Met lichte tegenzin en harde tegenwind naar huis (5 juli 2024, Enkhuizen – Monnickendam)

We lagen goed beschut vannacht. Bijzonder om vlak naast het station te liggen.

De ochtend brengt geen mooi weer. Het ziet er grijs uit en dat zal de hele dag zo blijven. Ik loop naar de bakker met een ommetje. Enkhuizen is mijn favoriete stad. Later lopen we samen nog naar de watersportwinkel Joosten om een klein onderdeeltje wat kapot is gegaan te kopen.
Daarna maken we de boot klaar voor vertrek.

Er staat nog steeds een harde wind kracht 5 en wel uit het zuidwesten. Hoe is het toch mogelijk dat als we op reis willen er heel vaak noordenwind is en als we naar huis willen zuidwesten wind. Die hebben we nu precies tegen. Motoren is geen optie, te veel golven, dat is heel onrustig varen. Dus wordt het weer kruisen. Eerst weer door de sluis waar het rustig is. Dan de zeilen hijsen, weer met twee riffen erin. Helaas, de genua wil niet uit. Joost had in Enkhuizen wat herstelwerkzaamheden gedaan aan de lijn in de trommel (waarmee het zeil om de stag draait), maar blijkbaar niet helemaal goed. Nu moest hij naar voren om herstelwerkzaamheden te verrichten van de herstelwerkzaamheden. Gaat helemaal goed. Geen man over boord! Zeilen maar!

We koersen dan aan de wind, je raad het al, naar de Marker Wadden, waar we nu niet willen zijn. Vlak voor de Marker Wadden gaan we overstag. En nog een aantal keer. Via de marifoon krijgen we een windwaarschuwing: windkracht 6 en deze wordt later niet afgeblazen. Joost vond het gisteren niet erg heftig. Dat krijg je ervan, dan wordt het vandaag heftiger. Ondanks de twee riffen gaan we behoorlijk scheef en zijn er enorme golven.

Ik zit en lig graag een tijd binnen om mijn rug wat rust te geven. Ik kan daar goed tegen, gelukkig.

Nog een waarschuwing over de marifoon: pas op drijvende veenplaten. We zien er inderdaad een paar gaan, als je ze ziet is het gevaar alweer geweken. Een aanvaring hiermee lijkt niet echt te voorkomen. We denken dat onze boot het wel kan hebben, maar onze nieuwe verflaag?

En dan komt de Gouwzee in zicht.

Daar gaan we strijken en motoren we de laatste mijlen van onze vakantie weg.
Na 6 uur en 32 mijl varen (rechtstreeks 17 mijl) leggen we tegen achten aan in een verlaten haven, dat krijg je met dit weer.

Oh nee, onze nieuwe Duitse buren zijn wel thuis met gasten en ze zitten lekker in hun kajuit te kaarten. Precies het beeld van een kajuitboot zoals ik vroeger zag en waardoor ik dat ook graag wilde.

We gaan snel op pad, want we hopen dat we in De Ouwe Blauwe nog een hapje kunnen eten. Het is er drukker dan normaal op dit tijdstip, maar ze hebben gelukkig nog een tafeltje voor ons. Vijf weken nadat we hier met de kinderen en Ruud en Christa aten zitten we er weer. En ondertussen hebben we heel wat beleefd.

Bij navraag bij het personeel waarom het binnen en buiten zo druk is horen we dat het het jaarlijkse Jan Haringweekend is met zeilwedstrijden en wedstrijd haringroken. Maar het is door de gemeente afgelast omdat ze de veiligheid niet meer kunnen waarborgen. Maar de horeca heeft erop gerekend, mensen hebben er vrij voor genomen en de horeca wil er toch een feestje van maken. Nou, het is hier inderdaad gezellig druk!

Terug naar de boot voor het laatste blog. We slapen nog op de boot en morgen ruimen we op. Morgen wordt het windkracht 6 – 7. Dan hebben we hier niets meer te zoeken. We hebben het erg goed gehad! Toch hopen we nog op een mooie lange zomer. En op weekenden met gasten, zodat we in de kuip of kajuit gezellig spelletjes kunnen doen.

To sail or not to sail (Makkum – Enkhuizen, 4 juli 2024)

De windverwachting is voor de komende dagen niet best. Dat wil zeggen er is veel tot teveel wind. De vraag die ons dan ook veel bezighoudt is of we vandaag, morgen, deze week kunnen zeilen. Graag leggen we de Aquamarijn weer in Monnickendam zodat we er na de vakantie in een weekend met mooi weer zo weer met de Aquamarijn weg kunnen.

Vanochtend is de verwachting windkracht 5 tot 6 uit west- tot noordwestelijke richting. Later neemt de wind conform verwachting af naar 4 tot 5. Na enig overleg en een blik voor de verwachtingen voor de komende dagen met ook veel wind besluiten we Makkum te verlaten en naar Enkhuizen te varen.

Met harde wind is het zeker op het IJsselmeer in het algemeen fijner om te zeilen dan te motoren. Bij het vertrekklaar maken van de boot treffen we wel al de voorbereidingen voor het tweede rif in het zeil – dat is vast genoeg. Ondanks de dwarsige wind vertrekken we daarna probleemloos uit onze box.

De vaarweg van Makkum naar het IJsselmeer, het Makkummerdiep, ligt haast recht tegen de wind. Wij maken daar gebruik van door alvast het grootzeil te hijsen. Dan hoeven we dat op de woelige baren van het IJsselmeer niet meer te doen. Op het IJsselmeer nog drie groene boeien op de motor voorbij varen en daarna kunnen we afvallen met een koers pal zuid naar Enkhuizen. Net daarvoor meldt de Centrale Meldpost IJsselmeer ons dat er een windwaarschuwing geldt voor windkracht 6! In hetzelfde bericht blijkt overigens dat het zo hard nu niet waait. Er staat een goede 5 bij de Rotterdamse Hoek (overigens aan de polder kant van het IJsselmeer).

We rollen ook een stukje Genua uit en komen goed op gang met snelheden van meestal 6 tot 7 knopen. In het algemeen is het droog in de kuip. Maar een enkele rare golf spat toch in de kuip uiteen. Mijn rechteroor is goed gewassen. Ook Ellen houdt het niet helemaal droog. Het mag de pret niet drukken.

Comfortabel zeilen we door daarbij goed geholpen door de stuurautomaat. De koers is (niet zo scherp) aan de wind en dat betekent wel dat we een beetje schuin gaan. Te spectaculair wordt het niet – de gangboorden blijven, op wat opspattend buiswater na, droog.

Het is niet druk op het water. En wat we zien zijn vooral klippers. Ook in Makkum vertrokken ze al voor ons (met klasjes Duitse scholieren). Onze eerste tegenligger moet daarom maar op de foto!

Niet lang daarna meldt de Centrale Meldpost IJsselmeer dat de windwaarschuwing is ingetrokken. Blijft natuurlijk met windkracht vijf wel hard waaien. Maar wij schieten ook lekker op. Na ruim drieënhalf uur varen komt Enkhuizen in zicht en maken we ons klaar om de zeilen weer in te nemen. Ook hier maken we gebruik van het feit dat de wind haast pal tegenstaat op het Krabbersgat – een mooie plek om zonder al teveel golfslag het grootzeil te laten zakken.

Was het in Makkum wel erg stil – in de ons vertrouwde Buitenhaven liggen best veel schepen. Tot onze verrassing is er echter nog één box leeg aan de kop van de haven (vlak naast het station. Ligt de Aquamarijn beschut én met de neus in de wind. In de kuip is het daarom aangenaam. Hebben we ook een mooi havenoverzicht.

Als we goed en wel liggen bereid Ellen een heerlijke lunch: wentelteefjes!

Daarna is het tijd voor klusjes, puzzeltjes, een boek. Zo wordt er water gevuld, het rolsysteem van de Genua wat geoptimaliseerd, en de takel aan een schoot gerepareerd.

Dan wandelen we naar de Albert Heijn waar we veel lege blikjes (en een paar lege flesjes) inleveren. Allemaal zelf in de afgelopen drie weken geleegd. Uiteraard vullen we ook onze voorraden weer aan. Na het boodschappen doen herpakken we ons boek en nemen daar een borrel bij.

Ellen wou iets eten zonder pasta of rijst. Nou dan weet ik het wel: zuurkool!

We zitten binnen. Buiten wordt het vlot frisser. Ook omdat we hier in de schaduw zitten. Als de scholieren op de klippers zich niet meer in deze haven gaan ophouden wordt het een rustige avond en nacht.

Plan B (3 juli 2024, Vlieland – Makkum)

Als zeiler moet je altijd een plan B hebben, voor alles wat mis kan gaan. Nu was ons plan om vandaag dwars over het wad naar Den Oever te varen. Met die harde westenwinden deze dagen zouden we dan al wat beschut liggen aan de westkant van het IJsselmeer. 

We hebben gisteravond nogmaals de route bekeken met stroomatlas en getijdentabel erbij. We zouden dan voor 7 uur weg moeten om rond hoog water bij het wantij te zijn. Daarnaast bleek het juist ’s ochtends nog erg hard te gaan waaien met regen en een golfhoogte van een meter. Allemaal geen gunstige omstandigheden. Plan A werd afgeblazen en plan B bleek veel aanlokkelijker. Rond 13 uur vertrekken,  even voor laag water en dan via de gewone weg (zonder wantij) richting Harlingen en dan door naar de Lorentzsluis bij Kornwerderzand. 

Meerdere keren werd ik ’s ochtends even wakker en hoor ik het gieten en enorm waaien. We hebben een goed besluit genomen, denk ik, en ik draai me weer lekker om. In de haven blijken meer mensen rond onze tijd te willen vertrekken. Daarna is het weer een paar dagen te harde wind op het wad.

We varen klokslag 1 uur de haven uit. Tegelijk zien we de eerste opklaringen. De zeilen staan snel en we gaan met stroom mee de Vliesloot af richting Stortemelk. Daar moeten we een stormrondje draaien om ons zeil aan de andere kant te krijgen en naar het zuiden te kunnen varen. Met windkracht vier en halve wind gaan we heerlijk. Eerst nog even stroom tegen, maar al gauw mee. Het zonnetje breekt steeds meer door.

In de verte zien we nog wel buien gaan.

Een mooie tocht altijd waarbij je Vlieland, de Richel, Terschelling en het Griend ziet liggen. Het is eerst nog laag water en ik had bij de Richel wel zeehonden verwacht. Helaas! Maar er ligt ook een boot drooggevallen en er staan mensen op de Richel. Die zeehonden houden vast niet van pottenkijkers. 

Deze drukbevaren route heeft voor de pleziervaart een aparte pleziervaartstrook naast de vaargeul. Vreemd genoeg moet je daarvoor soms opeens de vaargeul oversteken. Niet altijd makkelijk met druk verkeer.

Dichtbij Harlingen, bij de Pollendam zien we wel een zeehond liggen. Deze houdt zelf wel van potten- oftewel bootjes kijken, zo te zien.

Voorbij Harlingen moeten we aan de wind varen, soms halen we dat niet helemaal en moet de motor bij. Rond 6 uur bereiken we de sluis. Dat is mooi want de sluis wordt voor ons pas vanaf 6 uur bediend. We moeten nog wel even wachten en er verzamelen zich meer zeilboten die naar binnen willen. We gaan in de kleine sluis en deze ligt dan wel vol. Wij zijn deze keer weer niet de klunzen. Heerlijk gevoel. Na de sluis is het nog een kort stukje naar Makkum. In het Makkumerdiep is blijkbaar zeilles, allemaal lasertjes passeren ons.

De bij ons bekende gemeentehaven ligt vol met klippers, maar er zijn maar een paar zeilbootjes.

Snel een maaltijd opgewarmt en even uitrusten van de tocht. Daarna nog even de benen strekken voor een kopje koffie in een cafe/restaurant. Door de kou had ik veel zin in een Irisch koffie. Zijn ze net al de koffiemachine aan het schoonmaken. Wat een teleurstelling! De barvrouw geeft me even de tijd om tot een nieuwe keus te komen (Kent ze mij??). Als ze terugkomt vraagt ze: en wat is plan B?

Actief! (Vlieland, 2 juli 2024)

Na een goede nacht werden we met regen op het dek wakker. Nou smelten we niet maar regen is een goede reden om rustig aan te doen. Terwijl we twee kopjes koffie drinken doen we ook een was en afwas. En maken we verse broodjes klaar. Want in de middag moeten we toch echt iets gaan doen: de vuurtoren op vuurboetsduin kunnen we beklimmen!

Nu is de toren niet spectaculair hoog (16,8m) – maar zo boven op het 42m hoge duin, het één na hoogste duin van Nederland, hoeft de toren ook niet hoog te zijn om toch ver op zee gezien te worden. Toren is van eind 19e eeuw. Er brand hier al wel langer een vuur – de naam Vuurboetsduin wijst natuurlijk op een schuurtje (boet) bovenop het duin om de kolen te bewaren. (Heb ik weer iets aan mijn West-Friese jeugd.)

We gaan er op de fiets naar toe en lopen dan over het Liesbeth Listpad, hier ooit de dochter van de vuurtorenwachter, naar boven het duin op.

Dan de toren in – klimmen een paar trappen omhoog en werpen dan een blik op de kwiklampen achter de lenzen.

Spreken daarna met de vuurtorenpachter, die de kaartjes a 3 euro verkoopt, over zijn mooie uitzicht over zee. Hij heeft een kaart met allemaal wrakken voor de kust – de Aquamarijn ligt daar niet bij. Wij hebben dan ook netjes de vaargeul van het Zuider Stortemelk gevolgd. Hij verteld dat er veel boten tegenwoordig afsnijden. Dat gaat natuurlijk meestal wel goed. Uit zijn tijd bij de KNRM herinnert hij zich een redding die nodig was van een trimaran die gaten in twee drijvers had door een aanvaring met de stoompijp van een wrak.

Op de balustrade zien we ondanks de bewolking de Brandaris en de Eijerland (op Texel). Maar ook de vele bootjes die achter de Richel voor anker liggen.

Een foto van het dorp (met op de achtergrond de haven) mag natuurlijk niet ontbreken.

Weer terug bovenop het duin is het tijd voor een broodje.

Hierna beginnen we aan onze wandeling. Doel door het bos, dat tevens een waterwingebied is, naar het strand en na een strandwandeling door het bos weer terug. In dit waterwingebied zijn er vennetjes met waterlelies.

Door de vele regen zijn echter niet alle fiets- en wandelpaden begaanbaar. Hier gaat het nog net – verderop moeten we een omweg kiezen.

In dit waterwingebied wordt ook goed uitgelegd hoe het zand hier het water zuivert. Er is een model gemaakt dat je met opgepompt water aan het werk kunt zetten. Dat moeten we natuurlijk even proberen. In de peilmeter kun je ook zien dat het grondwater best hoog staat – hier maar zo’n 25cm onder de grond.

En dan kom je toch in de laatste duinenrijen voor de zee. Met mooi veel bloeiende bloemen.

Een eerste blik vanuit de duinen over het strand laat toch weer eens zien hoe dichtbij het strand de vaargeul van het Zuider Stortemelk is.

En eenmaal wandelend op het strand is dat misschien nog wel spectaculairder.

Aan het einde van het stranddeel van de wandeling staat een strandpaviljoen ’t Badhuys. Daar moeten we natuurlijk even de inwendige mens versterken. Nu eens geen appelgebak maar, in de categorie moeilijke netjes eetbare gebakjes een eclair met cranberries!

Op de terugweg door het bos moeten we weer het Vuurboetsduin op. Dit keer is de beklimming deels per trap. Een lange trap.

We dalen het Liesbeth Listpad weer af naar onze fietsen. Doen een paar boodschappen en rusten even uit op de Aquamarijn.

Daarna weer op de fiets naar het ’t Badhuys voor het diner. Tijdens de maaltijd volgen we op de telefoon van Ellen de EK-wedstrijd van Oranje tegen Roemenië. Tevreden fietsen we terug naar de haven waar Ellen haar fiets weer inlevert en de vouwfiets weer wordt ingepakt. Morgen gaan we ondanks de verwachtte regen weer verder!

Saai? (Vlieland, 1 juli 2024)

Gisteravond hebben we de kinderen gebeld als activiteit om niet al te vroeg in slaap te vallen, en natuurlijk ook gezellig om ze even te spreken. Het gegaap was niet van de lucht. Toen we van Mirjam hoorden dat ze in de kerkdienst gezongen had, wilden we de dienst nog even bekijken wat kon dankzij goede wifi hier. Erg leuk om Mirjam te zien en horen zingen en Alain te horen preken. Zo werd het toch nog laat.

Het opgebouwde slaaptekort deed ons tot tegen tien uur slapen. Verder geen spectaculaire dag voor het blog. En nogal saai weer. Het is grijs en we krijgen een paar buien over. Maar voor ons is het heerlijk om gewoon rustig binnen te ontbijten, koffie te drinken, boek te lezen. We zien andere zeilers hardnekkig buiten blijven zitten in hun kuip. Maar wij passen ons makkelijk aan het weer aan omdat onze kajuit ook zo gezellig is.

In de middag moeten we toch eens in beweging komen dus pakt Joost zijn vouwfiets weer uit en huur ik een fiets.

We gaan we naar het Posthuys fietsen, ruim een half uur fietsen heen tegen de wind in. Terug door de duinen met wind mee. Ergens is een doorkijkje naar zee waar precies twee boeien liggen waar we gisteren tussendoor voeren vanaf zee. Door het grijze weer niet erg goed te zien.

In het dorp doen we boodschappen. En dan weer terug naar de boot. Na het eten maak ik alleen een wandeling over het strand. Vanaf de haven loop je direct het strand op. De veerboot komt net langs, je ziet hoe dichtbij de vaargeul langs het eiland loopt. Rechts zie je onze haveningang. De veerboot vaart verder door tot het dorp.

Er zit even wat meer licht in de lucht dan overdag. In de verte is Terschelling met de Brandaris te zien.

We hebben plannen gemaakt voor komende twee dagen. Morgen blijven we nog hier en woensdag gaan we dwars over het wad naar Den Oever.