Op de motor door Friesland (22 augustus 2020)

Het was een wat onrustige nacht. Alle vier waren we wat zoekende naar de ideale slaaphouding, het was nog warm in de boot, de combinatie van wind en zeilboten maakte veel geluid en als je een glaasje water pakt maakt de waterpomp veel geluid. Alle reden dus om rustig aan te doen. De dames waren het meest actief, hebben de douche bezocht, beklaagden zich over het douche-warmwatersystem met sep-key,en hebben daarna een bakker opgezocht voor brood, croissants en oranjekoek.

Na het ontbijt toch om half 12, natuurlijk net tijdens een regenbui, afgevaren. Gezien de harde wind (6 met vlagen 7) niet het IJsselmeer op maar terug door de sluis Friesland in. Gelijk bij invaren moeten we het sluis- en bruggeld afrekenen.

Erg krap daarna in Lemmer, waar ze ook nog regelmatig dubbel liggen en er ook de nodige tegenliggers voorbij komen. Maar achter de plezier sleper Zuiderzee passeerden wij toch probleemloos de drie bruggen en dan is het gewoon rustig doortuffen naar het Prinses Margrietkanaal. Daar was het ook goed gevuld met boten maar door de breedte is dat eigenlijk geen probleem. Enige spannende de brug bij Spannenbrug waar we even aanlegden om de brugwachter de tijd te geven. En daarna voer Mirjam ons met strakke hand door de brug.

Dat is trouwens sowieso wel prettig – er zijn meer roergangers. Ook is het zicht door, en voor de twee langsten over, de sprayhood goed. Wel is na een bui dat zicht wat minder. Ook deze sprayhood is niet met een regenwisser uitgerust.

Aan het einde van het Koevoordermeer linksaf de Jeltesloot in. Daar is het nog steeds erg druk. Tussen sloepjes, en andere zeilboten manouvreerde Mirjam ons kundig de sloot in. Konden wij op ons gemak kijken naar de Zeehaen, de boot waarmee we gevieren in 2006 over de wateren van Friesland en IJsselmeer voeren.Toch nog net te weinig tijd voor een snelle foto. Gelukkig hebben we nog wel hele oude…

KONICA MINOLTA DIGITAL CAMERA

Na het Jelteslootakwadukt (op een memorabele plek waar ooit een brug was die in drukke tijden 2 keer per uur even open ging) kom je langs Heeg. En daar begon het weer vreselijk te regenen. Grote druppels ijskoudwater – de helft van bemanning dook snel naar binnen. Terwijl onder de sprayhood het, mede door de harde wind, er een ruime droge plek was.

Het hele Fluessen af door de vaargeul. Af en toe halen we een bootje in af en toe worden we ingehaald. Bij de Galamadammen bleek de Myrthe in de thuishaven te liggen. Even later bij Warns liet de brugwachter de brug wat langer open zodat ook wij er nog door konden.

Bij Stavoren moesten we even bedenken waar we gingen liggen. Voor in het stadje steken we dit maal te diep. We kiezen voor de buitenhaven van Marina Stavoren. Kunnen we morgen desgewenst meteen het meer op. Maar dat betekent wel dat we nu met harde wind door de sluis moeten. Het aanleggen aan de wachtsteiger liep niet helemaal vloeiend mede door ruimte in de lijn en de harde wind van voren. Maar de sluis zelf kwamen we verder probleemloos door.

Daarna een heel klein stukje, achter de golfbreker van de suis naar de ingang van de haven die ook weer een lange golfbreker heeft. Eén grote golf van het IJsselmeer kregen we toch een beetje dwars – van alles vloog er over de vloer van de kajuit en hutten. Later bleek er niets stuk.

Daarna op zoek naar de door Ellen gereserveerde box die (net als alle andere boxen) dwars op de wind bleek te liggen. Met zweet, geploeter, getrek en ook een beetje beleid kwamen we op onze plek in de box terecht. Daarna stroom aansluiten en melden bij de havenmeester. En dan nog weer boodschappen doen (de Co-op is een kwartiertje lopen) terwijl de jongste twee kookten.

En de maaltijd en de afwas – Oranjekoek bij de koffie. Zo meteen een spelletje doen. En hopen op afname van de wind; want de wind suizend door de wand en de golven tegen de boot maken het best wat onrustig. Maar goed – dat zien we straks wel!

Zeilen met z’n allen (21 aug 2020)

We hebben nu, eind augustus, een weekje vrij omdat Joost zijn vakantiedagen op moest maken voor 1 sept. Toevallig tijdens onze zomervakantie tegen de Nynke in Lemmer aangelopen, nog vrij voor deze week en groot genoeg om Lukas en Mirjam mee te vragen. Vroeger zeiden ze dan: gaan we alweer zeilen, maar nu wilden ze graag mee. 4 jaar geleden gingen ze voor het laatst mee en zat er best nog wel wat puberaals in hun bloed. Nu zijn het gezellige jong volwassenen en hebben we erg veel zin in deze week samen zeilen.

Voor we weg gingen moest ik nog mijn auto in Marjolijn haar garage stallen zodat ze deze kan gebruiken tijdens onze vakantie. Mirjam reed achter mij aan en zo reden we daarna langs KPMG om Lukas van zijn werk te halen en daarna naar huis om de auto vol te laden. Omdat we tegenwoordig met z’n tweeën ook een auto vol hebben vroegen we ons af of we wel met z’n vieren en al onze spullen in de auto zouden passen. Een beetje goed proppen en jawel het past.

Na 1,5 uur rijden bereiken we Lemmer. We zien de Nynke al liggen in de Lemster baai. Een Bavaria 36, zo’n 11 meter lang. Een scherp jacht dus, heel anders dan de Noordkaper van afgelopen zomer. Een soort boot waar we de meeste ervaring mee hebben. Een nadeel, je kan er niet mee droogvallen, als je dat wel doet heb je een probleem.

We mogen meteen de inventarislijst en alle bootonderdelen gaan afvinken. Altijd een hele klus, maar deze keer in het Nederlands. Toch kennen we weer enkele termen niet. Het blijkt dat we een boot met een rodkicker hebben. We hadden geen idee. Het is een stang met veer die de giek omhoog houdt zodat de kraanlijn overbodig is.

Ondertussen doen Lukas en Mirjam boodschappen in de naastgelegen Jumbo. Ja, je weet dan wel waarom je ze hebt meegenomen. Na uitleg van de boot en hoe de zeilen gehesen moeten worden kunnen de boodschappen en de rest van onze spullen aan boord. Als alles een plekje heeft, inclusief de vertrouwde verdeling van de hutten, wij in het vooronder, Lukas in het achteronder aan stuurboord, en Mirjam in het achteronder aan bakboord, is het tegen achten en gaan we op weg naar ons gereserveerde Italiaanse restaurant.

Het is behoorlijk druk in het centrum met vele volle terrassen, bij nog zomerse temperaturen. Wij vragen toch maar een plaatsje binnen. Ook druk en niemand houdt er 1,5 meter afstand! De menukaart heeft wel 150 gerechten waarvan heel veel soorten pizza’s. Het valt Lukas niet mee hieruit te kiezen zodat hij toch maar zijn vertrouwde pizza tonno besteld. Joost kiest iets wat volgens de serveerster haast nooit besteld wordt: pizza met mosselen, garnalen, champignons en rode pepers. Wij vragen ons ook af of dat wel lekker is. Maar voor Joost blijkt het smikkelen en smullen.

Op de boot duikt Lukas meteen zijn kooi in, moe van de dag werken. Een spelletje zit er vanavond nog niet in. En Joost zit nu al rechtop te slapen. Zorg ik toch nog even dat ons blog weer viral gaat.

Laatste etappe en terugblik – 11 juli 2020

Om 8 uur ging de wekker. Dat was toch wel erg vroeg. Dus nog maar 10 minuten snoozen. En dan eruit en eerst ontbijten. Daarna inpakken, water bijvullen, opruimen, karretje halen en de bagage naar de auto brengen. Alles ging voorspoedig. Wel nog een klein half uur nagepraat met de eigenaar over onze fijne vakantie. Van controle was nauwelijks sprake.

Er moest nog een auto worden opgepikt in Stavoren. Met alle bagage is er slechts plaats voor twee in de Toyota. Dus Ellen en Marjolijn samen naar Stavoren. Terwijl in Koudum nog wat op de bootbuitenkant werd gepoetst. Daarna tegelijkertijd, maar op twee plekken koffiedrinken.

Inmiddels tegen enen vertrokken Ellen en ik uit Koudum. Via Lemmer de polder in. Omdat we wilden lunchen voordat we thuiskwamen besloten we nog even bij de Bataviahaven te gaan kijken. Een haven aan het Markermeer die we nu niet bezocht hebben maar die modern en ruim veel plaats beidt aan passanten. We lunchten op het terras bij De Cantine. En gingen daarna nog even de outlet Bataviastad in. Een belevenis die niet leidde tot aankopen en ook niet tot een verlangen voor snelle wederkeer.

Thuis werden we verwelkomd door de kinderen. Uitpakken en verhalen delen. En met Marjolijn tot slot van de vakantie samen eten van het lekkers dat de kinderen hadden uitgezocht en bereid.

Terugblik

We hebben een hele fijne vakantie gehad. Grote verschil met de Oostzee is dat er in de plaatsen van aankomst veelal iets te beleven is en dat bij minder weer er ook een wandeling te vinden is.

Het weer was de eerste week geweldig. Het begin van de tweede week was de wind zodanig hard dat we in Friesland zijn gaan motoren; een prima alternatief! Na een rondje IJsselmeer hebben we drie dagen (vier nachten) verwaaid gelegen in Stavoren – met twee wandelingen (naar een plek waar tenminste iets als een pannenkoek was te krijgen) zijn we dagen ook wel goed doorgekomen. Toch uiteindelijk, op wat buien na, maar twee echte regendagen.

Wel is ons inzicht in de weersverwachting in tien jaar fors verbeterd. Tegenwoordig kijken we in de App Windfinder al dagen vooruit naar de windverwachting – een verwachting die (veelal) vier keer per etmaal wordt aangepast. Allemaal, zeker aangevuld met buienradar, wel fijn. Maar het leidt er ook toe dat plannen regelmatig (moeten) worden aangepast. Met 14 havens in 21 nachten hebben we toch veel kunnen doen.

Ondanks het “binnendoortje” door Friesland hebben we een kleine 45 uur gemotord en daarbij (met deze “zware” stalen boot) 80 liter brandstof verbruikt. Toch echt behoorlijk minder dan we op de Oostzee deden. We hebben dan ook veel kunnen zeilen. Maar ook zijn de dagtochten wat korter – onze langste tocht dit jaar was afgelopen woensdag over het wad van Makkum naar Den Oever – zo’n 33 zeemijl.

Tenslotte nog iets over de boot. Hij zeilt heel erg goed en, als je goed trimt, is dan ook licht bestuurbaar. Op de motor wordt iets meer van de roerganger gevraagd. Het is uiteraard wel zo dat elk scherp (polyester) jacht sneller gaat maar een goede constante snelheid, belangrijk voor de planning, is te halen.
De tent over het middelste gedeelte is heel fijn. Al is het fris, toch kun je veel voor je gevoel buiten doen. Nadeel is wel dat activiteiten met het zeil, zoals het weghalen/plaatsen van huikje en het vastbinden van de reefknuttels erg lastig is omdat je niet op de tent kunt steunen.
Het grootste “nadeel” is ook al benoemd – je staat op het dek het grootzeil te hijsen en moet daarvoor eerst uit de kuip naar voren. Op het IJsselmeer staat bij windkracht vier toch wel eens een onaangename golfslag en dan is dat gewoon niet ideaal. Hijsen vanuit de kuip heeft toch de voorkeur.

Het is ons zeer bevallen. We hebben daarom voor eind augustus nog naar een weekje een boot gehuurd. Nu een scherpe Bavaria 36 onder de naam Nynke. Met de kinderen hopen we ook met dit jacht op de wadden te kunnen zeilen! We hebben er al weer zin in!

Een laatste mooie zeildag 10-07-2020

Dat was een heerlijk rustige nacht in de haven van Medemblik! Hoewel we bang waren dat we het in onze slaapzakken koud zouden hebben, vanwege alle natte spullen die te drogen hingen, hebben we daar geen last van gehad. We werden om 10 uur wakker tot onze verbazing. Het regende eerst nog wel wat zodat we binnen hebben ontbeten. De natte spullen waren nog niet droog. Na een kopje koffie was de regen opgehouden en zou het verder volgens buienradar niet meer gaan regenen hier. Marjolijn en ik gingen boodschappen doen en hadden voor Joost een leuke activiteit bedacht die hij afsloeg: naar het stoommachine museum gaan. Wij liepen via een toeristische route naar de Spar. Over de dijk lopend hoorden we opeens de stoomfluit en zagen we de stoomtrein aankomen. Toch een mooi gezicht. De locomotief werd ontkoppeld en via het rangeerterrein omgekeerd. Ook werd er opnieuw water getankt. We vonden wel dat zeker Joost wat gemist had.

Na de Spar bij de bakker langs waar we rabarbercake gingen kopen. Waren ze in de aanbieding: 1 voor 1.25 en 4 voor 4.95! We namen er 3 waarop de bakkersvrouw zei dat we er beter 4 konden nemen, want de vierde was bijna voor niets. Daar dachten wij anders over. Joost gewaarschuwd dat hij koffie kon zetten omdat we er met de cake aankwamen. Ondertussen scheen de zon al lekker tussen de wolken door en was het aangenaam om het in de kuip te verorberen. De natte spullen nog even buiten te drogen gehangen en binnen een mum van tijd was het droog.

Om half 2 voeren we weg uit de haven, de brug in de haven ging keurig voor ons open. Ons laatste zeildagje van de vakantie ging in en het werd ook een echt zeildagje. Lekker windkracht vier uit het noordwesten, daarmee kan je goed naar Stavoren zeilen, een afstand van 11 mijl. De zon kwam steeds meer door en de buien zagen we wel gaan maar op afstand. Helaas kwam er toch nog een klein buitje over ons heen. De luchten rondom waren weer schitterend om te zien.

Het was heel helder zodat we midden op het IJsselmeer aan de ene kant nog Medemblik zagen liggen en aan de andere kant Stavoren, ook kwamen we langs Kreupel, een eiland exclusief aangelegd voor vogels. Tussendoor een eitje bakken. Marjolijn, die het wel leuk leek om scheepskok te zijn en erge honger had kwam na 1 eitje bakken al naar buiten. De golven waren fors. Ze hoefde even niet meer te eten, want ze was misselijk geworden. We voelden ons een beetje bekocht met deze scheepskok. Ik heb zelf maar even de overige eitjes gebakken, ben wel wat gewend. Alleen valt een vast fornuis met deze golven niet mee. Hou dan het eitje maar in de pan! Met een aan de windse koers bereikten we in 1 slag Stavoren. Het was vreemd genoeg erg rustig op het water en bij de sluis gingen we met slechts 1 andere boot de sluis in. Misschien omdat het vrijdag wisseldag is? Aan het weer kon het niet liggen, dat beaamden ook de jonge stewards die ons in de sluis hielpen.

We zouden doorvaren naar onze thuishaven in Koudum. Maar eerst even tanken bij het tankstation in Stavoren. Nog net op tijd voor sluitingstijd, om half zes. We varen door op de motor over het Johan Frisokanaal, tot we de brug bij Warns hebben gehad. Daarna gaan we nog even op de fok door, heerlijk rustig het Friese landschap aan ons voorbij laten glijden.

Tot we de Kuilart bereiken waar de vaste ligplaats is. Voor een thuishaven is het een hele mooie plek.

Joost zorgt voor de boot en wij voor een maaltijd met vis. Ondanks het zonnetje is het al behoorlijk fris geworden en eten we in het tentgedeelte.

Een meeuw houd de wacht hopend op een restje eten. Helaas, het gaat schoon op.

Een laatste avond op de boot met boek, blog en bier. Morgen hoeven we pas om 11 uur de boot in te leveren. Morgen gaan we wel inpakken.

Nat en prima zeilweer – 9 juli 2020

Een zeilboek waar ik haast verliefd op ben is de Greek water pilot van Rod (en de latere edities ook Lucinda) Heikell (zie deze link). (Haast) elke haven en ankerplek is benoemd inclusief de momenten dat je er, bijvoorbeeld door de windrichting, beter geen gebruik van kunt maken. Onmisbaar als je daar vaart, maar ook heerlijk om thuis in te bladeren om je voor te bereiden of herinneringen op te halen.

Om overduidelijke redenen staat de Marina Den Oever niet in de Greek water pilot. Maar goed wij hadden dus gemist dat je daar, zeker aan de voorkant van de haven, beter niet kan zijn bij (Noord)Oostenwind. En ja, er waaide een flinke bries afgelopen nacht over het hele IJsselmeer. En dat resulteerde in een behoorlijk onrustige nacht waarin we behoorlijk schommelden en de boot, en de vaartuigen om ons heen, veel geluid maakten. Niet bevorderlijk voor de noodzakelijke nachtrust.

Dus toen de wekker om 7 uur ging waren we blij te zien dat het weerbericht weer was veranderd. Niet meer later op de dag een vrij krachtige wind (5 beaufort) met uitschieters naar een krachtige wind (6 bft) maar een matige wind (4 beaufort) met uitschieters naar 5 beaufort. We konden weer even terug in bed!

En om half tien werd het rustiger. Niet eens zozeer doordat het minder hard waaide maar doordat de wind was gedraaid naar zuidwest; met die wind lig je lekker in de Marina van Den Oever. En wij namen de tijd voor ontbijt en koffie.

Een ander aspect van het weer vandaag nog niet besproken. Het was grijs en miezerde vrijwel onophoudelijk (behalve dan als het echt doorregende). Dus toen we tegen half een losknoopten waren we geheel gehuld in onze zeilpakken. Om in ieder geval van binnen droog te blijven. Eenmaal buiten bleek de wind inderdaad mee te vallen en ging de fok en het grootzeil (nog steeds met 2 riffen) omhoog. Nog even wat zwaard bij en we ging met een licht bestuurbaar zeilschip op weg naar Medemblik.

Een groot voordeel van deze tocht bij Zuidwesten wind is dat je dicht onder de “hoge kant” vaart. De golven zijn dan lang niet zo hoog en krachtig (omdat de wind nog niet lang tegen het water heeft “äangeduwd”. Het op het voordek staan en werken aan de vallen vereist dan  ook geen acrobatiek. Bij sterkere golfslag is dat wel anders – reden waarom in modernere boten de zeilen vanuit de kuip kunnen worden bediend. Dan heb je alleen niet zo’n mooi zeil met een gaffel.

Met dit weer is het wel steeds flink turen naar de volgende boei. Ondanks dat redelijk vlak onder de kust voeren zagen we vaak maar een paar honderd meter. Genoeg voor de drie oplopers en twee tegenliggers. En door het turen een beetje in ploegen te doen konden ook de restjes avondeten van de afgelopen dagen worden opgewarmd en als lunch worden opgegeten.

Door om wat ondiepten en waterplanten heen te varen kwam Medemblik bovenwinds te liggen. We kruisten nog een tweetal slagen en toen ging de motor en aan en voeren we recht op de haveningang af. Net als veel oude Zuiderzee haven heeft ook Medemblik een karakteristieke aanblik. En die was zelfs door de mist te herkennen.

Havendienst oproepen via kanaal 9 en dan door de brug naar de Westerhaven. Plek genoeg! En dan is het tijd om via de heerlijke douche droge kleren aan te trekken en de natte spullen uit te hangen. Omdat het nog steeds regent moet dat wel in de tent.

Als we allemaal weer wat zijn opgewarmd trekken we naar restaurant het Hof van Medemblick dat op de kop van haven ligt. Daar lekker bier, wijn, eten en koffie. En tijd voor een foto van ons drieën!

En tenslotte, ondanks de miezerregen, nog een wandelingetje door het stadje. Een van de gebouwen die over het water goed herkenbaar is is het gemeentehuis. Blijkt ook nog een aanbouw aangezet te zijn. Wij vinden dat niet mooi, maar wel sprekend voor de tijd waarin het is aangebouwd.

Achter het stadhuis ligt het spoor (tegenwoordig van de stoomtram naar Hoorn) en daarachter de dijk waar je over het IJsselmeer kunt kijken. Het is nog steeds grijs.Via twee kerken en een gitaarwinkel lopen we terug naar de Westerhaven.

Het regent nog!