaal. Daar was het ook goed gevuld met boten maar door de breedte is dat eigenlijk geen probleem. Enige spannende de brug bij Spannenbrug waar we even aanlegden om de brugwachter de tijd te geven. En daarna voer Mirjam ons met strakke hand door de brug.
Dat is trouwens sowieso wel prettig – er zijn meer roergangers. Ook is het zicht door, en voor de twee langsten over, de sprayhood goed. Wel is na een bui dat zicht wat minder. Ook deze sprayhood is niet met een regenwisser uitgerust.
Aan het einde van het Koevoordermeer linksaf de Jeltesloot in. Daar is het nog steeds erg druk. Tussen sloepjes, en andere zeilboten manouvreerde Mirjam ons kundig de sloot in. Konden wij op ons gemak kijken naar de Zeehaen, de boot waarmee we gevieren in 2006 over de wateren van Friesland en IJsselmeer voeren.Toch nog net te weinig tijd voor een snelle foto. Gelukkig hebben we nog wel hele oude…
Na het Jelteslootakwadukt (op een memorabele plek waar ooit een brug was die in drukke tijden 2 keer per uur even open ging) kom je langs Heeg. En daar begon het weer vreselijk te regenen. Grote druppels ijskoudwater – de helft van bemanning dook snel naar binnen. Terwijl onder de sprayhood het, mede door de harde wind, er een ruime droge plek was.
Het hele Fluessen af door de vaargeul. Af en toe halen we een bootje in af en toe worden we ingehaald. Bij de Galamadammen bleek de Myrthe in de thuishaven te liggen. Even later bij Warns liet de brugwachter de brug wat langer open zodat ook wij er nog door konden.
Bij Stavoren moesten we even bedenken waar we gingen liggen. Voor in het stadje steken we dit maal te diep. We kiezen voor de buitenhaven van Marina Stavoren. Kunnen we morgen desgewenst meteen het meer op. Maar dat betekent wel dat we nu met harde wind door de sluis moeten. Het aanleggen aan de wachtsteiger liep niet helemaal vloeiend mede door ruimte in de lijn en de harde wind van voren. Maar de sluis zelf kwamen we verder probleemloos door.
Daarna een heel klein stukje, achter de golfbreker van de suis naar de ingang van de haven die ook weer een lange golfbreker heeft. Eén grote golf van het IJsselmeer kregen we toch een beetje dwars – van alles vloog er over de vloer van de kajuit en hutten. Later bleek er niets stuk.
Daarna op zoek naar de door Ellen gereserveerde box die (net als alle andere boxen) dwars op de wind bleek te liggen. Met zweet, geploeter, getrek en ook een beetje beleid kwamen we op onze plek in de box terecht. Daarna stroom aansluiten en melden bij de havenmeester. En dan nog weer boodschappen doen (de Co-op is een kwartiertje lopen) terwijl de jongste twee kookten.
En de maaltijd en de afwas – Oranjekoek bij de koffie. Zo meteen een spelletje doen. En hopen op afname van de wind; want de wind suizend door de wand en de golven tegen de boot maken het best wat onrustig. Maar goed – dat zien we straks wel!