Na een korte nacht stonden we verfrissend op. Vooral dankzij Ellen die gisteravond fris genoeg was om haar wekker wel om half zes te zetten. Onze buren op de Grace wilden om zes uur weg. En dat lukte ons hierdoor prima.
Naast een rondje door het kleine haventje om te kijken waar we konden betalen voor de overnachting en de doortocht (pas vanavond 7 uur is er een havenmeester) knoopte Ellen nog een gesprek met de buurman aan. Bleken met kinderen van 3 en nog geen jaar voor een flink aantal weken op de Oostzee te gaan varen. Ellen leek het zwaar met 2 zo kleine kinderen; de buren hadden er veel zin in.
En zo voeren we net na 6 uur het kleine haventje van Brunsbüttel uit. De onberekenbare veerpont stak vlak achter ons over.
Het Noord-Oostzeekanaal (NOK, ook wel Kielerkanaal) is eind 19e eeuw aangelegd en zorgt ervoor dat schepen tussen landen aan de Noordzee en de Oostzee niet helemaal om Denemarken hoeft te varen. En daar wordt druk gebruik van gemaakt; het NOK is één van de drukst bevaren kanalen ter wereld.
Zeker aan het begin van de route merken we van de drukte niet zoveel. De zon schijnt maar een koude noordenwind, die vol tegen staat, maakt dat we allebei extra kleren moeten aantrekken. Ondanks af en toe dreigende wolken blijft het de hele dag wel droog!
Naast veel veerponten staan er ook veel signaalpalen langs de ruim 98km van het kanaal. De betekenis van de lichten is ons in veel gevallen niet duidelijk. Het is ook gericht op het wat grotere en bredere verkeer op het NOK. Regelmatig wordt er ook op de marifoon gemeld wat er op kanaal is gaan varen (grote, diepgang) en ook geïnformeerd of het volgende blok vrij is. We gaan het Duits steeds beter begrijpen.
Er zijn ook een paar hoge bruggen waar we met gemak onder door kunnen. Zeker de oudere zijn mooi vormgegeven. Hoogtepunt hierbij de brug waar een veerpont onder hangt (die dus niet vaart).
Die brug is, naast de stellage waar een pont aan hangt die voetgangers, fietsers en auto’s overzet, ook echt een brug. Een spoorbrug om precies te zijn!
Als de wind naar het westen is gedraaid wordt het ietsje warmer. En om te bewijzen dat het toch echt een druk kanaal is komen ons dan ineens drie coasters tegemoet.
Door de breedte heeft het NOK iets van het Noordzeekanaal (of omgekeerd natuurlijk). Langs het NOK echter veel minder industrie en havens. Vooral heel veel bomen langs de route waarbij aan de westzijde het land wat vlakker is dan de glooiende oostzijde. Aan beide kanten is er meestal ook een voet/fietspad waar goed gebruik van wordt gemaakt. Het NOK ligt niet in al te dichtbewoond gebied; veel van de huizen die we langs het kanaal zien hebben villaformaat.
Met een snelheid van zo’n zes knopen zijn we kwart voor drie aan de overkant. Waar ik gisteren de sluiswachter via de marifoon nog in het Engels aansprak probeer ik het vandaag in mijn beste Duits. Een dagje Duitse marifoonberichten beluisteren helpt. En de sluiswachter begrijpt mij prima en antwoord mij ook in het Duits. We moeten wel een half uurtje wachten maar daarna varen we de sluis in en komen aan bakboord zijde te liggen naast twee wat grotere jongen aan de stuurboordzijde van de sluis. En na wat driftige gebaren van de Noorse kapitein van de Helles naast ons varen we als eerste door de nog niet geheel geopende sluisdeur.
We gaan bakboord uit richting Laboe (rechtsaf naar Kiel loopt het Kieler Fjord verder dood). Daar zijn drie havens waarvan we bij Baltic Bay eerder lagen; we herinneren ons de goede douches. De toegewezen plek, Ellen heeft even gebeld, ligt voor onze ongunstige draai. Ook zijn we niet blij met de vingerpier aan lagerwal die ook nog net korter is dan de Aquamarijn. Aanleggen loopt dan ook niet helemaal soepel – maar we liggen! En het is pas net vier uur!
Na wat opruimen en een drankje gaan we de douches proberen. En ondanks dat we wel heel vaak op een knop moeten druk voor doorgaand douchewater stellen de douches niet teleur.
Daarna naar het dorp voor diner. We vinden een plekje met uitzicht op het Fjord. En ik kan een gewoonte verlengen: op vakantie in Duitsland eet men zeker één keer Wiener Snitzel.
Daarna is het terug op de boot tijd voor koffie en het maken van verdere plannen.
Hoe ben ik hier zo verzeild geraakt, kan ik me opeens afvragen, nu ik voor het eerst de nachtwacht hou tijdens onze zeiltocht richting de Oostzee. Ik heb eens een spannend boek gelezen over een vrouw die opeens ontwaakt alleen op een zeilboot midden op zee met vreselijke hoofdpijn. Ze weet niet hoe ze daar gekomen is. Maar ja, ik weet dat natuurlijk wel, 37 jaar geleden tegen Joost aangelopen en van het een kwam het ander.
De zon is onder gegaan,
de maan is op,
het is in het westen nog aardig licht maar voor me in het oosten tekent zich al een zwart gat af. Joost is om half elf zijn kooi ingekropen. Niet voordat hij nog even het Duitse gastenvlaggetje heeft gehesen.
Hij slaapt altijd makkelijk in, ook op dit soort tijden en ik heb daar meer moeite mee. Vandaar dat hij begint met slapen. Om half twee staat zijn wekker en komt hij mij aflossen. Daarna mag ik 3 uur slapen. Daarna misschien nog zo’n rondje. We zitten ter hoogte van Borkum, de vuurtoren is goed te zien.
En nu moet ik me naast het opletten ergens mee vermaken. Vandaar dat ik aan het blog begonnen ben. Daarvoor heb ik een half uur nadat Joost naar bed was gegaan de Genua gestreken en de motor gestart. We voeren te langzaam door te weinig wind. Nu gaan we 1,5 knoop harder. Jammer van de ervaring van zeilen door de nacht. Maar wie weet trekt de wind later wel weer aan.
We zijn vanochtend om half 10 vertrokken van Terschelling.
Eerst hebben we om het zeegat uit te komen een lang stuk tegen de wind in moeten motoren. Het was windkracht 4 a 5. Er waren in het zeegat flinke golven terwijl het verder op zee heel erg meeviel. Toen we onze koers konden verleggen naar het oosten hebben we de zeilen gehesen en gingen we toen we eenmaal stroom mee hadden zo’n 7 knopen. De zon scheen uitbundig en dit is ook een warme koers. Geen enkel teken meer van de regen en te harde wind van de afgelopen dagen.
In twee dagen willen we het begin van het Kieler kanaal bereiken bij Brünsbütel, in de beruchte Duitse bocht. Wanneer het hard waait uit het westen stuwen de wind en stroming het water hier flink op met gevaarlijke zeeën. Hier moet je dan wegblijven. Je moet dit dus doen tijdens een gunstig moment, een weergat genoemd. Komende twee dagen is daar sprake van en daarna gaat het hier weer harder waaien.
Er is nog een planningsprobleem waar we mee te maken hebben. Het Kieler kanaal begint bij de Elbe monding en daar staat een forse getijdestroming waar je niet tegenin moet proberen te varen. Je moet dus aankomen bij laag water om van de vloedstroom te profiteren.
Oeps, even opletten, er komt een licht mijn kant op. Ik zie een stoomlicht en een rood licht. Een motorende zeilboot die mij passeert. Heeft blijkbaar geen AIS, want ik had hem niet op de kaart gespot.
We hebben dus een rekensom moeten maken hoe laat we daar aan moeten komen om te weten wanneer te vertrekken. Daarnaast maken we ook gebruik van de tips uit de zeilwijzer: de Oostzee. Belangrijk is nu natuurlijk dat je ook vaart blijft houden anders kom je te laat bij de Elbemonding.
We hebben tot nog toe een hele relaxte tocht. Met deze wind en windrichting is zeilen vrij ontspannen en kan ik heerlijk een boek lezen. Joost is steeds wat meer bezig met het zeilen. Omdat we voor de wind gaan is er steeds gevaar van een gijp. In die zin is voor de wind eigenlijk niet helemaal wat het gezegde doet geloven. Uiteindelijk heeft hij een lijntje (bullet talie) gespannen tussen het grootzeil naar voren op de boot zodat dit het gijpen voorkomt.
Ik heb even mijn koers 10 graden naar bakboord. Recht voor me zie ik twee lichten een eindje uit elkaar. Ik kan niet thuisbrengen hoe ver verwijderd het wan me is, hoe verweg of wat het is. Op de kaart zie ik ook niets behalve een boot met een kruis erdoor ten teken dat deze een signaal daar heeft uitgezonden, maar nu niet meer. Is daar iemand voor anker gaan liggen, of varen daar vissersboten? Dat laatste lijkt mij niet want ik zie geen navigatielichten. Na een hele tijd turen kom ik tot de conclusie dat het toch vissersboten zijn die wel op de AIS te zien zijn, maar veel verder weg dan ik dacht.
Ik hou mijn koers maar even zo. In de verte knippert het licht neem ik aan van een noordkardinaal die ik ten noorden moet passeren. Dat lukt zo mooi. Alles onder controle, ik kan even naar binnen om een kopje thee te zetten en dan mag ik er een pannenkoek bij. Beloning voor 2 uur wacht draaien!
De hele dag zijn we geen boot tegengekomen op een ankerend vrachtschip na en nu heb ik het razend druk met zien te onderscheiden wat ik zie. Wat denk je als dit opeens achter je opdoemt?
Een vrachtschip, leek mijn kant op te komen, toch niet, maar lijkt wel gewoon onze uitgezette route te volgen en niet de shipping lane. En tegelijk aan de andere kant dit:
Ik zag 3 witte lichten, de groene zag ik niet. Vanwege de lange sluitertijd kan je mooi de golfbeweging zien door het water. Het groene licht is een navigatielamp zodat ik weet dat deze boot mij met zijn stuurboordkant passeert. Het is een sleepboot weet Joost me later te vertellen.
Het laatste half uur valt me zwaar en ik ben blij als Joost zijn kooi uitkomt. Een korte overdracht en dan duik ik m’n bed in. Ik slaap onrustig en ben tegen vijf uur vanzelf klaarwakker voor de volgende wacht. Joost vertelt dat het om 3 uur al licht was en dat hij Nordeney heel goed kon zien met straat verlichting en al. Maar nu is er de echte zonsopkomst, nou ja, hij komt op uit een wolk.
Met de zon komt ook de wind en ik trek de Genua uit. Zo zeilen we gedurende 2 uur heerlijk. Het is wel veel kouder dan eerder vannacht. Ik trek zelfs handschoenen aan. Ik vermaak me met een sudoku. De tijd gaat deze keer heel snel. Ik moet na 2 uur de motor starten vanwege geen wind meer. En dan komt Joost weer eruit die heerlijk geslapen heeft. Hij mag de oversteek van het Jade en Wesergebied in goede banen leiden. Het blijkt daar niet druk. Ik slaap 2 uur en kom om 10 uur eruit. Het water is vlak, geen wind, de zon heeft alles inmiddels opgewarmd. Hoewel we de eerste betonning van de Elbe vaarweg hebben bereikt is het hier rondom nog enorm weids.
We hebben echter toch een rekenfout gemaakt. We zijn een paar uur te vroeg of te laat van welke kant je het bekijkt. Als er later een noordenwind opsteekt (en de zon verdwijnt) zeilen we verder op de genua tegen de stroom in waarmee we onze tocht vertragen. Misschien wat te veel, want als we de vloedstroom mee krijgen is deze nog lang niet zo sterk als we hadden gedacht uit de stroomgegevens op de kaart. Dan maar weer de turbo aan.
We naderen Cuxhaven een badplaats aan de zuidoever van de Elbe. Heel bijzonder om te zien. Je denkt: wat staan er een gekleurde koeien op de dijk, maar ook daar zetten ze strandstoelen.
Voor campers is Cuxhaven blijkbaar een bezienswaardigheid.
Cuxhaven heeft een grote jachthaven waar vaak nederlandse jachten een weergat afwachten om weer terug te varen naar Nederland. Grote kans dat wij daar nog komen op de terugweg, dus varen wij de laatste 20 mijl door naar de sluis voor de ingang van het Kieler kanaal. Ondertussen warmen we eten op. We varen netjes buiten de vaargeul die bestemd is voor het grote scheepvaartverkeer. We worden opgeroepen door de havenmeester van Cuxhaven om ons te waarschuwen voor een ondiepte juist buiten de vaargeul. Fijn dat ze meekijken! Over de Elbe wordt heel wat vervoerd.
We lezen ons nog even in op de aanloop en de gebruiken bij de sluis. Ze hebben daar in de sluis een drijvende steiger. Makkelijk omdat je gewoon de boot daaraan vast kan knopen. We worden gewaarschuwd voor gladde steigers. Bij de sluis aangekomen blijken er al twee andere boten te wachten voor een opening.
Maar al heel snel gaat het witte licht knipperen als teken dat we de sluis in mogen varen. Het aanleggen valt mee, hoewel het me niet lukt met onze mooie hookandmoore stok. Joost gaat van boord om de lijnen door de ringen te halen. Nog even een keer oefenen met die stok.
De overbuurschipper in de sluis maakt een mooie foto van ons met het avondrood als achtergrond. Later noemt hij zijn emailadres zouden we kunnen contacten voor de foto. Het duurt niet lang of de sluisdeuren gaan weer open. Meteen om de hoek ligt een klein haventje waar we langszij een andere boot gaan. Op het Kieler kanaal mag je ‘s nachts niet varen. We hebben ook geen ambities. Het is half elf en we snakken naar ons bed. De boot waar we langszij liggen vertrekt morgen om 6 uur. Een echt lange nacht wordt het dus niet, maar wel een van hele diepe slaap.
In de ochtend bleek nog maar eens dat er nog niet genoeg regen was gevallen. Het was buiig met (te) harde zuidwesten wind. Het kwam er op neer dat het slechts af en toe droog was. Nu staan er maar een paar dingen voor vandaag op het programma en ontbijten doe je sowieso binnen. Marjolijn gaat vandaag terug naar de wal – dus die moest inpakken. Ellen moest haar gehuurde fiets terugbrengen en na een natte tocht op de terugweg croissants en gevulde koeken meegenomen. Dus tot na de koffie zaten we verder eigenlijk wel goed.
Ook tijd voor een kleine reparatie aan de vlag. Het kapotte lusje werd door Ellen kundig vervangen. Zo kunnen we weer de zee op!
En toen scheen zo waar de zon toen Marjolijn op haat fiets stapte naar de boot van rederij Doeksen.
Volgende activiteit was de boodschappenlijst maken. Hierna stapte ik op de fiets naar Formerum. Eerst lekker voor de wind – en daarom de omweg langs het wad gekozen. Niet alle boodschappen van de lijst kon ik krijgen. Dat kwam goed uit er paste in de meegenomen fietstas en rugzak niets meer. Ook hangt een zware fietstas op de vouwfiets altijd tegen het wiel aan – dus die maar op het stuur gezet en met 1 hand vasthouden. En een meer beschutte route gekozen.
Badend in het zweet kwam ik even later met de zware tas en rugzak weer op de steiger. Daarna hier in West-Terschelling de resterende boodschappen gedaan.
En dan alvast een beetje klaar maken voor vertrek. Dus vouwfiets invouwen en stouwen aan boord (achter de gennaker). Ook het tafeltje is vast naar binnen. Tenslotte ook de veiligheidslijnen weer vastgeknoopt.
Door alle drukte heb ik nauwelijks tijd om naar het Oranje voetbal te kijken. Wie de haven Wifi schakel ik net in als Wout Weghorst heeft gescoord.
En dan is het tijd om plannen te maken. We willen eens wat verder weg en dat doe je het beste eerst eens een flink stuk te varen. Omdat het de eerste keer is dat we de nacht gaan doorvaren en omdat de wind de komende 2 dagen uit het zuidwesten komt, kiezen we voor de route waarbij we onderweg opties hebben om de route in te korten (en een voor ons bekende haven in te varen). Kortom het plan is, als de wind is gekalmeerd, om morgen het Stortemelk uit te varen en rechts af te gaan.
We koken nasi voor 2 dagen. Ellen bakt ook alvast pannenkoeken voor onderweg. De route zoek ik uit en leg die in detail vast in de iPad en plotter. Na de koffie ook nog even douchen, wat drinken en dan naar bed. We hoeven morgen niet zo vroeg op.
We hebben geen kaartjes meer voor een Oerol voorstelling maar er is ook straattheater waar je zo heen kan zonder kaartje. Vanmiddag is er acrobatiek in West Terschelling. Maar we worden wakker met regen en de wind trekt ook behoorlijk aan. Ik haal in de haven genoeg broodjes zodat we een deel van de dag doorkomen zonder er echt uit te hoeven. Genoeg drukke dagen gehad, dus we zitten lekker binnen. De ochtend verloopt relaxt op een bedrijfsongevalletje na. De schipper heeft binnen al zijn pet opgezet en dan zie je als je naar buiten loopt niet dat het luik dicht zit. Een flinke bloedende hoofdwond tot gevolg. Gelukkig zijn er wel twee zogenaamde BHV’ers aan boord.
In de middag klaart het op en gaan we vol goede moed naar het centrum van West Terschelling. Op het plein bij de Brandaris staat er al een menigte in eeen cirkel in afwachting van de Franse acrobaten van Compagnie XY. Opeens zijn een paar de crikel binnnegdrongen en manen ze iedereen op de grond te gaan zitten. Zo kunnen inderdaad veel meer mensen het zien. Wij zitten opeens heerlijk in het zonnetje.
De voorstelling gaat over je laten dragen en het publiek is soms ook de klos. Loslaten en vertrouwen, niet zo makkelijk! Het publiek is enthousiast maar de 18 acrobaten genieten er ook zichtbaar van. Erg leuk allemaal.
Tussendoor wat spatten gehad, bij het einde barst er een bui los. Het applaus wordt bijna door de bui gesmoord. We duiken de Spar in voor wat boodschappen en gaan dan gauw weer even naar de boot. Een uur later gaan we weer op weg voor het restaurant dat we hebben gereserveerd. Met wind en regen tegen bereiken we het warme restaurant aan het plein waar we eerder nog heerlijk in het zonnetje zaten.
In de avond trekt de wind nog meer aan. Dat voelt in de haven best intimiderend: waag het niet je op zee te wagen. Nora en Eric waagden het wel om nog even bij ons langs te komen. Ze zitten wel nu met weer een groep mensen in een vakantiehuis hier in de buurt.
Wanneer ze weggaan zien we dat onze vlag op half elf hangt. De harde wind heeft gezorgd dat de ophanglus stukgetrokken is. Werk aan de winkel. Maar eerst naar bed.
Gisteravond kon Mirjam het niet laten om het duin nog even op te lopen en deze mooie foto te maken.
Zij vertrok om half 10 naar de Veerboot terwijl Marjolijn en ik een half uur later op de fiets naar Heartbreak Hotel, aan het strand in Oosterend, vertrokken. Het is bijna een uur fietsen. We hadden daar om half twaalf de voorstelling Het Strandbeest door Theo Jansen en het Calefax Rietkwintet. Het begon binnen waar Calefax op hun eigen instrumenten speelden en Theo Jansen vertelde over de ontwikkeling van de strandbeesten. Maar al gauw gingen we naar buiten om de de ontwikkeling van de beesten in een soort museumachtige setting te bekijken. En ondertussen maakte Calefax muziek op PVC buizen, waar ook de strandbeesten van zijn gemaakt. Ze vormden ook met meerdere fluiten een grote waar twee mannen aan beide kanten op bliezen en de andere de gaten open en dicht deden. Ook gingen we nog met z’n allen muziek maken blazend op pvc buizen. We eindigden op het strand waar het strandbeest losgelaten werd. Alles bij elkaar was het de mooiste voorstelling vanwege de vormgeving passend in de duinen, de bijzondere muziek, de interactie met het publiek. Ik las in een recensie: dit is op en top Oerol. Helemaal mee eens. Vandaar waar meer foto’s, maar ik begrijp net van Joost dat ook dit op tv in Podium is geweest. Ga het zien!
Hierna doken we het Heartbreak Hotel in voor warme soep. En onze fietstocht naar de boot onderbraken we in Midsland voor nog wat te eten en te drinken.
Marjolijn kookte deze avond op de boot en we konden zowaar buiten eten.
Wanneer ik uit de douche kom zie ik net Joost aan komen lopen. Wat een timing. Behalve dan dat het meteen begint te regenen. Joost is nu vrij de komende drie weken. Tenminste als hij de laatste dingen heeft afgewerkt!